De Minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening,
Gelet op artikel 2, derde en vierde lid, van het Besluit
energieprestatievergoeding huur, artikel 12, tweede lid, van, en bijlage I,
onder A, onderdeel 9.4, bij het Besluit huurprijzen
woonruimte;
Besluit:
ARTIKEL I
Bijlage I bij het Besluit energieprestatievergoeding huur
wordt als volgt gewijzigd:
A
In tabel 1 wordt:
1. ‘1,55’ vervangen door ‘1,71’;
2. ‘1,31’ vervangen door ‘1,44’;
3. ‘1,11’ vervangen door ‘1,22’.
B
In tabel 2 wordt:
1. ‘0,77’ vervangen door ‘0,85’;
2. ‘0,67’ vervangen door ‘0,74’;
3. ‘0,33’ vervangen door ‘0,36’;
4. ‘0,05’ vervangen door ‘0,06’.
ARTIKEL II
In bijlage I, onder A, onderdeel 9.1, bij het Besluit
huurprijzen woonruimte wordt:
1. ‘€ 61.198’ vervangen door ‘€ 71.602’;
2. ‘€ 12.090’ vervangen door ‘€ 14.146’;
3. ‘€ 80’ vervangen door ‘€ 94’;
4. ‘€ 189’ vervangen door’€ 222’.
ARTIKEL III
De Regeling energieprestatievergoeding huur wordt als
volgt gewijzigd:
A
In bijlage I wordt:
a. ‘1,28’ vervangen door ‘1,41’;
b. ‘1,18’ vervangen door ‘1,30’;
c. ‘0,94’ vervangen door ‘1,03’;
d. ‘0,68’ vervangen door ‘0,75’.
B
In bijlage II wordt:
1. ‘0,77’ vervangen door ‘0,85’;
2. ‘0,67’ vervangen door ‘0,74’;
3. ‘0,33’ vervangen door ‘0,36’;
4. ‘0,05’ vervangen door ‘0,06’.
ARTIKEL IV
De Uitvoeringsregeling huurprijzen woonruimte wordt als
volgt gewijzigd:
A
In de artikelen 2, 3, 4 en 5 wordt ‘1 juli 2022 tot en met 30 juni 2023’
vervangen door ‘1 juli 2023 tot en met 30 juni 2024’.
B
De bijlagen I, II, III en IV bij de Uitvoeringsregeling huurprijzen
woonruimte worden vervangen door de bijlagen als opgenomen in de bijlagen A tot
en met D bij deze regeling.
C
In bijlage VI wordt ‘1 juli 2022’ vervangen door ‘1 juli 2023’.
ARTIKEL V
Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 juli 2023.
TOELICHTING
Algemeen
Met deze regeling zijn de maximumbedragen voor de
energieprestatievergoeding voor zeer energiezuinige huurwoningen (zogenaamde
nul-op-de-meter-woningen) aangepast voor het huurtijdvak 1 juli 2023 tot en met
30 juni 2024.
Verder zijn op grond van de jaarlijkse verplichting, bedoeld bijlage I,
onderdeel A, rubriek 9. Punten voor de WOZ-waarde bij het Besluit huurprijzen
woonruimte, de bedragen op basis van de Wet waardering onroerende zaken,
genoemd in die rubriek aangepast.
Ook zijn de maximale huurprijsgrenzen (Bijlagen I tot en met IV bij de
Uitvoeringsregeling huurprijzen woonruimte) aangepast.
Tot slot is het in Bijlage VI bij de Uitvoeringsregeling huurprijzen
woonruimte opgenomen schema aangepast aan het huurtijdvak 1 juli 2023 tot en
met 30 juni 2024.
Deze wijzigingsregeling heeft geen gevolgen voor de administratieve lasten
voor de burger en het bedrijfsleven. De regeling heeft ook geen gevolgen voor
de regeldruk. Het betreft alleen indexeringen.
