Regeling van de Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs van 29 april 2022, nr 32542757, houdende regels voor de selectie van voorlopers voor het programma Rijke Schooldag (Regeling selectie voorlopers Rijke Schooldag)

De Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs,

Gelet op de artikelen 4 van de Wet overige OCW-subsidies en de artikelen 1.3 en 2.1 van de Kaderregeling subsidies OCW, SZW en VWS;

Besluit:

Artikel 1. Begripsbepalingen

bevoegd gezag:

bevoegd gezag als bedoeld in artikel 1 van de Wet op het primair onderwijs, artikel 1 van de Wet op de expertisecentra of artikel 1 van de Wet op het voortgezet onderwijs;

lokale coalitie:

groep van lokale partijen, bestaande uit ten minste een bevoegd gezag van een school, een college van burgemeester en wethouders en een lokale partij, die gezamenlijk betrokken zijn bij de ontwikkeling en uitvoering van het programma rijke schooldag, en die vertegenwoordigd wordt door een bevoegd gezag;

lokale partij:

organisatie die opereert in de fysieke omgeving van een school, zoals zorgpartijen, bibliotheken, sociaal werk, welzijnsorganisaties, sportverenigingen en cultuurinstellingen en buitenschoolse opvang;

minister:

Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs;

programma Rijke Schooldag:

activiteitenprogramma van een lokale coalitie dat is gericht op de uitvoering van activiteiten buiten het verplichte lesprogramma, voor leerlingen op scholen met relatief veel leerlingen met een risico op een onderwijsachterstand;

school:

school als bedoeld in artikel 1 van de Wet op het primair onderwijs, artikel 1 van de Wet op de expertisecentra of artikel 1 van de Wet op het voortgezet onderwijs;

voorloper:

voorloper als bedoeld in artikel 2, eerste lid.

Artikel 2. Selectie

  • 1. De minister besluit op basis van de criteria, bedoeld in de artikelen 3 en 4, welke lokale coalities door hem worden aangemerkt als voorloper voor het programma Rijke Schooldag. De geselecteerde voorlopers krijgen de mogelijkheid om subsidie aan te vragen voor de uitvoering van een programma Rijke Schooldag op basis van een op een later moment te publiceren subsidieregeling.

  • 2. Lokale coalities kunnen zich tot en met uiterlijk 15 mei 2022 aanmelden via een formulier op de website van de Gelijke Kansen Alliantie: www.gelijke-kansen.nl/rijkeschooldag

  • 3. De aanmelding gaat ten minste vergezeld van een beschrijving van de lokale coalitie, de huidige en beoogde locatie waar de Rijke Schooldag plaatsvindt en de contactgegevens van de contactpersoon van het bevoegd gezag, dat namens de lokale coalitie de aanvraag doet.

  • 4. Aanvragen die na 15 mei 2022 worden ingediend, worden afgewezen.

  • 5. De minister neemt met elke lokale coalitie contact op ten behoeve van het opstellen van een profiel van de lokale coalitie. Het profiel vormt de basis voor de selectie van lokale coalities als voorloper aan de hand van de artikelen 3 en 4. Het profiel wordt door de minister voorafgaand aan de selectie voorgelegd aan de coalities voor akkoord.

  • 6. De minister beslist uiterlijk op 10 juni op de aanvragen.

Artikel 3. Minimale criteria

Een lokale coalitie kan uitsluitend als voorloper worden geselecteerd, indien:

  • a. de lokale coalitie ten minste bestaat uit een bevoegd gezag, een college van burgemeester en wethouders en een lokale partij, waarbij een deelnemend bevoegd gezag als penvoerder optreedt;

  • b. de lokale coalitie opereert in een wijk of gebied waar de welvaart op wijkniveau niet hoger is dan 45 volgens de meest recente mediane percentielscore relatieve welvaart van het CBS, die te vinden is op https://www.cbs.nl/nl-nl/maatwerk/2020/49/sociaaleconomische-status-van-huishoudens-in-nederland; en

