Regeling van de Minister van Infrastructuur en Waterstaat, van 7 juli 2020, nr. IENW/BSK-2020/35416, tot wijziging tot wijziging van de Regeling veilig gebruik luchthavens en andere terreinen in verband met het wijzigen van regels met betrekking tot de brandweerdekking op luchthavens en tot wijziging van de Regeling luchtverkeersdienstverlening in verband met het herstellen van een omissie

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,

Gelet op bijlage 14 bij het op 7 december 1944 te Chicago tot stand gekomen Verdrag inzake de internationale burgerluchtvaart (Trb. 1973, 109), artikel 8a.1, eerste lid, van de Wet luchtvaart en artikel 5, tweede lid, van het Besluit luchtverkeer 2014;

BESLUIT:

ARTIKEL I

Artikel 11, onderdeel u, van de Regeling veilig gebruik luchthavens en andere terreinen komt te luiden:

  • u. bij het bepalen van het minimum aantal personeel, bedoeld in onderdeel 9.2.45, de exploitant ten minste aandacht besteedt aan:

    • 1°. de typen luchtvaartuigen die van de luchthaven gebruik maken;

    • 2°. de standaardsituatie in het gebruik van de luchthaven dat als uitgangspunt wordt genomen;

    • 3°. de grootste risico’s die zich redelijkerwijs kunnen voordoen op de luchthaven;

    • 4°. het in werking stellen van het calamiteitenplan van de luchthaven;

    • 5°. de uitruk binnen de vereiste reactietijd;

    • 6°. het minimum aantal voertuigen en de benodigde hoeveelheid blusmiddel;

    • 7°. de selectie van rijroutes en communicatiemiddelen;

    • 8°. de optimale positie van materieel;

    • 9°. het bedienen van het commandocentrum;

    • 10°. het bestrijden van brand;

    • 11°. het assisteren bij de evacuatie van het luchtvaartuig;

    • 12°. de tijdsperiode waarbinnen assistentie van brandweerpersoneel van de veiligheidsregio kan worden verwacht.

ARTIKEL II

In artikel 18, eerste lid, van de Regeling luchtverkeersdienstverlening wordt de tabel als volgt gewijzigd:

1. ‘Nieuw Milligen TMA C2 boven FL 055 en op of beneden FL 095****’ wordt vervangen door ‘Nieuw Milligen TMA C2 boven FL 055 en op of beneden FL 095*****’.

2. ‘Nieuw Milligen TMA E boven FL 055 en op of beneden FL 095****’ wordt vervangen door ‘Nieuw Milligen TMA E boven FL 055 en op of beneden FL 095*****’.

3. Voetnoot **** komt te luiden:

**** Voor Nieuw Milligen TMA B geldt tussen FL 055 en FL 065 luchtruimclassificatie E van 22.00 uur - 18.00 uur lokale tijd.

4. Aan de voetnoten bij de tabel wordt een voetnoot toegevoegd, luidende:

***** Voor Nieuw Milligen TMA’s C2 en E geldt tussen FL 055 en FL 065 luchtruimclassificatie E van 22.00 uur - 18.00 uur lokale tijd, en op zaterdag, zondag en op erkende feestdagen tussen FL 055 en FL 095 luchtruimclassificatie E van 00.00 uur - 18.00 uur en van 22.00 tot 24.00 lokale tijd.

ARTIKEL III

  • 1. Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

  • 2. Artikel 11, onderdeel u, van de Regeling veilig gebruik luchthavens en andere terreinen, zoals dat luidde onmiddellijk voorafgaand aan inwerkingtreding van deze regeling, kan tot 1 juli 2021 worden toegepast.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, C. van Nieuwenhuizen Wijbenga

TOELICHTING

Inleiding

Deze regeling wijzigt de Regeling veilig gebruik luchthavens en andere terreinen (hierna: de regeling) met betrekking tot de voorziening van brandweer op luchthavens. Met deze wijziging wordt aansluiting gezocht bij de geldende internationale normering voor het bepalen van het minimumaantal personeel voor de brandweertaken op luchthavens van regionaal belang. Daarnaast wordt met deze regeling een omissie in de Regeling luchtverkeersdienstverlening hersteld.

