Regeling van het College voor Toetsen en Examens van 5 februari 2024 nummer CvTE-24.00430, houdende vaststelling van toegestane hulpmiddelen bij centrale examinering in het mbo (Regeling toegestane hulpmiddelen bij centrale examinering mbo)

Het College voor toetsen en examens,

Gelet op artikel 3 van de Wet College voor toetsen en examens; het Examen- en kwalificatiebesluit beroepsopleidingen WEB artikel 6, eerste lid onderdeel h;

Besluit:

Artikel 1. Gebruik algemene hulpmiddelen

Bij de afname van de centrale examens Nederlandse taal, rekenen en Engels is het gebruik van pen, potlood en kladpapier toegestaan. Het kladpapier dient na afloop van de examenzitting ingeleverd te worden voordat de student de examenzaal verlaat.

Artikel 2. Gebruik papieren woordenboek

  • 1. Bij de afname van de centrale examens Nederlandse taal en rekenen is het gebruik van een eendelig verklarend papieren woordenboek Nederlands en vertalend woordenboek Nederlands-thuistaal en thuistaal-Nederlands toegestaan.

  • 2. Bij de afname van het centraal examen Engels is het gebruik van een vertalend woordenboek Engels-thuistaal en thuistaal-Engels toegestaan. De examencommissie kan toestemming geven om een verklarend woordenboek Engels te gebruiken.

Artikel 3. Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag nadat deze in de Staatscourant wordt geplaatst.

Artikel 4. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling toegestane hulpmiddelen bij centrale examinering mbo.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Het College voor toetsen en examens, de voorzitter, J.H. van der Vegt

TOELICHTING

Deze regeling bevat regels voor de hulpmiddelen die door elke student gebruikt mogen worden tijdens de examens. Voor hulpmiddelen en ondersteuning voor kandidaten met een specifieke ondersteuningsbehoefte, zoals verklanking, gelden de kaders zoals neergelegd in de regeling aangepaste wijze of vorm van examineren centrale examens mbo (Stcrt. 2022, 21649).

Ten opzichte van de regeling toegestane hulpmiddelen bij centrale examinering mbo (2017) (Stcrt. 2017, 23496), die al eerder werd ingetrokken (Stcrt. 2023, 12136), is een aantal zaken gewijzigd. Zo is ervoor gekozen om de regels omtrent de hulpmiddelen in de regeling op te nemen en niet als bijlage bij de regeling. Daarnaast is de inhoudelijke tekst op punten verduidelijkt en aangescherpt. Ook is wat betreft formulering meer aansluiting gezocht bij de reeds vastgestelde regeling over toegestane hulpmiddelen bij de centrale examens in het voortgezet onderwijs. Tot slot heeft de Wet versterken positie mbo-studenten (Stb. 2020, 234) de wettelijke benaming van studenten die een beroepsopleiding volgen van ‘deelnemer’ naar ‘student’ gewijzigd. In deze regeling is de benaming in navolging van die wet ook aangepast.

Het College voor toetsen en examens, de voorzitter, J.H. van der Vegt

Naar boven