TOELICHTING
Op 25 mei 2020 werd de subsidieregeling Inhaal- en Ondersteuningsprogramma’s onderwijs
2020–2021 gepubliceerd1. Op grond van deze regeling konden scholen voor primair, speciaal en voortgezet onderwijs
en instellingen voor mbo, vavo en overige educatie subsidie aanvragen voor het in
schooljaar 2020/2021 (laten) organiseren van inhaal- en ondersteuningsprogramma’s
naast het reguliere onderwijsprogramma. Deze inhaal- en ondersteuningsprogramma’s
hebben als doel leerlingen, studenten, vavo-studenten en deelnemers te helpen leerachterstanden,
die zij hebben opgelopen in verband met de gehele of gedeeltelijke sluiting van scholen
en instellingen dit jaar wegens de uitbraak van COVID-19, weg te werken en hen daarbij
te ondersteunen. Voor mbo biedt de regeling daarnaast de mogelijkheid om studenten
die vertraging in de beroepspraktijkvorming hebben opgelopen daar extra begeleiding
bij te bieden. De subsidieregeling kent een drietal mogelijke aanvraagtijdvakken:
het eerste tijdvak loopt van 2 juni tot en met 21 juni 2020, het tweede tijdvak van
18 augustus tot en met 18 september 2020 en – indien het subsidieplafond dan nog niet
zou zijn bereikt – het derde tijdvak van 19 oktober tot en met 1 november 2020.
Na afloop van het eerste aanvraagtijdvak is gebleken dat voor de sectoren voortgezet
onderwijs en overige educatie met het totaal aangevraagde subsidiebedrag het voor
dat tijdvak beschikbare budget was overschreden. Daarom is besloten het totale budget
voor deze sectoren (het eerste en het tweede tijdvak tezamen) anders over beide tijdvakken
te verdelen dan 50%/50% zoals in de oorspronkelijke regeling was bepaald, zodat alle
aanvragen in het eerste tijdvak die voldeden aan de gestelde voorwaarden alsnog gehonoreerd
konden worden. Dit had geen consequenties voor de overige sectoren: ook daar zijn
alle aanvragen gehonoreerd. Het voor deze sectoren na het eerste tijdvak nog overgebleven
budget is conform de regeling beschikbaar gesteld voor het tweede tijdvak. Deze wijzigingsregeling
is op 10 juli 2020 gepubliceerd in de Staatscourant.2
Nu ook het tweede aanvraagtijdvak is afgelopen, is gebleken dat voor alle sectoren,
behalve het vavo, sprake was van overintekening en daarmee van overschrijding van
het subsidieplafond dat per sector was vastgesteld. Op grond van artikel 8 van de
oorspronkelijke regeling had daarom geloot moeten worden en een groot gedeelte van
de aanvragen had moeten worden afgewezen. Voor het mbo had per aanvraag minder dan
100% van het aangevraagde bedrag moeten worden toegekend. In onderstaande tabellen
wordt het aantal aanvragen, het aangevraagde en toegekende subsidiebedrag in het eerste
tijdvak en het aangevraagde subsidiebedrag in het tweede tijdvak weergegeven. In de
eerste tabel wordt de situatie voor het primair onderwijs, het voortgezet onderwijs,
het mbo en overige educatie geschetst. Afgezet tegen het in het tweede tijdvak per
sector nog beschikbare budget (subsidieplafond tweede tijdvak) leidt het in het tweede
tijdvak aangevraagde subsidiebedrag voor deze sectoren tot budgetoverschrijding en
dus een tekort. Aangezien in het vavo geen sprake is van budgetoverschrijding en er
nog een resterend budget is voor het derde tijdvak, is de situatie voor het vavo in
een aparte tabel weergegeven.
