Regeling van de Minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening van [PM], nr. 2023-0000201031 tot wijziging van de Regeling houdende regels met betrekking tot de verstrekking van een specifieke uitkering aan gemeenten ten behoeve van de verduurzaming van slecht geïsoleerde woningen van eigenaar-bewoners en woningen van verenigingen van eigenaars, woonverenigingen en wooncoöperaties in het kader van het Nationaal Isolatieprogramma (stcrt. 2023, 3877) in verband met het verruimen van het aanvraagtijdvak

De Minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening,

Gelet op artikel 2, eerste lid, onderdeel m, en derde lid, en artikel 3 van het Besluit van 29 oktober 2022, houdende het stellen van regels over het verstrekken van specifieke uitkeringen aan gemeenten of provincies voor activiteiten die passen in het rijksbeleid met betrekking tot het bouwen, het wonen en de woonomgeving;

ARTIKEL I

De Regeling houdende regels met betrekking tot de verstrekking van een specifieke uitkering aan gemeenten ten behoeve van de verduurzaming van slecht geïsoleerde woningen van eigenaar-bewoners en woningen van verenigingen van eigenaars, woonverenigingen en wooncoöperaties in het kader van het Nationaal Isolatieprogramma (stcrt. 2023, 3877) wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 3 komt te luiden:

Artikel 3. Hoogte van de specifieke uitkering

Een college kan gedurende het aanvraagtijdvak, bedoeld in artikel 4, eerste lid, een aanvraag doen voor een specifieke uitkering van ten hoogste het voor die gemeente in de voorlaatste kolom in bijlage I opgenomen totaalbedrag dat aangevraagd kan worden.

B

Artikel 4, eerste lid, komt te luiden:

  • 1. Een aanvraag voor een specifieke uitkering kan worden ingediend met ingang van 1 maart 2023 vanaf 9:00 uur tot en met 31 oktober 2023 tot 17:00 uur.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Lasten en bevelen dat deze regeling met de daarbij behorende toelichting in de Staatscourant zal worden geplaatst.

De Minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, H.M. de Jonge

TOELICHTING

Met deze wijzigingsregeling wordt de regeling voor specifieke uitkeringen in het kader van het Nationaal Isolatieprogramma aangepast door de twee korte tijdvakken te vervangen door één doorlopend, en daarom in het geheel langer durend, aanvraagtijdvak.

Zoals aangegeven in de brief aan de Tweede Kamer van 17 maart 20231 wordt er bijna 100 miljoen euro extra beschikbaar gesteld voor gemeenten voor de lokale aanpak in 2023. Daarnaast heeft het kabinet bij de voorjaarbesluitvorming Klimaat besloten extra te investeren in verduurzaming van kwetsbare wijken en dorpen die te maken hebben met een hoog aandeel energiearmoede. De parlementaire besluitvorming over beide maatregelen vindt plaats bij de behandeling van de voorjaarsnota. Zodra deze is afgerond zal de onderhavige regeling worden aangepast om de budgetten op de juiste wijze te verhogen.

Daarop vooruitlopend wordt alvast met deze regeling een aanpassing gedaan ten aanzien van de aanvraagtijdvakken. In de regeling werd voor de eerste tranche onderscheid gemaakt in twee aanvraagtijdvakken. De eerste van 1 maart tot en met 31 mei 2023, de tweede van 1 september tot en met 31 oktober 2023.

Gelet op de termijn waarop de extra middelen beschikbaar komen -die zoals aangegeven afhankelijk is van parlementaire besluitvorming- is het voor gemeenten wellicht niet mogelijk in het eerste aanvraagtijdvak dat met de oorspronkelijke regeling was geregeld, meteen rekening te houden met deze extra middelen, aangezien het eerste tijdvak al afloopt op 31 mei 2023 en de parlementaire besluitvorming over het beschikbare budget mogelijk pas hierna is afgerond. Daarom wordt met deze wijziging de regeling aangepast waardoor er sprake is van één doorlopende aanvraagtermijn die loopt tot en met 31 oktober 2023. Dit maakt het voor de gemeente mogelijk bij de aanvraag, indien deze plaatsvindt na de parlementaire besluitvorming en inwerkingtreding van de wijzigingsregeling die de budgetten verhoogt, rekening te houden met de extra middelen, aangezien de verwachting is dat de budgetten verhoogd worden voorafgaand aan 1 september 2023. De gemeenten hoeven dan voor het doen van een aanvraag niet te wachten tot 1 september 2023, het oorspronkelijk beoogde moment dat het tweede aanvraagtijdvak zou openen.

Gemeenten kunnen vaker dan eenmaal een aanvraag doen gedurende deze eerste tranche. Wel wordt omwille van de doelmatigheid aan gemeenten verzocht het aantal aanvragen zoveel mogelijk te beperken en, indien mogelijk, in een keer een aanvraag te doen op het moment dat het hogere budget beschikbaar is. In het geval van meerdere aanvragen van een gemeente gedurende deze eerste tranche, zal er een herziene beschikking worden genomen voor de aanvragen gezamenlijk en geen nieuwe beschikking, zodat een gemeente geen aanvullende verantwoordingslasten krijgt.

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst. Daarmee wordt een uitzondering gemaakt op de vaste verandermomenten en de minimale invoeringstermijn, hetgeen in dit geval gerechtvaardigd is omdat het voor de rechtssubjecten, in dit geval gemeenten die een aanvraag kunnen indienen, een louter begunstigende regeling betreft.

De Minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, H.M. de Jonge


X Noot
1

Kamerstukken II 2022/23, 32 847 nr. 1014

Naar boven