Regeling van de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid van 21 maart 2024, nummer 5287851, houdende wijziging van de Regeling verstrekkingen asielzoekers en andere categorieën vreemdelingen 2005

DE STAATSSECRETARIS VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID,

Gelet op artikel 3, derde lid, van de Wet Centraal Orgaan opvang asielzoekers;

Besluit:

ARTIKEL I

De Regeling verstrekkingen asielzoekers en andere categorieën vreemdelingen 2005 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 9, zesde lid, komt te luiden:

  • 6. In afwijking van het vijfde lid zijn op de asielzoeker wiens aanvraag in het Aanmeldcentrum wordt behandeld dan wel de vreemdeling die in zijn rust- en voorbereidingstermijn voor verstrekkingen in aanmerking komt van toepassing:

    • a. de wekelijkse financiële toelage ten behoeve van voedsel, indien hij in een opvangvoorziening verblijft waar voorzieningen aanwezig zijn om zelf het eigen eten te verzorgen als bedoeld in artikel 14, tweede en derde lid;

    • b. de wekelijke financiële toelage ten behoeve van kleding en andere persoonlijke uitgaven als bedoeld in artikel 14, vierde lid, indien de genoemde vreemdeling in de procesopvanglocatie verblijft en de beoogde verblijfsduur in die opvangvoorziening substantieel wordt overschreden.

B

Artikel 14 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het vierde lid wordt ‘€ 14,02’ vervangen door ‘€ 14,47’.

2. Het tiende lid, komt te luiden:

  • 10. In afwijking van het negende lid wordt aan de asielzoeker wiens aanvraag in het Aanmeldcentrum wordt behandeld dan wel de vreemdeling die in zijn rust- en voorbereidingstermijn voor strekkingen in aanmerking komt verstrekt:

    • a. de wekelijkse financiële toelage ten behoeve van voedsel, indien hij in een opvangvoorziening verblijft waar voorzieningen aanwezig om zelf het eigen eten te verzorgen als bedoeld in artikel 14, tweede en derde lid;

    • b. de wekelijkse financiële toelage ten behoeve van kleding en andere persoonlijke uitgaven als bedoeld in artikel 14, vierde lid, indien de genoemde vreemdeling in de procesopvanglocatie verblijft en de beoogde verblijfsduur in die opvangvoorziening substantieel wordt overschreden.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de publicatie van de Staatscourant waarin zij is geplaatst, met dien verstande dat artikel I, onderdelen A en B, sub 2, terugwerken tot en met 1 augustus 2022 en artikel I, onderdeel B, sub 1, terugwerkt tot en met 1 januari 2024.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 21 maart 2024

De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, E. van der Burg

TOELICHTING

ALGEMEEN

Onderhavige wijziging van de Regeling verstrekkingen asielzoekers en andere categorieën vreemdelingen 2005 (hierna: Rva 2005) strekt ertoe de Rva 2005 te actualiseren ten behoeve van ontwikkelingen omtrent de financiële verstrekkingen in de procesopvanglocatie (hierna: pol). Daarnaast wordt het normbedrag voor leefgeld voor asielzoekers geïndexeerd.

Financiële toelage ten behoeve van kleding en andere persoonlijke uitgaven

In de pol verblijven vreemdelingen die zich in de voorbereidende fase van hun asielprocedure (de rust- en voorbereidingstermijn) bevinden en asielzoekers wier asielaanvraag in het Aanmeldcentrum wordt behandeld tijdens de algemene asielprocedure.

Met ingang van 1 januari 2018 (Stcrt. 20 december 2017, nr. 73444) ontvangen de bewoners van de pol een financiële toelage ten behoeve van voedsel indien zij verblijven op locaties waar voorzieningen zijn om zelf het eten te verzorgen. Die wijziging van de Rva 2005 bracht geen verandering ten aanzien van het niet verstrekken van leefgeld. Leefgeld is een wekelijkse vergoeding voor de aanschaf van kleding en andere persoonlijke uitgaven. Deze vergoeding bedroeg € 12,95 p.p. en sinds 1 juli 2023 € 14,02. Bij het ontbreken van leefgeld, is het COA gehouden om goederen in natura beschikbaar te stellen. Het betreft hygiëne- en verzorgingsproducten zoals zeep, shampoo, waspoeder, maandverband, scheergerei, tandpasta en wc-papier.

