Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Kansspelautoriteit | Staatscourant 2022, 8414 | delegatie- of mandaatbesluit |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Kansspelautoriteit | Staatscourant 2022, 8414 | delegatie- of mandaatbesluit |
De raad van bestuur van de Kansspelautoriteit,
Gelet op afdeling 10.1.1 van de Algemene wet bestuursrecht;
Besluit vast te stellen het navolgende Mandaatbesluit:
In dit besluit wordt verstaan onder:
degene die als lid van de raad is benoemd door de Minister;
medewerkers belast met de leiding van een afdeling als bedoeld in artikel 2, ook wel aangeduid als afdelingshoofden;
Kansspelautoriteit, bedoeld in artikel 33 van de wet;
de bevoegdheid om in naam van de raad handelingen te verrichten die noch een besluit noch een privaatrechtelijke rechtshandeling zijn;
de bevoegdheid om in naam van de raad besluiten als bedoeld in artikel 1:3, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht te nemen;
personeel in dienst van de Kansspelautoriteit of daar als gedetacheerde werkzaam;
Minister voor Rechtsbescherming;
lid van de raad aan wie bepaalde taakgebieden zijn toegewezen;
raad van bestuur van de Kansspelautoriteit, bedoeld in artikel 33a van de wet;
de bevoegdheid om in naam van de raad privaatrechtelijke rechtshandelingen te verrichten;
degene die als voorzitter van de raad is benoemd door de Minister;
Wet op de kansspelen.
1. De Kansspelautoriteit bestaat uit de volgende afdelingen:
a. de afdeling Analyse & Onderzoek;
b. de afdeling Bedrijfsvoering;
c. de afdeling Communicatie & Strategie;
d. de afdeling Handhaving;
e. de afdeling Informatisering & Automatisering;
f. de afdeling Juridische Zaken & Vergunningen;
g. de afdeling Toezicht.
2. De afdeling Analyse & Onderzoek is belast met:
a. het bijdragen aan datagedreven toezicht door data en informatie te bundelen, te analyseren en te duiden;
b. het beheer van data-abonnementen;
c. het functioneel beheer van het register als bedoeld in artikel 33h van de wet en van de Geaggregeerde Databank Toezicht;
d. het mede toezicht houden op het register als bedoeld in artikel 33h van de wet en de controledatabank;
e. het coördineren van werkzaamheden op het gebied van (wetenschappelijk) onderzoek.
3. De afdeling Bedrijfsvoering ondersteunt de bedrijfsprocessen van de Kansspelautoriteit op het gebied van personeel en organisatie, financiën, inkoop, documentaire informatievoorziening, huisvesting, facilitaire zaken en secretariële ondersteuning. Daarbij gaat het zowel om het faciliteren van de reguliere bedrijfsprocessen als om het bieden van inhoudelijke ondersteuning aan de raad en de afdelingshoofden met betrekking tot (de inrichting van) de bedrijfsvoering.
4. De afdeling Communicatie & Strategie is belast met:
a. het leveren van beleids- en procesmatige ondersteuning aan de raad en de afdelingshoofden, waaronder stakeholdermanagement;
b. het bevorderen van de ontwikkeling van de Kansspelautoriteit op het gebied van internationale samenwerking;
c. het beheer van het Verslavingspreventiefonds;
d. het verzorgen van de voorlichting en informatievoorziening van publiek en aanbieders;
e. het adviseren en ondersteunen van de raad en de afdelingshoofden ten aanzien van communicatie;
f. het verantwoorden van de activiteiten van de Kansspelautoriteit, onder meer via woordvoering, public affairs, jaarverslag, corporate communicatie;
g. de interne communicatie.
5. De afdeling Handhaving is belast met:
a. het uitvoeren van het algemene handhavingsbeleid en de uitoefening van toezicht- en handhavingsbevoegdheden ten aanzien van illegale kansspelaanbieders zonder vergunning van de raad en bevorderaars van illegale kansspelaanbieders;
b. het opstellen van een rapport als bedoeld in artikel 5:48, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht;
c. het behandelen van handhavingsverzoeken ten aanzien van illegale kansspelaanbieders zonder vergunning van de raad en bevorderaars van illegale kansspelaanbieders.
6. De afdeling Informatisering & Automatisering is belast met informatiemanagement, procesmanagement en IT-beheer. Hieronder vallen de volgende taken:
a. de regie op en het bevorderen van de ontwikkeling van de Kansspelautoriteit op het gebied van innovatie en informatievoorziening;
b. het ondersteunen van de bedrijfsprocessen van de Kansspelautoriteit op het gebied van IT en informatiemanagement;
c. netwerkbeheer, systeembeheer, functioneel beheer, gebruikersondersteuning, informatiebeveiliging, en de overige IT-structuur;
d. het technisch beheer van het register als bedoeld in artikel 33h van de wet en de Geaggregeerde Databank Toezicht.
