Besluit van de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking van 28 april 2020, nr. MinBuZa.2020.5182-26, tot instelling van de Adviescommissie Versterking Maatschappelijk Middenveld (Besluit Adviescommissie Versterking Maatschappelijk Middenveld)

De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking;

Gelet op artikel 2 van de Wet vergoedingen adviescolleges en commissies;1

Gelet op artikel 4 van het Besluit vergoedingen adviescolleges en commissies;2

Gelet op het Besluit van de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking van 22 november 2019, nr. MINBUZA.2019.4593-20, tot vaststelling van beleidsregels voor subsidiëring op grond van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken 2006 (Power of Voices Partnerschappen), het Besluit van de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking van 22 november 2019, nr. MINBUZA.2019.4593-20, tot vaststelling van beleidsregels voor subsidiëring op grond van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken 2006 (Power of Women), het Besluit van de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking van 22 november 2019, nr. MINBUZA.2019.4593-20, tot vaststelling van beleidsregels voor subsidiëring op grond van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken 2006 (SRGR Partnerschap Fonds) en het Besluit van de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking van 22 november 2019, nr. MINBUZA.2019.4593-20, tot vaststelling van beleidsregels voor subsidiëring op grond van de Subsidieregeling Ministerie van Buitenlandse Zaken 2006 (Women, Peace and Security);3

Besluit:

Artikel 1

  • 1. Er is een Adviescommissie Versterking Maatschappelijk Middenveld.

  • 2. De commissie adviseert de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking over de gevolgde procedure in de beoordeling en selectie van aanvragen voor een strategisch partnerschap in het kader van Power of Voices Partnerschappen, Power of Women, SRGR Partnerschap Fonds en Women, Peace and Security.

Artikel 2

  • 1. De commissie toetst de ambtelijke beoordeling van ingediende aanvragen op kwaliteit van het beoordelingsproces, alsmede consistentie en objectiviteit met inachtneming van de beleidsregels voor de beoordeling van aanvragen voor een strategisch partnerschap als bedoeld in artikel 1, tweede lid.

  • 2. De toetsing van de commissie resulteert in een oordeel omtrent de zorgvuldigheid van de ambtelijke beoordeling van de aanvragen. In het advies aan de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking worden de argumenten voor het oordeel duidelijk aangegeven en worden zo nodig aanbevelingen gedaan ter verbetering van (onderdelen van) de beoordeling.

  • 3. Een lid van de commissie neemt niet deel aan de voorbereiding en vaststelling van een advies, indien hij een persoonlijk belang heeft bij de aanvraag waarop het advies betrekking heeft.

  • 4. Een lid van de commissie is zich bewust van de verplichtingen met betrekking tot geheimhouding van de aan het lid toe vertrouwde informatie in het kader van de uitvraag en de daarmee samenhangende werkzaamheden en handelt met inachtneming daarvan.

Artikel 3

Voor de periode vanaf 16 maart 2020 tot en met 31 januari 2021 worden tot lid van de commissie benoemd:

  • a. Karin Geuijen te Utrecht; en

  • b. Hans Slegtenhorst te Zoetermeer.

Artikel 4

  • 1. De commissie stelt haar eigen werkwijze vast, inclusief een regeling omtrent het voorzitterschap.

  • 2. De commissie streeft naar consensus in haar besluitvorming. Indien de stemmen staken, besluit de aangewezen voorzitter.

  • 3. De commissie legt haar bevindingen vast in een drietal rapporten betreffende de beoordeling van de aanvragen. Het eerste rapport heeft betrekking heeft op de eerste beoordelingsfase, het tweede rapport op de tweede beoordelingsfase en het derde rapport op het gehele proces van beoordeling en selectie van aanvragen voor een strategische partnerschap als bedoeld in artikel 1, tweede lid.

  • 4. De commissie brengt haar eerste rapport uiterlijk op 20 april 2020 aan de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking uit, haar tweede rapport uiterlijk op 15 mei 2020 en het eindrapport uiterlijk op 31 januari 2021.

  • 5. De commissie wordt in haar werkzaamheden ondersteund door een door de minister ter beschikking gestelde onafhankelijk secretaris.

Artikel 5

  • 1. Aan de leden van de commissie wordt een vaste vergoeding per maand toegekend ter hoogte van 115% van salarisschaal 18, trede 10, van bijlage I-B van de Arbeidsvoorwaardenovereenkomst sector Rijk 2018-2020 met een arbeidsduurfactor van 4/36.

  • 2. In afwijking van het voorgaande lid wordt de vergoeding voor de periode 16 maart 2020 tot en met 31 maart 2020 vastgesteld op de helft van het bedrag dat voortkomt uit de berekening van het eerste lid van dit artikel.

  • 3. Na het verstrijken van de geldigheidsduur van de Arbeidsvoorwaardenovereenkomst sector Rijk 2018-2020 wordt de in de eerste lid bedoelde vergoeding voortgezet alsof de geldigheidsduur niet verstrekken is, met dien verstande dat bij het tot stand komen van een nieuwe Arbeidsvoorwaardenovereenkomst sector Rijk gedurende de werkingssfeer van dit besluit de in het eerste bedoelde vergoeding overeenkomstig wordt aangepast.

  • 4. De uitbetaling van de vergoeding zal gefaseerd geschieden:

    • per april 2020: 40% van de totale vergoeding;

    • per juni 2020: 30% van de totale vergoeding;

    • per januari 2021: 30% van de totale vergoeding.

  • 5. Aan de leden wordt een onkostenvergoeding toegekend van € 75,– per maand ter bestrijding van de door de leden te maken kosten bij het verrichten van hun werkzaamheden.

  • 6. Geen vergoeding is verschuldigd over de maanden waarin geen werkzaamheden in het kader van dit besluit zijn verricht.

Artikel 6

  • 1. Het beheer door de commissie van archiefbescheiden betreffende de advisering geschiedt op overeenkomstige wijze als bij het Ministerie van Buitenlandse Zaken.

  • 2. Na afronding van haar werkzaamheden draagt de commissie haar archief over aan de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking.

Artikel 7

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 16 maart 2020. Het besluit vervalt met ingang van 1 februari 2021.

Artikel 8

Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit Adviescommissie Versterking Maatschappelijk Middenveld.

Dit besluit zal in de Staatscourant worden geplaatst en in afschrift worden gezonden aan betrokkenen.

De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, namens deze, de Directeur-GeneraalInternationale Samenwerking, K. van der Heijden

Naar boven