Besluit van de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 21 november 2022, nr. 2022-0000620143, houdende de verlenging van de horizonbepaling van het Instellingsbesluit Adviescollege ICT-toetsing

De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;

Handelende in overeenstemming met het gevoelen van de ministerraad;

Gelet op artikel 2, eerste lid, van het Coördinatiebesluit organisatie, bedrijfsvoering en informatiesystemen rijksdienst;

Besluit:

ARTIKEL I

Het Instellingsbesluit Adviescollege ICT-toetsing wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 6, derde lid, wordt ‘minsterraad’ vervangen door ‘ministerraad’.

B

Artikel 17, tweede lid, komt te luiden:

  • 2. Dit besluit vervalt indien het bij koninklijke boodschap van 9 september 2022 ingediende voorstel van wet houdende regels omtrent de instelling van een adviescollege voor de algehele verbetering en beheersing van ICT-projecten en informatiesystemen bij de centrale overheid (Wet Adviescollege ICT-toetsing) (Kamerstukken 36 191) tot wet is of wordt verheven en die wet in werking treedt.

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, A.C. van Huffelen

TOELICHTING

Op 1 januari 2021 is het tijdelijk Bureau ICT-toetsing (hierna: BIT) opgehouden te bestaan en vervangen door het Adviescollege ICT-toetsing. Het huidige, tijdelijke Adviescollege ICT-toetsing is ingesteld per besluit van de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 30 november 2020, houdende instelling van het Adviescollege ICT-toetsing (hierna: Instellingsbesluit).1 De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft namens het kabinet in een brief van 20 december 2019 aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal al aangekondigd dat het BIT gepositioneerd gaat worden als een onafhankelijk adviescollege met een wettelijke grondslag.2 Het huidige Instellingsbesluit zorgt ervoor dat het Adviescollege ICT-toetsing nu al zo goed mogelijk zijn taken kan uitvoeren in afwachting van het realiseren van de wet.

Zoals in de toelichting op het Instellingsbesluit staat geschreven, is het Instellingsbesluit voorzien van een horizonbepaling (1 januari 2023).3 Hiervoor is toentertijd gekozen om tot uitdrukking te brengen dat het gaat om een tijdelijke grondslag voor het Adviescollege ICT-toetsing vooruitlopend op de permanente wettelijke grondslag waar het kabinet aan werkt. De wet die dit mogelijk maakt is op 9 september 2022 ingediend bij de Tweede Kamer. Er kan echter niet met zekerheid worden gesteld dat deze wet op 1 januari 2023 in werking kan treden. Dit maakt dat de horizonbepaling van het Instellingsbesluit moet worden gewijzigd. Indien dit niet gebeurt, bestaat het risico dat de tijdelijke grondslag van het Adviescollege ICT-toetsing vervalt, terwijl de vervangende wettelijke grondslag nog niet in werking is getreden. Daarmee zou het Adviescollege formeel niet meer kunnen bestaan. Dit acht het kabinet uiterst onwenselijk. Daarom wordt het vervallen van het Instellingsbesluit met deze wijziging gekoppeld aan de inwerkingtreding van de Wet Adviescollege ICT-toetsing.

Van de gelegenheid wordt verder gebruik gemaakt om een verschrijving in artikel 6 te herstellen.

De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, A.C. van Huffelen


X Noot
1

Besluit van de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 30 november 2020, houdende instelling van het Adviescollege ICT-toetsing (Stcrt. 2020, 61747).

X Noot
2

Kamerstukken II 2019/20, 26 643, nr. 656, p.6.

X Noot
3

Besluit van de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 30 november 2020, houdende instelling van het Adviescollege ICT-toetsing (Stcrt. 2020, 61747).

Naar boven