Wijzigingsbesluit Organisatiebesluit BZK 2023 en Mandaatbesluit BZK 2023

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

Gelet op artikel 3, tweede lid, van het Coördinatiebesluit organisatie en bedrijfsvoering rijksdienst 2011, afdeling 10.1 van de Algemene wet bestuursrecht, artikel 31 van het Organisatiebesluit BZK 2023 en artikel 10.1 van het Mandaatbesluit BZK 2023

Besluit

ARTIKEL I

het Organisatiebesluit BZK 2023 als volgt te wijzigen:

A

Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt, onder verlettering van de onderdelen j tot en met p tot k tot en met q, een onderdeel ingevoegd, luidende:

  • j. de regeringscommissaris Omgevingswet;

2. Het vierde lid komt te luiden:

  • 4. de Nationaal Coördinator tegen Discriminatie en Racisme genoemd in het eerste lid, onder h, en de regeringscommissarissen genoemd in het eerste lid, onder i en j, voeren de aan hen opgedragen taken uit onder de verantwoordelijkheid van de Minister.

B

Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het tweede lid wordt ‘directeur Chief Information Officer en Informatiemanagement (CIO&I)’ vervangen door ‘Chief Information Officer BZK (CIO BZK)’.

2. In het derde wordt ‘directeur Chief Information Officer en Informatiemanagement (CIO&I)’ vervangen door ‘CIO BZK’.

C

Artikel 4 wordt als volgt gewijzigd:

Overeenkomstig artikel 1 van het Besluit regeling functie en verantwoordelijkheid van de secretaris-generaal (Stb. 1988, 499), is de secretaris-generaal belast met de ambtelijke leiding van al hetgeen het Ministerie betreft. Tot deze taak behoort in ieder geval:

  • a. het informeren en adviseren van de bewindspersonen over aangelegenheden, de bewindspersonen of het Ministerie betreffende;

  • b. het zorgdragen voor de coördinatie en integratie van beleidsvoorbereiding, beleidsontwikkeling en beleidsuitvoering binnen het Ministerie;

  • c. het uitoefenen van de algemene controlfunctie bij het Ministerie;

  • d. het rechtstreeks leiding geven aan de plaatsvervangend secretaris-generaal, de directeuren-generaal en de directeur FEZ;

  • e. het voorzitterschap van de Bestuursraad;

  • f. het zorgdragen voor het nemen van besluiten over en het geven van algemene aanwijzingen ten aanzien van de formatie van het Ministerie;

  • g. het voeren van overleg met de Departementale Ondernemingsraad en de Ondernemingsraad BZK Kerndepartement, als bestuurder in de zin van de Wet op de Ondernemingsraden, en met de vakbonden zoals bedoeld in paragraaf 26.2 CAO Rijk 2022;

  • h. het geven van uitvoering aan de Regeling audit committees van het Rijk;

  • i. het verlenen of weigeren van goedkeuring van besluiten tot uitzonderingen op de aanbestedingsregelgeving;

  • j. het eigenaarschap van het agentschap Rijksvastgoedbedrijf.

D

Artikel 8 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het tweede lid wordt, onder verlettering van onderdeel g tot h, een onderdeel ingevoegd, luidende:

  • g. het verlenen van ondersteuning in kennis en handelingsperspectief aan gemeenten, het bevorderen van kennisdeling tussen gemeenten ten behoeve van de lokale warmtetransitie en het versnellen daarvan, en het periodiek monitoren van de voortgang;

2. In het tweede lid wordt, onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel h (nieuw) door een puntkomma, een onderdeel toegevoegd, luidende:

  • i. het opdrachtgeverschap voor het zelfstandige bestuursorgaan de Huurcommissie.

3. In het derde lid wordt, onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel c door een puntkomma, een onderdeel toegevoegd, luidende:

  • d. de programmadirectie Nationaal Programma Lokale Warmtetransitie (NPLW).

