Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, de Minister van Justitie en Veiligheid en de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, van 12 april 2022, kenmerk 3323678-1024972-WJZ, houdende wijziging van de Tijdelijke regeling maatregelen covid-19 Bonaire, de Tijdelijke regeling maatregelen covid-19 Sint Eustatius en de Tijdelijke regeling maatregelen covid-19 Saba in verband met het algeheel versoepelen van maatregelen

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, de Minister van Justitie en Veiligheid en de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

Handelende in overeenstemming met de Ministers van Buitenlandse Zaken, van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, van Infrastructuur en Waterstaat, van Economische Zaken en Klimaat, van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en voor Primair en Voortgezet Onderwijs en de Staatssecretarissen van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, van Infrastructuur en Waterstaat en van Volksgezondheid, Welzijn en Sport;

Handelende in overeenstemming met het gevoelen van de ministerraad;

Gelet op de artikelen 58e, eerste lid, onder a en c, 58h, eerste lid, 58i, 58j, eerste lid, onder a en b, 58p, tweede en derde lid, 58q, eerste lid, 58r, eerste lid, en 58ra, eerste lid, van de Wet publieke gezondheid;

Besluiten:

ARTIKEL I

De Tijdelijke regeling maatregelen covid-19 Bonaire wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1.1 vervallen de begripsbepalingen van beheerder, bioscoop, doorstroomlocatie, essentiële winkel, gezondheidscheck, openbaar vervoer, seksinrichting, sport- en fitnessgelegenheid en welnesscentrum.

B

De artikelen 3.1 tot en met 3.3, 3.3a tot en met 3.5, 4.1 tot en met 4.3a, 4.5 tot en met 4.6a, 4.8 tot en met 4.10, 4.12 tot en met 4.19, 5.5 tot en met 5.6, 6.6 tot en met 6.9 en 6.12aa tot en met 6.16 en paragraaf 6b vervallen.

C

Artikel 4.4 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste, vierde en vijfde lid vervallen, onder vernummering van het tweede en derde lid tot eerste en tweede lid.

2. In het eerste lid (nieuw) vervallen de onderdelen a en b, onder verlettering van de onderdelen c tot en met e tot a tot en met c.

3. In het tweede lid (nieuw) wordt 'tweede lid' vervangen door 'eerste lid'.

D

In artikel 4.11 vervalt het eerste lid, onder vernummering van het tweede en derde lid tot eerste en tweede lid.

E

Artikel 5.1 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid vervallen de onderdelen a en b, onder verlettering van de onderdelen c tot en met e tot a tot en met c.

2. In het tweede lid vervalt onderdeel a, onder verlettering van de onderdelen b tot en met e tot a tot en met d.

3. Het derde tot en met zesde lid vervallen.

F

Artikel 5.3a wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt 'de artikelen 3.1 tot en met 3.5' vervangen door 'de artikelen 3.a1 tot en met 3.a3' en wordt ', b, c hetzij d' vervangen door 'of b'.

2. Het tweede lid wordt als volgt gewijzigd:

a. In de aanhef wordt '4.1, 4.2 en 5.1 tot en met 5.3' vervangen door '5.1, tweede lid, 5.2 en 5.3'.

b. In de onderdelen a en b wordt ', b, c hetzij d' telkens vervangen door 'of b'.

3. In het derde lid vervallen de onderdelen c tot en met e, onder vervanging van de puntkomma aan het slot van onderdeel b door een punt.

G

Artikel 5.4 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste en tweede lid vervallen, onder vernummering van het derde tot en met vijfde lid tot eerste tot en met derde lid.

2. In het eerste lid (nieuw) vervallen de onderdelen a en b, onder verlettering van de onderdelen c en d tot a en b.

3. In het tweede lid (nieuw) vervalt onderdeel a, onder verlettering van de onderdelen b en c tot a en b.

4. In het derde lid (nieuw) vervallen de onderdelen a en b, onder verlettering van de onderdelen c tot en met e tot a tot en met c.

H

In de artikelen 6.11, eerste lid, en 6.12, eerste en tweede lid, wordt ', zeer hoogrisicogebied of het Europees deel van Nederland' telkens vervangen door 'of zeer hoogrisicogebied'.

I

In artikel 6.12a, eerste en tweede lid, wordt ', zeer hoogrisicogebied of het Europese deel van Nederland' telkens vervangen door 'of zeer hoogrisicogebied'.

ARTIKEL II

De Tijdelijke regeling maatregelen covid-19 Sint Eustatius wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1.1 vervallen de begripsbepalingen van discotheek, essentiële winkel en seksinrichting.

B

Artikel 3.1 wordt als volgt gewijzigd:

1. De onderdelen a tot en met e vervallen, onder verlettering van onderdeel f tot a.

2. Er wordt, onder vervanging van de punt aan het slot door een puntkomma, een onderdeel toegevoegd, luidende:

  • b. meer dan honderd personen.

C

De artikelen 3.3, 4.3, 4.4, 4.6, 4.8 tot en met 4.11, 5.3 tot en met 5.6, 6.7 tot en met 6.10 en 6.13 en paragraaf 6a vervallen.

