Regeling van de Minister van Economische Zaken en Klimaat en de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 23 augustus 2023 nr. 2023-0000492801 tot wijziging van de Subsidieregeling JTF 2021–2027 in verband met de verlenging van titel 2.4, het opnieuw vaststellen van titel 7.1 en de verlenging van de cofinanciering in titel 9.2, paragraaf 9.2.1

De Minister van Economische Zaken en Klimaat en de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Gelet op verordening (EU), nr. 2021/1060 van het Europees Parlement en de Raad van 24 juni 2021 houdende gemeenschappelijke bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds Plus, het Cohesiefonds, het Fonds voor een rechtvaardige transitie en het Europees Fonds voor maritieme zaken, visserij en aquacultuur en de financiële regels voor die fondsen en voor het Fonds voor asiel, migratie en integratie, het Fonds voor interne veiligheid en het Instrument voor financiële steun voor grensbeheer en visumbeleid (PbEU 2021, L 231), verordening (EU) 2021/1056 van het Europees Parlement en de Raad van 24 juni 2021 tot oprichting van het Fonds voor een rechtvaardige transitie (PbEU 2021, L 231);

Gelet op artikel 4:89, vierde lid, van de Algemene wet bestuursrecht, de artikelen 2 en 3 van de Kaderwet EZK- en LNV-subsidies en de artikelen 3, eerste, derde en vierde lid, 5 en 8, eerste lid, van de Kaderwet SZW-subsidies;

Besluiten:

ARTIKEL I

De Subsidieregeling JTF 2021–2027 wordt als volgt gewijzigd:

A

In het eerste lid van artikel 2.4.6 wordt ‘29 september 2023 17.00 uur’ vervangen door ‘22 december 2023 17.00 uur’.

B

In artikel 2.4.14 wordt ‘30 september 2023’ vervangen door ‘23 december 2023’.

C

In hoofdstuk 7 van de Subsidieregeling JTF 2021–2027 wordt een titel ingevoegd, luidende:

Titel 7.1. Subsidietitel voor steun onder spoor 1 uit het Territoriaal Just Transition Plan voor de regio Zuid-Limburg

Artikel 7.1.1. Begripsomschrijvingen

In deze titel wordt verstaan onder:

TJTP Zuid-Limburg:

regionaal territoriaal plan voor een rechtvaardige transitie als bedoeld in artikel 11 van de JTF-verordening voor de JTF-regio Zuid-Limburg met de titel Territoriaal Just Transition plan van de COROP regio Zuid-Limburg.

Artikel 7.1.2. Doel subsidie
  • 1. Doel van subsidie op basis van deze titel is uitvoering te geven aan spoor 1 van het TJTP Zuid-Limburg.

  • 2. Projecten waaraan op basis van deze titel subsidie wordt verleend passen binnen prioriteit 6, spoor 1, van het TJTP Zuid-Limburg uit het Programma JTF 2021–2027 en hebben tot doel het bevorderen van vernieuwing, versterking en diversificatie van de regionale economie of het aanjagen van innovatie ten behoeve van de ontwikkeling van een circulair en biobased chemiecluster.

Artikel 7.1.3. Doelgroep

De Minister van SZW verstrekt op aanvraag subsidie voor een project aan:

  • a. een rechtspersoon;

  • b. een natuurlijke persoon ingeschreven in het handelsregister; of

  • c. een penvoerder namens de afzonderlijke partijen in een samenwerkingsverband als bedoeld in artikel 1.4, vijfde lid.

Artikel 7.1.4. Subsidiabele activiteiten
  • 1. Subsidie op basis van deze titel kan worden verstrekt voor activiteiten die bestaan uit een of meer van de volgende acties:

    • a. onderzoek en innovatie;

    • b. digitalisering, digitale innovatie en digitale connectiviteit; of

    • c. een combinatie van de acties onder a of b met acties gericht op de arbeidsmarkt in de zin van:

      • 1°. bij- en omscholing van werknemers en werkzoekenden;

      • 2°. begeleiding van werkzoekenden bij het zoeken van een baan;

      • 3°. actieve inclusie van werkzoekenden.

  • 2. De activiteiten, bedoeld in het eerste lid, zijn gericht op toepassing en opschaling van innovatie op de volgende gebieden:

    • a. circulaire economie;

    • b. biobased chemie;

    • c. economische diversificatie.