De lange wachttijd in de asielprocedure leidt tot een langer verblijf in de pol. De aanhoudende druk op de opvangcapaciteit maakt daarnaast dat het COA vele noodopvanglocaties heeft moeten openen. De noodopvang is in eerste instantie bedoeld voor asielzoekers in de rust- en voorbereidingstermijn en de algemene asielprocedure, maar biedt vanwege de aanhoudende capaciteitsdruk in de reguliere opvang ook huisvesting aan doelgroepen die thuishoren in een asielzoekerscentrum. Deze bewoners hebben al wel recht op leefgeld. De langere verblijfsduur maakt het van belang om bewoners meer mogelijkheden te bieden om eigenstandige keuzes te maken. Het verschil in verstrekkingen op eenzelfde fysieke locatie leidt daarnaast op sommige locaties tot extra onderlinge spanningen. Met de verstrekking van leefgeld kan de leefbaarheid op opvanglocaties worden verbeterd. Deze maatregel zal in ieder geval worden toegepast indien en zolang de verblijfsduur in de rust- en voorbereidingstermijn en de algemene asielprocedure substantieel afwijkt van de beoogde duur volgens het opvangmodel (circa 3 weken). De verstrekking van leefgeld voor personen in de (pre-)pol is vermeld in de brief aan de Tweede Kamer van 1 juli 2022, Kamerstukken II 2021/22, 19 637, nr. 2914, blz. 5.

De huidige wijziging heeft uitsluitend betrekking op bewoners van de opvangmodaliteit pol en geldt niet voor bewoners van de centrale ontvangstlocatie (hierna: col). Op de col verblijven vreemdelingen nadat ze zich bij de Immigratie- en Naturalisatiedienst hebben gemeld om asiel aan te vragen. Hoewel de rust- en voorbereidingstermijn al kan aanvangen in de col, worden de vreemdelingen die tot deze categorie behoren uitgesloten van het verkrijgen van een financiële vergoeding voor kleding en andere persoonlijke uitgaven. Wel is er een pilot met het verstrekken van eetgeld in de col te Budel.

ARTIKELSGEWIJS

ARTIKEL I

Onderdeel A (artikel 9, zesde lid)

In artikel 9, zesde lid, wordt toegevoegd dat aan de asielzoeker die in zijn rust- en voorbereidingstermijn voor verstrekkingen in aanmerking komt en wiens asielaanvraag in het Aanmeldcentrum wordt behandeld, een bedrag voor kleding en andere persoonlijke uitgaven kan worden verstrekt.

Onderdeel B (artikel 14, vierde en tiende lid)

In artikel 14, vierde lid, wordt de wekelijkse toelage voor kleding en andere persoonlijke uitgaven (leefgeld) voor asielzoekers met ingang van 1 januari 2024 verhoogd naar € 14,47 als gevolg van indexering.

Het nieuwe tiende lid van artikel 14 regelt dat aan de asielzoeker die in de rust- en voorbereidingstermijn voor verstrekkingen in aanmerking komt en wiens asielaanvraag in het Aanmeldcentrum wordt behandeld, een bedrag voor kleding en andere persoonlijke uitgaven kan worden verstrekt.

ARTIKEL II

De invoeringstermijn van deze regeling bedraagt minder dan twee maanden en ook de inwerkingtreding wijkt af van het in het Kabinetsstandpunt inzake Vaste Verandermomenten neergelegde uitgangspunt. Deze uitzonderingen zijn toegestaan omdat het voor de asielzoekers begunstigende wetgeving is en het spoedregelgeving betreft (Aanwijzing 4.17, vijfde lid, onder a en b, van de Aanwijzingen voor de regelgeving). Bovendien voert het COA de onderhavige wijzigingen al uit. De verstrekking van leefgeld in de pol werkt terug tot en met 1 augustus 2022 omdat die verstrekking sinds dat tijdstip plaatsvindt. De verhoging van het leefgeld werkt om die reden terug tot en met 1 januari 2024.

De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, E. van der Burg

Naar boven