D

In het opschrift van artikel 4.2 en in artikel 4.2 wordt 'vijfentwintig' telkens vervangen door 'honderd'.

E

In artikel 4.3a wordt '4.1 tot en met 4.3' vervangen door '4.1 en 4.2'.

F

Artikel 4.5 komt te luiden:

Artikel 4.5 Openstelling eet- en drinkgelegenheid

  • 1. Op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen wordt een eet- en drinkgelegenheid slechts voor publiek opengesteld indien de beheerder er zorg voor draagt dat het publiek in de gelegenheid wordt gesteld de volgende gegevens beschikbaar te stellen ten behoeve van de uitvoering van eventuele bron- en contactopsporing door de afdeling Publieke Gezondheid:

    • a. volledige naam;

    • b. datum, aankomsttijd en aangewezen zitplaatsen; en

    • c. e-mailadres of telefoonnummer.

  • 2. Indien het eerste lid van toepassing is, vraagt de beheerder van de eet- en drinkgelegenheid toestemming voor de verwerking en overdracht van de in het eerste lid bedoelde gegevens ten behoeve van de uitvoering van bron- en contactopsporing door de afdeling Publieke Gezondheid. Daarbij wordt vermeld dat het geven van deze toestemming vrijwillig is.

  • 3. De in het eerste lid genoemde gegevens worden op zodanige wijze verwerkt dat daarvan geen kennis kan worden genomen door andere bezoekers.

  • 4. De in het eerste lid genoemde gegevens worden uitsluitend verwerkt voor de uitvoering van bron- en contactopsporing door de afdeling Publieke Gezondheid, worden veertien dagen bewaard en worden daarna vernietigd door de beheerder van de eet- en drinkgelegenheid.

G

Artikel 4.5a wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid vervallen de onderdelen a en d, onder verlettering van de onderdelen b en c tot a en b en onder vervanging van de puntkomma aan het slot van onderdeel b (nieuw) door een punt.

2. Het derde en vierde lid vervallen.

H

Artikel 4.7 komt te luiden:

Artikel 4.7 Sport- en fitnessgelegenheden

Op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen wordt de publieke binnenruimte van een sport- en fitnessgelegenheid slechts voor publiek opengesteld indien de beheerder er zorg voor draagt dat niet meer dan vijftien personen tegelijkertijd in de publieke binnenruimte van de sport- en fitnessgelegenheid aanwezig zijn en voldoende geventileerd wordt, anders dan met een airconditioning.

I

In het opschrift van artikel 5.2 en in artikel 5.2 wordt 'vijfentwintig' telkens vervangen door 'honderd'.

ARTIKEL III

De Tijdelijke regeling maatregelen covid-19 Saba wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1.1 vervallen de begripsbepalingen van bar, essentiële winkel, publieke binnenruimte, restaurant en sport- en fitnessgelegenheid.

B

De artikelen 3.1, 3.2, 4.2, 4.4, 4.6, 4.7, 5.2, 5.3 en 6.6 tot en met 6.9 en paragraaf 6a vervallen.

C

In artikel 4.3a wordt 'artikelen 4.1 tot en met 4.3' vervangen door 'artikelen 4.1 en 4.3'.

D

In artikel 6.11, eerste lid, wordt ', zeer hoogrisicogebied, Bonaire of het Europees deel van Nederland' vervangen door 'of zeer hoogrisicogebied'.

E

In artikel 6.12, eerste en tweede lid, wordt ', zeer hoogrisicogebied of het Europees deel van Nederland' vervangen door 'of zeer hoogrisicogebied'.

F

In artikel 6.13, eerste en tweede lid, wordt ', zeer hoogrisicogebied, Bonaire of het Europese deel van Nederland' telkens vervangen door 'of zeer hoogrisicogebied'.

G

De artikelen 6.13a tot en met 6.14 vervallen.

ARTIKEL IV

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst, met uitzondering van artikel III, onderdelen D tot en met G, die met ingang van 1 mei 2022 in werking treden.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.J. Kuipers

De Minister van Justitie en Veiligheid, D. Yeşilgöz-Zegerius

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, H.G.J. Bruins Slot

TOELICHTING

1. Algemeen

Strekking

Deze regeling wijzigt de Tijdelijke regeling maatregelen covid-19 Bonaire (Trm Bonaire), de Tijdelijke regeling maatregelen covid-19 Sint Eustatius (Trm Sint Eustatius) en de Tijdelijke regeling maatregelen covid-19 Saba (Trm Saba). Deze regeling is gebaseerd op de ingevolge de Tijdelijke wet maatregelen covid-19 geldende bepalingen van de Wet publieke gezondheid (Wpg).

Pijlers ter bestrijding van de epidemie

Ter bestrijding van de epidemie van covid-19, veroorzaakt door het virus SARS-CoV-2 (het virus) gelden al gedurende twee jaren ingrijpende maatregelen. Die maatregelen zijn gebaseerd op drie pijlers:

  • een acceptabele belasting van de zorg: ziekenhuizen moeten kwalitatief goede zorg kunnen leveren aan zowel covid-19-patiënten als aan patiënten binnen de reguliere zorg;

  • het beschermen van kwetsbare mensen in de samenleving;

  • het zicht houden op en inzicht hebben in de verspreiding van het virus.

