Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 12 november 2024, kenmerk 3992791-1074568-MEVA tot wijziging van de Regeling bezoldigingsmaxima topfunctionarissen zorg en jeugdhulp en de Regeling sectorale bezoldigingsnorm topfunctionarissen zorgverzekeraars in verband met de indexering van de bezoldigingsmaxima voor het jaar 2025

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

Handelende in overeenstemming met de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;

Gelet op de artikelen 2.7, tweede lid, 3.3 en 3.4, eerste en tweede lid, van de Wet normering topinkomens;

Besluit:

ARTIKEL I

In artikel 3 van de Regeling bezoldigingsmaxima topfunctionarissen zorg en jeugdhulp wordt de tabel vervangen door:

Klasse

Bezoldigingsmaximum 2025

I

€ 138.000

II

€ 167.000

III

€ 201.000

IV

€ 226.000

V

Het bedrag, genoemd in artikel 2.3, eerste lid, van de wet.

ARTIKEL II

Artikel 2, eerste lid, van de Regeling sectorale bezoldigingsnorm topfunctionarissen zorgverzekeraars wordt als volgt gewijzigd:

a. in de aanhef, wordt ‘2024’ vervangen door ‘2025’;

b. in onderdeel a wordt ‘€ 327.000’ vervangen door ‘€ 342.000’ en wordt ‘2023’ vervangen door ‘2024’;

c. in onderdeel b wordt ‘€ 283.000’ vervangen door ‘€ 296.000’ en wordt ‘2023’ vervangen door ‘2024’;

d. in onderdeel c wordt ‘€ 240.000’ vervangen door ‘€ 251.000’ en wordt ‘2023’ vervangen door ‘2024’.

ARTIKEL III

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2025.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, M. Agema

TOELICHTING

1. Algemeen

De Regeling bezoldigingsmaxima topfunctionarissen zorg en jeugdhulp (hierna: Regeling zorg en jeugdhulp) en de Regeling sectorale bezoldigingsnorm topfunctionarissen zorgverzekeraars (hierna: Regeling zorgverzekeraars) bepalen dat topfunctionarissen in de zorg en jeugdhulp en bij zorgverzekeraars per kalenderjaar niet meer bezoldiging ontvangen dan de voor dat kalenderjaar vastgestelde bezoldigingsmaxima. Deze maxima worden jaarlijks uiterlijk in de maand november vastgesteld voor het daaropvolgende kalenderjaar. Met deze regeling zijn de bezoldigingsmaxima voor topfunctionarissen in de zorg en jeugdhulp (artikel I) respectievelijk bij zorgverzekeraars (artikel II) voor het jaar 2025 vastgesteld.

2. Regeling zorg en jeugdhulp

Op 30 augustus 2024 heeft de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties bekendgemaakt dat het algemeen bezoldigingsmaximum voor 2025 is vastgesteld op € 246.000.1 Het maximum van bezoldigingsklasse V volgt deze ontwikkeling. De bezoldigingsmaxima voor de overige klassen (I tot en met IV) van de Regeling zorg en jeugdhulp worden per 1 januari 2025 verhoogd met 5,4% (hetzelfde percentage als voor indexering van het algemeen bezoldigingsmaximum) en in navolging van 2.3, tweede lid, van de Wet normering topinkomens (hierna: WNT), afgerond naar boven op een duizendvoud in euro’s.

3. Regeling zorgverzekeraars

De maximumbedragen worden geïndexeerd met het gemiddelde van het door het Centraal Bureau voor de Statistiek vastgestelde indexcijfers voor de cao-lonen inclusief bijzondere beloningen voor de sector overheid per maand (voor jaar 2023: 5,4%) en het door Zorgverzekeraars Nederland vastgestelde gemiddelde van de loonontwikkeling binnen de branche van zorgverzekeraars (voor jaar 2023: 3,6%). Het gemiddelde van deze percentages is 4,5%. Een verhoging van € 327.000 met laatstgenoemde percentage leidt tot een bedrag van € 341.715. In navolging van artikel 2.3, tweede lid, van de WNT en de toelichting hierbij is het bedrag naar boven op een duizendvoud euro’s afgerond. Hiermee is de maximale bezoldiging voor het jaar 2025 bepaald op een bedrag van € 342.000. De overige twee klassen voor zorgverzekeraars zijn op dezelfde wijze geïndexeerd.

4. Administratieve lasten

De wijzigingen die met deze regeling worden doorgevoerd betreffen geen inhoudelijke wijzigingen. Instellingen die onder de reikwijdte van de Regeling zorg en jeugdhulp en de Regeling zorgverzekeraars vallen, moeten kennisnemen van de nieuwe normen. Het Adviescollege toetsing regeldruk (ATR) heeft het dossier niet geselecteerd voor een formeel advies, omdat het geen (omvangrijke) gevolgen voor de regeldruk heeft.

Uit de WNT volgt dat deze regeling uiterlijk in november 2024 wordt vastgesteld. De regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2025. Daarmee wordt aangesloten bij het beleid inzake vaste verandermomenten van regelgeving voor wat betreft de inwerkingtredingstermijn. De termijn tussen publicatie en inwerkingtreding is korter dan twee maanden. Omdat het gaat om een verplichte indexering die in de maand november bekend moet worden gemaakt, is er voor betrokken partijen voldoende tijd om op deze wijziging te anticiperen. Voor de duidelijkheid wordt opgemerkt dat deze regeling van toepassing is op bezoldigingen die verschuldigd zijn voor werkzaamheden vanaf 1 januari 2025.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, M. Agema

Naar boven