  • c. de school of scholen die aan de lokale coalitie deelnemen:

    • 1°. indien het scholen voor basisonderwijs betreft, ieder ten minste een positieve achterstandsscore hebben op basis van de onderwijsscores van de leerlingen die op 1 oktober 2021 volgens de definitieve telling zijn ingeschreven op een basisschool als bedoeld in artikel 27 van het Besluit bekostiging WPO;

    • 2°. indien het scholen voor speciaal basisonderwijs, speciaal onderwijs of voortgezet speciaal onderwijs betreft, tenminste één van de vestigingen van deze scholen meer dan vier leerlingen hebben met een niet-Nederlandse culturele achtergrond als bedoeld in artikel 1 van het Besluit bekostiging WPO of artikel 1 van het Besluit bekostiging WEC; en

    • 3°. indien het scholen voor voortgezet onderwijs betreft, de vestigingen van deze scholen ieder ten minste een positieve achterstandsscore hebben op basis van de onderwijsscores van de leerlingen die op 1 oktober 2021 op deze vestigingen zijn ingeschreven, zoals opgenomen in de bijlage van de Regeling aanvullende bekostiging uitvoering Nationaal Programma Onderwijs PO en VO.

  • d. de lokale coalitie reeds een programma aanbiedt:

    • 1°. waarin ten tijde van de aanvraag voor ten minste twee uur per week extra activiteiten buiten het reguliere lesprogramma worden aangeboden,

    • 2°. waarvan de activiteiten aansluiten bij het verplichte curriculum;

    • 3°. dat gericht is op de brede ontwikkeling van de leerlingen; en

    • 4°. dat gericht is op de ontwikkeling van de doelgroep op het gebied van sport, het gebied van cultuur, het gebied van cognitieve ontwikkeling of het gebied van welzijn, sociale ontwikkeling en oriëntatie op jezelf of op de wereld, waarbij in het reeds bestaande programma op minimaal twee van deze gebieden activiteiten worden aangeboden;

  • e. de lokale coalitie bereid is een plan te ontwikkelen om het in onderdeel d bedoelde programma in de schooljaren 2022-2023, 2023-2024 en 2024-2025 door te ontwikkelen of uit te breiden, waarbij dat plan ten minste ziet op:

    • 1°. uitbreiding van het bereik van het aantal leerlingen;

    • 2°. uitbreiding van het aantal aangeboden uren; of

    • 3°. ontwikkeling en uitbreiding van nieuwe activiteiten en innovatie; en

  • f. de lokale coalitie een bereik heeft van minimaal 800 leerlingen en na doorontwikkeling of uitbreiding als bedoeld in onderdeel e naar verwachting een bereik heeft van ten minste 1000 leerlingen.

Artikel 4. Selectiecriteria

  • 1. Van de aanvragen die voldoen aan de eisen, bedoeld in artikel 3, worden ten hoogste 45 lokale coalities geselecteerd als voorloper.

  • 2. Bij de selectie, bedoeld in het eerste lid, wordt gestreefd naar geografische spreiding van ten minste één lokale coalitie per provincie. De selectie vindt daarnaast plaats aan de hand van de volgende selectiecriteria ten aanzien van het aanbod ten tijde van de aanvraag en na doorontwikkeling of uitbreiding:

    • a. het aantal leerlingen dat zoals bedoeld in artikel 3, onderdeel f, bereikt wordt met het aanbod, waarbij een groter bereik een hogere beoordeling geeft;

    • b. het aantal ontwikkelgebieden, te weten het gebied van sport, het gebied van cultuur, het gebied van cognitieve ontwikkeling of het gebied van welzijn, sociale ontwikkeling en oriëntatie op jezelf of op de wereld, waarbij het aanbieden van meer resultaatgebieden een hogere beoordeling geeft;

    • c. mate van integraliteit en innovatie van het concept, waarbij de mate van het gebruik van een integrale of innovatieve aanpak een hogere beoordeling geeft; en

    • d. het aantal uren waarvoor het programma wordt aangeboden, waarbij een hoger aantal uren een hogere beoordeling geeft.

