De Minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening;
Gelet op artikel 44a, eerste lid, onderdeel a, van de Woningwet;
Besluit:
TOELICHTING
1. Algemeen
Met deze wijziging van de Regeling toegelaten instellingen volkshuisvesting 2015 (hierna:
RTIV) is bijlage 5 bij de RTIV, met daarin de Prospectieve informatie, vervangen door
een nieuwe bijlage 5.
2. Aanleiding
Op grond van artikel 43, eerste lid, van de Woningwet dienen woningcorporaties een
overzicht op te stellen van de werkzaamheden die zij en de met hen verbonden ondernemingen
in de eerstvolgende vijf kalenderjaren voornemens zijn te verrichten, ook wel de Prospectieve
informatie (dPi) genoemd. Artikel 44a, eerste lid, aanhef en onderdeel a, van de Woningwet,
bepaalt dat het overzicht jaarlijks voor 15 december moet worden verstrekt aan de
Minister, de colleges van burgemeester en wethouders en de bewonersorganisaties, en
moet worden ingericht overeenkomstig bij ministeriële regeling te geven voorschriften.
Uit artikel 19 van de RTIV volgt dat voor de inrichting van het overzicht gebruik
moet worden gemaakt van het model dat is opgenomen in bijlage 5 bij de RTIV.
Evenals bij dPi 2021, wordt dPi 2022 op basis van Standard Business Reporting (SBR)
uitgevraagd. Hiermee wordt aangesloten op de standaard van de Nederlandse Taxonomie.
3. Wijzigingen in bijlage 5
Voor dPi 2022 hebben geen wijzigingen plaats gevonden in vergelijking met het gegevensmodel
van dPi 2021. De actualisatie van het dPi-model betreft slechts het jaartal, zodat
voor de woningcorporatiesector duidelijk is dat dit het actuele model betreft, op
basis waarvan de uitvraag plaatsvindt.
4. Regeldrukeffecten
Doordat er geen wijzigingen hebben plaats gevonden, is er geen verandering in regeldruk
ten opzichte van dPi 2021.
5. Consultatie en inwerkingtreding
Bijlage 5 is opgesteld in het ketenteam van de sector (samenwerking met Aedes, de
Aw en het WSW). Om die reden is afgezien van een openbare internetconsultatie. Vanwege
de nauwe betrokkenheid van de sector bij de opstelling en uitrol van dPi 2022 en de
wens tot spoedige inwerkingtreding, is er geen behoefte aan een invoeringstermijn.
Deze regeling treedt dan ook de dag na publicatie in de Staatscourant in werking.
De Minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, H.M. de Jonge