Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media van 6 juli 2021, nr. MBO/28590574, houdende wijziging van de Subsidieregeling inhaal- en ondersteuningsprogramma’s onderwijs 2020–2021 in verband met het vaststellen van subsidieplafonds voor het tweede aanvraagtijdvak van 2021

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media,

Gelet op artikel 4 en 5 van de Wet overige OCW-subsidies en artikel 1.3 en 2.1 van de Kaderregeling subsidies OCW, SZW en VWS;

Besluiten:

ARTIKEL I

Artikel 5a van de Subsidieregeling inhaal- en ondersteuningsprogramma’s onderwijs 2020–2021 wordt als volgt gewijzigd:

1. Onder vernummering van het derde lid tot vierde lid wordt een lid ingevoegd, luidende:

  • 3. Voor de subsidieverstrekking op grond van deze regeling zijn voor het aanvraagtijdvak, bedoeld in artikel 4, tweede lid, onder b, in 2021 ten hoogste de volgende bedragen beschikbaar:

    • a. voor uit ’s Rijks kas bekostigde scholen als bedoeld in artikel 1 van de Wet op het primair onderwijs, artikel 1 van de Wet op de expertisecentra en artikel 1 van de Wet op het primair onderwijs BES: € 66.849.200,–;

    • b. voor uit ’s Rijks kas bekostigde scholen als bedoeld in artikel 1 van de Wet op het voortgezet onderwijs, het voorbereidend beroepsonderwijs binnen een aoc, het voortgezet onderwijs aan Scholengemeenschap Bonaire en het CXC-onderwijs aan de Saba Comprehensive School en Gwendoline van Putten School: € 38.720.200,–;

    • c. voor instellingen als bedoeld in artikel 1.1.1, onder b, van de Wet educatie en beroepsonderwijs en de Scholengemeenschap Bonaire, voor zover die uit ’s Rijks kas bekostigde beroepsopleidingen verzorgen: € 1.363.400,–;

    • d. voor instellingen als bedoeld in artikel 1.1.1, onder b, van de Wet educatie en beroepsonderwijs, voor zover die uit ’s Rijks kas bekostigde opleidingen voortgezet algemeen volwassenenonderwijs verzorgen: € 81.000,–;

    • e. voor instellingen als bedoeld in artikel 1.4.a1, eerste lid, van de Wet educatie en beroepsonderwijs en artikel 1.4.2 van de Wet educatie en beroepsonderwijs BES, die een opleiding overige educatie verzorgen: € 763.900,–.

ARTIKEL II. INWERKINGTREDING

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 juni 2021.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, I.K. van Engelshoven

De Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media, A. Slob

TOELICHTING

Algemeen

Met ingang van 15 april 2021 is de Subsidieregeling inhaal- en ondersteuningsprogramma’s onderwijs 2020–2021 gewijzigd door daar een eerste en eventueel een tweede aanvraagtijdvak voor 2021 aan toe te voegen.1 Scholen en instellingen worden hiermee dit jaar nog in de gelegenheid gesteld om inhaal- en ondersteuningsprogramma’s te organiseren voor leerlingen en studenten met corona-gerelateerde leerachterstanden. Het tweede aanvraagtijdvak zou worden opengesteld indien na het eerste aanvraagtijdvak nog middelen resteerden.

Na afloop van het eerste aanvraagtijdvak van 15 april 2021 tot en met 2 mei 2021 resteerden er voor alle sectoren en onderwijssoorten nog middelen, waardoor ook het tweede aanvraagtijdvak van 1 juni 2021 tot en met 13 juni 2021 is opengesteld. Scholen en instellingen die een subsidieaanvraag in het tweede aanvraagtijdvak hebben ingediend, ontvangen uiterlijk 26 juli 2021 een beschikking tot het al dan niet verstrekken van de subsidie. Inmiddels is duidelijk dat de subsidieplafonds voor het tweede aanvraagtijdvak niet zullen worden bereikt, met uitzondering van het subsidieplafond voor voortgezet algemeen volwassenenonderwijs (vavo). Voor vavo is er een overtekening van het subsidieplafond van € 52.000,–:

Sector

Aantal aanvragen tijdvak 5

Aangevraagd

tijdvak 5

Aangevraagd

tijdvak 4

Subsidieplafond

Stand

Resterend

PO

774

€ 20.584.800,00

€ 49.150.800,00

€ 116.000.000,00

€ 46.264.400,00

39,9%

VO

108

€ 14.590.800,00

€ 55.279.800,00

€ 94.000.000,00

€ 24.129.400,00

25,7%

MBO

4

€ 329.400,00

€ 30.936.600,00

€ 32.300.000,00

€ 1.034.000,00

3,2%

VAVO

5

€ 81.000,00

€ 1.071.000,00

€ 1.100.000,00

€ 52.000,00

–4,7%

Overige educatie

3

€ 210.600,00

€ 836.100,00

€ 1.600.000,00

€ 553.300,00

34,6%

Totaal

894

€ 35.796.600,00

€ 137.274.300,00

€ 245.000.000,00

€ 71.929.100,00

 

Vaststelling subsidieplafonds tweede tijdvak

De subsidieplafonds voor het tweede aanvraagtijdvak van 2021 waren nog niet in artikel 5a van de Subsidieregeling inhaal- en ondersteuningsprogramma’s onderwijs opgenomen. Omwille van de duidelijkheid worden deze subsidieplafonds alsnog vastgesteld door middel van onderhavige wijzigingsregeling, die eveneens voor de duidelijkheid terugwerkt tot en met 1 juni 2021 ofwel de eerste dag van het tweede aanvraagtijdvak van 2021. Tevens wordt het subsidieplafond voor vavo met € 52.000,– opgehoogd, zodat alle subsidieaanvragen voor vavo kunnen worden gehonoreerd. Voor de scholen en instellingen is het vaststellen van de subsidieplafonds met terugwerkende kracht niet bezwaarlijk, aangezien alle daarvoor in aanmerking komende subsidieaanvragen, inclusief die van de vavo-instellingen, zullen worden toegekend.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, I.K. van Engelshoven

De Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media, A. Slob

Naar boven