Regeling van de Minister van Infrastructuur en Waterstaat, van 15 juni 2021, nr. IENW/BSK-2021/153832, houdende wijziging van de Waterregeling in verband met wijziging van de kaartenbijlagen (juli 2021)

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,

Gelet op artikel 3.1, eerste en tweede lid, in samenhang met artikel 3.3, en artikel 6.16, tweede lid, van het Waterbesluit;

BESLUIT:

ARTIKEL I

De Waterregeling wordt als volgt gewijzigd:

A

In Bijlage II. Kaart met grenzen van oppervlaktewaterlichamen en zijwateren waar het Rijk het waterkwaliteitsbeheer voert, en grenzen van drogere oevergebieden (bijlage bij artikel 3.2, eerste lid, en 3.3 van de Waterregeling) worden de kaarten met onderstaande nummers vervangen door de hieronder genoemde kaarten met gelijke nummers, opgenomen in bijlage A, behorend bij deze regeling:

Kaart:

kaartnummer:

Beheer waterkwaliteit en drogere oevergebieden

041

Beheer waterkwaliteit en drogere oevergebieden

042

Beheer waterkwaliteit en drogere oevergebieden

177

Beheer waterkwaliteit en drogere oevergebieden

178

Beheer waterkwaliteit en drogere oevergebieden

181

Beheer waterkwaliteit en drogere oevergebieden

230

B

In Bijlage III. Kaart met grenzen van oppervlaktewaterlichamen en zijwateren waar het Rijk het waterkwantiteitsbeheer voert (bijlage bij artikel 3.2, tweede lid, van de Waterregeling) worden de kaarten met onderstaande nummers vervangen door de hieronder genoemde kaarten met gelijke nummers, opgenomen in bijlage B, behorend bij deze regeling:

Kaart:

kaartnummer:

Beheer waterkwantiteit

177

Beheer waterkwantiteit

178

Beheer waterkwantiteit

181

ARTIKEL II

  • 1. Indien een werk of handeling op het tijdstip, direct voorafgaand aan de inwerkingtreding van deze regeling, niet strijdig was met daarvoor bij of krachtens de Waterwet geldende regels of voorschriften en daarvoor als gevolg van een wijziging krachtens deze regeling van bijlage II of III bij de Waterregeling een watervergunning als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Waterwet vereist zou worden, blijft die vergunningplicht buiten toepassing totdat er een wijziging van dat werk of die handeling plaatsvindt waarvoor een watervergunning vereist is.

  • 2. Indien als gevolg van een wijziging als bedoeld in het eerste lid een ander bestuursorgaan bevoegd gezag als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Waterwet wordt, wordt een met betrekking tot dat werk of die handeling op het tijdstip, bedoeld in het eerste lid, van kracht zijnde watervergunning als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van de Waterwet aangemerkt als een watervergunning van dat andere bestuursorgaan.

ARTIKEL III

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 juli 2021. Indien de Staatscourant waarin deze regeling wordt geplaatst, wordt uitgegeven na 30 juni 2021, treedt zij in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, C. van Nieuwenhuizen Wijbenga

BIJLAGE A

BIJLAGE B

TOELICHTING

1. Inleiding

Deze regeling vervangt in totaal 9 kaarten in de bijlagen II of III bij de Waterregeling. Deze bijlagen bevatten kaarten met grenzen van oppervlaktewaterlichamen en zijwateren waarover het Rijk het waterkwaliteits-, en waterkwantiteitsbeheer voert.

2. Wijzigingen kaartbijlagen per onderdeel

Artikel I, onderdeel A (kaarten nr. 041, 042 en 230)

De aangepaste kaarten binnen bijlage II bij de Waterregeling met de nummers 041, 042 en 230 bevatten een wijziging van de grenzen van het waterkwaliteitsbeheer. De wijziging van de kaarten 041, 042 en 230 brengt de feitelijke situatie tot uitdrukking dat de rijksbaggerdepots IJsseloog en Hollandsch Diep zelf geen onderdeel uitmaken van de omringende oppervlaktewaterlichamen Ketelmeer en Hollandsch Diep.

Bij invoering van de Waterwet zijn de oppervlaktewaterlichamen in beheer bij het Rijk geografisch begrensd op de kaarten in de bijlage bij de Waterregeling. Dit was nodig om de rijkswateren af te bakenen van de regionale wateren die in beheer zijn bij waterschappen. Deze kaarten geven aan tot waar de (rijks)oppervlaktewaterlichamen reiken. Onbedoeld zijn hierbij de depots ‘ingetekend’ op deze kaarten, waardoor ze juridisch gezien onderdeel zijn gaan uitmaken van deze oppervlaktewaterlichamen. Dit is echter onjuist, omdat de depots feitelijk gescheiden zijn van het oppervlaktewater door middel van een fysieke barrière. Met wijziging van de kaarten 041, 042 en 230 is dit gecorrigeerd en wordt de juridische situatie in overeenstemming gebracht met de feitelijke situatie.

Overigens geldt dat het water dat zich binnen de omringde baggerdepots bevindt, geen zelfstandig oppervlaktewaterlichaam vormt in de zin van de Waterwet, aangezien daarin als gevolg van rechtmatig gebruik ten behoeve van een specifiek doel geen normaal ecosysteem aanwezig is.

