Regeling van de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media van 17 maart 2020, FenV/732728, houdende wijziging van de Regeling prestatiebox primair onderwijs 2015–2020 in verband met de wijziging van de periode waarin bijzondere bekostiging wordt verstrekt

De Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media,

Gelet op artikel 123, eerste lid, van de Wet op het primair onderwijs en artikel 120, eerste lid, van de Wet op de expertisecentra;

Besluit:

ARTIKEL I. WIJZIGING VAN DE REGELING PRESTATIEBOX PRIMAIR ONDERWIJS 2015–2020

A

In artikel 1, onderdeel a, wordt ‘Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap’ vervangen door ‘Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media’.

B

In artikel 2 wordt ‘2019–2020’ vervangen door ‘2020–2021’.

C

In artikel 7 wordt ‘2025’ vervangen door ‘2026’.

D

In artikel 8 wordt ‘2015–2020’ vervangen door ‘2015–2021’.

ARTIKEL II. INWERKINGTREDING

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media, A. Slob

TOELICHTING

Algemeen

In 2014 zijn het bestuursakkoord PO en het sectorakkoord VO (hierna: de sectorakkoorden) afgesloten met een looptijd tot en met 2020. Door gerichte inzet op een aantal grotere ambities moeten deze akkoorden met de PO-Raad en de VO-raad leiden tot een kwaliteitsimpuls voor het gehele funderend onderwijs. Voor het uitvoeren van de afspraken uit de sectorakkoorden zijn extra middelen beschikbaar gesteld via de prestatiebox-regeling. In de prestatiebox zijn ook middelen voor de uitvoering van onderdelen van het programma Cultuureducatie met Kwaliteit opgenomen.

In de brief Voortgang sectorakkoorden funderend onderwijs 1 is aan de Tweede Kamer gemeld dat een groot aantal doelen van de sectorakkoorden zijn gehaald, maar dat op sommige thema’s minder voortgang is geboekt dan gewenst. Tevens is gemeld dat 2020, het laatste jaar van de sectorakkoorden, gebruikt zal worden om te komen tot een nieuwe inrichting en toekomstige inzet van de middelen. Dat betekent dat de beschikbare middelen in schooljaar 2020–2021 voor het laatst onder de huidige voorwaarden beschikbaar worden gesteld. Voor het einde van 2020 zullen er scenario’s voor de toekomstige inzet van de prestatieboxmiddelen komen. Zodoende kunnen schoolbesturen dit betrekken in hun begrotingsproces voor schooljaar 2021–2022.

Regeldruk

Met deze regeling wordt de huidige toekenning van schooljaarmiddelen ook voor schooljaar 2020–2021 toegepast. Dat betekent dat er geen wijziging optreedt in de administratieve lasten.

Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van bekendmaking.

De Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media, A. Slob


X Noot
1

Kamerstukken II 2019/20, 31 293, nr. 502.

Naar boven