Regeling van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 1 december 2021, nr. 2021-0000587792, houdende wijziging van de Subsidieregeling verduurzaming, onderhoud en verbetering gebouwen aardbevingsgebied Groningen ter verhoging van het subsidieplafond

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

Gelet op de artikelen 8, eerste lid, en 11, tweede lid, van het Kaderbesluit BZK-subsidies;

Besluit:

ARTIKEL I

De Subsidieregeling verduurzaming, onderhoud en verbetering gebouwen aardbevingsgebied Groningen wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 2, achtste lid, komt te luiden:

  • 8. Aanvragen om subsidie op grond van het derde lid kunnen worden ingediend vanaf 1 juli 2021 tot en met 5 juli 2021 en vervolgens van 10 januari 2022 tot 31 december 2023.

B

Artikel 11 wordt als volgt gewijzigd:

a. Het tweede lid komt te luiden:

  • 2. Het subsidieplafond voor aanvragen op grond van artikel 2, derde lid, is in:

    • a. 2021: € 79.200.000;

    • b. 2022 en 2023: € 220.800.000.

b. Er worden twee leden toegevoegd, luidende:

  • 4. Indien het subsidieplafond, genoemd in het tweede lid, onderdeel a, niet geheel is besteed voor 1 januari 2022, wordt het subsidieplafond, genoemd in het tweede lid, onderdeel b, verhoogd met het resterende bedrag.

  • 5. In afwijking van artikel 9, tweede lid, van het Kaderbesluit, stelt de minister de onderlinge rangschikking van aanvragen vast op volgorde van binnenkomst, indien op de dag dat het subsidieplafond, bedoeld in het tweede lid, onderdeel b, wordt bereikt meer dan één aanvraag is ontvangen.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij is gepubliceerd.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K.H. Ollongren

TOELICHTING

I. Algemeen deel

1. Inleiding

De subsidieregeling verduurzaming, onderhoud en verbetering gebouwen aardbevingsgebied Groningen is 1 juni 2021 in werking getreden. Deze regeling vloeit voort uit de bestuurlijke afspraken die met de regio zijn gemaakt op 6 november 2020 (Kamerstukken II 2020/21, 33 529, nr. 830). Deze wijziging van de subsidieregeling is gericht op particuliere eigenaren waarvan hun gebouw in het aardbevingsgebied staat, maar niet is opgenomen in het versterkingsprogramma (zoals benoemd in artikel 2, derde lid). Voor deze doelgroep is in totaal € 300 miljoen beschikbaar gesteld. Het doel van deze subsidie is om een impuls te geven aan het toekomstperspectief van inwoners, sectoren en de algehele economische structuur van de regio. Bij een toekomstbestendig Groningen hoort een gebouwvoorraad die in goede staat is en voorbereid is op een duurzame energievoorziening.

In juli 2021 is de eerste tranche opengesteld. Binnen vijf dagen was het subsidieplafond van € 75 miljoen bereikt. Het Kaderbesluit BZK-subsidies regelt dat loting de wijze is waarop de onderlinge rangschikking van aanvragen van de laatste dag wordt vastgesteld, mocht het subsidieplafond worden overschreden. De aankondiging van een mogelijke loting heeft tot commotie en vragen van de Tweede Kamer geleid. Hoewel dit een gebruikelijke systematiek is, vraagt de situatie in Groningen extra aandacht en maatwerk. Bewoners hebben veelal met bureaucratie en lange periode van onzekerheid te maken gekregen. Daarom heeft de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties in een brief aan de Tweede Kamer (op 18 oktober 2021, met kenmerk 2021-0000525231) laten weten ervoor zorg te dragen dat er voor degenen die een volledige aanvraag hebben gedaan op de dag van overschrijding van het subsidieplafond dit jaar al voldoende budget beschikbaar komt. Het totale subsidieplafond voor dit onderdeel van de regeling blijft € 300 miljoen.

Ook is naar aanleiding van vragen van het Kamerlid De Vries onderzocht in hoeverre de budgetten voor 2022 en 2023 samengevoegd kunnen worden. Gegeven het grote aantal aanvragen bij de eerste tranche, heeft de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties aangegeven het belangrijk te vinden om aan bewoners snel duidelijkheid te bieden en daarom de budgetten van 2022 en 2023 samen te voegen (op 27 september 2021, met Kenmerk 2021-0000493418).

