Besluit van de Minister van Economische Zaken en Klimaat van 28 maart 2023, nr. ED/DE 26669361 houdende wijziging van het Nationaal Frequentieplan 2014 in verband met de bestemming van de 28 GHz-band ten behoeve van cameranetwerken ten dienste van veiligheid en openbare orde in gemeenten (NFP-wijziging 28 GHz ten dienste van veiligheid en openbare orde in gemeenten).

De Minister van Economische Zaken en Klimaat;

Gelet op artikel 3.1, eerste lid, van de Telecommunicatiewet;

Besluit:

ARTIKEL I

De bijlage bij het besluit van de Minister van Economische Zaken van 3 november 2014, DGETM-TM / 14179469, houdende vaststelling van het Nationaal Frequentieplan 2014 (Nationaal Frequentieplan 2014) wordt als volgt gewijzigd:

De Frequentietabel wordt als volgt gewijzigd:

De regels luidende:

Bandgrens

ITU dienst

Bestemming

Verdeelmechanisme

27,9405

GHz

     
   

FS

Vaste verbindingen, ten behoeve van de openbare orde en veiligheid. Duplex met 28.9485 – 29.0605 GHz 5.538 5.540

Vergunningverlening op volgorde van binnenkomst van de aanvraag.

28,0525

GHz

     

en

28,9485

GHz

     
   

FS

Vaste verbindingen, ten behoeve van de openbare orde en veiligheid. Duplex met 27.9405 – 28.0525 GHz 5.540

Vergunningverlening op volgorde van binnenkomst van de aanvraag.

29,0605

GHz

     

Worden vervangen door:

Bandgrens

ITU dienst

Bestemming

Verdeelmechanisme

27,9405

GHz

     
   

FS

Vaste verbindingen, ten dienste van veiligheid en openbare orde in gemeenten. Duplex met 28.9485 – 29.0605 GHz 5.538 5.540

Vergunningverlening op volgorde van binnenkomst van de aanvraag.

28,0525

GHz

     

en

28,9485

GHz

     
   

FS

Vaste verbindingen, ten dienste van veiligheid en openbare orde in gemeenten. Duplex met 27.9405 – 28.0525 GHz 5.540

Vergunningverlening op volgorde van binnenkomst van de aanvraag.

29,0605

GHz

     

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Dit besluit wordt met de toelichting in de Staatscourant geplaatst.

De Minister van Economische Zaken en Klimaat, M.A.M. Adriaansens

Een belanghebbende die bezwaar heeft tegen dit besluit kan binnen zes weken na de dag waarop dit besluit is bekend gemaakt een bezwaarschrift indienen. Het bezwaarschrift moet door de indiener zijn ondertekend en bevat ten minste zijn naam en adres, de dagtekening, een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht en de gronden waarop het bezwaar rust. Dit bezwaarschrift moet worden gericht aan de Minister van Economische Zaken en Klimaat, directie Wetgeving en Juridische Zaken, Postbus 20401, 2500 EK ’s-Gravenhage.

TOELICHTING

Algemeen

Nationaal Frequentieplan

Bij besluit van 3 november 2014 is op grond van artikel 3.1, eerste lid, van de Telecommunicatiewet het Nationaal Frequentieplan 2014, hierna ‘NFP’, vastgesteld. In het NFP licht de rijksoverheid de systematiek van de ordening van het frequentiespectrum toe, en beschrijft zij de doelstellingen van het frequentiebeleid en frequentiebeheer; het vermijden van interferentie (storing) tussen frequentiegebruikers is hierbij de hoofddoelstelling.

Het belangrijkste onderdeel van het NFP is de frequentietabel waarin per frequentieband wordt aangegeven voor welk type gebruik deze band bestemd is en volgens welk verdeelmechanisme deze band beschikbaar wordt gesteld voor frequentiegebruikers. In feite is het NFP een bestemmingsplan voor het radiospectrum. Op basis van dit plan worden de vergunningverlening, het gebruik en het beheer van het spectrum uitgevoerd.

Aanleiding en inhoud van het besluit

Deze NFP-wijziging ziet op een geringe wijziging van de bestemming van de 28 GHz-band die ziet op de zogenaamde duplex-frequenties in de 28 GHz-band met als doel om de bestemming hiervan te verduidelijken. Het betreft het nationale banddeel 27,9405 – 28,0525 GHz (112 MHz) met als duplexpaar 28,9485 – 29,0605 GHz (112 MHz). Deze band was met de NFP-wijziging van 30 maart 2022 bestemd voor vaste verbindingen ten behoeve van de openbare orde en veiligheid.1

Met de NFP-wijziging van 30 maart 2022 was specifiek voor houders van vergunningen voor vaste verbindingen ten behoeve van de openbare orde en veiligheid in de 3,5 GHz-band een oplossing gevonden in de 28 GHz-band. Na vaststelling van dat besluit is echter vast komen te staan dat de bestemming “openbare orde en veiligheid” en de gegeven toelichting onvoldoende ruim blijken te zijn geformuleerd om alle huidige activiteiten uit de 3,5 GHz-band te migreren naar de 28 GHz-band. Een belangrijk deel van die activiteiten betreft weliswaar openbare orde en veiligheid, maar onduidelijk was in hoeverre alle huidige activiteiten ook daadwerkelijk binnen die bestemming passen. Om deze onduidelijkheid weg te nemen, is de bestemming met dit besluit gewijzigd in “vaste verbindingen ten dienste van veiligheid en openbare orde in gemeenten”.

