Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport | Staatscourant 2023, 10719 | ander besluit van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport | Staatscourant 2023, 10719 | ander besluit van algemene strekking |
De Minister voor Langdurige Zorg en Sport,
Gelet op artikel 7.1.1, vierde lid, van het Besluit langdurige zorg;
Besluit:
De Subsidieregeling ADL-assistentie wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 1.1 wordt als volgt gewijzigd:
1. In de alfabetische volgorde wordt ingevoegd:
de ziekte veroorzaakt door coronavirus-SARS-CoV-2;.
2. In de begripsomschrijving van ADL-woning wordt ‘sociale huurwoningen’ vervangen door ‘woningen’.
B
Aan artikel 1.3 worden twee leden toegevoegd, luidende:
3. Voor subsidie komen in aanmerking de extra gemaakte personele en materiële kosten, bedoeld in artikel 4 van de Beleidsregel SARS-CoV-2 virus extra kosten Wlz 2022 die in de periode van 1 januari 2022 tot en met 31 december 2022 gemaakt zijn als gevolg van Covid-19, ten behoeve van het verlenen van ADL-assistentie in en om een ADL-woning die voldoet aan de eisen, genoemd in het eerste lid.
4. Het Zorginstituut verhoogt op aanvraag de voor 2022 op grond van artikel 5.5 vastgestelde subsidie met 0,37% voor de extra gemaakte energiekosten.
C
In artikel 1.4, eerste lid, wordt na ‘ADL-assistentie’ ingevoegd ‘in een sociale huurwoning’.
D
Na artikel 1.6 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
1. De hoofdstukken 2 tot en met 5 zijn, met uitzondering van artikel 4.5, niet van toepassing op de verstrekking van subsidies als bedoeld in artikel 1.3, derde en vierde lid.
2. Hoofdstuk 5A is uitsluitend van toepassing op de verstrekking van subsidies als bedoeld in artikel 1.3, derde lid.
3. Hoofdstuk 5B is uitsluitend van toepassing op de verstrekking van subsidies als bedoeld in artikel 1.3, vierde lid.
E
In artikel 4.5, eerste lid, onderdeel b, vervalt ‘van de subsidieontvanger’.
F
Na Hoofdstuk 5 worden twee hoofdstukken ingevoegd luidende:
1. Het subsidieplafond voor het verstrekken van subsidie als bedoeld in artikel 1.3, derde lid, bedraagt € 3.700.000.
2. Indien het totaal van de te verstrekken subsidiebedragen hoger is dan het subsidieplafond, verdeelt het Zorginstituut het ingevolge het subsidieplafond beschikbare bedrag evenredig over ingediende aanvragen voor zover deze voor subsidie in aanmerking komen.
1. De subsidie wordt op aanvraag verstrekt.
2. De aanvraag van de subsidie, bedoeld in artikel 1.3, derde lid, wordt uiterlijk 1 juli 2023 ontvangen.
3. Een aanvraag na 1 juli 2023 wordt afgewezen.
4. De aanvrager doet in de aanvraag van de subsidie, bedoeld in artikel 1.3, derde lid, opgave van de gemaakte personele en materiële kosten, bedoeld in artikel 1.3 derde lid.
5. Voor een aanvraag van de subsidie wordt een door het Zorginstituut vastgesteld formulier gebruikt.
6. Het aanvraagformulier wordt ondertekend door een persoon die bevoegd is de aanvrager te vertegenwoordigen.
7. De aanvraag gaat vergezeld van een assurancerapport van een accountant dat is opgesteld overeenkomstig een door het Zorginstituut vastgesteld model met inachtneming van een door het Zorginstituut vastgesteld protocol.
8. De subsidie wordt vastgesteld zonder voorafgaande beschikking tot subsidieverlening.
Het subsidieplafond voor het verstrekken van subsidies als bedoeld in artikel 1.3, vierde lid, bedraagt € 409.000.
1. De subsidie wordt op aanvraag verstrekt.
2. De aanvraag van de subsidie, bedoeld in artikel 1.3, vierde lid, wordt uiterlijk 1 juli 2023 ontvangen.
3. Een aanvraag na de datum, bedoeld in het tweede lid, wordt afgewezen.
4. Voor een aanvraag van de subsidie wordt een door het Zorginstituut vastgesteld formulier gebruikt.
5. Het aanvraagformulier wordt ondertekend door een persoon die bevoegd is de aanvrager te vertegenwoordigen.
6. De subsidie wordt vastgesteld zonder voorafgaande beschikking tot subsidieverlening.
Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst, met uitzondering van artikel I, onderdelen A, onder 2, C en E, die in werking treden op het tijdstip waarop artikel I, onderdeel A, van de Wet van 7 december 2022 tot wijziging van de Wet langdurige zorg in verband met diverse onderwerpen op het gebied van langdurige zorg (Stb. 2022, 510) in werking treedt.