7. De afdeling Juridische Zaken & Vergunningen is belast met:
a. het voorbereiden van beslissingen tot het opleggen van bestuurlijke sancties, voor zover hier een rapport als bedoeld in artikel 5:48, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht aan ten grondslag ligt;
b. het besluiten op verzoeken om informatie op grond van de Wet openbaarheid van bestuur of de Wet open overheid;
c. het besluiten op verzoeken van een betrokkene op grond van de artikelen 15 tot en met 22 van de Algemene verordening gegevensbescherming, alsmede alle taken die daaruit voortvloeien;
d. het optreden als juridisch adviseur en uit dien hoofde juridische werkzaamheden van algemene aard verrichten;
e. de behandeling van bezwaarschriften alsmede het vertegenwoordigen van de raad bij voorlopige voorzieningen en in beroeps- en hoger beroepszaken;
f. de behandeling van klachten op grond van hoofdstuk 9 van de Algemene wet bestuursrecht;
g. besluiten en overige handelingen ten aanzien van de inschrijving in het register als bedoeld in artikel 33da en 33h van de wet;
h. het behandelen van en besluiten op aanvragen om een vergunning voor kansspelen op grond van titel I tot en met titel Vb van de wet, alsmede de behandeling van aanvragen tot wijziging daarvan;
i. de beoordeling van de integriteit van kansspelaanbieders, zowel bij vergunningaanvragen als bij wijzigingen na vergunningverlening en op verzoek van de afdelingen Toezicht en Handhaving;
j. het intrekken van een exploitatievergunning voor speelautomaten als bedoeld in titel VA van de wet, voor zover de integriteitsbeoordeling daartoe aanleiding geeft;
k. het intrekken van een vergunning voor kansspelen op grond van titel I tot en met titel Vb van de wet, voor zover de vergunninghouder daar om verzoekt.
8. De afdeling Toezicht is belast met:
a. de uitoefening van toezicht- en handhavingsbevoegdheden ten aanzien van kansspelaanbieders met een vergunning van de raad en houders van een modeltoelating voor speelautomaten op grond van titel I tot en met titel Vb van de wet;
b. het houden van toezicht op de naleving van de bij of krachtens de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme gestelde regels, alsmede de uitoefening van handhavingsbevoegdheden op grond van hoofdstuk 4 van deze wet;
c. het behandelen van handhavingsverzoeken ten aanzien van vergunninghouders en houders van een modeltoelating op grond van titel I tot en met titel Vb van de wet;
d. een besluit tot intrekking van een vergunning of modeltoelating op grond van titel I tot en met titel Vb van de wet, met uitzondering van de intrekkingen zoals benoemd in het zevende lid, sub j en k, van dit artikel;
e. het opstellen van een rapport als bedoeld in artikel 5:48, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht;
f. het behandelen van en besluiten op aanvragen om een modeltoelating voor speelautomaten op grond van titel VA van de wet, alsmede de behandeling van aanvragen tot wijziging of intrekking daarvan;
g. het behandelen van en besluiten op aanvragen om een ontheffing bij of krachtens de wet, alsmede de wijziging of intrekking daarvan;
h. het coördineren van werkzaamheden op het gebied van verslavingspreventie en consumentenbescherming.
9. Voor werkzaamheden die niet bij een van de afdelingen zijn belegd, bepaalt de voorzitter welke afdeling deze werkzaamheden uitvoert.
1. De voorzitter is ambtelijk verantwoordelijk voor de leiding van de in artikel 2 genoemde afdelingen.
2. De bestuursleden van de raad kunnen elkaar vervangen. Zij treden daarbij in elkaars bevoegdheden.
3. De hoofden van de in artikel 2 genoemde afdelingen kunnen elkaar vervangen. Zij treden daarbij in elkaars bevoegdheden.
Bij of krachtens dit besluit verleend mandaat, volmacht en machtiging heeft geen betrekking op:
a. het nemen van besluiten tot het opleggen van een bestuurlijke boete;
b. het beslissen op bezwaarschriften;
c. het nemen van een beslissing op een verzoek tot rechtstreeks beroep op grond van artikel 7:1a Algemene wet bestuursrecht;
d. het geheel of gedeeltelijk kwijtschelden van een geldschuld als bedoeld in artikel 4:94a van de Algemene wet bestuursrecht indien de geldschuld hoger is dan € 2.000,-;
e. het aanwijzen van toezichthouders op grond van artikel 34 van de wet en artikel 24, eerste lid, van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme;
f. het benoemen van een functionaris voor de gegevensbescherming op grond van artikel 37 van de Algemene verordening gegevensbescherming;
g. het aanstellen van een vertrouwenspersoon;
h. besluiten ten aanzien van een adviescommissie waarvan de voorzitter geen deel uitmaakt van de Kansspelautoriteit;
i. het afsluiten van een samenwerkingsovereenkomst met andere (toezichthoudende) instanties;
j. het nemen van besluiten die zijn gericht tot de Minister, de Tweede Kamer of de Nationale ombudsman, indien de strekking van het besluit is dat aan een aanbeveling van de Nationale ombudsman geen gevolg wordt gegeven;
k. het vaststellen van de begroting en de meerjarenraming;
l. het vaststellen van het jaarverslag van de Kansspelautoriteit;
m. het vaststellen van de jaarrekening van de Kansspelautoriteit;
n. het vaststellen van beleidsregels;
o. het vaststellen van regelgeving.
1. De raad verleent mandaat, machtiging en volmacht aan de voorzitter voor het ondertekenen van door de raad genomen besluiten.
2. De raad verleent mandaat, machtiging en volmacht aan de voorzitter tot het nemen van besluiten en het verrichten van overige handelingen, indien niet gewacht kan worden op een besluit van de raad.