Daarbij geldt als uitgangspunt het sociaalmaatschappelijk perspectief gericht op het beperken van economische en maatschappelijke schade op korte termijn, aandacht voor structurele maatschappelijke en economische schade en het voorkomen dat de lasten onevenredig neerslaan bij bepaalde groepen. De epidemie en de maatregelen hadden en hebben een grote impact op zowel het individu als de samenleving als geheel.

Het kabinet heeft de ambitie besluitvorming over de maatregelen te plaatsen in een breder perspectief, waarin de sociaalmaatschappelijke en economische vitaliteit en continuïteit van de samenleving gelijkwaardig en nevengeschikt is aan de toegankelijkheid van de gehele zorgketen voor iedereen, en waarin het openhouden van de samenleving het uitgangspunt is.

2. Epidemiologische situatie

De epidemiologische situatie in Caribisch Nederland is gunstig. Het aantal besmettingen in Caribisch Nederland is momenteel namelijk weliswaar relatief hoog, voornamelijk op Bonaire en Sint Eustatius, maar er is vooralsnog geen sprake van een toenemende druk op de zorg en de situatie blijft beheersbaar. Het hoge aantal besmettingen is mogelijk een gevolg van de versoepelingen van maatregelen die stapsgewijs doorgevoerd worden. Op Sint Eustatius betreft het een grote uitbraak onder jongeren.

De gezaghebber van Bonaire heeft per 4 maart 2022 alle maatregelen die krachtens ministeriële regeling op het eiland kunnen gelden, afgeschaald en sinds 23 maart 2022 geldt geen testverplichting meer voor volledig gevaccineerde en herstelde reizigers. Ook in Saba gelden niet langer eilandelijke maatregelen. Het inreisbeleid is nog wel van kracht. In Sint Eustatius worden de eilandelijke maatregelen ten slotte verder versoepeld. Sint Eustatius hanteert sinds 11 maart 2022 een 'extra light' covid-19-beleid. Dit houdt in dat restaurants, bars en contactberoepen 50% van hun bezettingscapaciteit mogen gebruiken. Ook zijn er nog restricties ten aanzien van evenementen en grote groepen. In Sint Eustatius is het risico dat reizigers met zich brengen groter dan op de andere eilanden of in Europees Nederland wegens de lage vaccinatiegraad en beperkte zorgcapaciteit. Daarom zijn de inreismaatregelen voor Sint Eustatius nog steeds strikter dan op de andere eilanden of voor Europees Nederland.

3. Hoofdlijnen regeling

Vervallen bevoegdheden

Door de gunstige ontwikkelingen in het epidemiologische beeld maken de gezaghebbers ter zake een groot aantal bevoegdheden geen gebruik meer van hun bevoegdheid plaatsen aan te wijzen waar de bij ministeriële regeling vastgestelde maatregelen gelden.1 Het is voor een groot deel van de maatregelen ook niet langer noodzakelijk dat de gezaghebbers dat ter bestrijding van de epidemie van covid-19 kunnen doen. De verwachting is dat deze maatregelen ook niet opnieuw ingezet zullen hoeven worden. Daarom kunnen verschillende artikelen vervallen. Het gaat hierbij voornamelijk om artikelen die een grote impact hebben op de sociaalmaatschappelijke en economische vitaliteit van de samenleving: artikelen die de volledige sluiting van een bioscoop, essentiële winkel, seksinrichting, casino, sport- en fitnessgelegenheid, onderwijsinstelling, kinderopvang, publieke plaats, wellnesscentrum en het openbaar vervoer regelen; artikelen die een volledig verbod op contactberoepen, en evenementen regelen; artikelen die een verbod leggen op de vorming van kleine groepen (waarbij per eiland gedefinieerd wordt wat een kleine groep is) en artikelen die de inzet regelen van het coronatoegangsbewijs of een gezondheidscheck. Artikelen die restricties stellen aan evenementen, openingstijden of groepsgroottes of die betrekking hebben op hygiënemaatregelen blijven wel behouden. Deze hebben een minder grote impact op de maatschappij en kunnen effectief ingezet worden om de verspreiding van het virus tegen te gaan of te vertragen.

De artikelen over de inzet van mondkapjes moeten, anders dan in Europees Nederland, voor Caribisch Nederland in de regelingen behouden blijven om deze per direct in te kunnen stellen wanneer nodig. In de risicoanalyse voor Bonaire, Sint Eustatius, Saba, Curaçao, Aruba en Sint Maarten van 17 maart 2022 adviseert het RIVM om voor de Caribische eilanden, vanwege een andere uitgangspositie dan Europees Nederland, een specifieke afweging te maken en beleid te hanteren dat mogelijk afwijkt van het beleid in Europees Nederland. Ten opzichte van Europees Nederland kent Caribisch Nederland een kwetsbare zorgcapaciteit, is er een groot verschil in de mate van aanwezigheid en effectiviteit van bestaande surveillancemethoden om oplevingen en virusvarianten vroegtijdig op te sporen, is er een hoger percentage mensen met een verhoogd risico op ernstig beloop van covid-19, is het er gebruikelijker dat meerdere generaties, inclusief bejaarden, samenleven in één woning en is er sprake van grote aantallen binnenkomende reizigers in relatie tot de lokale bevolking. Om bovenstaande redenen moet in Caribisch Nederland snel gereageerd kunnen worden bij een nieuwe uitbraak en het behoud van de mondkapjesplicht in de regelingen maakt dat mogelijk.

