Wijziging van het Reglement Participatiefonds voor het Primair Onderwijs en de Expertisecentra voor het schooljaar 2021–2022, Stichting Participatiefonds voor het Onderwijs

Het bestuur van de Stichting Participatiefonds voor het Onderwijs, besluit, gelet op de Wet op het primair onderwijs, het Besluit Vervangingsfonds en Participatiefonds ( Stb. 2011, 286 ) en de statuten van de Stichting Vervangingsfonds en Bedrijfsgezondheidszorg voor het Onderwijs, het volgende:

Besluit,

Het Reglement Participatiefonds voor het Primair Onderwijs en de Expertisecentra voor het schooljaar 2021–2022 (Staatscourant 2021, 24825), wordt als volgt gewijzigd,

A

Artikel 4:6:4 komt als volgt te luiden:

Artikel 4:6:4 Toetsingsdatum

  • 1. Een vergoedingsverzoek op grond van dit artikel van een beëindiging per 1 augustus, waarbij de laatste contractdag van de arbeidsovereenkomst op 31 juli is, wordt getoetst op basis van het Reglement Participatiefonds 2021–2022.

  • 2. Een vergoedingsverzoek op grond van dit artikel van een beëindigd dienstverband per een andere datum dan genoemd in het eerste lid van dit artikel, wordt per deze andere datum getoetst, indien de daling van de rijksbekostiging van personeel en financiële bijdragen van derden zich heeft voorgedaan direct voorafgaand aan de datum van het niet voortzetten of beëindigen van het dienstverband.

  • 3. Een vergoedingsverzoek van een beëindigd dienstverband op grond van dit artikel per 1 augustus van het volgend schooljaar, terwijl de daling van de rijksbekostiging van personeel en financiële bijdragen van derden zich eerder heeft voorgedaan maar de werkgever door het bepaalde van artikel 2.1 en 10.1 van de CAO PO en 10.4a, zevende lid, van de CAO PO 2018–2019 niet eerder tot beëindiging van het dienstverband kon overgaan, wordt getoetst op basis van het Reglement 2021–2022.

B

Artikel 4:12:4 komt als volgt te luiden:

Artikel 4:12:4 Toetsingsdatum

  • 1. Een vergoedingsverzoek op grond van dit artikel van een beëindiging per 1 augustus, waarbij de laatste contractdag van de arbeidsovereenkomst op 31 juli is, wordt getoetst op basis van het Reglement Participatiefonds 2021–2022.

  • 2. Een vergoedingsverzoek op grond van dit artikel van een niet voortgezet of beëindigd dienstverband per een andere datum dan genoemd in het eerste lid van dit artikel, wordt per deze andere datum getoetst, indien de daling van de rijksbekostiging van personeel en financiële bijdragen van derden zich heeft voorgedaan direct voorafgaand aan de datum van het niet voortzetten of beëindigen van het dienstverband.

  • 3. Een vergoedingsverzoek van een beëindigd dienstverband op grond van dit artikel per 1 augustus van het volgend schooljaar, terwijl de daling van de rijksbekostiging van personeel en financiële bijdragen van derden zich eerder heeft voorgedaan maar de werkgever door het bepaalde van artikel 2.1 en 10.1 van de CAO PO en 10.4a, zevende lid, van de CAO PO 2018–2019 niet eerder tot beëindiging van het dienstverband kon overgaan, wordt getoetst op basis van het Reglement 2021–2022.

C

Artikel 4:21:4 komt als volgt te luiden:

Artikel 4:21:4 Toetsingsdatum

  • 1. Een vergoedingsverzoek op grond van dit artikel van een tijdelijk dienstverband dat eindigt per of na de laatste schooldag van een schooljaar en dat na 1 augustus van dat jaar niet wordt voortgezet, wordt getoetst als zijnde een niet voortgezet dienstverband per 1 augustus van het volgend schooljaar en getoetst op basis van het Reglement.