3. Aan de voorzitter wordt machtiging verleend tot het verrichten van handelingen die noch een besluit, noch een privaatrechtelijke rechtshandeling zijn.
1. Aan de hoofden van de in artikel 2, eerste lid, onderdeel a tot en met g, genoemde afdelingen wordt, ieder voor zich, met inachtneming van het bepaalde in artikel 4, mandaat, volmacht en machtiging verleend tot het nemen van besluiten en het verrichten van overige (voorbereidings)handelingen die tot de taken van hun afdeling behoren.
2. Aan de hoofden van de in artikel 2, eerste lid, onderdeel a tot en met g, genoemde afdelingen wordt mandaat, volmacht en machtiging verleend tot het nemen van besluiten en het verrichten van overige (voorbereidings)handelingen voor zover deze tot de taken van de afdeling behoren of samenhangen met deze taken en verband houden met:
a. titel 4.4 van de Algemene wet bestuursrecht;
b. het actief openbaar maken van besluiten en andere documenten op grond van de Wet openbaarheid van bestuur en de Wet open overheid; of
c. de uitoefening van publicatiebevoegdheden op grond van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme.
3. Aan de hoofden van de in artikel 2, eerste lid, onderdeel a tot en met g, genoemde afdelingen wordt mandaat, volmacht en machtiging verleend tot het verrichten van de hiernavolgende handelingen op grond van de Algemene verordening gegevensbescherming voor zover deze handelingen tot de taken van de afdeling behoren of samenhangen met deze taken:
a. de vereiste informatieverstrekking aan de betrokkene als bedoeld in artikel 13 en 14 van de Algemene verordening gegevensbescherming;
b. het aangaan van een overeenkomst met een verwerker als bedoeld in artikel 28, derde lid, van de Algemene verordening gegevensbescherming;
c. de mededeling van een inbreuk in verband met persoonsgegevens aan de betrokkene als bedoeld in artikel 34 van de Algemene verordening gegevensbescherming;
d. het buiten toepassing laten van de bepalingen opgenomen in artikel 41 van de Uitvoeringswet Algemene verordening gegevensbescherming, voor zover het betreft de artikelen 13, 14 en 34 van de Algemene verordening gegevensbescherming.
4. De afdelingshoofden kunnen met inachtneming van hetgeen is bepaald in artikel 4, hun volmacht en machtiging doorgeven aan de onder hen ressorterende medewerkers.
Aan de medewerkers van de afdelingen, bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel a tot en met g, wordt machtiging verleend tot het verrichten van feitelijke handelingen die verband houden met de voorbereiding van besluiten, waaronder:
a. het afdoen van brieven van feitelijke aard en voeren van correspondentie voor zover betrekking hebbend op de taken van de eigen afdeling, zoals het toezenden van stukken en informatieverstrekking;
b. het opvragen van informatie of advies bij derden;
c. het doen van een kennisgeving van verdaging als bedoeld in de artikelen 4:14 en 7:10 van de Algemene wet bestuursrecht;
d. het voldoen aan de doorzendplicht als bedoeld in de artikelen 2:3 en 6:15 van de Algemene wet bestuursrecht;
e. het stellen van een termijn om een aanvraag aan te vullen met gegevens en bescheiden, dan wel met een vertaling;
f. het doen van een kennisgeving van verdaging en opschorting als bedoeld in artikel 6 van de Wet openbaarheid van bestuur;
g. het voeren van correspondentie met betrekking tot het horen als bedoeld in artikel 4:7 en 4:8 van de Algemene wet bestuursrecht.
1. De voorzitter van de raad is gevolmachtigd tot het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen overeenkomstig de daartoe met de raad gemaakte afspraken tot een waarde van € 200.000,– inclusief btw.
2. Het afdelingshoofd Bedrijfsvoering is gevolmachtigd tot het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen overeenkomstig de daartoe met de raad gemaakte afspraken tot een waarde van € 100.000,– inclusief btw.
3. De hoofden van de afdelingen, bedoeld in artikel 2, eerste lid, zijn gevolmachtigd tot het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen overeenkomstig de daartoe door de raad toegekende budgetten per afdeling.
4. De voorzitter en de hoofden van de afdelingen, bedoeld in artikel 2, eerste lid, zijn gevolmachtigd tot het afgeven van een prestatieverklaring ten aanzien van een geleverde dienst.
De voorzitter, het hoofd en de medewerkers van de afdeling Juridische Zaken & Vergunningen zijn gemachtigd de raad te vertegenwoordigen in bezwaar- en (hoger) beroepsprocedures en bij voorlopige voorzieningen.
1. Het horen van belanghebbenden in het kader van de behandeling van een bezwaarschrift geschiedt onder leiding van een medewerker van de afdeling Juridische Zaken & Vergunningen of een daartoe benoemde externe voorzitter, tenzij daarvoor een adviescommissie zoals bedoeld in artikel 7:13 van de Algemene wet bestuursrecht is ingesteld.
2. Het horen vindt niet in het openbaar plaats.
1. De raad verleent met betrekking tot het vaststellen van de beoordeling van het functioneren van de afdelingshoofden en het nemen van rechtspositionele beslissingen ten aanzien van de afdelingshoofden volmacht en machtiging aan de portefeuillehouders met betrekking tot de onder hun verantwoordelijkheid vallende afdelingen.