Vrij reizen naar Bonaire en Saba

Naast eilandelijke maatregelen worden ook de inreismaatregelen voor Caribisch Nederland versoepeld. In reactie op het OMT-advies naar aanleiding van de 144e bijeenkomst aan Europees Nederland over het vervallen van inreismaatregelen heeft het RIVM geadviseerd om ook voor Bonaire de inreismaatregelen op te heffen. Het eiland had de testverplichting per 23 maart 2022 al opgeheven voor gevaccineerde en herstelde reizigers en zal dit nu ook doen voor alle overige reizigers. De gezondheidsverklaring blijft nog wel een vereiste.

Het RIVM heeft geadviseerd om de inreismaatregelen voor Saba en Sint Eustatius geleidelijk af te schalen. Saba bouwt daarom eerst de maatregelen af die gelden voor reizigers zodra zij op het eilanden komen en wijst alle landen aan als laagrisicogebieden en zal per 1 mei 2022 de volledige inreismaatregelen laten vervallen.

Om snel te kunnen handelen bij een opleving van het virus, is ervoor gekozen de bepalingen omtrent de testverplichtingen in de Trm Bonaire en Trm Saba te behouden. De bepalingen hebben voor Bonaire direct en voor Saba per 1 mei 2022 echter geen effect, omdat geen landen aangewezen zijn als hoogrisicogebieden.

Reizen zonder test bij aankomst naar Sint Eustatius

Gezien de relatief lage vaccinatiegraad op Sint Eustatius – in vergelijking tot Saba, Bonaire en Europees Nederland – gecombineerd met het momenteel hoge aantal besmettingen onder jongeren behoudt Sint Eustatius vooralsnog inreismaatregelen. Wel zal hier de test bij aankomst komen te vervallen. Dit betekent dat alleen nog een test voorafgaand aan de reis naar Sint Eustatius verplicht is.

4. Noodzaak en evenredigheid

Hoewel het aantal besmettingen in Caribisch Nederland hoog is, neemt de druk op de zorg niet toe. De omikronvariant is besmettelijker dan voorgaande varianten, maar lijkt minder ernstige gezondheidsklachten te veroorzaken. Het ligt dan ook voor de hand om de eilandelijke maatregelen en maatregelen ten aanzien van inreizen af te schalen, net zoals dit in Europees Nederland de afgelopen periode is gebeurd. Om grootschalige influx en circulatie van het virus te voorkomen, dient dit zeker in Caribisch Nederland stapsgewijs te gebeuren. Een kleine uitbraak kan wegens de kleinschaligheid van de eilanden en beperkte zorgcapaciteit immers grote gevolgen hebben. Met deze wijzigingsregeling komt een groot aantal maatregelen te vervallen, die niet langer noodzakelijk geacht worden om op korte termijn in te zetten.

Het kabinet en de openbare lichamen zetten in op het beschikbaar houden van de gehele zorgketen, waarbij eventuele maatregelen zo min mogelijk maatschappelijke en (sociaal)economischer impact hebben. Maatregelen waarvan verwacht wordt dat zij niet opnieuw ingezet zullen worden, komen met deze wijzigingsregeling te vervallen. De gezaghebbers kunnen daarna niet langer plaatsen aanwijzen waar die maatregelen gelden. Bij een eventuele uitbraak kunnen maatregelen waarvoor een wettelijke basis bestaat op grond van de Tijdelijke wet maatregelen covid-19 wel opnieuw ingezet worden door ze – indien nodig: met spoed – opnieuw op te nemen in een tijdelijke regeling voor een of meerdere van de eilanden.

5. Regeldruk

Deze wijzigingsregeling levert geen extra regeldruk op. Het betreft het laten vervallen van een groot aantal bevoegdheden voor de gezaghebbers. Het Adviescollege toetsing regeldruk (ATR) heeft het dossier niet geselecteerd voor een formeel advies, omdat de toelichting de gevolgen voor de regeldruk toereikend in beeld brengt.

Artikelsgewijs

Artikel I

Dit artikel wijzigt de Trm Bonaire.

Onderdeel A

Doordat een aantal artikelen vervalt, wordt een aantal begripsbepalingen niet meer gebruikt in de Trm Bonaire. Deze begripsbepalingen kunnen daarom vervallen. Dit onderdeel voert deze wijziging door in artikel 1.1.

Onderdeel B

Door de gunstige ontwikkelingen in het epidemiologische beeld, wijst de gezaghebber voor een groot aantal maatregelen geen plaatsen meer aan waar die gelden en is het ook niet langer noodzakelijk dat de gezaghebber dit kan doen ter bestrijding van de epidemie. Daarom kunnen verschillende artikelen vervallen. Dit onderdeel zorgt hiervoor.