  • 2. Een vergoedingsverzoek op grond van dit artikel van een beëindiging per 1 augustus, waarbij de laatste contractdag van de arbeidsovereenkomst op 31 juli is, wordt getoetst op basis van het Reglement Participatiefonds 2021–2022.

  • 3. Een vergoedingsverzoek op grond van dit artikel van een niet voortgezet of beëindigd dienstverband per een andere datum dan genoemd in het eerste of tweede lid van dit artikel, wordt per deze andere datum getoetst, indien de daling van de rijksbekostiging van personeel en financiële bijdragen van derden zich heeft voorgedaan direct voorafgaand aan de datum van het niet voortzetten of beëindigen van het dienstverband.

  • 4. Een vergoedingsverzoek van een beëindigd dienstverband op grond van dit artikel per 1 augustus van het volgend schooljaar, terwijl de daling van de rijksbekostiging van personeel en financiële bijdragen van derden zich eerder heeft voorgedaan maar de werkgever door het bepaalde van artikel 2.1 van de CAO PO en 10.4a, zevende lid van de CAO PO 2018–2019 niet eerder tot beëindiging van het dienstverband kon overgaan, wordt getoetst op basis van het Reglement 2021–2022.

C

Artikel 4:38:8 komt als volgt te luiden:

Artikel 4:38:8 Toetsingsdatum

  • 1. Een vergoedingsverzoek op grond van dit artikel van een beëindiging per 1 augustus, waarbij de laatste contractdag van de arbeidsovereenkomst op 31 juli is, wordt getoetst op basis van het Reglement Participatiefonds 2021–2022.

  • 2. Een vergoedingsverzoek op grond van dit artikel van een beëindigd dienstverband per een andere datum dan genoemd in het eerste lid van dit artikel, wordt per deze andere datum getoetst, indien de daling van de rijksbekostiging van personeel en financiële bijdragen van derden zich heeft voorgedaan direct voorafgaand aan de datum van het beëindigen van het dienstverband.

  • 3. Een vergoedingsverzoek van een beëindigd dienstverband op grond van dit artikel per 1 augustus van het volgend schooljaar, terwijl de daling van de rijksbekostiging van personeel en financiële bijdragen van derden zich eerder heeft voorgedaan maar de werkgever door het bepaalde van artikel 2.1 en 10.1 van de CAO PO en 10.4a, zevende lid van de CAO PO 2018–2019 niet eerder tot beëindiging van het dienstverband kon overgaan, wordt getoetst op basis van het Reglement 2021–2022.

D

Artikel 4:39:4 komt als volgt te luiden:

Artikel 4:39:4 Toetsingsdatum

  • 1. Een vergoedingsverzoek op grond van dit artikel van een beëindiging per 1 augustus, waarbij de laatste contractdag van de arbeidsovereenkomst op 31 juli is, wordt getoetst op basis van het Reglement Participatiefonds 2021–2022.

  • 2. Een vergoedingsverzoek op grond van dit artikel van een beëindigd dienstverband per een andere datum dan genoemd in het eerste lid van dit artikel, wordt per deze andere datum getoetst.

  • 3. Een vergoedingsverzoek van een beëindigd dienstverband op grond van dit artikel per 1 augustus van het volgend schooljaar, terwijl de daling van de rijksbekostiging van personeel en financiële bijdragen van derden zich eerder heeft voorgedaan maar de werkgever door het bepaalde van artikel 2.1 en 10.1 van de CAO PO en 10.4a, zevende lid van de CAO PO niet eerder tot beëindiging van het dienstverband kon overgaan, wordt getoetst op basis van het Reglement 2021–2022.

E

Artikel 4:42:6 komt als volgt te luiden:

Artikel 4:42:6 Toetsingsdatum

  • 1. Een vergoedingsverzoek op grond van dit artikel van een beëindiging per 1 augustus, waarbij de laatste contractdag van de arbeidsovereenkomst op 31 juli is, wordt getoetst op basis van het Reglement Participatiefonds 2021–2022.