2. Aan de hoofden van de in artikel 2, eerste lid, onderdeel a tot en met g, genoemde afdelingen wordt volmacht en machtiging verleend tot het nemen van besluiten en het verrichten van overige handelingen die verband houden met:
a. het vaststellen van de beoordeling van het functioneren van de medewerkers van de afdelingen;
b. het nemen van rechtspositionele beslissingen ten aanzien van de medewerkers van de afdelingen;
c. het verlenen van verlof;
d. het accorderen van binnen- en buitenlandse dienstreizen en reiskostendeclaraties;
e. het aanbieden en het beëindigen van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde en onbepaalde tijd waar het medewerkers tot en met schaal 12 betreft.
1. De uitoefening door de medewerker van diens mandaat, volmacht of machtiging geschiedt met inachtneming van:
a. algemene en bijzondere aanwijzingen van degene die het mandaat, de volmacht of de machtiging heeft gegeven;
b. de van toepassing zijnde wetgeving, beleidsregels, rechtspositionele regels en het toegewezen budget.
2. Elke medewerker aan wie mandaat, volmacht of machtiging is verleend heeft een informatieplicht en signaleringsplicht jegens degene die de bevoegdheid heeft verleend.
3. Een medewerker treedt vooraf in overleg met de raad of de portefeuillehouder over een te nemen besluit, indien:
a. het besluit leidt tot afwijking van of aanvulling op het tot dan toe gevoerd beleid;
b. te verwachten valt dat de raad of een portefeuillehouder op zijn verantwoordelijkheid voor het te nemen besluit zal worden aangesproken;
c. uit het besluit aanzienlijke financiële, juridische, organisatorische, politiek/bestuurlijke en/of publicitaire consequenties kunnen voortvloeien;
d. de raad of een portefeuillehouder deze wens kenbaar heeft gemaakt.
4. Indien de portefeuillehouder dit nodig acht, wordt de zaak ter nadere besluitvorming aan de raad voorgelegd.
Een door of namens de raad ondertekend document vermeldt aan het slot de afsluiting volgens het model dat is opgenomen in de bijlage behorende bij dit besluit.
Het Besluit organisatie, mandaat, volmacht en machtiging Kansspelautoriteit 2021 (Staatscourant 2021, 11977) wordt ingetrokken.
Dit besluit zal met toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.
Den Haag, 22 maart 2022
De raad van bestuur van de Kansspelautoriteit, R.J.P. Jansen voorzitter
Tegen dit besluit kan degene wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken, binnen zes weken na de dag van bekendmaking van dit besluit een gemotiveerd bezwaarschrift indienen bij de Kansspelautoriteit, afdeling Juridische Zaken & Vergunningen, Postbus 298, 2501 CG Den Haag.
1. Besluiten van de raad worden ondertekend door de voorzitter en vermelden aan het slot:
De raad van bestuur van de Kansspelautoriteit,
[handtekening van de voorzitter,
diens naam,
voorzitter]
2. Besluiten van de raad die aan een afdelingshoofd zijn gemandateerd worden door het afdelingshoofd namens de raad ondertekend en vermelden aan het slot:
De raad van bestuur van de Kansspelautoriteit,
namens deze,
[handtekening van het afdelingshoofd,
diens naam,
functieaanduiding]
3. Een document waarmee een privaatrechtelijke rechtshandeling wordt vastgelegd door een daartoe op grond van dit besluit bevoegde functionaris vermeldt aan het slot:
a. De raad van bestuur van de Kansspelautoriteit,
[handtekening van de voorzitter,
diens naam,
voorzitter]
b. bij volmacht aan de voorzitter:
De raad van bestuur van de Kansspelautoriteit
voor deze,
[handtekening van de voorzitter,
diens naam,
voorzitter]
c. bij volmacht aan een afdelingshoofd:
De raad van bestuur van de Kansspelautoriteit,
voor deze,
[handtekening van het afdelingshoofd,
diens naam,
functieaanduiding]
4. Een document waarmee een handeling die noch een besluit, noch een privaatrechtelijke rechtshandeling is wordt vastgelegd door een daartoe op grond van dit besluit bevoegde functionaris en vermeldt aan het slot:
a. bij machtiging aan de voorzitter:
De raad van bestuur van de Kansspelautoriteit,
voor deze,
[handtekening van de voorzitter,
diens naam,
voorzitter]
b. bij machtiging aan een afdelingshoofd:
De raad van bestuur van de Kansspelautoriteit,
voor deze,
[handtekening van het afdelingshoofd,
diens naam,
functieaanduiding]
c. bij machtiging aan een medewerker:
De raad van bestuur van de Kansspelautoriteit,
voor deze,
[handtekening van de medewerker,
diens naam,
functieaanduiding]
Met dit besluit verleent de raad van bestuur van de Kansspelautoriteit voor een groot aantal bevoegdheden mandaat, volmacht en machtiging. Dit besluit maakt inzichtelijk welke medewerker bevoegd is tot het nemen van bepaalde besluiten en over welke volmachten en machtigingen de verschillende medewerkers beschikken.
