Besluit van de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid van 5 september 2020, nummer WBV 2020/19, houdende wijziging van de Vreemdelingencirculaire 2000

De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,

Gelet op de Vreemdelingenwet 2000, het Vreemdelingenbesluit 2000 en het Voorschrift Vreemdelingen 2000;

Besluit:

ARTIKEL I

De Vreemdelingencirculaire 2000 wordt als volgt gewijzigd:

A

Paragraaf C7/30 Vreemdelingencirculaire 2000 komt te luiden:

30. Het asielbeleid ten aanzien van Venezuela

30.1. Besluitmoratorium

Geen bijzonderheden.

30.2. Artikel 1F Vluchtelingenverdrag

Geen bijzonderheden.

30.3. Vervolging in de zin van het Vluchtelingenverdrag
30.3.1. Groepsvervolging in de zin van paragraaf C2/3.2 Vc

Geen bijzonderheden.

30.3.2. Risicogroepen in de zin van paragraaf C2/3.2 Vc

De IND merkt de volgende groepen aan als risicogroep:

  • transgenders;

  • oppositieleden die significante kritiek uiten op de autoriteiten en/of gezien hun positie in staat zijn om de bevolking te mobiliseren;

  • dissidenten en politiek activisten die significante kritiek uiten op de autoriteiten;

  • personen die actief zijn in de journalistiek of op het gebied van de mensenrechten die significante kritiek uiten op de autoriteiten.

30.4. Ernstige schade in de zin van artikel 29, eerste lid, onder b, Vw
30.4.1. Uitzonderlijke situatie in de zin van paragraaf C2/3.3 Vc

Geen bijzonderheden.

30.4.2. Systematische blootstelling in de zin van paragraaf C2/3.3 Vc

Geen bijzonderheden.

30.4.3. Kwetsbare minderheidsgroepen in de zin van paragraaf C2/3.3 Vc

Geen bijzonderheden.

30.5. Bescherming
30.5.1. Bescherming door autoriteiten en/of internationale organisaties in de zin van paragraaf C2/3.4 Vc

De IND neemt aan dat het niet mogelijk is bescherming te verkrijgen van de autoriteiten of internationale organisaties, tenzij sprake is van evidente, concrete en individualiseerbare aanknopingspunten op basis waarvan kan worden aangenomen dat het verkrijgen van bescherming mogelijk is.

30.5.2. Binnenlands beschermingsalternatief in de zin van paragraaf C2/3.4 Vc

De IND neemt aan dat er geen binnenlands beschermingsalternatief aanwezig is indien de vreemdeling in de negatieve belangstelling staat van de (centrale) autoriteiten, daaraan gelieerde gewapende groepen, colectivos of soortgelijke gewapende groepen, tenzij sprake is van evidente, concrete en individualiseerbare aanknopingspunten op basis waarvan kan worden aangenomen dat de vreemdeling zich elders in Venezuela kan vestigen.

30.6. Adequate opvang alleenstaande minderjarige vreemdelingen

De IND beoordeelt aan de hand van paragraaf B8/6 Vc of adequate opvang voor amv’s aanwezig is.

Voor Venezuela geldt in ieder geval dat:

  • algemene opvangvoorzieningen niet beschikbaar en/of toereikend zijn.

30.7. Vertrekmoratorium

Geen bijzonderheden.

30.8. Bijzonderheden

Geen bijzonderheden.

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Dit besluit zal (met de toelichting) in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 5 september 2020

De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, namens deze, J.W. Beaujean directeur-generaal Migratie

TOELICHTING

ALGEMEEN

Op 11 juni 2020 heeft de minister van Buitenlandse Zaken voor het eerst een algemeen ambtsbericht (AAB) over Venezuela uitgebracht.

Bij brief van 25 augustus 2020 (TK 2019-2020, 19 637, nr. 2649) heeft de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid de Tweede Kamer geïnformeerd dat het AAB aanleiding geeft het landgebonden asielbeleid voor Venezuela te bepalen. Met dit WBV wordt het aangegeven beleid in de Vreemdelingencirculaire opgenomen.

Voor een toelichting op het aangegeven beleid wordt verwezen naar de bovengenoemde brief aan de Tweede Kamer van 25 augustus 2020.

De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, namens deze, J.W. Beaujean directeur-generaal Migratie

Naar boven