De groepsvormingsverboden, opgenomen in hoofdstuk 3, kunnen grotendeels vervallen. De gezaghebber behoudt de bevoegdheid gebieden aan te wijzen waar het verboden is zich in groepsverband op te houden in grote groepen (vijftig, vijfenzeventig en honderd personen).

Vrijwel alle maatregelen ten aanzien van publieke plaatsen, zoals opgenomen in hoofdstuk 4, komen te vervallen. Maatregelen om het nachtleven te beperken (sluitingstijden eet- en drinkgelegenheden en casino’s en de sluiting van discotheken) blijven en de gezaghebber behoudt de bevoegdheid om daarvoor de plaatsen aan te wijzen.

In hoofdstuk 5 vervallen de diverse maatregelen waardoor (bepaalde) sportevenementen op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen in het geheel verboden zijn, zoals opgenomen in artikel 5.5.

Verder vervalt de maatregel waardoor op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen evenementen, waar de aard van de activiteit erin gelegen is dat wordt gezongen, geschreeuwd of gedanst, alleen georganiseerd mogen worden met de inzet van coronatoegangsbewijzen, zowel op basis van 3G (gevaccineerd, genezen of getest) als op basis van 1G (getest). Dit betreffen de artikelen 5.5a en 5.6. Om deze reden kan ook paragraaf 6b vervallen, dat algemene regels bevat over de inzet van coronatoegangsbewijzen.

In hoofdstuk 6, overige maatregelen, vervallen de maatregelen over de uitoefening van contactberoepen (artikel 6.6), dagbesteding voor ouderen (artikel 6.6a), onderwijsinstellingen (artikelen 6.7 en 6.8), kinderopvang (artikel 6.9), recreatief personenvervoer (artikel 6.13) en logementen (artikel 6.16). Verder vervallen de uitzonderingen op de testverplichtingen voor gevaccineerde en herstelde reizigers, aangezien de testverplichtingen niet langer gelden. Artikel 6.14 over alcoholgebruik op openbare plaatsen was van rechtswege al komen te vervallen doordat de wettelijke basis daarvoor per 1 maart 2022 is vervallen.2

Onderdeel C

Artikel 4.4 bevat maatregelen (op door de gezaghebber aangewezen plaatsen) over de openstelling van eet- en drinkgelegenheden. Het is niet langer noodzakelijk om de bezettingscapaciteit in eet- en drinkgelegenheden te beperken. Om die reden vervallen met dit onderdeel het eerste, vierde en (abusievelijk ooit behouden, want gelijkluidend aan het eerste lid) vijfde lid, waarbij de overige leden vernummerd worden.

De maatregel om het nachtleven te beperken blijft, maar deze wordt wel ingeperkt. Om die reden vervallen de onderdelen a en b van artikel 4.4, tweede lid. De gezaghebber heeft daarmee niet langer de bevoegdheid plaatsen aan te wijzen waar een eet- en drinkgelegenheid niet voor publiek opengesteld mag worden tussen 18.00 uur en 06.00 uur en tussen 20.00 uur en 06.00 uur. De onderdelen c tot en met e blijven behouden en worden verletterd tot de onderdelen a tot en met c.

In het derde lid (oud) werd verwezen naar het tweede lid (oud). Aangezien het tweede lid is vernummerd tot het eerste lid, wordt met dit onderdeel deze verwijzing aangepast.

Onderdeel D

Met dit onderdeel vervalt de maatregel dat op door de gezaghebber aangewezen plaatsen een casino slechts opengesteld mag worden met een bezettingscapaciteit van vijftig procent (artikel 4.11, eerste lid). Het tweede en derde lid zijn vernummerd tot eerste en tweede lid.

Onderdeel E

Op grond van artikel 5.1 mag op een door de gezaghebber aangewezen plaats een evenement alleen georganiseerd worden met een maximaal aantal deelnemers. Ook op dit punt is het niet langer noodzakelijk alle maatregelen te behouden. De gunstige ontwikkelingen omtrent de omikronvariant maken het niet langer noodzakelijk dat kleine evenementen verboden worden. Daarom vervalt de maatregel op door de gezaghebber aangewezen plaatsen een evenement buiten slechts te organiseren tot en met vijfentwintig en vijftig deelnemers (eerste lid, onder a en b). Ten aanzien van een evenement binnen vervalt deze maatregel voor evenementen tot en met vijfentwintig deelnemers (tweede lid, onder a). Daarnaast vervalt de maatregel dat op door de gezaghebber aangewezen plaatsen evenementen in het geheel zijn verboden (binnen, buiten en ongeplaceerd). Dit onderdeel laat daarom het derde tot en met zesde lid vervallen.

