Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 3 oktober 2020, nr. WJZ/ 20041342, tot wijziging van de Uitvoeringregeling Meststoffenwet en de regeling tot wijziging van de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet in verband met de implementatie van het zesde actieprogramma Nitraatrichtlijn in verband met enkele correcties

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat;

Gelet op Richtlijn 91/676/EEG van de Raad van 12 december 1991 betreffende de bescherming van water tegen verontreiniging door nitraten uit agrarische bronnen (PbEU L 375), de artikelen 11, derde lid, en 35, eerste lid, van de Meststoffenwet en artikel 21a, tweede lid, van het Uitvoeringsbesluit Meststoffenwet;

Besluit:

ARTIKEL I

De Uitvoeringsregeling Meststoffenwet wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 30 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt ‘in’ vervangen door ‘door’.

2. In tabel I wordt in de rij met betrekking tot de fosfaattoestand hoog ‘en niet gemeld’ telkens vervangen door ‘of niet gemeld’.

B

Aan artikel 32 worden twee leden toegevoegd, luidende:

  • 3. Het tweede en derde lid van artikel III van de Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 19 december 2019 tot wijziging van de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet in verband met de implementatie van het zesde actieprogramma Nitraatrichtlijn (Stcrt. 2019, 70977) vervallen met ingang van 1 januari 2021.

  • 4. Met ingang van 1 januari 2021 zijn op percelen waarvoor vóór 1 januari 2021 een melding is gedaan op grond van de artikelen 33, eerste lid, of 103b, tweede lid, tot het verstrijken van de termijn van vier jaren, bedoeld in artikel 32, eerste lid, onderscheidenlijk 103a, derde lid, of indien dat eerder is, tot het moment waarop een nieuwe melding is gedaan, de fosfaatgebruiksnormen van toepassing zoals deze golden op 31 december 2020.

C

In artikel 33, vierde lid, wordt ‘artikel 31, tweede lid’ vervangen door ‘artikel 11, eerste lid, van de wet’.

D

In artikel 33a, vierde lid, wordt ‘het perceel of gewasperceel waarop’ vervangen door ‘de toepassing van’ en vervalt ‘wordt toegepast’.

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 3 oktober 2020

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, C.J. Schouten

TOELICHTING

I Algemeen

Deze regeling strekt tot herstel van enkele geconstateerde gebreken in de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet (Urm) die zijn ontstaan door de daarin per 1 januari 2020 opgenomen wijzigingen ter implementatie van het zesde actieprogramma Nitraatrichtlijn 2018-2021. Aangezien deze regeling enkel technische wijzigingen bevat, is er geen effect op de regelruk en is de regeling niet voor advies aan het Adviescollege Toetsing Regeldruk voorgelegd.

II Artikelen

Artikel I, onderdeel A

In artikel 30, tabel I, van de Urm is de kwalificatie van de fosfaattoestand van grasland en bouwland neergelegd. Deze kwalificatie vindt plaats door middel afgeronde getallen; de fosfaattoestand zelf wordt uitgedrukt in woorden (arm–hoog). Het eerste lid van onderdeel A verduidelijkt dit. De fosfaattoestand van de bodem in het jaar 2020 wordt bepaald door tot hele getallen afgeronde waarden voor het PAL-getal en Pw-getal.

De fosfaattoestand hoog geldt:

  • voor grasland als het afgeronde PAL-getal hoger is dan 50; of

  • voor bouwland als het afgeronde Pw-getal hoger dan 55 is; of

  • in het geval er geen melding is gedaan van de fosfaattoestand van de bodem.

Het vervangen van ‘en niet gemeld’ in de tabel bij artikel 30 door ‘of niet gemeld’ (tweede lid) brengt die tekst beter in lijn met de tekst van het tweede lid van artikel 30 en gebeurt voor de duidelijkheid. Als aan een van de bovengenoemde voorwaarden is voldaan, geldt fosfaattoestand hoog.

Artikel I, onderdeel B

In de overgangsbepalingen van artikel III, tweede en derde lid, van de Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 19 december 2019 tot wijziging van de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet in verband met de implementatie van het zesde actieprogramma Nitraatrichtlijn (Stcrt. 2019, 70977) is per abuis onvoldoende rekening gehouden met het feit dat de systematiek voor het meten van de fosfaattoestand eerst per 1 januari 2021 (en niet per 1 januari 2020) wijzigt zodat voor ‘oude meldingen’ niet de fosfaatgebruiksnormen van eind 2019 hoeven te blijven gelden, maar de actuelere fosfaatgebruiksnormen van eind 2020 van toepassing kunnen zijn. Zo wordt het zesde actieprogramma beter geïmplementeerd waarin staat dat de verfijnde klassenindeling en bijbehorende fosfaatgebruiksnormen per 1 januari 2020 worden ingevoerd. Artikel I, onderdeel B, past het overgangsrecht daarom aan. Omdat het eerste lid van voornoemd artikel III blijft gelden, vallen onder meldingen op grond van artikel 33, eerste lid, (zie het toegevoegde vierde lid van artikel 32) ook de meldingen die vóór 1 januari 2020 zijn gedaan op basis van het toen geldende artikel 32, eerste lid, van de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet.

Artikel I, onderdeel C

In artikel 33, vierde lid, is per abuis opgenomen dat de fosfaattoetand ‘laag’ van toepassing is, indien niet voldaan wordt aan artikel 33, eerste lid, terwijl wel gemeld is dat de categorie ‘arm’ van toepassing is voor de fosfaattoestand van de bodem of indien na afloop van de periode van vier jaar na de melding er geen nieuwe melding gedaan is. Dit dient, net als voor 2020 het geval was, de fosfaattoestand ‘hoog’ te zijn; indien er geen geldige melding is, wordt fosfaattoestand hoog gehanteerd. De tekst van artikel 33, vierde lid, van de Urm wordt hierop gecorrigeerd.

Artikel I, onderdeel D

Tot en met 31 december 2019 gold dat de toepassing van fosfaatverrekening op bedrijfsniveau moest worden gemeld. Per abuis is bij de wijzigingen in het stelsel van fosfaatgebruiksnormen die 1 januari 2020 in werking zijn getreden, aangegeven dat melding van de fosfaatverrekening dient te worden gedaan op niveau van het perceel. Dit wordt hersteld met onderhavige wijziging, zodat duidelijk is dat op bedrijfsniveau moet worden gemeld en niet op perceelsniveau.

Artikel II

Onderhavige regeling treedt in werking op de dag na de datum van publicatie van deze regeling in de Staatscourant. Dit is in overeenstemming met het kabinetsbeleid inzake de vaste verandermomenten. Volgens dit beleid hoeft reparatieregelgeving niet op een van de vaste verandermomenten in werking te treden.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, C.J. Schouten

Naar boven