Vanwege actuele ontwikkelingen is een wijziging van de subsidieregeling ADL-assistentie noodzakelijk. De wijzigingen hebben betrekking op de tijdelijke subsidieregeling Covid-19 voor het jaar 2022, een energiecompensatie vanwege de gestegen energieprijzen en enkele technische aanpassingen die betrekking hebben op het begrip ‘ADL-woning’.
Ook voor 2022 kunnen ADL-aanbieders aanspraak maken op coronasteun, zoals dat in 2020 en 2021 het geval was. Het betreft een eenmalige subsidie voor 2022. Als uitvoerder van de subsidieregeling ADL-assistentie zorgt het Zorginstituut voor uitvoering van deze subsidieregeling.
Het Kabinet heeft besloten tot enkele aanvullende maatregelen om bovenmatig gestegen energieprijzen voor zorgaanbieders te dempen. Hiervoor is voor 2022 € 100 miljoen ter beschikking gesteld voor Wlz-zorgaanbieders1. Ook ADL-aanbieders hebben in 2022 te maken gehad met bovenmatig gestegen energieprijzen. Hiervoor wordt eenmalig een bedrag van € 409.000 beschikbaar gesteld. Dit bedrag is vastgesteld naar rato van het percentage ADL-uitgaven ten opzichte van het Wlz-kader. De ADL-aanbieders kunnen hiervoor een eenmalige subsidie aanvragen. Hierbij wordt aangesloten bij de regeling generieke vergoeding extra energiekosten zoals beschreven in de beleidsregel van de NZa2. De ADL-aanbieder kan voor deze compensatie een aanvraag doen voor een percentage van 0,37% van de voor 2022 vastgestelde subsidie. Het Zorginstituut stelt hiervoor een aanvraagformulier op.
In de Wet van 7 december 2022 tot wijziging van de Wet langdurige zorg in verband met diverse onderwerpen op het gebied van langdurige zorg (Stb. 2022, 510) wordt de begripsbepaling van ‘ADL woning’ gewijzigd. In de begripsbepaling is geen sprake meer van een ‘sociale huurwoning’ maar wordt alleen nog gesproken over ‘woning’. Hiermee wordt het ook mogelijk voor cliënten die niet in een sociale huurwoning wonen, gebruik te maken van ADL-zorg, mits aan de andere voorwaarden voor ADL-zorg wordt voldaan. Dit betekent dat bewoners van ADL-woningen in een aantal gevallen ook kunnen doorstromen naar een andere woning, waarmee de keuzevrijheid toeneemt. Dit laat onverlet dat woningcorporaties een belangrijke taak hebben en houden bij de instandhouding en nieuwbouw van ADL-clusters. Zodra deze wijziging van de Wet langdurige zorg in werking treedt, treedt ook de wijzigingen in deze regeling die hiermee verband houden, in werking.
In artikel 1.4 van de Subsidieregeling ADL-assistentie wordt geregeld dat een huurder van een ADL woning zowel een overeenkomst sluit met de beheerder van het ADL cluster als met de aanbieder van ADL assistentie, zodat de huurwoningen in het ADL cluster beschikbaar blijven voor ADL zorg. Hiermee wijzigt er niets ten opzichte van eerdere situatie. Door de voorgestelde wijziging is het artikel niet van toepassing op ontvangers van ADL assistentie in een particuliere woning.
Het subsidieplafond voor de energiecompensatie in 2022 bedraagt € 409.000. Het totale budget voor ADL-assistentie is in verband hiermee met € 409.000 verhoogd.
Voor de tijdelijke regeling voor coronasteun voor 2022 is een subsidieplafond van € 3.700.000 vastgesteld. Omdat dit bedrag kan worden gedekt binnen het totale budget voor ADL-assistentie is voor dit onderdeel geen ophoging nodig van het ADL budget.
Wanneer ADL-aanbieders gebruik willen maken van de compensatie van coronagelden voor het jaar 2022 betekent dit een extra handeling in de administratie, omdat dit bedrag apart gedeclareerd moet worden. Het betreft dezelfde werkwijze als de afgelopen jaren. Ook wanneer ADL-aanbieders gebruik willen maken van de compensatie voor hogere energiekosten 2022 dienen zij een aanvullend formulier in. Voor deze compensatie is geen verantwoording van de gemaakte kosten nodig, waarmee de regeldruk beperkt blijft.