Artikel I, onderdeel A en B (kaarten nr. 177, 178 en 181)

De aangepaste kaarten binnen bijlagen II en III bij de Waterregeling (onder nummers 177, 178, 181) bevatten gewijzigde grenzen voor het beheer. De wijzigingen van de grenzen betreffen correcties van de eerdere versies van de kaarten en de vastlegging van de met andere betrokken bestuursorganen afgesproken wijzigingen van de beheergrenzen. Hieronder zijn de wijzigingen per kaart toegelicht.

De wijzigingen op kaart 177 betreffen correcties op verschillende locaties. Zo is in de Entrepothaven de grens om de steiger die leidt naar een kolom woningen verwijderd. Dit geldt ook voor de grens om de steiger van de Passenger Terminal Amsterdam. De grens rondom de steiger van het BIM huis is aangepast. De grens om de fietsenstalling bij het Centraal Station van Amsterdam is aangepast omdat een gedeelte van de stalling en de aangrenzende objecten behoort tot het rijkswater.

De wijzigingen op kaart 178 betreffen zowel correcties als wijzigingen. Zo is op de Silodam in de Houthavens de grens gelegd door het appartementencomplex dat aldaar op pijlers staat. Tevens is ter hoogte van de Nieuwe Houthaven aan de Danzigerkade de grens gecorrigeerd naar de scheiding tussen droog en nat. Naar aanleiding van de ontwikkeling van de NDSM werf is het noordelijk gedeelte van het NDSM kanaal tussen de Ms. Oslofjordweg en NDSM-straat en ten oosten van de pontaanlanding gedempt.

De wijzigingen op kaart 181 betreffen wijzigingen aan de beheergrenzen. Op de 1e Rijksbinnenhaven is de steiger aan de noordzijde verwijderd. Dit heeft een aanpassing van de grens tot gevolg. De grens op het eiland ten noorden van het Buiten Spuikanaal is aangepast. De grens is gelegd op de insteek van de oever. Daarnaast staat de zuidzijde van de Loswal op pijlers. De grens is daarom langs de oever getrokken.

3. Gevolgen van deze regeling

Als gevolg van het vergunningvrij dan wel vergunningplichtig worden van gebieden kunnen er regeldrukgevolgen zijn. Deze volgen echter reeds uit eerder gemaakte afspraken dan wel uit de toepassing van andere regelgeving op de wijzigingen in de desbetreffende gebieden. De onderhavige wijziging heeft op zichzelf geen gevolgen voor de administratieve lastendruk voor burgers en bedrijven en evenmin voor de bestuurlijke en uitvoeringslasten. De wijzigingen zijn afgestemd met de betrokken bestuursorganen. Voor burgers en bedrijven zijn er als gevolg van deze regeling geen andere ingrijpende gevolgen.

Het Adviescollege toetsing regeldruk (ATR) heeft het dossier niet geselecteerd voor een formeel advies, omdat het naar verwachting geen gevolgen voor de regeldruk heeft.

Omdat de regeling geen ingrijpende gevolgen heeft voor burgers en bedrijven en voornamelijk technische wijzigingen behelst, is daarnaast afgezien van internetconsultatie in lijn met het beleid ten aanzien daarvan.1

4. Overgangsrecht

Deze regeling bevat de gebruikelijke overgangsbepaling, waarmee wordt bereikt dat voor bestaande, doorlopende werken en handelingen waarvoor eerder geen watervergunning vereist was, na inwerkingtreding van de onderhavige regeling niet enkel door de wijziging van beheergrenzen een watervergunning vereist is.

Voorwaarde is wel dat de werken en handelingen voorafgaand aan het van kracht worden van de gewijzigde beheergrenzen aan de eisen van de Waterwet en de krachtens die wet gestelde regels en voorschriften voldoen (zoals vergunningseisen en -voorschriften, zorgplichten, algemene regels, maatwerkvoorschriften en meldings- en informatieplichten). Met dit overgangsrecht wordt de continuïteit van bestaande rechten en beschermingsniveaus gewaarborgd en worden onnodige lasten, die zouden ontstaan door het – enkel door de wijzigingsregeling – moeten aanvragen van nieuwe vergunningen of ontheffingen of door het opleggen van nieuwe maatwerkvoorschriften, voorkomen.

5. Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 juli 2021 in verband met wijzigingen van de beheergrenzen die per die datum wenselijk zijn. Er wordt afgeweken van de invoeringstermijn van drie maanden uit het systeem van vaste verandermomenten van regelgeving, die is vereist wegens de gevolgen voor andere overheden. Dat is niet bezwaarlijk, omdat de wijzigingen al zijn afgestemd met de betrokken overheden en waar relevant met andere betrokkenen. Bovendien is latere inwerkingtreding niet gewenst, omdat de eerder aangegeven beheergrenzen op de genoemde kaarten bij de Waterregeling niet actueel zijn. Spoedige wijziging is dus noodzakelijk en een later vast verandermoment, in dit geval 1 oktober 2021, kan om die reden niet worden afgewacht. Dit is in overeenstemming met de uitzonderingsgrond van aanwijzing 4.17, vijfde lid, onderdeel a, van de Aanwijzingen voor de regelgeving.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, C. van Nieuwenhuizen Wijbenga


X Noot
1

Kamerstukken II 2009/10, 29279. nr. 114, Kamerstukken II 2012/13, 29362. nr. 224 en Kamerstukken II 2016/17, 29 515, nr. 397.

Naar boven