  • 2. Een vergoedingsverzoek op grond van dit artikel van een beëindigd dienstverband per een andere datum dan genoemd in het eerste lid van dit artikel, wordt per deze andere datum getoetst, indien de daling van de bekostiging van de Centrale Dienst dan wel Samenwerkingsverband zich heeft voorgedaan direct voorafgaand aan de datum van het beëindigen van het dienstverband.

  • 3. Een vergoedingsverzoek van een beëindigd dienstverband op grond van dit artikel per 1 augustus van het volgend schooljaar, terwijl de daling van bekostiging van personeel en financiële bijdragen van derden zich eerder heeft voorgedaan maar de werkgever door het bepaalde van artikel 2.1 en 10.1 van de CAO PO en 10.4a, zevende lid van de CAO PO 2018–2019 niet eerder tot beëindiging van het dienstverband kon overgaan, wordt getoetst op basis van het Reglement 2021–2022.

F

Artikel 4:45:8 komt als volgt te luiden:

Artikel 4:45:8 Toetsingsdatum

  • 1. Een vergoedingsverzoek op grond van dit artikel van een beëindiging per 1 augustus, waarbij de laatste contractdag van de arbeidsovereenkomst op 31 juli is, wordt getoetst op basis van het Reglement Participatiefonds 2021–2022.

  • 2. Een vergoedingsverzoek op grond van dit artikel van een beëindiging per een andere datum dan genoemd in het eerste lid van dit artikel, wordt per deze andere datum getoetst, indien de daling van de rijksbekostiging van personeel en financiële bijdragen van derden zich heeft voorgedaan direct voorafgaand aan de datum van de beëindiging.

  • 3. Een vergoedingsverzoek van een beëindiging op grond van dit artikel per 1 augustus van het volgend schooljaar, terwijl de daling van de rijksbekostiging van personeel en financiële bijdragen van derden zich eerder heeft voorgedaan maar de werkgever door het bepaalde van artikel 2.1 van de CAO PO en 10.4a, zevende lid van de CAO PO 2018–2019 niet eerder tot beëindiging van het dienstverband kon overgaan, wordt getoetst op basis van het Reglement 2021–2022.

G

Artikel 4:46:4 komt als volgt te luiden:

Artikel 4:46:4 Toetsingsdatum

  • 1. Een vergoedingsverzoek op grond van dit artikel van een beëindiging per 1 augustus, waarbij de laatste contractdag van de arbeidsovereenkomst op 31 juli is, wordt getoetst op basis van het Reglement Participatiefonds 2021–2022.

  • 2. Een vergoedingsverzoek op grond van dit artikel van een beëindiging per een andere datum dan genoemd in het eerste lid van dit artikel, wordt per deze andere datum getoetst.

H

Artikel 4:49:6 komt als volgt te luiden:

Artikel 4:49:6 Toetsingsdatum

  • 1. Een vergoedingsverzoek op grond van dit artikel van een beëindiging per 1 augustus, waarbij de laatste contractdag van de arbeidsovereenkomst op 31 juli is, wordt getoetst op basis van het Reglement Participatiefonds 2021–2022.

  • 2. Een vergoedingsverzoek op grond van dit artikel van een beëindiging per een andere datum dan genoemd in het eerste lid van dit artikel, wordt per deze andere datum getoetst, indien de daling van bekostiging voor de Centrale Dienst dan wel Samenwerkingsverband zich heeft voorgedaan direct voorafgaand aan de datum van het niet voortzetten of beëindigen van het dienstverband.

  • 3. Een vergoedingsverzoek van een beëindiging op grond van dit artikel per 1 augustus van het volgend schooljaar, terwijl de daling van de bekostiging voor de Centrale Dienst dan wel Samenwerkingsverband zich eerder heeft voorgedaan maar de werkgever door het bepaalde van artikel 2.1 en 10.1 van de CAO PO en 10.4a, zevende lid, van de CAO PO 2018–2019 niet eerder tot beëindiging van het dienstverband kon overgaan, wordt getoetst op basis van het Reglement 2021–2022.