E

Artikel 13 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het derde lid, onderdeel c, komt te luiden:

  • c. de Directie Bedrijfsvoering;

2. In het derde lid wordt, onder verlettering van onderdeel d tot e, een onderdeel ingevoegd, luidende:

  • d. de Directie Data & Informatievoorziening;

F

1. De artikelen 16 tot en met 35 worden vernummerd tot 17 tot en met 36.

2. De paragrafen 3.10 tot en met 3.17 worden vernummerd tot 3.11 tot en met 3.18.

3. Na artikel 15 wordt de volgende paragraaf en artikel ingevoegd:

Paragraaf 3.10. De regeringscommissaris Omgevingswet

Artikel 16
  • 1. De regeringscommissaris Omgevingswet staat beheersmatig onder leiding van de secretaris-generaal.

  • 2. De regeringscommissaris Omgevingswet heeft de volgende taken:

    • a. het gevraagd en ongevraagd adviseren van de Minister en de Ministers die het mede aangaat over en het doen van voorstellen voor de kwaliteit, eenheid of doorontwikkeling van het wettelijk stelsel van de Omgevingswet;

    • b. het signaleren en agenderen van belangrijke ontwikkelingen rondom het wettelijk stelsel van de Omgevingswet; en

    • c. het bij de uitvoering van de taken onder a en b: zorgen voor verbinding met de uitvoeringspraktijk, bestuur, wetenschap en rechtelijke macht.

  • 3. De regeringscommissaris Omgevingswet wordt voor de werkzaamheden ondersteund door de directie Constitutionele Zaken en Wetgeving en heeft een budget voor de toebedeelde taken. De middelen hiervoor worden verstrekt door het Ministerie.

G

Artikel 17 (nieuw) wordt als volgt gewijzigd:

1. In het tweede lid wordt ‘De plaatsvervangend directeur-generaal geeft leiding aan de directeuren van de organisatieonderdelen genoemd in het vierde lid, onder b tot en met h’ vervangen door ‘De plaatsvervangend directeur-generaal geeft leiding aan de directeuren van de organisatieonderdelen genoemd in het vierde lid onder b tot en met i’.

2. Het derde lid, onderdeel d, komt te luiden:

  • d. het optreden als gemandateerd eigenaar voor de organisatieonderdelen, genoemd in het vierde lid, onder b tot en met i.

H

Artikel 21 (nieuw), eerste lid, komt te luiden:

De directie CIO&I staat onder leiding van een directeur. De directeur CIO&I vervult tevens de rol van CIO BZK.

ARTIKEL II

Het Mandaatbesluit BZK 2023 als volgt te wijzigen:

A

Artikel 1.1 wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel f wordt ‘diensthoofd: een directeur-generaal en de plaatsvervangend directeur-generaal AIVD;’ vervangen door ‘diensthoofd: een directeur-generaal en een plaatsvervangend directeur-generaal;’.

2. In onderdeel h vervalt ‘(programma)’.

3. Onderdeel n komt te luiden:

n. BZK Kerndepartement:

de directoraten-generaal Openbaar Bestuur en Democratische Rechtsstaat, Volkshuisvesting en Bouwen, Koninkrijksrelaties, Digitalisering en Overheidsorganisatie, Ruimtelijke Ordening en de clusters Mensen en Middelen en Bestuursondersteuning.

B

In artikel 3.2, onder a, wordt ‘Bureau’ vervangen door ‘directoraat-generaal’.

C

1. In artikel 3.3, eerste lid, onder a, wordt ‘Bureau’ vervangen door ‘directoraat- generaal’.

2. Aan artikel 3.3, eerste lid, wordt, onder verlettering van onderdeel c tot onderdeel d, een onderdeel toegevoegd, luidende:

  • c. de bevoegdheden die zijn toebedeeld aan het bestuur en de voorzitter van de Toelatingsorganisatie Kwaliteitsborging Bouw;

D

Artikel 7.5 wordt als volgt gewijzigd:

1. Aan het tweede lid wordt toegevoegd: ‘en op het mandaat van de directeur die leiding geeft aan een kasdienst’.

2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

3. De beperkingen genoemd in het eerste lid, onderdeel b en e, zijn niet van toepassing op het mandaat van directeur binnen het BZK Kerndepartement en directeur binnen de DGABD.

E

Artikel 8.3, eerste lid wordt als volgt gewijzigd:

1. Het mandaat van de plaatsvervangend secretaris-generaal omvat tevens de uitvoering van de rijksbrede inkoopcategorie Vervoer en Verblijf.

F

In artikel 10.1, vierde lid vervalt ‘en het centrale mandaatregister’.

G

De artikelen 10.2 en 10.3 vervallen.