Wijziging Regeling veilig gebruik luchthavens en andere terreinen

In onderdeel 9.2.44 van bijlage 14, deel I, van de internationale burgerluchtvaartorganisatie (ICAO) staat dat er op een luchthaven voldoende getraind en competent brandweerpersoneel aanwezig moet zijn. De (nationale) regeling bevatte als invulling van dit criterium “voldoende getraind en competent personeel” een zogenaamde manschappentabel. Hierin werden concrete aantallen en kwalificaties van benodigd brandweerpersoneel genoemd. Deze manschappentabel betreft een nationale kop op de internationale voorschriften over dit onderwerp. De bepalingen uit bijlage 14 van het Verdrag schrijven geen concrete kwalificaties en aantallen voor. Hierdoor kende Nederland met betrekking tot regionale luchthavens een meer rigide regelgeving dan op internationaal niveau is vastgelegd.

Met het van kracht worden van de Europese regelgeving voor de veiligheid van luchthavens1 in 2014 is voor de grotere luchthavens van nationaal belang de manschappentabel niet meer van toepassing. Deze regelgeving is niet van toepassing op luchthavens van regionaal belang.

De Europese regelgeving werkt rechtstreeks door en nationale implementatie van de voorschriften is dan ook niet toegestaan. Op Europees niveau is dezelfde systematiek als in bijlage 14, deel I, van toepassing geworden. De exploitant van de luchthaven moet een zogeheten ‘task resource analysis’ uitvoeren om zelf de benodigde kwalificaties en aantallen te bepalen aan de hand van het soort operaties en het soort luchtvaartuigen die van de luchthaven gebruik maken. De task resource analysis is aldus een middel om te bepalen hoeveel personeel en welke kwalificaties er nodig zijn op de luchthaven. In deze systematiek is de exploitant van de luchthaven verantwoordelijk voor de adequate invulling van het benodigde brandweerpersoneel met behulp van de taakanalyse. De door de exploitant bepaalde aantallen en bijbehorende kwalificaties moeten in het luchthavenbedrijfshandboek worden gedocumenteerd.

De Nederlandse Vereniging van Luchthavens (NVL) heeft verzocht om een gelijkstelling in regelgeving tussen de grotere luchthavens van nationaal belang en de kleinere luchthavens van regionaal belang en de nationale kop uit de regelgeving te verwijderen.

De exploitant van een luchthaven van regionaal belang is door de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) gecertificeerd en beschikt over een aantoonbaar werkend veiligheidsmanagementsysteem. Daarom moet ook op het punt van het bepalen van de adequate invulling van het brandweerpersoneel op regionale luchthavens de verantwoordelijkheid bij de exploitant van de luchthaven liggen. Rigide voorschriften over aantal en kwalificaties passen niet in deze systematiek. Om de exploitanten van de luchthaven van regionaal belang te ondersteunen in hun taak heeft de NVL het document ‘RFF-analyse GA-luchthavens’ opgesteld waarin is aangegeven hoe de luchthavens de taakanalyse zouden kunnen uitvoeren.

Om een eenduidig kader voor de verschillende luchthavens te ontwikkelen is artikel 11, onderdeel u, van de regeling gewijzigd. De manschappentabel is vervallen en in plaats daarvan is in de regeling een opsomming met onderwerpen opgenomen waar de exploitant minimaal aandacht aan moet besteden bij het bepalen van het minimumaantal personeel bij het opstellen van de task resource analysis. Hierdoor wordt de kwaliteit van de uitgevoerde taakanalyse gewaarborgd. De internationale burgerluchtvaartorganisatie heeft in een apart document (ICAO, Airport Services Manual, Doc 9137, Part 1) nadere richtlijnen én aandachtspunten opgenomen over hoe de ‘task resource analysis’ moet worden uitgevoerd. Een aantal van deze aandachtspunten is in de opsomming opgenomen en met het begrip ‘ten minste’ wordt aangegeven dat het geen uitputtende opsomming is. Het document ‘RFF analyse GA-luchthavens’ van de NVL bevat soortgelijke aandachtspunten voor het opstellen van de taakanalyse voor het bepalen van het benodigde brandweerpersoneel. De nieuwe structuur biedt de mogelijkheid om per luchthaven op basis van de gebruikers en operaties op een luchthaven en de uitgevoerde risicoanalyse maatwerk vast te stellen.

De exploitant moet ten aanzien van de brandweerdekking op de luchthaven aan een aantal harde voorschriften voldoen. Zo wordt er voorgeschreven hoeveel blusmiddel en hoeveel voertuigen aanwezig moeten zijn. Daarnaast wordt bepaald dat een bepaalde hoeveelheid blusmiddel uiterlijk binnen een bepaalde tijdsperiode moet kunnen worden opgebracht. Deze voorschriften vormen een ondergrens voor het benodigde brandweerpersoneel. Het uiteindelijke doel is het redden van levens in het geval van een ongeval of incident met een luchtvaartuig op of in de directe nabijheid van een luchthavens. Om dit doel te bereiken moet een aantal taken worden uitgevoerd. De exploitant moet met behulp van de taakanalyse aantonen dat er op de luchthaven voldoende getraind brandweerpersoneel aanwezig is om de noodzakelijke taken adequaat te kunnen uitvoeren.