De bevoegdheid om namens een bestuursorgaan besluiten te nemen (artikel 10:1 van de Algemene wet bestuursrecht, hierna: Awb). Mandaat heeft altijd betrekking op publiekrechtelijke rechtshandelingen, bijvoorbeeld het verlenen van een vergunning. Bij mandaat gaat het dus om bevoegdheidsuitoefening, waarvoor het mandaterende bestuursorgaan verantwoordelijk blijft en waarover het ook de zeggenschap blijft houden. Er vindt dus geen verschuiving van bevoegdheden en verantwoordelijkheden plaats.
De bevoegdheid die een volmachtgever verleent aan een ander, de gevolmachtigde, om in zijn naam rechtshandelingen te verrichten (artikel 3:60, eerste lid, van het Burgerlijk wetboek). Volmacht heeft altijd betrekking op privaatrechtelijke rechtshandelingen, bijvoorbeeld het sluiten van een huurovereenkomst of het inkopen van goederen.
Van machtiging is sprake bij het verrichten van feitelijke handelingen. Feitelijke handelingen zijn geen privaatrechtelijke rechtshandelingen of besluiten als bedoeld in artikel 1:3 van de Awb. Feitelijke handelingen zijn bijvoorbeeld het geven van informatie, het versturen van een ontvangstbevestiging, de raad van bestuur vertegenwoordigen bij de rechtbank of het bijhouden van de administratie.
Er is voor gekozen om in het besluit geen onderscheid te maken tussen mandaten, volmachten en machtigingen, omdat dit voor de werkwijze geen consequenties heeft. Via een schakelbepaling in de Awb zijn de bepalingen die betrekking hebben op mandaat tevens van toepassing indien het bestuursorgaan aan een ander, werkzaam onder zijn verantwoordelijkheid, volmacht of machtiging verleent.
Dit artikel bevat een omschrijving van de afdelingen van de Kansspelautoriteit en de taken waarmee de afdelingen zijn belast. In samenhang met artikel 6 vormt dit de invulling van het mandaat van de hoofden van de afdelingen. Zij zijn gemandateerd om de bevoegdheden uit te oefenen die vallen onder de beschrijving als genoemd in het tweede tot en met het achtste lid van dit artikel.
De afdeling Analyse & Onderzoek draagt bij aan doelmatig toezicht door voor de andere afdelingen informatie over de kansspelwereld te bundelen, te analyseren, te verrijken en te duiden. Deze informatie versterkt de toezichtcirkel op meerdere punten en bestrijkt een breed spectrum: economisch, (spel)technisch, gedragsmatig, bedrijfsmatig, innovaties etc. De afdeling geeft vorm aan deze verantwoordelijkheden door de taken zoals omschreven in het tweede lid.
De afdeling houdt mede toezicht op het register als bedoeld in artikel 33h van de wet en de controledatabank (CDB). Als vergunninghouders op deze punten gebrekkig zijn, is het aan deze afdeling om de eerste toezichtshandelingen te verrichten. Ten behoeve van deze taak kunnen zij gebruik maken van de toezichts- en handhavingsbevoegdheden.
De afdeling draagt tot slot bij aan het ontwikkelen van kennis door het coördineren en (laten) uitvoeren van wetenschappelijk onderzoek.
De afdeling Bedrijfsvoering is gericht op het faciliteren van de bedrijfsprocessen en het bieden van inhoudelijke ondersteuning aan management en bestuur met betrekking tot de bedrijfsvoering, ook op de lange(re) termijn. Het opleggen en innen van kansspelheffing (artikel 33e van de wet) en leges valt onder de taak financiën.
De afdeling Communicatie & Strategie adviseert en ondersteunt het bestuur en de afdelingen in hun strategische beleidskeuzes, stakeholdermanagement in algemene zin en internationale contacten. Daarnaast verzorgt de afdeling de communicatie over de werkzaamheden van de Kansspelautoriteit, zowel intern als extern.
De afdeling beheert het Verslavingspreventiefonds. Dit beheer omvat zowel het contractmanagement, het stakeholdermanagement, de verschillende partijen periodiek bij elkaar brengen en tot inhoudelijke overeenstemming komen over de invulling van de bestedingsdoelen van het fonds.
De afdeling Handhaving richt zich op de bestrijding van het illegaal kansspelaanbod door kansspelaanbieders zonder vergunning van de raad, alsmede op bevorderaars van illegale kansspelaanbieders. De afdeling is belast met de uitoefening van zowel toezicht- als handhavingsbevoegdheden. Dit omvat de bevoegdheden uit titel 5.2 (toezicht) en 5.3 (herstelsancties) van de Awb, zoals een besluit tot opleggen, intrekken en wijzigen van een last onder dwangsom of een last onder bestuursdwang, het nemen van een invorderingsbeschikking, de vaststelling van de hoogte van de verschuldigde kosten van bestuursdwang. De afdeling is tevens belast met toezicht op de naleving en de bestuurlijke handhaving als genoemd in titel VIa en VIb van de wet. Naast de herstelsancties is de afdeling ook belast met het opstellen van een bestuurlijk rapport als bedoeld in artikel 5:48 van de Awb. Het voorbereiden van beslissingen tot het opleggen van sancties naar aanleiding van een bestuurlijk rapport is belegd bij de afdeling Juridische Zaken & Vergunningen.