H

Artikel 10.4 wordt vernummerd tot 10.2.

I

Bijlage 1 komt te luiden:

BIJLAGE 1

Maximumbedragen voor het aangaan van financiële verplichtingen en het doen van uitgaven, als bedoeld in de artikelen 5.8, eerste lid, 6.4, eerste en vierde lid, en 7.7 eerste en vijfde lid, van het Mandaatbesluit BZK 2023.

Bedragen zijn per (meerjarige) verplichting, in euro’s en inclusief BTW.

Deze bijlage is niet van toepassing op het Rijksvastgoedbedrijf.

BZK Kerndepartement

Plaatsvervangend secretaris-generaal, diensthoofd, clusterdirecteur Mensen & Middelen en clusterdirecteur Bestuursondersteuning

tot € 10.000.000

Directeur SSO-CN1, voor zover het de salarisbetalingen betreft.

tot € 5.000.000

Directeur

tot € 2.000.000

Manager SSO-CN

tot € 230.000

Middenmanager, programmamanager, afdelingshoofd en bureauhoofd

tot € 50.000

Team- en projectleiders SSO-CN

tot € 46.000

Managementondersteuner, (directie)secretaresse, directiesecretaris

tot € 2.000

Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD)

Diensthoofd

Tot € 10.000.000

Directeur

tot € 2.000.000

Unit-huishoofden

tot € 250.000

Afdelingshoofd

tot € 50.000

Teamhoofd en bureauhoofd

Tot € 5.000

FMHaaglanden

Directeur

Tot € 5.000.000

Manager

tot € 125.000

Facilitair manager (op locatie), centraal afdelingshoofd, leveranciersmanager

tot € 125.000

Afdelingshoofd

tot € 30.000

Teamleider (op locatie)

tot € 30.000

Logius

Directeur, Chief information Officer (CIO), algemeen manager van de directie KOOP

tot € 500.000

Productmanager, afdelingshoofd Resourcing & Flow, manager/ business owner van de waardestroom/ stafonderdeel van de directie KOOP

tot € 145.000

HR manager

tot € 100.000

Afdelingshoofd

tot € 30.000

Clustermanager, ondersteuner secretariaat van de directie KOOP

tot € 2.500

SSC-ICT

Directeur

Tot € 5.000.000

Chief Operations Officer (COO)

tot € 2.500.000

Chief Technology Officer (CTO), Chief Financial Officer (CFO) en Business Unit Manager (BUM)

Tot 1.000.000

Afdelingsmanager

tot € 50.000

Teammanager

tot € 15.000

Rijksdienst voor Identiteitsgegevens (RvIG)

Directeur, manager staf

tot € 500.000

Agentschappen en kasdiensten (overig)

Directeur

tot € 5.000.000

Manager organisatie-eenheid

tot € 500.000

Afdelingshoofd

tot € 30.000

Teamleider

tot € 15.000

X Noot
1

De functiebenaming directeur SSO-CN, zoals in deze bijlage 1 opgenomen, is in lijn met het Organisatiebesluit BZK 2023. De werktitel behorend bij deze functie betreft Diensthoofd SSO-CN.

ARTIKEL III

Het Aanwijzingsbesluit vervanging SG BZK wordt met ingang van 2 september 2023 ingetrokken.

ARTIKEL IV

  • Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na plaatsing in de Staatscourant en heeft terugwerkende kracht tot 23 maart 2022, met uitzondering van:

    artikel I:

    • onderdeel G, dat terugwerkt tot 1 januari 2023;

    • de onderdelen D.1 en D.3, die terugwerken tot en met 1 oktober 2023;

    • en de onderdelen A, E en F, die terugwerken tot en met 1 januari 2024;

    artikel II:

    • onderdeel A.1, dat terugwerkt tot 1 januari 2023;

    • de onderdelen A.2 en A.3, die terugwerken tot 1 mei 2023;

    • onderdeel B, dat terugwerkt tot 1 april 2023;

    • en onderdeel D.2, dat terugwerkt tot 6 oktober 2023.