Onderdeel F

Artikel 5.3a bevat de maatregel om op door de gezaghebber aangewezen plaatsen het aantal personen dat aanwezig mag zijn bij een huwelijksvoltrekking of uitvaart te beperken. Hierbij wordt gedifferentieerd naargelang van het aantal personen op grond van het derde lid, onder a (honderd), b (vijfenzeventig), c (vijftig), d (dertig) of e (tien). Het eerste lid bevat maatregelen ten aanzien van groepsvorming op door de gezaghebber aangewezen plaatsen. Het tweede lid bevat maatregelen op door de gezaghebber aangewezen plaatsen om respectievelijk het aantal personen dat aanwezig mag zijn bij een huwelijksvoltrekking of uitvaart op een publieke plaats te beperken dan wel het aantal personen dat als deelnemer aan het evenement van een huwelijksvoltrekking of uitvaart aanwezig mag zijn. De maatregel om het aantal personen dat aanwezig mag zijn te beperken tot tien, dertig en vijftig personen komt met dit onderdeel te vervallen.

Daarnaast wordt in het eerste en tweede lid verwezen naar artikelen in hoofdstuk 3 en hoofdstuk 4, die met deze regeling komen te vervallen. Dit onderdeel zorgt ervoor dat naar de juiste artikelen wordt verwezen.

Onderdeel G

Artikel 5.4 bevat maatregelen op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen over toeschouwers bij sportevenementen. Met dit onderdeel vervallen de maatregel om sportevenementen met toeschouwers te verbieden (oude eerste lid) en de bevoegdheid sportevenementen te verbieden waar toeschouwers gebruik kunnen maken van een drinkgelegenheid waar alcoholhoudende drank wordt verstrekt (oude tweede lid). Gelet hierop, zijn het derde tot en met vijfde lid vernummerd.

In het eerste lid (nieuw), op grond waarvan het verboden is op door de gezaghebber aangewezen plaatsen sportevenementen te organiseren, zowel binnen als buiten, met een maximaal aantal toeschouwers vervalt de maatregel om sportevenementen te beperken tot maximaal vijfentwintig en maximaal vijftig toeschouwers. De noodzaak om dergelijke kleine sportevenementen te verbieden, is niet langer aanwezig.

Om diezelfde reden vervalt in het tweede lid (nieuw), op grond waarvan het verboden is op door de gezaghebber aangewezen plaatsen sportevenementen te organiseren in een publieke binnenruimte met een maximaal aantal toeschouwers de maatregel om sportevenementen te beperken tot maximaal vijfentwintig toeschouwers.

Dit geldt ook voor het derde lid (nieuw), op grond waarvan het verboden is op door de gezaghebber aangewezen plaatsen sportevenementen buiten te organiseren met een maximaal aantal toeschouwers. Dit betreft dan de maatregel om sportevenementen te beperken tot maximaal vijfentwintig en maximaal vijftig toeschouwers.

Onderdelen H en I

Er zullen geen landen meer aangewezen worden als hoogrisicogebieden. De aanwijzing van de eilanden onderling en Europees Nederland als hoogrisicogebied gebeurt niet met een aanwijzingsbesluit, zoals voor overige landen, maar met de regeling zelf. Deze onderdelen zorgen ervoor dat de reisregels ook niet meer gelden voor reizigers uit Europees Nederland die naar Bonaire reizen.

Artikel II

Dit artikel wijzigt de Trm Sint Eustatius.

Onderdeel A

Doordat een aantal artikelen vervalt, wordt een aantal begripsbepalingen niet meer gebruikt in de Trm Sint Eustatius. Deze begripsbepalingen kunnen daarom vervallen. Dit onderdeel voert deze wijziging door in artikel 1.1.

Onderdeel B

Op grond van artikel 3.1 is het verboden op door de gezaghebber aangewezen plaatsen zich in groepsverband op te houden met een bepaald maximumaantal personen. Op dit punt is het niet langer noodzakelijk alle maatregelen te behouden. De gunstige ontwikkelingen omtrent de omikronvariant maken het niet langer noodzakelijk dat kleine groepsvormingen verboden worden. Daarom vervalt het verbod zich op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen op te houden in groepsverband met personen die behoren tot verschillende huishoudens, met meer dan tien personen behorende tot twee huishoudens en met meer dan vier, vijftien en vijfentwintig personen. Gelet hierop, vervallen de onderdelen a en tot en met e, waarbij onderdeel f verletterd wordt. Om een extra mogelijkheid tot versoepelingen in te bouwen, wordt het maximumgroepsverband niet alleen op vijftig, maar ook op honderd personen bepaald op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen (artikel 3.1, onder b).

Onderdeel C

Door de gunstige ontwikkelingen in het epidemiologische beeld, wijst de gezaghebber voor een groot aantal maatregelen geen plaatsen meer aan waar die gelden en is het ook niet langer noodzakelijk dat de gezaghebber dit kan doen ter bestrijding van de epidemie. Daarom kunnen verschillende artikelen vervallen. Dit onderdeel zorgt hiervoor.

De artikelen 3.3, 4.3, 5.3 en 6.8 kunnen vervallen, op grond waarvan het is verboden op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen zich in groepsverband op te houden in een winkel met meer dan vijf of tien personen (3.3), een publieke plaats slechts voor publiek open te stellen indien ten hoogste vijftien personen gelijktijdig als publiek aanwezig zijn (4.3), een evenement met meer dan vijftien personen te organiseren (5.3) en onderwijsactiviteiten te verrichten indien meer dan vijftien personen per zelfstandige ruimte zich in groepsverband ophouden in een gebouw van een onderwijsinstelling (6.8). Een mogelijk verbod op dermate kleine groepen is niet langer noodzakelijk.