Artikelsgewijs
Artikel I
Op grond van artikel 2, vierde lid, van het Besluit
energieprestatievergoeding huur worden de maximumbedragen voor de
energieprestatievergoeding bij zogenaamde nul-op-de-meter-woningen genoemd in
tabel 1 en tabel 2 in Bijlage 1 van dat besluit, jaarlijks per 1 juli bij
ministeriële regeling aangepast aan de hand van de consumentenprijsindex
geldend voor het voorafgaande kalenderjaar. Het CBS heeft op 10 januari 2023 op
zijn website gepubliceerd dat het inflatiepercentage (CPI) over 2022 10%
bedraagt. Dit leidt tot een indexering per 1 juli 2023 met 10% van de
maximumbedragen voor de verschillende typen nul-op-de-meter-woningen.
Artikel II
Een aantal bedragen in bijlage I, onderdeel A, rubriek 9. Punten voor de
WOZ-waarde bij het Besluit huurprijzen woonruimte is geïndexeerd vanwege de
gemiddelde verandering van de WOZ-waarden van woningen. De in die rubriek
genoemde bedragen, die zijn benodigd voor het berekenen van het aantal punten
voor het zogenoemde woningwaarderingsstelsel voor de waarde krachtens de Wet
waardering onroerende zaken, dienen elk jaar met ingang van 1 juli te worden
aangepast met de gemiddelde wijziging van de eigenwoningwaarden die wordt
gebruikt voor de berekening van de factor iw, bedoeld in artikel 10.3, vijfde
lid, van de Wet inkomstenbelasting 2001. De op basis daarvan berekende bedragen
worden naar boven afgerond op hele euro’s. De gemiddelde wijziging tussen de
waardepeildata 1 januari 2021 en 1 januari 2022 bedraagt landelijk 17%.
Artikel III
Ook de maximumbedragen voor de energieprestatievergoeding genoemd in
Bijlagen I en II van de Regeling energieprestatievergoeding huur worden
geïndexeerd per 1 juli 2023 met het inflatiepercentage (CPI) van het
voorafgaande kalenderjaar. Over 2022 bedraagt dit 10%.
Artikel IV
Onderdeel A
Met de wijzigingen van de artikelen 2 tot en met 5 van de
Uitvoeringsregeling huurprijzen woonruimte zijn de maximale huurprijsgrenzen
voor het tijdvak 1 juli 2023 tot en met 30 juni 2024 bepaald.
Onderdeel B
Op grond van artikel 12, eerste lid, van het Besluit huurprijzen woonruimte
zijn de maximale huurprijsgrenzen vastgesteld bij ministeriële regeling. Deze
bedragen zijn opgenomen in de Uitvoeringsregeling huurprijzen woonruimte.
Op grond van artikel 12, tweede lid, van het Besluit huurprijzen woonruimte
worden jaarlijks met ingang van 1 juli de op 30 juni daaraan voorafgaande
krachtens dat besluit geldende maximale huurprijsgrenzen voor woonruimten welke
een zelfstandige woning vormen, voor woonruimten welke niet een zelfstandige
woning vormen, voor woonwagens en voor standplaatsen, geïndexeerd met het
inflatiepercentage. Daarbij worden de op basis daarvan berekende bedragen naar
boven afgerond op hele eurocenten.
Op grond van artikel 1, eerste lid, onderdeel c, van de Uitvoeringswet
huurprijzen woonruimte is het inflatiepercentage in dit geval het percentage
van de consumentenprijsindex geldend voor het voorafgaande kalenderjaar dat
ieder jaar in januari door het CBS wordt bekendgemaakt. Het CBS heeft op
10 januari 2023 op zijn website gepubliceerd dat het inflatiepercentage (CPI)
over het kalenderjaar 2022 10% bedraagt.
In de nieuwe Bijlagen I tot en met IV bij de Uitvoeringsregeling
huurprijzen woonruimte zijn de maximale huurprijsgrenzen per 1 juli 2023
vastgelegd.
Onderdeel C
Bijlage VI bij de Uitvoeringsregeling huurprijzen woonruimte is aangepast
aan het huurprijstijdvak 1 juli 2023 tot en met 30 juni 2024.
De Minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening,
H.M. de Jonge