De afdeling Informatisering & Automatisering is verantwoordelijk voor stabiele en betrouwbare ICT-voorzieningen, betrouwbare en vindbare informatie en innovatieve ICT-oplossingen die de organisatiedoelen ondersteunen. De ontwikkeling en ondersteuning van de bedrijfsprocessen gebeurt niet alleen op het technisch vlak, maar ook door het scherp krijgen van de vraag naar informatievoorziening en het afstemmen van het aanbod op deze vraag. De taken die hierbij horen zijn genoemd in het zesde lid.
De afdeling Juridische Zaken & Vergunningen is onder andere belast met het voorbereiden van beslissingen tot het opleggen van sancties naar aanleiding van een – door de afdeling Toezicht of de afdeling Handhaving opgesteld – bestuurlijk rapport als bedoeld in artikel 5:48 van de Awb. De afdeling behandelt daarnaast alle verzoeken op grond van de Wet openbaarheid van bestuur, de Wet open overheid en de Algemene verordening gegevensbescherming, alsmede klachten op grond van hoofdstuk 9 van de Awb. Ook heeft de afdeling als taak de behandeling van bezwaarschriften en het vertegenwoordigen van de raad bij voorlopige voorzieningen en in beroeps- en hoger beroepszaken.
Verder is de afdeling belast met de besluiten en overige handelingen ten aanzien van het Centraal register uitsluiting kansspelen, zoals inschrijving van een speler in het register of het doorhalen van deze inschrijving. De aanleiding tot een besluit tot inschrijving kan een aanvraag van een belanghebbende zijn. De afdeling is belast met het behandelen van deze aanvraag.
Ook is de afdeling belast met het behandelen van en besluiten op alle vergunningaanvragen voor kansspelen op grond van titel I tot en met titel Vb van de wet, met uitzondering van de aanvragen om een modeltoelating voor speelautomaten. De afdeling is dan ook belast met het verlenen van vergunningen, het weigeren daarvan en het buiten behandeling stellen van aanvragen. Daarnaast is de afdeling bevoegd om de besluiten te nemen en handelingen te verrichten die voortkomen uit de behandeling van de aanvraag, zoals het verlengen van de beslistermijn. Bij deze taak hoort ook de vergunningenadministratie. En na vergunningverlening de administratie van de verplichte rapportages door vergunninghouders.
De beoordeling van de integriteit van kansspelaanbieders behoort eveneens tot de taak van deze afdeling. Daarmee worden alle integriteits- en betrouwbaarheidsbeoordelingen bedoeld, zowel bij vergunningaanvragen als bij wijzigingen na vergunningverlening en op verzoek van de afdelingen Toezicht en Handhaving. Indien een integriteitsbeoordeling daartoe aanleiding geeft, behoort het intrekken van een exploitatievergunning voor speelautomaten als bedoeld in titel VA van de wet tot de taak van de afdeling Juridische Zaken & Vergunningen en dus niet tot de taak van de afdeling Toezicht.
Indien de houder van een vergunning voor kansspelen op grond van titel I tot en met titel Vb van de wet verzoekt om de intrekking van zijn vergunning, behoort de intrekking eveneens tot de taak van de afdeling Juridische Zaken & Vergunningen en dus niet tot de taak van de afdeling Toezicht.
De afdeling Toezicht is belast met het houden van toezicht op vergunninghouders. Ten behoeve van deze taak kan de afdeling gebruik maken van de toezichtsbevoegdheden uit titel 5.2 (toezicht) van de Awb en uit titel VIa van de wet. Daarnaast kunnen de eerder genoemde handhavingsbevoegdheden uit titel 5.3 (herstelsancties) van de Awb en uit titel VIb van de wet uitgeoefend worden.
Toezicht en handhaving van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (hierna: Wwft) valt onder de afdeling. Dit betreft onder meer de uitoefening van de bevoegdheden zoals genoemd in hoofdstuk 4 van de Wwft. Hieronder valt ook het openbaarmaken van besluiten en overige informatie op grond van paragraaf 4.3 van de Wwft (de publicatiebevoegdheden). Het kan echter meer voor de hand liggen dat een andere afdeling de publicatiebevoegdheden uitoefent, bijvoordeeld de afdeling Juridische Zaken & Vergunningen indien er na bezwaar of navolgende rechtsmiddelen gebruik gemaakt wordt van de publicatiebevoegdheid. In deze mogelijkheid wordt voorzien in artikel 6, tweede lid, sub c, van dit besluit.
Tevens houdt de afdeling Toezicht zich bezig met toezicht op en handhaving van het onderkennen en voorkomen van manipulatie met sportwedstrijden, ook wel matchfixing genoemd. Ook ten aanzien van de Wwft en matchfixing geldt dat het voorbereiden van beslissingen tot het opleggen van sancties naar aanleiding van een bestuurlijk rapport als bedoeld in artikel 5:48, eerste lid, van de Awb is belegd bij de afdeling Juridische Zaken & Vergunningen. Het opstellen van een dergelijk rapport is wel belegd bij de afdeling Toezicht.
Verder is de afdeling Toezicht belast met een besluit tot intrekking van een vergunning of modeltoelating op grond van titel I tot en met titel Vb van de wet, voor zover deze taak niet is belegd bij de afdeling Juridische Zaken & Vergunningen. Ook het behandelen van en besluiten op aanvragen om een modeltoelating voor speelautomaten op grond van titel VA van de wet, alsmede de behandeling van aanvragen tot wijziging of intrekking daarvan, is belegd bij de afdeling Toezicht. Dit geldt eveneens voor het behandelen van en besluiten op aanvragen om een ontheffing die bij of krachtens de wet kunnen worden verleend. Daarbij moet met name worden gedacht aan de ontheffingen die op grond van artikel 14 van het Speelautomatenbesluit 2000 kunnen worden verleend.