    • bijlage 1 onder ‘Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD)’ dat terugwerkt tot 1 januari 2024;

    • bijlage 1 onder ‘Logius’ en ‘Agentschappen en kasdiensten (overig)’ die terugwerken tot 1 januari 2023;

    • bijlage 1 onder ‘SSC-ICT’ dat terugwerkt tot 1 juni 2023;

    artikel III:

    • dat terugwerkt tot 23 maart 2023.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, H.M. de Jonge

TOELICHTING

Algemeen

Met dit wijzigingsbesluit worden het Organisatiebesluit BZK 2023 en het Mandaatbesluit BZK 2023 op verschillende punten gewijzigd.

Belangrijkste wijzigingen in het Organisatiebesluit BZK 2023 zijn de toevoeging van de programmadirectie Nationaal Programma Lokale Warmtetransitie en de regeringscommissaris Omgevingswet. Daarnaast is van de gelegenheid gebruik gemaakt om enkele onduidelijkheden weg te nemen, o.a. omtrent eigenaarschap en opdrachtgeverschap te verduidelijken. Verder is de nieuwe organisatiestructuur van de AIVD doorgevoerd.

In het Mandaatbesluit BZK 2023 zijn enkele artikelen gewijzigd naar aanleiding van het wijzigen van het Organisatiebesluit BZK 2023. Naar aanleiding van enkele organisatiewijzigingen, waaronder de ontvlechting van de UBR, is eveneens bijlage 1 van het Mandaatbesluit aangepast. Verder vervallen de artikelen over het bijhouden van een mandaatregister. Tot slot is bijlage 1 aangepast vanwege verschillende organisatiewijzigingen met de daarbij horende wijzigingen van functies en bijhorende financiële mandaten.

Het Aanwijzingsbesluit vervanging SG BZK is ingetrokken per 2 september 2023.

Artikelsgewijs

Artikel I onderdelen A en F

Op 1 januari 2024 treedt het stelsel van de Omgevingswet in werking. Daarmee wordt de wet- en regelgeving van het omgevingsrecht gebundeld in één wet, vier algemene maatregelen van bestuur (AMvB’s) en één ministeriële regeling. Het stelsel van de Omgevingswet bevat regels over het beschermen en benutten van de fysieke leefomgeving. Deze regels gaan zowel over de gebouwde omgeving (zoals bouwwerken, infrastructuur, erfgoed) als de natuurlijke omgeving (water, bodem, lucht, natuur). Ze zijn gericht op de duurzame ontwikkeling van Nederland. Het nieuwe stelsel bevat daarvoor geharmoniseerde regels, procedures en instrumenten.

In november 2019 heeft de Integrale onafhankelijke Adviescommissie Omgevingswet het eindadvies ‘Recht doen aan de Omgeving(swet)’ uitgebracht, over de specifieke wetgevingsproducten binnen het omgevingsrecht. In dit eindadvies heeft de Integrale onafhankelijke Adviescommissie Omgevingswet de aanbeveling gedaan om een externe partij in te stellen die adviseert over het bewaken van de kaders van het stelsel. Naar aanleiding van dit advies heeft het kabinet besloten om deze aanbeveling over te nemen. In de brief van 24 juni 20202 is het voornemen aangekondigd om een regeringscommissaris Omgevingswet in te stellen. Het voornemen om een regeringscommissaris in te stellen voor de borging van de eenheid en kwaliteit van het stelsel is bevestigd tijdens het debat met de Eerste Kamer op 7 maart 2023.Met het Instellingsbesluit regeringscommissaris Omgevingswet (Stcrt. 2023, 31709) is uitvoering gegeven aan het voornemen tot instelling van de functie van regeringscommissaris. Via dit besluit is de betreffende functie ingepast in de organisatie van BZK.

Artikel I onderdelen B en H

De directeur CIO&I neemt in zijn rol van CIO BZK plaats in de Bestuursraad. Daarnaast is verduidelijkt dat de directeur CIO&I ook de rol van CIO BZK vervult.

Artikel I onderdeel C

Het eigenaarschap van alle tot het Ministerie behorende uitvoeringsorganisaties ligt bij de plaatsvervangend secretaris-generaal, tenzij deze rol ergens anders is belegd. Het eigenaarschap van het Rijksvastgoedbedrijf ligt bij de secretaris-generaal. De reden waarom het eigenaarschap van het Rijksvastgoedbedrijf bij de secretaris-generaal ligt, is gelegen in het feit dat de plaatsvervangend secretaris-generaal pleitbezorger is van de belangen van BZK kleine pet van o.a. het Rijksvastgoedbedrijf. Het beleggen van het eigenaarschap bij de plaatsvervangend secretaris-generaal kan daardoor leiden tot een ongewenst rolconflict en kan leiden tot negatieve effecten op de goede en gelijkwaardige positionering van de bestuurlijke driehoek.