I

Artikel 4:52:6 komt als volgt te luiden:

Artikel 4:52:6 Toetsingsdatum

  • 1. Een vergoedingsverzoek op grond van dit artikel van een tijdelijk dienstverband dat eindigt per of na de laatste schooldag van een schooljaar en dat na 1 augustus van dat jaar niet wordt voortgezet, wordt getoetst als zijnde een niet voortgezet dienstverband per 1 augustus van het volgend schooljaar en getoetst op basis van het Reglement 2021–2022.

  • 2. Een vergoedingsverzoek op grond van dit artikel van een niet voortgezet dienstverband per een andere datum dan genoemd in het eerste lid van dit artikel, wordt per deze andere datum getoetst, indien de daling van de rijksbekostiging van personeel en financiële bijdragen van derden zich heeft voorgedaan direct voorafgaand aan de datum van het niet voortzetten van het dienstverband.

  • 3. Een vergoedingsverzoek van een beëindigd dienstverband op grond van dit artikel per 1 augustus van het volgend schooljaar, terwijl de daling van de rijksbekostiging van personeel en financiële bijdragen van derden zich eerder heeft voorgedaan maar de werkgever door het bepaalde van artikel 2.1 en 10.1 van de CAO PO en 10.4a, zevende lid, van de CAO PO 2018–2019 niet eerder tot beëindiging van het dienstverband kon overgaan, wordt getoetst op basis van het Reglement 2021–2022.

J

Artikel 4:53:4 komt als volgt te luiden:

Artikel 4:53:4 Toetsingsdatum

  • 1. Een vergoedingsverzoek op grond van dit artikel van een tijdelijk dienstverband dat eindigt per of na de laatste schooldag van een schooljaar en dat na 1 augustus van dat jaar niet wordt voortgezet, wordt getoetst als zijnde een niet voortgezet dienstverband per 1 augustus van het volgend schooljaar en getoetst op basis van het Reglement 2021–2022.

  • 2. Een vergoedingsverzoek op grond van dit artikel van een niet voortgezet dienstverband per een andere datum dan genoemd in het eerste lid van dit artikel, wordt per deze andere datum getoetst, indien de daling van de rijksbekostiging van personeel en financiële bijdragen van derden zich heeft voorgedaan direct voorafgaand aan de datum van het niet voortzetten van het dienstverband.

K

Artikel 4:56:4 komt als volgt te luiden:

Artikel 4:56:4 Toetsingsdatum

  • 1. Een vergoedingsverzoek op grond van dit artikel van een tijdelijk dienstverband dat eindigt per of na de laatste schooldag van een schooljaar en dat na 1 augustus van dat jaar niet wordt voortgezet, wordt getoetst als zijnde een niet voortgezet dienstverband per 1 augustus van het volgend schooljaar en getoetst op basis van het Reglement 2021–2022.

  • 2. Een vergoedingsverzoek op grond van dit artikel van een niet voortgezet dienstverband per een andere datum dan genoemd in het eerste lid van dit artikel, wordt per deze andere datum getoetst, indien de daling van de bekostiging voor de Centrale Dienst dan wel Samenwerkingsverband zich heeft voorgedaan direct voorafgaand aan de datum van het niet voortzetten van het dienstverband.

  • 3. Een vergoedingsverzoek van een niet voortgezet dienstverband op grond van dit artikel per 1 augustus van het volgend schooljaar, terwijl de daling van de bekostiging voor de Centrale Dienst dan wel Samenwerkingsverband zich eerder heeft voorgedaan maar de werkgever door het bepaalde van artikel 2.1 en 10.1 van de CAO PO en 10.4a, zevende lid van de CAO PO 2018–2019 niet eerder tot niet voortzetten van het dienstverband kon overgaan, wordt getoetst op basis van het Reglement 2021–2022.