Mocht het subsidieplafond bereikt worden, wordt een loting op de sluitingsdag voor deze subsidie onwenselijk geacht. Met deze ministeriële regeling worden bovenstaande beslissingen ten aanzien van de hoogte van het subsidieplafond aangepast en wordt de wijze van verdeling omschreven.

2. Inhoud

Subsidieplafonds

In de subsidieregeling is het beschikbare budget van € 300 miljoen verdeeld over drie jaar (2021: € 75 miljoen, 2022: € 150 miljoen en 2023: € 75 miljoen). In overleg met de regio en maatschappelijke organisaties was hiervoor gekozen om eigenaren, die nu nog niet weten welke maatregelen zij aan hun huis willen treffen, ook in de volgende jaren de mogelijkheid te bieden de subsidie aan te vragen. De gefaseerde openstelling had eveneens tot doel om de uitvoeringscapaciteit van aannemers, installateurs en andere uitvoerders over de jaren te verspreiden. Dit ook om te voorkomen dat er mogelijk een prijsopdrijvend effect ontstaat door de sterke vraag in een bepaald jaar. Gegeven het grote aantal aanvragen bij de eerste tranche, heeft de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties dit heroverwogen en in het belang van het snel duidelijkheid bieden aan bewoners besloten het budget van 2022 en 2023 samen te voegen.

De uitvoering van het besluit om dit jaar voldoende budget beschikbaar te stellen om alle aanvragen die op de sluitingsdag zijn ontvangen, te kunnen behandelen vergt een extra budget van € 4,2 miljoen. Mocht na beoordeling van de aanvragen door de uitvoeringsorganisatie Samenwerkingsverband Noord-Nederland (SNN) blijken dat er toch budget overblijft, zal dit budget in 2022 aan het budget dat beschikbaar is voor 2022 worden toegevoegd. De in totaal beschikbare € 300 miljoen wordt thans als volgt verdeeld:

2021: € 79.200.000;

2022 en 2023: € 220.800.000.

Wijze van verdeling

Het is een gebruikelijke methode voor toekenning van subsidies dat onder de aanvragers die op de dag van de sluiting een aanvraag hebben gedaan, wordt geloot. Dit om de onderlinge rangschikking vast te stellen. Een loting onder deze aanvragers is een manier om aanvragers die geen computer hebben en per post een aanvraag hebben gedaan een eerlijke kans te geven. Bij de ontvangst per post is geen tijd van ontvangst vast te stellen en is daarbij ook geen onderlinge volgorde van binnenkomst vast te stellen.

Om de hierboven omschreven redenen wordt het echter voor deze subsidie onwenselijk geacht om de onderlinge rangschikking op de sluitingsdag te bepalen door middel van loting. Met deze wijziging wordt de onderlinge rangschikking van aanvragen op de sluitingsdag bepaald op grond van volgorde van binnenkomst. Om dit mogelijk te maken is het van belang dat het tijdstip van ontvangst van schriftelijke aanvragen inzichtelijk wordt gemaakt. Deze schriftelijke aanvragen kunnen worden ingediend bij nog bekend te maken inleverpunten. Daar wordt bij ontvangst de tijd en datum genoteerd. In de informatiecampagne zal worden verwezen naar SNN als het centrale punt waar aanvragers terecht kunnen voor meer informatie. Eigenaren die een aanvraag schriftelijk willen indienen, kunnen zodoende contact opnemen met SNN om een aanvraagformulier op te vragen en meer informatie te verkrijgen over het aanvraagproces en de inleverpunten.

De subsidie digitaal aanvragen blijft voor aanvragers de gemakkelijkste weg: online hebben zij via hun portaal inzicht in de behandeling van hun aanvraag en wanneer zij meerdere subsidies aanvragen bij SNN, hoeven ze niet telkens hun gegevens in te voeren. Aanvragers die geen computer hebben, hebben tevens de mogelijkheid om iemand mandaat te verlenen de subsidie namens hen aan te vragen, of kunnen bijvoorbeeld gebruik maken van de computer in de bibliotheek.

De wijziging van rangschikking op basis van volgorde van binnenkomst op de sluitingsdag heeft uitsluitend impact voor de aanvragen gedaan op deze dag. Doordat er geen loting plaatsvindt kan de aanvrager eerder duidelijkheid verwachten over de status van zijn aanvraag.