  • 3. De in het tweede lid bedoelde criteria wegen allemaal even zwaar.

  • 4. Bij gelijke geschiktheid van twee of meerdere lokale coalities vindt loting plaats.

Artikel 5. Inwerkingtreding

  • 1. Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

  • 2. Deze regeling vervalt met ingang van 1 januari 2027.

Artikel 6. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling selectie voorlopers Rijke Schooldag.

De Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs, A.D. Wiersma

TOELICHTING

Inleiding

Het doel van Rijke schooldag is het bieden van extra activiteiten rond de school gericht op een stimulerende en ondersteunende omgeving zodat elke leerling zijn talenten en vaardigheden in de volle breedte kan ontwikkelen en benutten op plekken waar de nood het hoogste is. Dit extra aanbod wordt geboden door een lokale coalitie in en om de school. De lokale coalitie wordt gevormd door de school, de gemeente en lokale partijen.

In die coalitie zorgt de school ervoor dat het extra aanbod aansluit bij de behoeften van de doelgroep en de ontwikkeling van leerlingen op het verplichte lesprogramma. De gemeente zorgt voor de verbinding tussen partijen en de ondersteuning. De lokale partijen hebben een belangrijke rol in de uitvoering van het programma van extra activiteiten.

Voor de uitwerking van de in het coalitieakkoord gestelde ambitie van een ‘Rijke schooldag’, wordt gestart met een lerende aanpak waarin een groep van 45 lokale coalities met een bestaande variant van een ‘Verrijkte schooldag’ door de Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs (hierna: de minister) worden ondersteund om deze gedurende drie schooljaren te intensiveren en verder te ontwikkelen.

In een inhoudelijk programma van het ministerie wordt over de rijke schooldag kennis opgebouwd en gedeeld, wat uiteindelijk zal leiden tot een duurzame, structurele opzet van de rijke schooldag.

Vooruitlopend op een nog vast te stellen subsidieregeling, worden op basis van deze regeling lokale coalities als ‘voorlopers’ geselecteerd die aan de slag kunnen gaan met het opstellen van een convenant voor de Rijke schooldag met alle lokale deelnemende partijen. Dit betreft:

  • A. Lokale coalities, bestaande uit ten minste scholen en gemeente(n), aangevuld met lokale partijen;

  • B. Op locaties met relatief veel leerlingen met een risico op een onderwijsachterstand;

  • C. Met een reeds bestaand programma rondom een rijke schooldag in het funderend onderwijs;

  • D. Met een plan om dit programma verder te ontwikkelen, op te schalen of uit te breiden.

Lokale coalities die als voorloper geselecteerd zijn, zullen de mogelijkheid hebben om – onverminderd nadere in de subsidieregeling op te nemen voorwaarden – subsidie aan te vragen op grond van de voornoemde nog vast te stellen subsidieregeling.

Doel

De Regeling selectie voorlopers Rijke Schooldag is een voorbereidende stap voor de eerste fase in de lerende aanpak rijke schooldag. Lokale coalities worden uitgenodigd om zich aan te melden en na selectie middels een convenant een driejarige inhoudelijke samenwerking aan te gaan. Er wordt gezocht naar gebieden met een bestaande samenwerking tussen scholen, gemeente en andere partijen. Aanmelding voor het voorloperstraject van de Rijke Schooldag is mogelijk wanneer een coalitie past binnen voorwaarden zoals beschreven in deze regeling voor context, zoals de mate van welvaart, onderwijsachterstanden, de inhoud van het programma en de omvang van het aantal leerlingen dat wordt bereikt