  • 3. De activiteiten, bedoeld in het eerste lid, worden verricht in of ten behoeve van het werkingsgebied Zuid-Limburg.

Artikel 7.1.5. Subsidieplafond en wijze van verdeling
  • 1. Het subsidieplafond bedraagt € 13.498.415.

  • 2. De Minister van SZW verdeelt het beschikbare bedrag op basis van rangschikking naar geschiktheid overeenkomstig artikel 1.19.

  • 3. Indien het beschikbare budget van artikel 7.1.5, eerste lid, zoals dat luidde op 22 mei 2023, niet volledig is benut, kan het resterende budget geheel of gedeeltelijk worden toegevoegd aan het subsidieplafond, bedoeld in het eerste lid.

  • 4. De Minister van SZW maakt verschuivingen van het beschikbare budget uiterlijk bekend op 2 november 2023.

Artikel 7.1.6. Aanvraagperiode
  • 1. Een aanvraag kan worden ingediend van 11 september 2023 10.00 uur tot en met 16 oktober 2023 17.00 uur.

  • 2. Aanvragen worden ingediend door middel van het door de Minister van SZW vastgestelde aanvraagformulier dat beschikbaar is via https://www.jtf-webportal.nl/mijn/.

Artikel 7.1.7. Hoogte van de subsidie
  • 1. De subsidie bedraagt maximaal 50 procent van de subsidiabele kosten.

  • 2. De subsidie bedraagt ten hoogste € 5.000.000 per project.

  • 3. Onverminderd het eerste lid, wordt maximaal een zodanig percentage aan subsidie verstrekt dat het totale percentage aan subsidie op grond van deze titel en, indien van toepassing, hoofdstuk 9 samen niet meer bedraagt dan 50 procent.

Artikel 7.1.8. Niet- subsidiabele kosten

In afwijking van artikel 1.11, eerste lid, onder b, komen loonverletkosten niet voor subsidie in aanmerking.

Artikel 7.1.9. Starttermijn en looptijd
  • 1. Met de uitvoering van de op grond van deze titel gesubsidieerde projecten wordt gestart binnen drie maanden na de subsidieverlening.

  • 2. Wanneer ten tijde van het indienen van de aanvraag de benodigde vergunningen nog niet zijn verleend, wordt de subsidie verleend onder de opschortende voorwaarde dat alle benodigde vergunningen uiterlijk achttien maanden na sluiting van de aanvraagperiode zijn verkregen.

  • 3. De uitvoering van het project is binnen 36 maanden na dagtekening van de verleningsbeschikking voltooid.

  • 4. Op verzoek van de subsidieontvanger kan de Minister van SZW de termijn, bedoeld in het eerste, tweede of derde lid, verlengen.

Artikel 7.1.10. Afwijzingsgronden

Onverminderd artikel 1.25 beslist de Minister van SZW afwijzend op een aanvraag, indien:

  • a. de voor de uitvoering van de aanvraag benodigde vergunningen niet zijn aangevraagd voorafgaand aan het indienen van de subsidieaanvraag;

  • b. de aan het project te verlenen subsidie minder bedraagt dan € 1.000.000.

Artikel 7.1.11. Beoordelingscriteria

Gelet op artikel 1.20, tweede en derde lid, kent de Minister van SZW maximaal het volgende aantal punten toe:

  • a. voor de mate waarin het project bijdraagt aan de doelstellingen van het Programma JTF 2021–2027: 20 punten;

  • b. voor de mate waarin het project bijdraagt aan sociaaleconomische integraliteit: 20 punten;

  • c. voor de hoogte van het technische en sociale innovatiegehalte van het project: 15 punten;

  • d. voor de hoogte van het economisch of financieel toekomstperspectief van het project: 15 punten;

  • e. voor de kwaliteit van het projectplan: 15 punten;

  • f. voor de mate waarin het project bijdraagt aan duurzame ontwikkeling en aan maatschappelijke-sociale impact: 15 punten.

Artikel 7.1.12. Voorschot
  • 1. Artikel 1.30 is niet van toepassing.

  • 2. De Minister van SZW verleent op aanvraag een voorschot op grond van gerealiseerde projectactiviteiten als bedoeld in artikel 1.31.

