Regeling van de Minister voor Medische Zorg van 30 juni 2021, kenmerk 3216930-1011601-MEVA, houdende wijziging van de Subsidieregeling stageplaatsen zorg II in verband met verlenging van de werkingsduur

De Minister voor Medische Zorg,

Gelet op artikel 3 en 5 van de Kaderwet VWS-subsidies;

Besluit:

ARTIKEL I

De Subsidieregeling stageplaatsen zorg II wordt als volgt gewijzigd:

In artikel 7 wordt ‘1 augustus 2021’ vervangen door ‘1 augustus 2022’.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 augustus 2021.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister voor Medische Zorg, T. van Ark

TOELICHTING

Algemeen

De Subsidieregeling stageplaatsen zorg II (hierna: de Subsidieregeling) beoogt het beschikbaar komen van een voldoende aantal stageplaatsen via een relatief stabiel en op toekomstige zorgbehoeften gebaseerd stageaanbod te ondersteunen.

De zorg is aan grote veranderingen onderhevig. Dat varieert van een veranderende leeftijdsopbouw van de bevolking, een toename van het aantal chronische zieken en de voortgang in technologische ontwikkelingen tot het zoveel mogelijk in de eigen omgeving aanbieden van zorg. Veel ontwikkelingen komen geleidelijk en voorspelbaar tot stand, maar andere ontwikkelingen verlopen onvoorspelbaar en schoksgewijs, zoals bijvoorbeeld de uitbraak van de Covid-19 pandemie. Opleidingsbeslissingen moeten aansluiten bij de lange termijn ontwikkeling in zorgbehoeften en zo min mogelijk worden beïnvloed door korte termijn financiële overwegingen. Met de Subsidieregeling wordt beoogd bij te dragen aan een relatief stabiel en op de toekomstige zorgbehoeften gebaseerd stageaanbod.

Op basis van de Subsidieregeling komen zorginstellingen die stageplaatsen op een aantal in deze regeling gespecificeerde zorgopleidingen aanbieden in aanmerking voor een bijdrage in de kosten van het aanbieden van stageplaatsen en de stagebegeleiding.

Stageplaatsen zijn een wezenlijk onderdeel van de opleiding tot zorgprofessional. Enerzijds bieden stages de mogelijkheid om het geleerde te oefenen en in de praktijk te brengen, anderzijds leren stages de stagiairs veel over de praktijk. Stages vormen daarom een onmisbaar onderdeel van de curricula van zorgopleidingen. Beschikbaarheid van voldoende stageplaatsen is dan ook een essentiële voorwaarde voor een toereikende instroom op de zorgarbeidsmarkt.

In eerste instantie zijn stageplaatsen een verantwoordelijkheid van de onderwijs- en zorginstellingen zelf. Stageplaatsen hebben echter ook een maatschappelijk belang dat het belang van de individuele instellingen overstijgt. Deze Subsidieregeling beoogt eraan bij te dragen dat instellingen dit maatschappelijk belang meewegen.

Met de beschikbaarheid van de subsidie zullen zorginstellingen eerder geneigd zijn rekening te houden met het maatschappelijk belang van stageplaatsen en minder snel geneigd zijn beslissingen te nemen op basis van financiële en concurrentieoverwegingen die op korte termijn spelen. Enerzijds zijn instellingen door de subsidie eerder geneigd stageplaatsen aan te bieden. Anderzijds blijven bestaande plaatsen eerder behouden wanneer deze door externe ontwikkelingen, zoals bijvoorbeeld de Covid-19 pandemie, onder druk staan.

Bij het aanbieden van stageplaatsen is voorts sprake van free-rider gedrag en onderinvesteringen. Zorginstellingen die zelf geen stageplaatsen aanbieden kunnen de nieuw opgeleide professionals tegen net even gunstiger voorwaarden aantrekken dan de instellingen kunnen bieden die wel kosten voor het beschikbaar stellen van stageplaatsen hebben moeten maken. Deze Subsidieregeling beoogt er aan bij te dragen dat dergelijke concurrentieoverwegingen geen of in minder mate een rol spelen.

De Subsidieregeling is in 2020 geëvalueerd. De uitkomsten van deze evaluatie zijn positief en daarom is besloten de Subsidieregeling voort te zetten. Hoewel uit de evaluatie een aantal suggesties naar voren zijn gekomen waarmee de regeling mogelijk nog doelmatiger kan worden gemaakt, wordt met de onderhavige wijzigingsregeling enkel de werkingsduur van de Subsidieregeling verlengd met één jaar. Het nieuwe kabinet kan dan vervolgens een beslissing nemen over eventuele inhoudelijke wijzigingen ten aanzien van de Subsidieregeling. Het demissionaire kabinet wil hierbij uitdrukkelijk aangeven dat de Subsidieregeling breed gesteund wordt en voortzetting van de Subsidieregeling na één jaar in de lijn der verwachting ligt.

Artikelsgewijs

Artikel I

In artikel 7 is de vervaldatum van de Subsidieregeling aangepast. De Subsidieregeling vervalt hiermee zoals gezegd per 1 augustus 2022.

Artikel II

In afwijking van de vaste verandermomenten bij regelgeving (VVM), treedt deze wijzigingsregeling in werking met ingang van 1 augustus 2021 en wordt deze zo spoedig mogelijk bekend gemaakt om duidelijkheid te bieden over het voortzetten van de Subsidieregeling, met het oog op de instroom voor het studiejaar 2021-2022.

De Minister voor Medische Zorg, T. van Ark

Naar boven