De preselectie heeft ten doel om te starten met lokale coalities waarvan zoveel mogelijk geleerd kan worden voor de vervolgfase Rijke schooldag. Daarom worden de lokale coalities geselecteerd op basis van een grote diversiteit aan factoren gericht op een veelzijdige problematiek, veel ervaring en de ambitie om uit te breiden of door te ontwikkelen. Ook zullen lokale coalities die op basis van de voornoemde subsidieregeling subsidie gaan ontvangen, gevraagd worden om actief en op verzoek kennis te delen met de minister over de ervaring met het uitvoeren van een programma Rijke schooldag. De nog te publiceren subsidieregeling is bedoeld om voorlopers een impuls te geven om hun aanbod door te ontwikkelen of uit te breiden. Het doel hiervan is in 2022 100.000 leerlingen te bereiken met extra activiteiten voor hun brede talentontwikkeling op plekken waar de nood het hoogste is én daarvan te leren voor de vervolgfase. Deze lerende aanpak leidt tot een duurzame, structurele vormgeving van de rijke schooldag voor alle kinderen die onderwijs krijgen in een omgeving waar de nood het hoogst is.

Proces

Lokale coalities die voldoen aan de criteria en geinteresseerd zijn in deelname aan het voorloperstraject kunnen zich tot en met uiterlijk 15 mei 2022 aanmelden via een formulier op de website van de Gelijke Kansen Alliantie: www.gelijke-kansen.nl/rijkeschooldag

Binnen uiterlijk een week na aanmelding ontvangt de aanvrager een ontvangstbevestiging.

De minister benadert partijen die zich hebben aangemeld voor het opstellen van een profiel van de lokale coalitie: het locatieportret. Hierin wordt de inhoudelijke informatie waarop de lokale coalities getoetst worden, opgenomen. Een selectiecommissie zal op basis van deze locatieportretten de lokale coalities beoordelen aan de hand van de in de artikelen 3 en 4 van deze regeling opgenomen criteria en komen tot de selectie van 45 lokale coalities als voorloper. Aan de selectiecommissie nemen vertegenwoordigers van de minister en externe deskundigen deel. Alle partijen die zich hebben gemeld, ontvangen van de minister na de selectieprocedure een beschikking met een afwijzing of een toekenning van voorlopersstatus.

De lokale coalities die geselecteerd zijn als voorloper, stellen een Convenant Rijke Schooldag op. Hiervoor verstrekt de minister tijdig een format.

Artikelsgewijs

Artikel 3. Minimale criteria

Lokale coalitie

Een lokale coalitie betreft een samenwerking tussen school, gemeente en lokale partijen. Er zijn in de regeling geen nadere regels opgenomen ten aanzien van aantallen partijen of de omvang van het gebied. Het kan om één of meerdere scholen gaan, zowel uit het primair, (voortgezet) speciaal, als het voortgezet onderwijs. Ook de grootte van deze gebieden kan verschillen. Het kan een rijke schooldag op een specifieke school, een samenwerking van scholen in een wijk, dorp of een stadsdeel zijn. Het kan ook gaan om een initiatief van een gemeente die de samenwerking met scholen binnen en buiten de gemeente aangaat. In artikel 3 van de regeling zijn wel enkele criteria opgenomen waaraan een lokale coalitie in ieder geval moet voldoen, om als voorloper geselecteerd te kunnen worden. De school is de penvoerder, omdat de school de behoefte van de leerlingen het beste kent.

De lokale partijen betreffen partijen in de fysieke omgeving van de school of de schoolvestiging die een bijdrage kunnen leveren aan de rijke schooldag. Het is aan de lokale coalitie om te bepalen welke partijen daarvoor in aanmerking komen. Gedacht kan worden aan (jeugdgezondheids-)zorgpartijen, bibliotheken, sociaal werk, welzijnsorganisaties, sportverenigingen en cultuurinstellingen. Deze voorbeelden zijn niet uitputtend. Belangrijk is dat de school in samenwerking met de gemeente bepaalt welke organisatie een goede bijdrage kan leveren aan de rijke schooldag. De school kent de doelgroep het beste en kan samen met de gemeente bepalen welke verbinding met lokale partijen nuttig is om aan te gaan. Ook de buitenschoolse opvang wordt gezien als een lokale partij die een belangrijke rol kan vervullen bij de uitvoering van het aanbod. Vanzelfsprekend moeten bij eventuele aanbestedingen ook staatssteunregels in acht worden genomen.