  • 3. In afwijking van artikel 1.31, zesde lid, heeft de aanvraag om een voorschot betrekking op maximaal 80 procent van de verleende subsidie.

Artikel 7.1.13. Subsidieaanvraag

Onverminderd artikel 1.22 bevat een aanvraag voor subsidie ten minste:

  • a. een volledig ingevuld aanvraagformulier; en

  • b. de bij het aanvraagformulier behorende documenten als bijlagen.

Artikel 7.1.13. Vervaltermijn

Deze titel vervalt met ingang van 31 december 2023, met dien verstande dat deze van toepassing blijft op subsidies die voor deze datum zijn aangevraagd.

D

In het derde lid van artikel 9.2.1.1 wordt ‘29 september 2023 17.00 uur’ vervangen door ‘22 december 2023 17.00 uur’.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 23 augustus 2023

De Minister van Economische Zaken en Klimaat, M.A.M. Adriaansens

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, C.E.G. van Gennip

TOELICHTING

I. ALGEMEEN

1. Inhoud regeling

Met deze wijzigingsregeling worden de hoofdstukken 2, 7 en 9 van de Subsidieregeling JTF 2021–2027 gewijzigd. Het betreft het verlengen van titel 2.4 en het opnieuw vaststellen van titel 7.1. Titel 7.1 is op 23 mei 2023 vervallen. Met het opnieuw vaststellen wordt ook een nieuw subsidieplafond en een nieuw aanvraagtijdvak vastgesteld. De wijziging van hoofdstuk 9 houdt verband met de verlenging van de cofinanciering die ziet op titel 2.4.

2. Verhouding tot hoger recht

2.1. Staatssteun

Het is noodzakelijk dat er toetsing plaatsvindt op staatssteunaspecten. In artikel 1.4 van deze subsidieregeling zijn alle relevante artikelen uit de algemene groepsvrijstellingverordening opgenomen die van toepassing kunnen worden verklaard. De intermediaire instantie beoordeelt de projecten bij aanvraag op de regionale bepalingen en beoordelen of het verlenen van staatssteun geoorloofd is.

Een belangrijke voorwaarde bij deze regeling is dat wanneer op grond van staatssteunbeperkingen (zoals de Algemene groepsvrijstellingsverordening (AGVV) of de de-minimisverordening) een lager maximumpercentage aan subsidie geldt, het geldende (lagere) percentage wordt aangehouden bij de subsidieverlening.

Er kan ten aanzien van staatssteun in het algemeen sprake van zijn drie situaties: geen staatssteun (geen economische activiteiten), geoorloofde staatssteun of ongeoorloofde staatssteun. Steun kan worden verleend wanneer geen sprake is van staatssteun of wanneer de steun past binnen geldende staatssteunregels. De bepaling van de (maximale) steun wordt per begunstigde uitgevoerd, wat inhoudt dat de (maximale) subsidiepercentages kunnen verschillen tussen de projectpartners. Op basis van deze berekening wordt vervolgens het subsidiepercentage en subsidiebedrag voor het project als geheel bepaald.

2.2. Comptabiliteitswet 2016

Op de meeste subsidieregelingen is artikel 4.10 van de Comptabiliteitswet 2016 (horizonbepaling bij subsidieregelingen) van toepassing. Daarin is onder andere opgenomen dat een subsidieregeling een tijdstip bevat waarop de regeling vervalt, en dat dit tijdstip niet later valt dan vijf jaren na de inwerkingtreding van de regeling (tweede lid). In artikel 4.10 is ook bepaald dat voor het opnieuw vaststellen van een vervallen subsidieregeling geldt dat deze niet eerder wordt vastgesteld dan 30 dagen nadat het ontwerp van die subsidieregeling schriftelijk ter kennis is gebracht van de Tweede Kamer der Staten-Generaal (zesde lid).

Deze bepaling is niet van toepassing op dit besluit. Hoewel er sprake is van het verlengen van een bestaande subsidie en het opnieuw vaststellen van vervallen subsidietitel, en enkele van de subsidietitels in Subsidieregeling JTF 2021–2027 een vervaldatum hebben die verder in de toekomst ligt dan 5 jaar, is artikel 4.10 niet van toepassing op de verstrekking van gelden die niet in de rijksbegroting als subsidie worden aangemerkt. Daar is in dit geval sprake van. Subsidie op basis van hoofdstukken 2 tot en met 8 van de Subsidieregeling JTF 2021–2027 betreft verstrekking van Europese gelden, die niet via de rijksbegroting verloopt.