De afdeling Toezicht is tot slot belast met het coördineren van werkzaamheden op het gebied van verslavingspreventie en consumentenbescherming, met uitzondering van het Verslavingspreventiefonds.
Bij afwezigheid kunnen de leden van de raad en de hoofden van de afdelingen elkaar vervangen.
Ten aanzien van de uitoefening van een aantal bevoegdheden verleent de raad geen mandaat. Dit betreffen de besluiten en andere handelingen zoals genoemd in artikel 4. De uitzonderingen uit dit artikel gelden alleen ten aanzien van het algemene mandaat voor de afdelingshoofden dat blijkt uit de taakomschrijving van de afdelingen uit artikel 2, tweede tot en met het achtste lid. Wanneer een taak niet is opgenomen in artikel 2 dan is er geen sprake van mandaat.
Bij besluiten om geldschulden geheel of gedeeltelijk kwijt te schelden, zoals bedoeld in artikel 4:94a van de Awb, zijn de afdelingshoofden bevoegd, voor zover dit samenhangt met hun taken uit artikel 2 van dit besluit en voor zover de gehele geldschuld niet meer dan € 2.000,– bedraagt.
Bij besluiten ten aanzien van een adviescommissie waarvan de voorzitter geen deel uitmaakt van de Kansspelautoriteit gaat het bijvoorbeeld om besluiten ten aanzien van de Adviescommissie bezwaarschriften en de Adviesraad. De raad benoemt en ontslaat de (plaatsvervangend) voorzitter en de leden van de commissie.
De raad maakt afspraken met andere (toezichthoudende) instanties, zowel nationaal als internationaal. Deze afspraken worden vastgelegd in een overeenkomst (ook wel convenant, Memorandum of Understanding (MoU) of samenwerkingsprotocol).
Dit onderdeel gaat over het vaststellen van regelgeving, zoals het vaststellen van het bestuursreglement als bedoeld in artikel 33d, eerste lid, van de wet, het Reglement bescherming persoonsgegevens als bedoeld in artikel 33g, zesde lid, van de wet, de Regeling klachtbehandeling door de Kansspelautoriteit op grond van titel 9.1 van de Awb en de Regeling voor de afgifte van merktekens voor toegelaten modellen speelautomaten als bedoeld in artikel 30r, eerste lid, van de wet.
De (plaatsvervangend) voorzitter van de raad is gemandateerd voor de in artikel 5 benoemde besluiten en handelingen. Zo worden de besluiten die de raad neemt ondertekend door de (plaatsvervangend) voorzitter en kan hij bij spoed zelf een besluit nemen.
Door de uitoefening van bevoegdheden zo laag mogelijk in de organisatie te leggen komen de voordelen van mandaat tot leven. De aard van de te nemen beslissing speelt hierbij natuurlijk een rol. Beleidsmatige en politieke gevoelige zaken vereisen een hoger niveau, terwijl uitvoerende en (door regels) ingekaderde beslissingen op de afdelingen kunnen worden genomen.
De hoofden van de afdelingen zijn gemandateerd ten aanzien van de besluiten en de overige (voorbereidings)handelingen die tot de taken van hun afdeling behoren. In artikel 2, tweede tot en met het achtste lid, is beschreven met welke taken de afdelingen zijn belast.
De hoofden van de afdelingen zijn gemandateerd om besluiten te nemen ten aanzien van bestuursrechtelijke geldschulden (titel 4.4 van de Awb) voor zover deze voortkomen uit de uitoefening van de taken van de afdeling. Tevens heeft de raad mandaat verleend voor het nemen van openbaarmakingsbesluiten op grond van de Wet openbaarheid van bestuur en diens opvolger de Wet open overheid, voor zover het de openbaarmaking betreft van besluiten waarvoor een afdelingshoofd is gemandateerd conform het eerste lid. Hiermee is bijvoorbeeld het hoofd van de afdeling Handhaving bevoegd zowel het besluit tot opleggen van een last onder dwangsom te nemen als het besluit tot openbaarmaking van die last onder dwangsom. Hetzelfde geldt voor de publicatiebevoegdheden uit hoofdstuk 4 van de Wwft. In beginsel berust de uitoefening van de bevoegdheden zoals genoemd in hoofdstuk 4 van de Wwft bij de afdeling Toezicht, maar het kan zo zijn dat het meer voor de hand ligt dat een andere afdeling gebruikmaakt van de publicatiebevoegdheid. Dit zou met name kunnen gelden voor de afdeling Juridische Zaken & Vergunningen, bijvoorbeeld bij een boete of indien er na bezwaar of navolgende rechtsmiddelen gebruikgemaakt wordt van de publicatiebevoegdheid. Dit artikel biedt hiervoor de ruimte.