Het wijzigen van het begrip ADL-woning heeft als gevolg dat ook in particuliere woningen ADL-assistentie kan worden verleend mits aan de voorwaarden wordt voldaan. Bekend is dat momenteel één particuliere woning hiervoor in aanmerking komt. De administratieve gevolgen voor declaratie van ADL-assistentie in particuliere woningen is daarmee zeer beperkt.
Verder leiden deze wijzigingen niet tot administratieve gevolgen.
Het Adviescollege toetsing regeldruk (ATR) heeft het dossier niet geselecteerd voor een formeel advies, omdat het geen omvangrijke gevolgen voor de regeldruk heeft.
De voorgestelde wijzigingen die zien op subsidie voor Covid-19 en de energiecompensatie treden in werking de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij worden geplaatst en wijken af van de vaste verandermomenten, omdat aanbieders zo spoedig mogelijk in de gelegenheid moeten worden gesteld om de geboden compensatie ten aanzien van 2022 aan te vragen. De onderdelen die zien op het begrip ADL-woning treden in werking op het moment dat Artikel I, onderdeel A, van de Wet van 7 december 2022 tot wijziging van de Wet langdurige zorg in verband met diverse onderwerpen op het gebied van langdurige zorg (Stb. 2022, 510) in werking treedt. In deze wijziging van de Wlz wordt namelijk het begrip ADL-woning aangepast en daarom dient de inwerkingtreding hierop aan te sluiten. Ook op dit punt wordt afgeweken van de vaste verandermomenten.
Met voorgestelde wijzingen wordt aangesloten bij de gewijzigde begripsomschrijving van ADL-woning in de Wet langdurige zorg.
Wijziging van het begrip ADL-woning betekent materieel dat de eisen uit artikel 1.4 van de Subsidieregeling ADL-assistentie alleen van toepassing blijven op de verhouding tussen een ADL-aanbieder en een verhuurder/beheerder van sociale huurwoningen die bedoeld zijn als ADL-woning. De eventuele particuliere (huur)woningen waarin ADL-assistentie wordt geleverd door een ADL-aanbieder vallen niet onder de eisen gesteld in artikel 1.4. Dat was het oorspronkelijke oogmerk niet van dit artikel, omdat beoogd was met dit artikel te regelen dat de bestemming van de ADL-woning blijft vastgelegd en dat is voor particuliere (huur) woningen niet relevant.
Met voorgestelde wijzigingen wordt geregeld dat voor 2022 de extra kosten in geval van Covid-19 voor subsidie in aanmerking komen alsmede dat op aanvraag de toegekende subsidie met 0,37% kan worden verhoogd in verband met extra energiekosten. Voor beide onderdelen wordt aangesloten bij door de NZa vastgestelde beleidsregels die zien op eenzelfde compensatie voor zorg in natura. Voor Covid-19 is de beoogde wijziging niet anders dan waar in voorgaande jaren in is voorzien. De energiecompensatie is bedoeld als eenmalig voor het jaar 2022 waarin de energiekosten voor zorgaanbieders aanzienlijk hoger waren.
Met onderdeel F wordt voorzien in de (administratieve) vereisten voor subsidieverlening ten aanzien van de compensatie van extra kosten in verband met Covid-19. Deze vereisten waren ook van toepassing voor de compensatie in 2021, hier verandert dus niets aan. Daarnaast wordt in voorgesteld artikel het subsidieplafond voor 2022 vastgesteld op € 3.700.000,–. Aanbieders kunnen hun aanvraag indienen voor 1 juli 2023.
Met onderdeel G wordt voorzien in de (administratieve) vereisten voor de extra compensatie van 0,37% die kan worden toegekend bovenop het vastgestelde subsidiebedrag voor 2022. Hiervoor is € 409.000,– beschikbaar, dit komt overeen met 0,37% van het totaal beschikbare subsidiebedrag voor ADL-assistentie in 2022. De administratieve vereisten gesteld aan een aanvraag komen overeen met hetgeen voor de extra kosten in verband met Covid-19 verplicht is gesteld, met dien verstande dat er vanzelfsprekend geen opgaaf van personele en materiële kosten moet worden gegeven en het opstellen van een assurancerapport voor deze extra compensatie niet noodzakelijk wordt geacht.
De Minister voor Langdurige Zorg en Sport, C. Helder
Beleidsregel Compensatie hogere energiekosten 2022 Wlz – BR/REG-22164, (https://puc.overheid.nl/nza/doc/PUC_731604_22/)
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2023-10719.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.