Aanwijzing van de Minister voor Langdurige Zorg en Sport van 18 mei 2022, 3366568-1028982-PZo, op grond van artikel 7 van de Wet marktordening gezondheidszorg, inzake de aanwijzing voor het verschijnen ter zitting en zorg tijdens onvrijwillige opname op grond van de Wet Zorg en Dwang

De Minister voor Langdurige Zorg en Sport

Gelet op artikel 7 van de Wet marktordening gezondheidszorg;

Na op 1 april 2022 schriftelijk mededeling te hebben gedaan aan de Eerste en Tweede Kamer der Staten-Generaal (Kamerstukken II 2021/2022, 35 370, nr. 9) als bedoeld in artikel 8 van de Wet marktordening gezondheidszorg;

Besluit:

Artikel 1 Definities

In deze aanwijzing wordt verstaan onder:

minister:

Minister voor Langdurige Zorg en Sport;

wet:

Wet marktordening gezondheidszorg;

Wzd:

Wet zorg en dwang psychogeriatrische en verstandelijk gehandicapte cliënten

zorgautoriteit:

Nederlandse Zorgautoriteit, genoemd in artikel 3 van de wet;

Artikel 2 Werkingssfeer

Deze aanwijzing is van toepassing op:

  • Het verschijnen ter zitting bij de rechter ten behoeve van het opleggen of verlengen van onvrijwillige opname op grond van de Wzd: zorg als omschreven bij of krachtens de Zorgverzekeringswet.

  • Zorg tijdens onvrijwillige opname op grond van de Wzd: medisch noodzakelijk verblijf in verband met (generalistische) geneeskundige zorg als bedoeld in artikel 2.12 van het Besluit zorgverzekering (Bzv) tijdens onvrijwillige opname op grond van de Wzd.

Artikel 3 Prestatiebeschrijvingen en tarieven

De zorgautoriteit stelt ter uitvoering van deze aanwijzing met terugwerkende kracht tot en met 1 januari 2021 prestatiebeschrijvingen en maximumtarieven vast voor:

  • het verschijnen ter zitting bij de rechter ten behoeve van het opleggen of verlengen van onvrijwillige opname op grond van de Wzd;

  • de zorg tijdens onvrijwillige opname op grond van de Wzd.

Artikel 4 Financieel kader en macrobeheersbaarheid

Vanaf 1 januari 2023 is het macrobeheersinstrument voor eerstelijnsverblijf, geriatrische revalidatiezorg en geneeskundige zorg voor specifieke patiëntgroepen* van toepassing op de uitgaven voor het verschijnen ter zitting op grond van de Wzd en de zorg tijdens onvrijwillige opname op grond van de Wzd.

Van deze aanwijzing wordt mededeling gedaan door plaatsing met de toelichting in de Staatscourant.

De Minister voor Langdurige Zorg en Sport, C. Helder

TOELICHTING

Algemeen

Door de invoering van de Wet zorg en dwang psychogeriatrische en verstandelijk gehandicapte cliënten (Wzd) en de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz) per 1 januari 2020 vindt er met name binnen de kortdurende zorg een wijziging in de organisatie van zorg plaats waardoor bepaalde kosten voor rekening komen van andere zorgaanbieders. Hierdoor zijn aanpassingen in de bekostiging nodig. Zorgaanbieders en zorgverzekeraars hebben aangegeven dat de kosten in verband met het verschijnen ter zitting en de zorg tijdens onvrijwillige opname nog niet in rekening zijn gebracht.

Met deze aanwijzing geef ik de Nederlandse Zorgautoriteit opdracht om prestatiebeschrijvingen en maximumtarieven vast te stellen voor het verschijnen ter zitting bij de rechter ten behoeve van het opleggen of verlengen van onvrijwillige opname op grond van de Wzd en de zorg tijdens onvrijwillige opname op grond van de Wzd met terugwerkende kracht tot en met 1 januari 2021.

Het verschijnen ter zitting

Wanneer het verzoek tot het verlenen van een machtiging voor onvrijwillige opname en verblijf of voortzetting van het verblijf op grond van de Wzd wordt behandeld tijdens een rechterlijke zitting, is veelal een arts of andere zorgverlener aanwezig. De zitting hoeft niet in de rechtbank plaats te vinden, maar kan ook plaatsvinden in de instelling waar de cliënt zich bevindt. De zorgverlener kan in dat geval een toelichting geven op een eerder afgegeven medische verklaring, de meest actuele geestestoestand van de cliënt of de noodzakelijk geachte zorg. Dit kunnen verschillende zorgprofessionals zijn, waardoor de prestatiebeschrijving door eenieder die bevoegd en bekwaam is, in rekening moet kunnen worden gebracht.

Zorg tijdens gedwongen opname

Het Zorginstituut Nederland heeft aangegeven dat de zorg tijdens onvrijwillige opname aan cliënten met een (vermoeden van een) verstandelijke beperking geduid kan worden als medisch noodzakelijk verblijf in verband met (generalistische) geneeskundige zorg als bedoeld in artikel 2.12 van het Besluit zorgverzekering (Bzv).

De Minister voor Langdurige Zorg en Sport, C. Helder

Naar boven