|
Sector
|
Aantal aanvragen 1e tijdvak
|
Aangevraagde en toegekende subsidie 1e tijdvak
|
Aantal aanvragen 2e tijdvak
|
Aangevraagd subsidiebedrag 2e tijdvak
|
Subsidie-plafond 2e tijdvak
|
Tekort
|
|
PO
|
1.129
|
€ 25.963.200
|
3.556
|
€ 88.099.200
|
€ 76.036.800
|
€ –12.062.400
|
|
VO
|
352
|
€ 43.204.500
|
392
|
€ 50.953.500
|
€ 21.795.500
|
€ –29.158.000
|
|
MBO
|
45
|
€ 22.677.750
|
52
|
€ 41.853.600
|
€ 41.372.250
|
€ –481.350
|
|
Overige educatie
|
11
|
€ 1.367.100
|
9
|
€ 1.814.400
|
€ 432.900
|
€ –1.381.500
|
|
Totaal
|
1.559
|
€ 94.009.950
|
4.032
|
€ 182.720.700
|
€ 140.990.050
|
€ –43.083.250
|
Aanvragen, toegekende subsidie en voor 3e tijdvak resterend budget vavo
|
Aantal aanvragen 1e tijdvak
|
Aangevraagde en toegekende subsidie 1e tijdvak
|
Aantal aanvragen 2e tijdvak
|
Aangevraagd subsidiebedrag 2e tijdvak
|
Subsidie-plafond 2e tijdvak
|
Resterend budget voor 3e tijdvak
|
|
22
|
€ 797.400
|
23
|
€ 1.029.600
|
€ 1.352.600
|
€ 323.000
|
In totaal zijn er 5591 aanvragen ingediend voor subsidie om een inhaal- en ondersteuningsprogramma
te kunnen organiseren. Daarmee kan gesteld worden dat de subsidieregeling voorziet
in een grote behoefte van scholen en instellingen aan extra financiële armslag om
in deze ingewikkelde tijd een goed aanvullend programma te (laten) organiseren om
leerachterstanden weg te werken en leerlingen, studenten, vavo-studenten en deelnemers
extra ondersteuning te bieden. Voor mbo biedt de regeling daarnaast de mogelijkheid
om studenten die vertraging in de beroepspraktijkvorming hebben opgelopen daar extra
begeleiding bij te bieden. Met het overschrijden van het beschikbare budget met bijna
€ 43,1 mln. zouden echter veel aanvragen na loting moeten worden afgewezen of voor
een lager bedrag moeten worden toegekend. Uitgaande van het subsidiebedrag van€ 900,–
per leerling, student, vavo-student of deelnemer, zou deze mogelijkheid daardoor onthouden
worden aan zo’n 47.500 leerlingen, studenten en deelnemers die naar het oordeel van
de aanvragers behoefte aan en baat bij een inhaal- en ondersteuningsprogramma zouden
hebben. Dit wordt onwenselijk geacht en daarom is besloten hiervoor geld vrij te maken
(€ 38 mln.) en ook het resterende budget op de subsidieregeling inhaal- en ondersteuningsprogramma’s
voor voorschoolse educatie (ca. € 5 mln.) hiervoor in te zetten. Hiermee kunnen alle
ingediende aanvragen die aan de voorwaarden voldoen, worden gehonoreerd. Met deze
wijzigingsregeling wordt dit geëffectueerd door ophoging van de subsidieplafonds per
sector in artikel 5 van de regeling, met uitzondering van het vavo. Daardoor kan voor
alle aanvragers conform de artikelen 13, eerste lid, onder b, 14, eerste lid, onder
b, en 15, eerste lid, onder b, van de regeling de subsidie worden verstrekt op 16 oktober
2020 en kunnen alle aanvragers op die dag hiervan ook in kennis worden gesteld.
Ook wordt met deze wijzigingsregeling in artikel 5 van de regeling het subsidieplafond
voor het derde aanvraagtijdvak voor het vavo vastgesteld. Conform de oorspronkelijke
regeling zou er immers nog een derde tijdvak zijn indien het budgetplafond per sector
na het tweede tijdvak nog niet was bereikt. Dit is alleen in het vavo het geval. In
het derde tijdvak kan voor het vavo nog voor een bedrag van maximaal € 323.000,– subsidie
worden aangevraagd op grond van deze regeling. Voor de andere sectoren is er geen
derde aanvraagtermijn.
Ten slotte wordt met deze wijzigingsregeling de periode waarin inhaal- en ondersteuningsprogramma’s
waarvoor in het eerste aanvraagtijdvak subsidie is aangevraagd en toegekend kunnen worden uitgevoerd, verlengd
tot en met 31 augustus 2021. Op grond van artikel 12 van de regeling zouden deze activiteiten
moeten worden uitgevoerd tussen 1 juli 2020 en 31 december 2020. Mede gelet op de
nieuwe situatie met betrekking tot de verspreiding van COVID-19 en in het kader daarvan
getroffen en (mogelijk) nog te treffen maatregelen, is gebleken dat de uitvoering
van verschillende programma’s (soms forse) vertraging en uitloop heeft opgelopen of
naar verwachting nog zal oplopen. Dat is de aanvragers noch de deelnemers aan de programma’s
te verwijten. In het belang van de deelnemende leerlingen, studenten, vavo-studenten
en deelnemers is daarom besloten de periode waarin deze activiteiten uitgevoerd kunnen
worden te verlengen tot en met 31 augustus 2021.
Voor terugwerkende kracht tot en met de eerste dag van de tweede aanvraagperiode is
gekozen om te verduidelijken dat de verhoogde subsidieplafonds voor het gehele tweede
tijdvak gelden.
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
I.K. van Engelshoven
De Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media, A. Slob