3. Verhouding met andere regelingen

In de beantwoording op Kamervragen (op 8 september 2021, met kenmerk 2021-0000456453) is een overzicht opgenomen van de regelingen, subsidies en schadevergoedingen die zich primair richten op bewoners en gerelateerd zijn aan de gaswinningsproblematiek. De wijziging in de hoogte van de subsidieplafonds heeft geen gevolgen voor andere subsidieregelingen.

In afwijking van het Kaderbesluit BZK-subsidies wordt geregeld dat de onderlinge rangschikking van aanvragen op de dag dat het subsidieplafond wordt bereikt, plaatsvindt op basis van volgorde van binnenkomst van de aanvragen. Deze subsidieregeling loopt daarmee vooruit op een beoogde wijziging van het Kaderbesluit BZK-subsidies, waarin wordt bepaald dat de wijze van rangschikking van aanvragen op de sluitingsdag bij ministeriële regeling kan worden geregeld. Aan de algemene maatregel van bestuur tot wijziging van het Kaderbesluit BZK-subsidies zal terugwerkende kracht worden verleend, om deze regeling in overeenstemming te brengen met het Kaderbesluit.

4. Uitvoering

Uit de regeling volgt dat de verdeling plaatsvindt op volgorde van binnenkomst bij overtekening op de dag dat het subsidieplafond wordt bereikt. Zoals hierboven aangegeven heeft de wijziging met name gevolgen voor de ontvangst van schriftelijke aanvragen.

5. Staatssteun

Deze subsidieregeling is een generieke maatregel en daarmee is er geen sprake van staatssteun. Deze wijzigingen hebben hier geen invloed op.

6. Administratieve lasten

Het Adviescollege toetsing regeldruk (ATR) stelde in haar advies van 23 april 2021 over de subsidieregeling vast dat het een weinig belastende invulling heeft gekregen.

Met de wijzigingen in de subsidieplafonds nemen de administratieve lasten van de aanvragers af. Door extra budget voor 2021 beschikbaar te stellen, worden de volledige aanvragen die op de sluitingsdag zijn ingediend nog in 2021 behandeld, waardoor er geen groep aanvragers is die het daaropvolgende jaar wederom een aanvraag zouden moeten indienen. Door de budgetten van 2022 en 2023 samen te voegen komt het gehele resterende bedrag in één keer beschikbaar. Daarmee worden de administratieve lasten van de aanvragers beperkt. Dit heeft ook als voordeel dat er voor bewoners minder tijdsdruk ontstaat om de subsidie aan te vragen als deze wordt opengesteld.

De aanpassing dat de rangschikking van aanvragen bij overschrijding op de sluitingsdag niet via loting, maar op basis van volgorde van binnenkomst gebeurt, heeft alleen gevolgen voor administratieve lasten van aanvragers die schriftelijk een aanvraag willen doen. Zij zullen een extra inspanning moeten leveren om in plaats van de aanvraag in een brievenbus te doen, deze af te leveren bij een daarvoor bestemd inleverpunt. Dit geldt voor een beperkte groep: in 2021 zijn in totaal 8100 aanvragen ingediend, daarvan zijn er 30 schriftelijk ingediend. Het ATR heeft het dossier niet geselecteerd voor een formeel advies, omdat het naar verwachting geen omvangrijke gevolgen voor de regeldruk heeft.

II. Artikelsgewijs

Artikel I, onderdeel A

Belangstellenden kunnen vanaf 10 januari 2022 een aanvraag indienen voor een subsidie op grond van artikel 2, derde lid, van de Subsidieregeling verduurzaming, onderhoud en verbetering gebouwen aardbevingsgebied Groningen. Aanvragen voor het jaar 2022 worden vanaf dat moment in behandeling genomen.

Artikel I, onderdeel B

Als het subsidieplafond van 2021 na behandeling van de subsidieaanvragen niet wordt bereikt, wordt het resterende budget toegevoegd aan het subsidieplafond van het jaar 2022. Dit betekent dat budget dat eventueel vrijkomt in 2021 als gevolg van aanvragen die niet worden gehonoreerd, wordt toegevoegd aan het subsidieplafond in 2022.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K.H. Ollongren

Naar boven