De raad is verwerkingsverantwoordelijke. Een aantal van de plichten die de raad in deze hoedanigheid heeft zal worden uitgevoerd door de afdelingshoofden voor zover dit samenhangt met de taakuitoefening van de afdeling. Het behandelen van een verzoek van een betrokkene zoals genoemd in hoofdstuk III van de Algemene verordening gegevensbescherming behoort tot de taken van de afdeling Juridische Zaken & Vergunningen. Dit geldt ook voor eventuele vervolgstappen na zo’n verzoek, zoals de kennisgevingsplicht uit artikel 19 van de Algemene verordening gegevensbescherming. Deze taken staan daarom niet in dit algemene artikel benoemd.
Gelet op de taakomschrijving van Bedrijfsvoering ligt de volmacht voor het afsluiten van verwerkersovereenkomsten in beginsel bij dit afdelingshoofd. In een voorkomend geval zou het echter ook mogelijk moeten kunnen zijn dat een ander afdelingshoofd de verwerkersovereenkomst afsluit. Dit artikel voorziet daarin. De overige genoemde verplichtingen worden uitgevoerd door het afdelingshoofd voor zover dit samenhangt met de taakuitoefening van de afdeling.
Medewerkers kunnen zelfstandig de in dit artikel benoemde handelingen afdoen. Het betreft hier geen bestuursrechtelijke of privaatrechtelijke besluiten, maar feitelijke handelingen, voornamelijk die handelingen die verband houden met de voorbereiding van besluiten.
Het opvragen van informatie of advies bij derden betreft onder andere het opvragen van informatie over een vergunningaanvrager of een vergunninghouder. Dit kunnen onder andere strafrechtelijke gegevens zijn. Het aanvragen van (aanvullend) advies bij het Landelijk Bureau Bibob en het opvragen van advies bij een deskundige valt ook onder sub b.
De voorzitter van de raad, het hoofd van de afdeling Bedrijfsvoering en de afdelingshoofden krijgen met artikel 8 volmacht om privaatrechtelijke rechtshandelingen te verrichten. Deze volmacht is voor de voorzitter beperkt tot rechtshandelingen met een waarde van maximaal € 200.000,- inclusief btw, voor het hoofd van de afdeling Bedrijfsvoering tot € 100.000,- inclusief btw. De raad van bestuur kan besluiten om afdelingsbudgetten vast te stellen. Indien deze budgetten zijn toegekend is een afdelingshoofd bevoegd om te beslissen over de besteding hiervan.
In dit artikel wordt de vertegenwoordiging van de raad in bezwaar- en beroepsprocedures geregeld. Het is aan het afdelingshoofd Juridische Zaken & Vergunningen om te bepalen welke jurist de raad zal vertegenwoordigen. Daarbij houdt de voorzitter van de raad zicht op politiek gevoelige procedures. De voorzitter van de raad is eveneens bevoegd de raad zelfstandig te vertegenwoordigen zodat hij kan beslissen om, indien nodig, gebruik te maken van bijvoorbeeld de diensten van de landsadvocaat.
Volgens artikel 7:5, tweede lid, van de Awb besluit het bestuursorgaan of het horen in het openbaar plaatsvindt. De raad besluit in het tweede lid van dit artikel dat het horen niet in het openbaar plaatsvindt.
Conform artikel 15 van de Kaderwet zelfstandige bestuursorganen zijn op het personeel in dienst van een zelfstandig bestuursorgaan dat geen onderdeel uitmaakt van de Staat, de rechtspositieregels die gelden voor de ambtenaren die krachtens een arbeidsovereenkomst met de Staat werkzaam zijn van overeenkomstige toepassing. De in die regels neergelegde bevoegdheden worden uitgeoefend door de raad. Aan de afdelingshoofden wordt volmacht en machtiging verleend voor de uitoefening van deze bevoegdheden ten aanzien van de medewerkers, met dien verstande dat het aanbieden en het beeindigen van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde en onbepaalde tijd is beperkt tot medewerkers tot en met schaal 12. Aan de portefeuillehouders wordt volmacht en machtiging verleend voor de uitoefening van deze bevoegdheden ten aanzien van de hoofden van de afdelingen die onder hun verantwoordelijkheid vallen.
Artikel 10:6 van de Awb bepaalt dat de mandaatgever de gemandateerde instructies kan geven over de uitoefening van de gemandateerde bevoegdheid. Voorts moet de gemandateerde de mandaatgever op diens verzoek inlichtingen verschaffen over de uitoefening van de bevoegdheid.
In dit besluit is een aantal voorwaarden voor de uitoefening van de bevoegdheden geformuleerd. De mandaatgever kan zowel per geval als in het algemeen instructies geven over de wijze waarop de bevoegdheid moet worden uitgeoefend. Deze inherente instructiebevoegdheid hangt samen met het feit dat de mandaatgever volledig verantwoordelijk blijft voor het namens hem genomen besluit.
In bepaalde gevallen moet de portefeuillehouder of de raad geconsulteerd worden voordat van een bevoegdheid gebruik gemaakt wordt. Het gaat daarbij met name om politiek gevoelige zaken, afwijking van beleid of zaken met mogelijke onvoorziene consequenties. Het bepaalde in artikel 12 doet niet af aan de werking van het mandaat. Het mandaat blijft ook bij politiek gevoelige zaken en dergelijke van kracht. Dit neemt niet weg dat de mandaatgever kan besluiten de besluitvorming naar zich toe te trekken, de mandaatgever blijft immers altijd zelf bevoegd met betrekking tot de gemandateerde bevoegdheden.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2022-8414.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.