Context: armoedeproblematieken risico op aanwezigheid onderwijsachterstanden.

Alleen scholen met relatief veel leerlingen met een risico op een onderwijsachterstand komen in aanmerking voor subsidie. Dit wordt getoetst aan de hand van de volgende criteria:

  • a. Kenmerken van de locatie: de relatieve welvaart op wijkniveau is lager dan gemiddeld, dat wil zeggen niet hoger dan een score van 45 volgens de meest recente mediane percentielscore relatieve welvaart op wijkniveau volgens de CBS SES-indicatoren (tabel 3 2016-2018).

  • b. Kenmerken van de populatie leerlingen in school: een positieve achterstandsscore op schoolniveau (CBS-indicator voor onderwijsachterstanden PO/VO)

Inhoud van het aanbod

De voorlopers bieden extra activiteiten in de omgeving van de school. Dit zijn activiteiten die buiten het verplichte lesprogramma worden aangeboden. De extra activiteiten van de rijke schooldag moeten bijdragen aan de brede talentontwikkeling van leerlingen. Het achterliggende doel van de rijke schooldag is om extra activiteiten aan te bieden die gericht zijn op het compenseren van wat deze doelgroep leerlingen niet vanuit hun omgeving aangeboden krijgen.

Om in aanmerking te komen voor het voorloperstraject, moet reeds sprake zijn van een bestaand programma waarin extra activiteiten buiten het reguliere lesprogramma worden geboden, die aansluiten bij het verplichte curriculum en die gericht zijn op de ontwikkeling van de doelgroep op het gebied van sport, het gebied van cultuur, het gebied van cognitieve ontwikkeling of het gebied van welzijn, sociale ontwikkeling en oriëntatie op jezelf of op de wereld. Hierbij moet het reeds bestaande programma minimaal twee van de vier hierboven beschreven gebieden omvatten voor ten minste twee uur per week.

Omvang

De lokale coalitie moet een bereik hebben van minimaal 800 leerlingen en na doorontwikkeling of uitbreiding een bereik van ten minste 1000 leerlingen en bestaan uit een zo breed mogelijk aantal partijen.

Artikel 4. Selectiecriteria

Bij de samenstelling van het voorloperstraject wordt vanwege de lerende aanpak gestreefd naar regionale spreiding en variatie in context en concept. De aanmeldingen voor het voorloperstraject zullen daarom, naast de minimale criteria, door een selectiecommissie worden gewogen aan de hand van vier gelijke wegingscriteria en de geografische spreiding (ten minste één coalitie per provincie). Deze wegingscriteria zijn:

  • a. bereik: het aantal leerlingen dat ten tijde van de aanmelding en worden bereikt met het aanbod;

  • b. het aantal ontwikkelgebieden waarop inhoud wordt aangeboden;

  • c. mate van integraliteit of innovatie van het concept;

  • d. het aantal uren waarvoor het programma wordt aangeboden.

Onder mate van integraliteit wordt verstaan de mate waarin de extra activiteiten verbonden zijn aan het verplichte curriculum van de school, de mate waarin het een spreiding van activiteiten betreft over de verschillende ontwikkelgebieden als bedoeld in onderdeel b, en de relatie tot het integrale meerjarenplan van de school. Onder mate van innovatie wordt verstaan in hoeverre de activiteiten vernieuwende aspecten bevatten op basis waarvan kennis kan worden opgedaan voor de lerende aanpak Rijke schooldag.

De Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs, A.D. Wiersma

Naar boven