Enkele artikelen vervallen die een volledige sluiting of totaalverbod behelzen. Het gaat om de artikelen 4.4 (sluiting publieke plaatsen), 4.6 (sluiting eet- en drinkgelegenheden), 4.8 (sluiting winkels), 4.9 (sluiting seksinrichtingen), 4.10 (sluiting wellnesscentra) en 4.11 (sluiting casino’s) in hoofdstuk 4 van de regeling (regels over publieke plaatsen), om de artikelen 5.4 (verbod op evenementen), 5.5 (verbod op sportevenementen) en 5.6 (verbod op sportevenementen met toeschouwers) in hoofdstuk 5 (regels over evenementen) van de regeling en om 6.7 (verbod op uitoefening contactberoepen), 6.9 (verbod op fysiek onderwijs) en 6.10 (sluiting kinderopvang) in hoofdstuk 6 van de regeling (overige maatregelen).

Op grond van artikel 6.13, eerste en tweede lid, moest een persoon komend vanuit een door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, na overleg met de gezaghebber, aangewezen gebied in het bezit zijn van een negatieve antigeentestuitslag of negatieve NAAT-testuitslag voor besmetting met het virus. De test moest afgenomen worden direct na aankomst op het eiland. Deze testverplichting komt te vervallen, waardoor dit onderdeel artikel 6.13 laat vervallen.

In Sint Eustatius zijn coronatoegangsbewijzen tot op heden niet ingezet en dit lijkt ook niet noodzakelijk op korte termijn. Paragraaf 6a, dat algemene bepalingen over de inzet van coronatoegangsbewijzen bevat, vervalt daarom.

Onderdelen D en I

Inhoudelijk kunnen de artikelen 4.2 en 5.2 vervallen, op grond waarvan het is verboden op door de gezaghebber aangewezen plaatsen een publieke plaats slechts voor publiek open te stellen indien ten hoogste vijfentwintig personen gelijktijdig als publiek aanwezig zijn en een evenement met meer dan vijfentwintig personen te organiseren. Omdat het noodzakelijk is het minst vergaande middel in te zetten om de verspreiding van het virus tegen te gaan, wordt de maatregel genomen op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen een publieke plaats slechts voor publiek open te stellen indien ten hoogste honderd personen gelijktijdig als publiek aanwezig zijn en een evenement te organiseren met meer dan honderd deelnemers. In de artikelen 4.2 en 5.2 wordt 'vijfentwintig' daarom vervangen door 'honderd'.

Onderdeel E

Artikel 4.3 vervalt met deze regeling (artikel II, onderdeel C). De verwijzing in artikel 4.3a naar artikel 4.3 dient daarom te vervallen. Dit onderdeel voert deze wijziging door.

Onderdeel F

Artikel 4.5, regels over de openstelling van eet- en drinkgelegenheden, kan grotendeels vervallen. Dit geldt niet voor het eerste lid, onder e, op grond waarvan contactregistratie plaatsvindt en het daarmee verbonden tweede tot en met vierde lid. Artikel 4.5 wordt met dit onderdeel opnieuw vastgesteld, waarbij het eerste lid, onder a tot en met d, is vervallen (maximale bezettingscapaciteit, placeerplicht, gezondheidscheck en verplichte sluitingstijden).

Onderdeel G

Op grond van artikel 4.5a is het verboden op door de gezaghebber aangewezen plaatsen een eet- en drinkgelegenheid open te stellen voor publiek indien de beheerder er geen zorg voor draagt dat er geen reserveringen worden aangenomen van meer dan een bepaald aantal personen. Ook op dit punt is het niet langer noodzakelijk alle varianten van maatregelen te behouden. Een verbod op kleine groepen is in het licht van de gunstige epidemiologische ontwikkelingen niet langer noodzakelijk en proportioneel. Daarom vervalt met dit onderdeel het verbod ten aanzien van groepen van vier personen (oude eerste lid, onder a) en groepen die bestaan uit personen behorend tot meer dan twee huishoudens (oude eerste lid, onder d). De onderdelen b en c zijn in lijn hiermee verletterd.

Het derde lid (sluiting binnenruimten) en vierde lid (verbod op het schenken van alcohol) kunnen in het geheel vervallen.

Onderdeel H

Artikel 4.7 vervalt grotendeels. De noodzaak is vervallen om de binnenruimten van sport- en fitnessgelegenheden in geheel te sluiten, om maximaal vijf personen toe te laten in binnenruimten van sport- en fitnessgelegenheden en om buitenruimten van sport- en fitnessgelegenheden te sluiten. Het eerste, tweede, vierde en vijfde lid kunnen daarom vervallen. Met dit onderdeel wordt artikel 4.7 opnieuw vastgesteld, waarbij alleen het oude derde lid resteert.

Artikel III

Dit artikel wijzigt de Trm Saba.

Onderdeel A

Doordat een aantal artikelen vervalt, wordt een aantal begripsbepalingen niet meer gebruikt in de Trm Saba. Deze begripsbepalingen kunnen daarom vervallen. Dit onderdeel voert deze wijziging door in artikel 1.1.

