Besluit verlenging geldigheidsduur opsporingsvergunning aardwarmte Californië VI, Ministerie van Economische Zaken en Klimaat

5 december 2019

DGKE-WO/ 19288515

Procesverloop:

  • – Grondexploitatiemaatschappij Californië B.V. (hierna: vergunninghouder) is houder van de bij beschikking van de Minister van Economische Zaken (hierna: EZ), thans Minister van Economische Zaken en Klimaat (hierna: EZK) verleende opsporingsvergunning van 30 september 2015 voor het gebied genaamd Californië VI, met kenmerk DGETM-EO/15116094 (Staatscourant 2015, nr. 34771). De vergunning is voor het laatst gewijzigd bij besluit van de Minister van EZ van 11 januari 2016 met kenmerk DGETM-EO/15171050 (Staatscourant 2016, nr. 4812);

  • – de opsporingsvergunning Californië VI is geldig tot 31 december 2018;

  • – bij brief ontvangen op 19 december 2018 heeft de vergunninghouder een aanvraag ingediend om verlenging van de geldigheidsduur van de vergunning. De aanvraag is aangevuld op 5 november 2019;

  • – SodM heeft op verzoek van de Minister van EZK per brief van 29 mei 2019 advies uitgebracht (kenmerk: 19108921/ADV-203).

Gelet op:

Artikel 18, derde en vijfde lid, van de Mijnbouwwet.

Besluit:

Artikel 1

De tekst van artikel 5, onder VI: Opsporingsvergunning aardwarmte Californië VI, van het besluit DGETM-EO/15116094 wordt vervangen door de volgende tekst: De vergunning geldt vanaf het tijdstip waarop zij in werking is getreden tot 31 december 2020.

Artikel 2

Deze beschikking treedt in werking met ingang van de dag na die waarop de beschikking is bekendgemaakt.

Deze beschikking wordt bekendgemaakt door toezending aan de aanvrager. Van deze beschikking wordt mededeling gedaan door plaatsing in de Staatscourant.

De Minister van Economische Zaken en Klimaat, namens deze: J.L. Rosch MT-lid directie Warmte en Ondergrond

Tegen dit besluit kan degene wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken binnen 6 weken na de dag waarop dit besluit is verzonden een gemotiveerd bezwaarschrift indienen bij de Minister van Economische Zaken en Klimaat, directie Wetgeving en Juridische Zaken, Postbus 20401, 2500 EK ’s-Gravenhage. Dit besluit is verzonden op de in de aanhef vermelde datum

Naar boven