L

Artikel 4:57:8 komt als volgt te luiden:

Artikel 4:57:8 Toetsingsdatum

  • 1. Een vergoedingsverzoek op grond van dit artikel van een beëindiging per 1 augustus, waarbij de laatste contractdag van de arbeidsovereenkomst op 31 juli is, wordt getoetst op basis van het Reglement Participatiefonds 2021–2022.

  • 2. Een vergoedingsverzoek op grond van dit artikel van een beëindiging per een andere datum dan genoemd in het eerste lid van dit artikel, wordt per deze andere datum getoetst, indien de daling van de rijksbekostiging van personeel en financiële bijdragen van derden zich heeft voorgedaan direct voorafgaand aan de datum van de beëindiging.

  • 3. Een vergoedingsverzoek van een beëindiging op grond van dit artikel per 1 augustus van het volgend schooljaar, terwijl de daling van de rijksbekostiging van personeel en financiële bijdragen van derden zich eerder heeft voorgedaan maar de werkgever door het bepaalde van artikel 2.1 en 10.1 van de CAO PO en 10.4a, zevende lid van de CAO PO 2018–2019 niet eerder tot beëindiging van het dienstverband kon overgaan, wordt getoetst op basis van het Reglement 2021–2022.

M

Artikel 4:58:4 komt als volgt te luiden:

Artikel 4:58:4 Toetsingsdatum

  • 1. Een vergoedingsverzoek op grond van dit artikel van een beëindiging per 1 augustus, waarbij de laatste contractdag van de arbeidsovereenkomst op 31 juli is, wordt getoetst op basis van het Reglement Participatiefonds 2021–2022.

  • 1. 2 Een vergoedingsverzoek op grond van dit artikel van een beëindiging per een andere datum dan genoemd in het eerste lid van dit artikel, wordt per deze andere datum getoetst.

N

Artikel 4:59:8 komt als volgt te luiden:

Artikel 4:59:8 Toetsingsdatum

  • 1. Een vergoedingsverzoek op grond van dit artikel van een beëindiging per 1 augustus, waarbij de laatste contractdag van de arbeidsovereenkomst op 31 juli is, wordt getoetst op basis van het Reglement Participatiefonds 2021–2022.

O

Artikel 4:60:7 komt als volgt te luiden:

Artikel 4:60:7 Toetsingsdatum

  • 1. Een vergoedingsverzoek op grond van dit artikel van een tijdelijk dienstverband dat eindigt per of na de laatste schooldag van een schooljaar en dat na 1 augustus van dat jaar niet wordt voortgezet, wordt getoetst als zijnde een niet voortgezet dienstverband per 1 augustus van het volgend schooljaar en getoetst op basis van het Reglement 2021–2022.

  • 2. Een vergoedingsverzoek op grond van dit artikel van een niet voortgezet dienstverband per een andere datum dan genoemd in het eerste lid van dit artikel, wordt per deze andere datum getoetst, indien de daling van de rijksbekostiging van personeel en financiële bijdragen van derden zich heeft voorgedaan direct voorafgaand aan de datum van het niet voortzetten van het dienstverband.

  • 3. Een vergoedingsverzoek van een beëindigd dienstverband op grond van dit artikel per 1 augustus van het volgend schooljaar, terwijl de daling van de rijksbekostiging van personeel en financiële bijdragen van derden zich eerder heeft voorgedaan maar de werkgever door het bepaalde van artikel 2.1 en 10.1 van de CAO PO en 10.4a, zevende lid van de CAO PO 2018–2019 niet eerder tot beëindiging van het dienstverband kon overgaan, wordt getoetst op basis van het Reglement 2021–2022.

P

Artikel 4:62:8 komt als volgt te luiden:

Artikel 4:62:8 Toetsingsdatum

  • 1. Een vergoedingsverzoek op grond van dit artikel van een beëindiging per 1 augustus, waarbij de laatste contractdag van de arbeidsovereenkomst op 31 juli is, wordt getoetst op basis van het Reglement Participatiefonds 2021–2022.

Naar boven