In artikel 4.10, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 is daarover bepaald: ‘1. Voor de toepassing van dit artikel wordt onder subsidieregeling verstaan een [...] ministeriële regeling op grond waarvan [...] subsidie wordt verstrekt [...] en waarvan de verstrekking als een subsidie is aangemerkt in de begroting, bedoeld in artikel 2.1.’. Met de begroting, bedoeld in artikel 2.1 van de Comptabiliteitswet 2016 wordt de rijksbegroting bedoeld.

3. Regeldruk

Titel 2.4

In deze titel vinden geen inhoudelijke wijzigingen plaats waardoor geen sprake is van een wijziging in de regeldruk.

Titel 7.1

Onder spoor 1 wordt uitgegaan van een gemiddelde aanvraag met 3 projectpartners en een duur van drie jaar en twaalf aanvragen, daarbij geldt per aanvrager dat er één aanvraag, één wijziging, vijf voortgangsrapportages en één eindrapportage gemaakt moeten worden. Samen kost dit 250 uur per aanvraag voor gemiddeld twee personen aan € 67 per uur hetgeen resulteert in: 500 uur maal € 67 per aanvraag. Er wordt uitgegaan uit van maximaal zeven gehonoreerde aanvragen binnen deze module. Deze rekensom resulteert daarmee in € 234.500 administratieve lasten afgerond. Dit zijn dus uitsluitend de kosten aan de kant van de aanvragen voor indienen, verantwoorden en vast laten stellen. Uitgangspunt is verplicht gebruik van Simplified Cost Option (SCO) of de Integrale Kosten Systematiek (IKS) voor loonkosten.

Titel 9.2

In deze titel vinden geen inhoudelijke wijzigingen plaats waardoor geen sprake is van een wijziging in de regeldruk.

4. Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij is geplaatst. Met de datum van publicatie en inwerkingtreding wordt afgeweken van de systematiek van de vaste verandermomenten, inhoudende dat ministeriële regelingen met ingang van de eerste dag van een kwartaal in werking treden en twee maanden voordien bekend worden gemaakt. Dat kan in dit geval worden gerechtvaardigd, omdat de doelgroep van deze regeling gebaat is bij spoedige inwerkingtreding.

II. ARTIKELEN

Artikel I, onderdelen A, B en D

Deze onderdelen wijzigen de vervaldatum van titel 2.4 en de bijbehorende aanvraagtermijnen in de artikelen 2.4.6, 2.4.14 en 9.2.1.1. Titel 2.4 zou vervallen op 29 september 2023. Dit wordt 22 december 2023. Daarmee wordt de mogelijkheid om aanvragen in te dienen voor JTF-subsidie en cofinanciering op basis van deze titel met iets minder dan drie maanden verlengd.

Artikel I, onderdeel C

Dit onderdeel herintroduceert titel 7.1.

Titel 7.1 is op de volgende punten gewijzigd:

  • de subsidietitel staat nu ook open voor grote ondernemingen. Dit is mogelijk geworden door een wijziging van het TJTP. Deze wijziging is goedgekeurd door de Europese Commissie;

  • het is mogelijk gemaakt om met niet verleende budgetten uit de vorige periode te schuiven;

  • het subsidieplafond en aanvraagperiode zijn aangepast;

  • het preadvies is komen te vervallen;

  • de loonverletkosten zijn niet-subsidiabel gesteld;

  • de periode is verlengd waarbinnen vergunningen na subsidieverlening alsnog verkregen moeten zijn.

Voor het overige is de subsidietitel gelijk aan de versie die gepubliceerd is op 6 januari 2023, zie voor de toelichting de Regeling van de Minister van Economische Zaken en Klimaat en de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 22 december 2022, nr. 2022-0000260130, tot wijziging van de Subsidieregeling JTF 2021–2027 door invoeging van de hoofdstukken 5, 6 en 7 alsmede een toevoeging aan hoofdstuk 9 (Stcrt. 2023, 37).

De Minister van Economische Zaken en Klimaat, M.A.M. Adriaansens

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, C.E.G. van Gennip

Naar boven