Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 22 november 2024, nr. WJZ/49211539, houdende wijziging van de Subsidieregeling instandhouding monumenten in verband met een verlaging van de subsidiepercentages voor groene monumenten en overige rijksmonumenten

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Gelet op artikel 7.7, eerste lid, van de Erfgoedwet;

Besluit:

ARTIKEL I

Artikel 13 van de Subsidieregeling instandhouding monumenten wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘60 procent’ vervangen door ‘50 procent’.

2. In het tweede lid wordt ‘40 procent’ vervangen door ‘30 procent’.

ARTIKEL II

De regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, E.E.W. Bruins

TOELICHTING

Met deze wijzigingsregeling worden de subsidiepercentages voor groene monumenten en overige rijksmonumenten in de Subsidieregeling instandhouding monumenten (hierna: Sim) verlaagd. Er is sprake van een groeiende financiële druk op de Sim. Om met het huidige budget meer aanvragen te kunnen honoreren, wordt het subsidiepercentage voor groene monumenten en overige rijksmonumenten (gebouwde monumenten) verlaagd van 60 procent naar 50 procent. Voor eigenaren die het groene monument of overige rijksmonument bedrijfsmatig gebruiken en die eventuele onderhoudskosten in mindering op de belastbare winst kunnen brengen, wordt het subsidiepercentage verlaagd van 40 procent naar 30 procent.

De verlaging van het subsidiepercentage heeft tot gevolg dat de hoogte van de subsidie per aanvraag wordt beperkt. Hiermee kan het beschikbare budget over een groter aantal aanvragen worden verdeeld en kunnen meer rijksmonumenten in aanmerking komen voor instandhoudingssubsidie.

Aanvragers die een budgettaire afwijzing ontvangen, komen over het algemeen het volgende jaar terug. Het subsidiepercentage wordt verlaagd met ingang van de eerstvolgende aanvraagronde in 2025, zodat het aantal budgettaire afwijzingen zo snel mogelijk kan worden teruggedrongen. Hiermee wordt voorkomen dat de budgettaire afwijzingen verder oplopen en er in de toekomst zwaardere maatregelen genomen moeten worden om de gevraagde subsidie meer in balans te brengen met het budget.

Voor archeologische rijksmonumenten blijft het subsidiepercentage 80 procent. Dat percentage is juist recentelijk verhoogd om de effectiviteit van de Sim voor de eigenaren van archeologische rijksmonumenten te vergroten.1 Voor archeologische rijksmonumenten werden in de afgelopen aanvraagrondes weinig aanvragen voor instandhoudingssubsidie gedaan. Eigenaren hebben veelal geen direct belang bij het in stand houden van een archeologisch rijksmonument, maar instandhoudingswerkzaamheden zijn wel noodzakelijk voor het behoud van deze rijksmonumenten.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, E.E.W. Bruins

Naar boven