Onderdeel B

Door de gunstige ontwikkelingen in het epidemiologische beeld, wijst de gezaghebber voor een groot aantal maatregelen geen plaatsen meer aan waar die gelden en is het ook niet langer noodzakelijk dat de gezaghebber dit kan doen ter bestrijding van de epidemie. Daarom kunnen verschillende artikelen vervallen. Dit onderdeel zorgt hiervoor.

De groepsvormingsverboden, opgenomen in hoofdstuk 3, kunnen grotendeels vervallen. Het blijft verboden voor reizigers uit hoogrisicogebieden (A, B en zeer hoog) zich gedurende vijf dagen na het inreizen in Saba op door de gezaghebber aan te wijzen plaatsen in groepsverband op te houden met meer dan vijfentwintig personen (artikel 3.3).

In hoofdstuk 4 (regels over publieke plaatsen) vervalt het totaalverbod om op door de gezaghebber aangewezen plaatsen bepaalde plaatsen open te stellen voor publiek. Het gaat om publieke plaatsen in het algemeen (artikel 4.2), restaurants (artikel 4.3), sport- en fitnessgelegenheden (artikel 4.6) en winkels (artikel 4.7).

In hoofdstuk 5 vervallen de maatregelen waardoor op door de gezaghebber aangewezen plaatsen evenementen in het geheel (artikel 5.2) en sportevenement met toeschouwers (artikel 5.3) verboden zijn.

In hoofdstuk 6, overige maatregelen, vervallen de maatregelen op door de gezaghebber aangewezen plaatsen over de uitoefening van contactberoepen (artikel 6.6), onderwijsinstellingen (artikelen 6.7 en 6.8) en kinderopvang (artikel 6.9). In Saba zijn coronatoegangsbewijzen tot op heden niet ingezet en dit lijkt ook niet noodzakelijk op korte termijn. Paragraaf 6a, dat algemene bepalingen over de inzet van coronatoegangsbewijzen bevat, vervalt daarom ook.

Onderdeel C

In artikel 4.3a werd verwezen naar artikel 4.2. Dit artikel vervalt met deze regeling. Dit onderdeel past deze verwijzing aan.

Onderdelen D tot en met F

Geen landen zullen meer aangewezen worden als hoogrisicogebieden. De aanwijzing van de eilanden onderling en Europees Nederland als hoogrisicogebied gebeurt niet met een aanwijzingsbesluit, zoals voor overige landen, maar met de regeling zelf. Deze onderdelen zorgen ervoor dat de reisregels ook niet meer gelden voor reizigers uit Bonaire en Europees Nederland die naar Saba reizen.

Onderdeel G

Verder vervallen de uitzonderingen op de testverplichtingen voor gevaccineerde en herstelde reizigers, aangezien de testverplichtingen niet langer gelden. Dit onderdeel laat de betreffende artikelen vervallen (artikel 6.13a tot en met 6.14).

Het RIVM heeft geadviseerd de testverplichtingen per 1 mei 2022 te laten vervallen en niet daarvoor al. Het verval van deze artikelen is daarom in een apart onderdeel opgenomen (en niet in onderdeel B), dat later in werking treedt dan een groot deel van de overige artikelen en onderdelen van deze regeling.

Artikel IV Inwerkingtreding

Deze ministeriële regeling moet op grond van artikel 58c, tweede lid, Wpg binnen twee dagen nadat zij is vastgesteld aan beide Kamers der Staten-Generaal worden overgelegd. De regeling treedt ingevolge artikel 58c, tweede lid, Wpg niet eerder in werking dan een week na deze overlegging en vervalt als de Tweede Kamer binnen die termijn besluit niet in te stemmen met de regeling. Gelet op de daarmee gemoeide belangen is het de bedoeling dat de regeling op 20 april 2022 in werking treedt, met uitzondering van artikel III, onderdelen D tot en met G, die op 1 mei 2022 in werking treden conform het advies van het RIVM. Hierbij wordt afgeweken van de zogeheten vaste verandermomenten en de minimuminvoeringstermijn van drie maanden.3

Op grond van artikel 8.1 Trm vervalt de Trm op het tijdstip waarop hoofdstuk Va Wpg vervalt. Het gaat hier om een uiterste vervaldatum. Als de noodzaak al eerder ontvalt aan deze regeling of onderdelen ervan, zal de regeling eerder worden ingetrokken of aangepast. In artikel 58c, zesde lid, Wpg is immers geëxpliciteerd dat maatregelen zo spoedig mogelijk worden gewijzigd of ingetrokken als deze niet langer noodzakelijk zijn.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, mede namens de Minister van Justitie en Veiligheid en de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, E.J. Kuipers


X Noot
1

Artikel 58e, vijfde lid, in samenhang met artikel 68a, aanhef en onder d, Wpg.

X Noot
2

Artikel 58j, eerste lid, onder e, Wpg is immers met ingang van die datum niet verlengd, Stb. 2022, 76.

X Noot
3

Vgl. Kamerstukken II 2019/20, 35 526, nr. 3, artikelsgewijze toelichting op artikel X.

Naar boven