In het kader van de certificering van de luchthaven en het verplichte veiligheidsmanagementsysteem wordt door de ILT getoetst of met het in de task resource analysis opgenomen aantal snel ter plaatse zijnde brandweerlieden redelijkerwijs de in bijlage 14 voorgeschreven hoeveelheid blusmiddel kan worden opgebracht. De verantwoordelijkheid dat met de opgestelde task resource analysis de postcrashveiligheid voldoende is geborgd berust in de gekozen systematiek echter bij de exploitant van de luchthaven. Het gebruik van de task resource analysis is voorgeschreven door de internationale burgerluchtvaart organisatie en het Europees agentschap voor de veiligheid van de luchtvaart en daarmee is het door de NVL ontwikkelde document ‘RFF analyse GA-luchthavens’ binnen het systeemtoezicht op het veiligheidsmanagementsysteem handhaafbaar door de ILT.

Wijziging Regeling luchtverkeersdiensteverlening

In de Regeling van de Minister van Infrastructuur en Waterstaat, van 22 maart 2020, nr. IENW/BSK-2020/53334, tot wijziging van de Regeling boorduitrusting, de Regeling luchtverkeersdienstverlening en de Regeling veilig gebruik luchthavens en andere terreinen in verband met enkele reparaties en wijzigingen met betrekking tot het luchtruim (Stcrt. 2020, 18618), is voor enkele naderingsverkeersleidingsgebieden (TMA’s) gedurende bepaalde perioden van de dag de luchtruimklasse teruggebracht van D naar E. Per abuis is met deze omzetting de luchtruimklasse van de betreffende militaire Nieuw Milligen TMA’s C2 en E buiten de afhandelingstijden van CLSK, in het weekend, niet verwerkt in de tabel. Deze omissie is met deze wijziging gecorrigeerd.

Administratieve lasten en nalevingskosten

De onderhavige regeling leidt tot een beperkte toename van de administratieve lasten voor het bedrijfsleven doordat de exploitant van de luchthaven een task resource analysis moet uitvoeren. Dit is noodzakelijk om de hoeveelheid en kwalificaties van het brandweerpersoneel te bepalen aan de hand van het soort operaties en het soort luchtvaartuigen die van de luchthaven gebruik maken.

Het is van tevoren niet aan te geven of er sprake is van een toename of afname van de nalevingskosten, aangezien dit wordt bepaald door de uitkomst van de task resource analysis van de exploitant van de luchthaven.

Consultatie

Het aantal betrokkenen dat direct te maken krijgt met de wijzigingen is beperkt. Deze betrokkenen zijn direct aangeschreven en van internetconsultatie is om die reden afgezien. De Nederlandse Vereniging van Luchthavens is akkoord met de concept wijzigingsregeling.

Uitvoering en handhaving

De wijzigingen zijn voor een Handhaafbaarheid, Uitvoerbaarheid en Fraudebestendigheidstoets (HUF-toets) aan de ILT voorgelegd. De ILT heeft geconcludeerd dat de in deze regeling opgenomen bepalingen handhaafbaar, uitvoerbaar en fraudebestendig zijn.

Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst. Hiervoor is gebruik gemaakt van de uitzonderingsgrond (Hoge c.q. buitensporige) private of publiek voor- of nadelen van vertragingen of vervroeging van invoering, omdat de betrokkenen baat hebben bij snelle inwerkingtreding. Daar komt bij dat deze regeling verder geen gevolgen heeft voor burgers en bedrijven.

Om de exploitanten van luchthavens de tijd te geven een ‘task resource analysis’ uit te voeren is opgenomen dat tot 1 juli 2021 de inhoud van de manschappentabel mag worden toegepast voor het bepalen van de benodigde hoeveelheid en kwalificaties van het brandweerpersoneel.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, C. van Nieuwenhuizen Wijbenga


X Noot
1

Verordening (EU) nr. 139/2014 van de Commissie van 12 februari 2014 tot vaststelling van eisen en administratieve procedures met betrekking tot luchtvaartterreinen, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 216/2008 van het Europees Parlement en de Raad (PbEU 2014, L 44).

Naar boven