Besluit van de Minister van Infrastructuur en Waterstaat van 20 augustus 2021, kenmerk RWS-2021/24423 tot het mandateren aan de provincie Noord-Brabant van de bevoegdheid tot het door of namens de Minister van Infrastructuur en Waterstaat laten verleggen van kabels en leidingen ten behoeve van de uitvoering van de reconstructie van rijksweg N65 Vught – Haaren

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,

Gelet op afdeling 10.1.1 van de Algemene wet bestuursrecht;

Gelet op de uitvoeringsovereenkomst van 15 april 2021 (nr. 4875807) tussen de Staat der Nederlanden en de provincie Noord-Brabant inzake de reconstructie van de N65 Vught – Haaren;

Besluit:

Artikel 1 Toepassingsbereik

Onder mandaat wordt in dit besluit tevens verstaan volmacht en machtiging.

Artikel 2 Verlening mandaat

  • 1. Aan gedeputeerde staten van de provincie Noord-Brabant wordt mandaat verleend voor de uitoefening van de bevoegdheden die noodzakelijk zijn voor het verleggen van kabels en leidingen voor de reconstructie van de N65 Vugt – Haaren overeenkomstig de volgende wetten en regelingen:

    • a. de Nadeelcompensatieregeling inzake het verleggen van kabels en leidingen in en buiten rijkswaterstaatswerken en spoorwegwerken 1999 (Stcrt. 1999, 97);

    • b. de Overeenkomst inzake verleggen van kabels en leidingen buiten beheersgebied van 10 februari 1999;

    • c. de Sideletter bij de Overeenkomst 1999;

    • d. het Uitvoeringsprotocol Schadevergoeding Kabels en Leidingen SKL 01-26 (14 september 2001);

    • e. de Leidraad uitvoeringsprotocol SKL;

    • f. de Telecommunicatiewet;

    • g. het Uitvoeringsprotocol Telecom (13 november 2012); en

    • h. de Belemmeringenwet privaatrecht.

  • 2. Het in het eerste lid verleende mandaat omvat tevens het in overeenstemming met de Minister van Infrastructuur en Waterstaat behandelen van bezwaar- en beroepsprocedures en privaatrechtelijke procedures voortvloeiend uit de toepassing van de in het eerste lid genoemde wet- en regelgeving.

Artikel 3 Ondermandaat

  • 1. Gedeputeerde staten van de provincie Noord-Brabant kunnen voor de in artikel 2 bedoelde aangelegenheden ondermandaat verlenen aan onder hen ressorterende functionarissen.

  • 2. Het verlenen van ondermandaat, alsmede wijziging daarvan, geschiedt schriftelijk.

  • 3. Een afschrift van een besluit inzake ondermandaat als bedoeld in het tweede lid wordt gezonden aan het afdelingshoofd van de afdeling BJV Projectadvisering van de Corporate Dienst van Rijkswaterstaat en aan degenen aan wie krachtens het besluit ondermandaat is verleend.

Artikel 4 Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en vervalt met ingang van de dag na de datum waarop alle in artikel 2 van voornoemde uitvoeringsovereenkomst genoemde werkzaamheden ten behoeve van de voor het project te verleggen kabels en leidingen inclusief de financiële afwikkeling ervan zijn gerealiseerd.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, C. van Nieuwenhuizen Wijbenga

Bezwaarmogelijkheid

Op grond van de Algemene wet bestuursrecht kan tegen dit besluit binnen zes weken na de dag waarop dit is bekendgemaakt een bezwaarschrift worden ingediend. Het bezwaarschrift moet worden gericht aan de Minister van Infrastructuur en Waterstaat en worden gezonden aan het afdelingshoofd BJV Projectadvisering bij de Corporate Dienst van Rijkswaterstaat, Postbus 2232, 3500 GE Utrecht.

Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en ten minste het volgende te bevatten:

  • a. de naam en het adres van de indiener;

  • b. de dagtekening;

  • c. de omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht (kopie bijvoegen);

  • d. een opgave van de redenen waarom men zich met het besluit niet kan verenigen (motivering).

TOELICHTING

Ten behoeve van de realisatie van de reconstructie van de rijksweg N65 Vught – Haaren is de Staat met de provincie Noord-Brabant overeengekomen dat de provincie Noord-Brabant het wegvak Vught – Haaren van de N65 tussen hectometerpalen 3.3 en 11.0 9 (hierna: het werk) zal realiseren. De Staat zal uitsluitend financieel bijdragen aan het werk. Onderdeel van het werk is het verleggen van kabels en leidingen in en buiten rijksbeheergebied.

Op de bevoegdheid tot het door of namens de Minister doen verleggen van kabels en leidingen zijn de Nadeelcompensatieregeling inzake het verleggen van kabels en leidingen in en buiten rijkswaterstaatswerken en spoorwegwerken 1999 (Stcrt. 1999, 97), de Overeenkomst inzake verleggen van kabels en leidingen buiten beheersgebied van 10 februari 1999, het Uitvoeringsprotocol Schadevergoeding Kabels en Leidingen SKL 01-26 (14 september 2001), de Telecommunicatiewet, het Uitvoeringsprotocol Telecom (13 november 2012) en de Belemmeringenwet privaatrecht van toepassing. Ten behoeve van de uitvoering van deze regelingen, wordt de bevoegdheid om alle ten behoeve van het werk noodzakelijke handelingen te verrichten en besluiten te nemen voor de duur van het werk gemandateerd aan provincie Noord-Brabant.

Het besluit volgt uit de in de uitvoeringsovereenkomst kabels en leidingen van 15 april 2021 tussen de Staat en de provincie Noord-Brabant gemaakte afspraken over de realisering van het werk. Op deze wijze wordt ervoor gezorgd dat alle verleggingen van kabels en leidingen en daaruit voortvloeiende schadevergoedingen die verband houden met dit project op een eenduidige wijze worden afgehandeld.

Gedeputeerde staten van de provincie Noord-Brabant kunnen de met dit besluit gemandateerde bevoegdheden in ondermandaat verlenen aan functionarissen van de provincie Noord-Brabant. Hetzelfde geldt voor de verleende volmacht en machtiging. Het mandaat en de machtiging strekken tevens tot het in samenspraak met de Minister van Infrastructuur en Waterstaat afhandelen van bezwaar- en (hoger) beroepschriften gericht tegen besluiten die in mandaat zijn genomen door de functionaris van de provincie die daartoe door gedeputeerde staten is gemandateerd, inclusief privaatrechtelijke procedures.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, C. van Nieuwenhuizen Wijbenga

Naar boven