Het betreft een geringe verruiming waarmee wordt bedoeld om draadloze publieke cameranetwerken ten dienste van veiligheid en openbare orde in gemeenten onder de bestemming te brengen. Anders dan in de toelichting bij de vorige wijziging was opgenomen betreft dit niet alleen cameratoezicht op basis van artikel 151c van de Gemeentewet, maar bijvoorbeeld ook het toezicht op basis van de Politiewet of om activiteiten in het kader van de Wegenverkeerswet. Met deze wijziging is getracht deze lacune in de voorgaande bestemming aan te vullen en daarmee de volledige migratie voor de huidige uit de 3,5 GHz-band te migreren vergunninghouders, die de frequentieruimte gebruiken voor cameranetwerken ten dienste van veiligheid en openbare orde in gemeenten, compleet te maken. Het NFP staat er daarnaast niet aan in de weg dat de data van deze cameranetwerken kunnen worden gebruikt voor taken die vallen onder de verantwoordelijkheid van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de Minister van Justitie en Veiligheid, zoals bijvoorbeeld de politie.

Voorbereidingsprocedure

Deze NFP-wijziging die ziet op een geringe aanpassing van de bestemming van de zogenaamde duplexfrequenties in de 28 GHz-band is een wijziging van ondergeschikte aard, zoals opgenomen in artikel 3.3. lid 4, van de Telecommunicatiewet.2 Het gaat immers om een geringe aanpassing en verduidelijking van de eerdere bestemming “openbare orde en veiligheid”. Daarom is het niet nodig om voor deze wijziging van het frequentieplan de procedure van afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht te volgen.

Cameratoezicht ten dienste van veiligheid en openbare orde

De in het NFP op te nemen bestemming heeft betrekking op het cameratoezicht dat in opdracht of op initiatief van gemeenten wordt verricht. Het cameratoezicht zal grotendeels gericht zijn op de veiligheid en de openbare orde, maar hoeft hier niet toe te worden beperkt. Leidend voor de invulling van de bestemming is dat het gaat om publiek cameratoezicht in opdracht of op initiatief van de lokale overheid. Cameratoezicht in opdracht van andere, bijvoorbeeld commerciële partijen of cameranetwerken voor beveiligingsdoeleinden op privé terreinen, vallen niet onder de betrokken bestemming. De uitvoering van het cameratoezicht door een commerciële partij in opdracht van de gemeente valt eventueel wel onder deze bestemming. Het voorgaande laat onverlet dat de data van de toezichtcamera’s ook gebruikt (kunnen) worden voor taken die vallen onder de verantwoordelijkheid van bijvoorbeeld de Minister van Justitie en Veiligheid of van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

De inperking tot publiek cameratoezicht in opdracht of op initiatief van gemeenten heeft tot doel het frequentiegebruik door camera’s in deze band te beperken tot (groot)stedelijke gebieden. Dit met het oog op de andere vormen van frequentiegebruik in deze band en het voorkomen van interferentie. Dit betreft onder meer de straalverbindingen, maar ook het voorziene gebruik van satellietgrondstations in de hele 28 GHz-band. Met deze beperking wordt verder tegemoet gekomen aan een ander belangrijk in verschillende zienswijzen ingebracht punt inzake de co-existentie tussen het publiek cameragebruik ten dienste van veiligheid en openbare orde en het gebruik van de 28 GHz-band voor satellietcommunicatie.

Artikelen

Artikel I

Publieke cameranetwerken ten dienste van veiligheid en openbare orde in gemeenten, 27,9405 – 28,0525 GHz en 28,9485 – 29,0605 GHz

Dit artikel betreft wijzigingen in de banddelen 27,9405 – 28,0525 GHz en 28,9485 – 29,0605 GHz (112 MHz). Deze banddelen worden met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin dit besluit wordt geplaatst, bestemd voor draadloze publieke cameranetwerken ten dienste van veiligheid en openbare orde in gemeenten. Het betreft netwerken met een Punt-MultiPunt-architectuur, waarbij de individuele camera’s hun beelden door middel van een straalverbinding naar een centraal basisstation sturen. Het verdeelmechanisme wordt niet gewijzigd en blijft vergunningverlening op volgorde van binnenkomst van de aanvraag.

De banddelen 27,9405 – 28,0525 GHz en 28,9485 – 29,0605 GHz zijn thans aangewezen voor vaste verbindingen ten behoeve van de openbare orde en veiligheid.

Artikel II

Artikel II regelt de inwerkingtreding van dit besluit. Artikel I treedt in werking op de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin dit besluit wordt geplaatst.

De Minister van Economische Zaken en Klimaat, M.A.M. Adriaansens


X Noot
1

Staatscourant, nr. 7383, 30 maart 2022.

X Noot
2

Tweede Kamer, vergaderjaar 2007–2008, 31 412, nr. 3.

Naar boven