Artikel I onderdeel D

Aan het directoraat-generaal Volkshuisvesting en Bouwen is per 1 oktober 2023 de programmadirectie Nationaal Programma Lokale Warmtetransitie (NPLW) toegevoegd. Het NPLW ondersteunt gemeenten in hun regiorol in de lokale warmtetransitie door het bieden van kennis en handelingsperspectief, het monitoren van voortgang van de transitie en het kunnen signaleren en agenderen van kansen of belemmeringen die invloed hebben om de warmtetransitie. Dit draagt bij aan de opgave om woningen en gebouwen te verduurzamen.

Verder is het opdrachtgeverschap van het agentschap Dienst Huurcommissie benoemd. Met de overgang van het directoraat-generaal Bestuur, Ruimte en Wonen naar het directoraat-generaal Volkshuisvesting en Bouwen was dit nog niet meegenomen.

Artikel I onderdeel E

Per 1 januari 2024 gaat de AIVD in een nieuwe organisatiestructuur werken. De organisatiestructuur is nodig zodat onder andere data en technologie beter in het werk kan worden ingepast, er meer wendbaarheid is in de uitvoering van de taken en er meer aandacht is voor de bedrijfsvoering van de dienst.

Artikel I onderdeel G

De pdgVBR is met ingang van 1 januari 2023 eveneens gemandateerd eigenaar van Doc-Direkt.

Artikel II onderdelen A en B

Wijzigingen als gevolg van naamwijzigingen van de organisatieonderdelen directoraten-generaal Algemene Bestuursdienst en Volkshuisvesting en Bouwen. Tevens de toevoeging van een plaatsvervangend directeur-generaal aan het DGVBR.

Artikel II onderdeel C

In het Organisatiebesluit BZK 2023 is de positie van de TloKB gewijzigd van de DGVB naar de hoofdstructuur. Dit besluit brengt het mandaatbesluit aangaande de dienst TloKB in overeenstemming met de toelichting bij het organisatie- en formatierapport 2020.

Artikel II onderdeel D

Diverse diensthoofden hebben verzocht om personele mandaten voor het aangaan, wijzigen en beëindigen van arbeidsovereenkomsten te verschuiven naar het niveau van directeur. Als belangrijkste argument noemen diensthoofden dat zij momenteel onvoldoende overzicht hebben om op voornoemde personele uitvoeringsbesluiten een adequate beslissing te nemen. Het zijn de directeuren die weten waar de personele behoeftes liggen en op dat gebied passende besluitvorming kunnen treffen. Verschillende personele ondermandaten zijn hier reeds op aangepast. Als gevolg hiervan wordt nu ook artikel 7.5. aangepast voor directeuren van het BZK Kerndepartement en de DGABD.

Artikel II onderdeel E, F en G

Hoofdstuk 9 is gewijzigd naar aanleiding van het advies van het Interdepartementaal Overleg van de Hoofden Juridische Zaken (IHJZ).

Artikel II onderdeel H

De organisatiestructuur van SSC-ICT is per 1 april 2022 gewijzigd en als gevolg daarvan zijn de genoemde functies in de bijlage geactualiseerd.

Per 1 januari 2023 zijn KOOP en Logius samengevoegd. Daarom zijn ook de functionarissen van KOOP toegevoegd aan het organisatieonderdeel van Logius.

Voorts is vanwege afwijkende financiële mandaten bij de AIVD een separaat onderdeel ingevoegd die betrekking heeft op de AIVD.

Tot slot is een separaat onderdeel ingevoegd betreffende agentschappen en kasdiensten die niet expliciet zijn genoemd in bijlage 1.

Artikel III

Het Aanwijzingsbesluit Vervanging SG BZK wordt met terugwerkende kracht ingetrokken per 2 september 2023. Met ingang van deze datum is de vervanging van de SG geïncorporeerd in het Mandaatbesluit BZK 2023.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, H.M. de Jonge

Naar boven