Regeling van de Minister van Infrastructuur en Waterstaat, van 3 juli 2023, nr. IENW/BSK-2022/235738, tot wijziging van de Regeling tot aanwijzing van de Dienst Wegverkeer als bevoegde autoriteit in de zin van artikel 17, eerste lid, van uitvoeringsverordening (EU) nr. 2019/947 van de Commissie van 24 mei 2019 inzake de regels en procedures voor de exploitatie van onbemande luchtvaartuigen (PbEU 2019, L 152) (Stcrt. 2020, 66580) in verband met de afgifte van certificaten van theoriekennis (STS-certifcaten)

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,

Gelet op artikel 1.5 van de Wet luchtvaart;

BESLUIT:

ARTIKEL I

In artikel 1, onderdeel 1, van de Regeling tot aanwijzing van de Dienst Wegverkeer als bevoegde autoriteit in de zin van artikel 17, eerste lid, van uitvoeringsverordening (EU) nr. 2019/947 van de Commissie van 24 mei 2019 inzake de regels en procedures voor de exploitatie van onbemande luchtvaartuigen (PbEU 2019, L 152) (Stcrt. 2020, 66580), wordt na ‘een vaardigheidsbewijs voor piloten op afstand’ ingevoegd ‘en het afgeven van een certificaat van theoriekennis als bedoeld in UAS.STS-01.020, 1e lid, sub e, onderdeel i, en UAS.STS-02.020, 7e lid, onderdeel a, van die verordening’.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2023.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, M.G.J. Harbers

TOELICHTING

Inleiding

Bij Regeling van 21 december 2020 is de Dienst Wegverkeer (hierna: RDW) aangewezen als bevoegde autoriteit voor enkele taken uit uitvoeringsverordening (EU) nr. 2019/947 inzake onbemande luchtvaartuigen1 (hierna: uitvoeringsverordening (EU) 2019/947). Deze verordening heeft betrekking op de exploitatie van onbemande luchtvaartuigen.

Deze aanwijzing heeft onder andere betrekking op de afgifte van bewijzen van voltooiing en vaardigheidsbewijzen voor piloten op afstand, als ook enkele daarmee verband houdende taken. Met het onderhavige besluit wordt de aanwijzing uitgebreid met het afgeven van een certificaat van theoriekennis als bedoeld in UAS.STS-01.020, 1e lid, sub e, onderdeel i, en UAS.STS-02.020, 7e lid, onderdeel a, van uitvoeringsverordening (EU) 2019/947.

Afgifte certificaat van theoriekennis

Zoals hiervoor vermeld is de RDW sinds de inwerkingtreding van uitvoeringsverordening (EU) 2019/947 aangewezen als bevoegde autoriteit voor de afgifte van vliegbewijzen in de open-categorie, zoals bedoeld in artikel 18, onder c, van deze verordening. Deze open-categorie houdt concreet is bedoeld voor vluchten met een beperkt risico. De aanwijzing van de RDW voor het uitgeven van de vliegbewijzen beperkt zich tot bewijzen ten behoeve van operaties in de Open-categorie (A1/A2/A3 vliegbewijzen).

Er zijn echter aanvullingen op de A1/A2/A3 vliegbewijzen mogelijk die verdere vaardigheid moeten aantonen (certificaten van theoriekennis), zoals de theoriekennis voor standaardscenario’s (STS) als beschreven in hoofdstuk II van de bijlage bij uitvoeringsverordening (EU) 2019/947. Deze aanvullingen worden vermeld op de eerder genoemde vliegbewijzen A1/A2/A3. Om de uitgifte van vliegbewijzen met deze aanvulling juridisch te borgen, worden met deze wijziging de taken van de RDW uitgebreid om ook de voltooiing van het STS-theorie-examen (certificaten van theoriekennis) op te kunnen nemen en uit te kunnen geven. Per abuis waren die aanvullende certificaten eerder niet expliciet vermeld in de aanwijzing van de RDW als bevoegde autoriteit. De RDW is voor de afgifte van deze certificaten de meest geschikte partij omdat zij al bevoegde autoriteit is voor de uitgifte van de vaardigheidsbewijzen die als basis dienen voor deze aanvulling.

Consultatie

Er heeft voor deze regeling geen internetconsultatie plaatsgevonden. De grond om voor deze regeling af te zien van internetconsultatie is dat consultatie niet in betekenende mate kan leiden tot aanpassing van het voorstel, omdat die voortvloeit uit een EU verordening en omdat de RDW al de bestaande bevoegde autoriteit is voor die verordening.

Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2023. Hiermee wordt op grond van Aanwijzing 4.17, eerste lid, onder a, van de Aanwijzingen voor de Regelgeving afgeweken van het systeem van vaste verandermomenten. De reden hiertoe is dat het wachten tot het volgende vaste verandermoment, te weten 1 juli 2023, aanmerkelijke nadelen heeft, aangezien er tot het moment van inwerkingtreding geen certificaten van theoriekennis kunnen worden afgegeven en er al veel aanvragen zijn ingediend.

Ten slotte werkt deze regeling terug tot en met 1 januari 2023. De reden hiertoe is dat de RDW reeds sinds deze datum certificaten van theoriekennis heeft afgegeven aan piloten op afstand. Om te voorkomen dat deze certificaten opnieuw moeten worden afgegeven, werkt deze regeling terug tot en met 1 januari 2023. Hiermee worden aanmerkelijke ongewenste gevolgen voor de sector voorkomen. Het heeft geen nadelige gevolgen voor de vliegveiligheid, aangezien de ontvangers van die certificaten immers al aan de inhoudelijke eisen voldoen. De onderhavige regeling bevat geen belastende bepalingen.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, M.G.J. Harbers

X Noot
1

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 2019/947 van de Commissie van 24 mei 2019 inzake de regels en procedures voor de exploitatie van onbemande luchtvaartuigen (PbEU 2019, L 152

Naar boven