Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum ondertekening |
---|---|---|---|---|
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport | Staatscourant 2019, 62792 | Besluiten van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum ondertekening |
---|---|---|---|---|
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport | Staatscourant 2019, 62792 | Besluiten van algemene strekking |
De Minister voor Medische Zorg,
Gelet op de artikelen 10 van de Tijdelijke wet ambulancezorg en 15 van de Wet toelating zorginstellingen en hoofdstuk VII van het Uitvoeringsbesluit WTZi;
Besluit:
De Regeling verslaggeving WTZi wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 2a wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt na ‘6’ ingevoegd ‘, 8a’.
2. In het eerste lid wordt ‘ en 9’ vervangen door ‘, 9 en 10’.
3. In het tweede lid wordt ‘waarbij artikel 9, derde lid, van overeenkomstige toepassing is’ vervangen door ‘waarbij de artikelen 9, derde lid, en 10 van overeenkomstige toepassing zijn’
4. Het tweede lid komt te luiden:
2. In afwijking van het bepaalde in deze regeling dient een Regionale Ambulancevoorziening met publiekrechtelijke rechtspersoonlijkheid de jaarstukken in die zij ingevolge het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten moet opstellen, alsmede de specifieke informatie, bedoeld in artikel 8a. Deze jaarstukken en specifieke informatie worden aangeleverd vóór 1 juni van het jaar volgend op het verslagjaar, waarbij de artikelen 9, tweede lid, en 10 van overeenkomstige toepassing zijn. Deze aanlevering geschiedt in elektronische vorm via het elektronische platform DigiMV.
B
Artikel 9, tweede lid, vervalt, onder vernummering van het derde tot tweede lid.
C
Bijlagen 1 en 2 worden vervangen door bijlage 1, onderscheidenlijk bijlage 2, bij deze wijzigingsregeling.
D
Voor artikel 13 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
De artikelen 2a en 9, en bijlagen 1 en 2, zoals die luidden onmiddellijk voorafgaand aan het tijdstip van inwerkingtreding van artikel I, met uitzondering van onderdeel A, onder 2 en 3, van de Wijziging Regeling verslaggeving WTZi verslagjaar 2020, blijven van toepassing ten aanzien van de verslaggeving over het verslagjaar 2019.
De Regeling Tijdelijke wet ambulancezorg wordt als volgt gewijzigd:
A
Het opschrift van hoofdstuk IV, de artikelen 23 en 24, en bijlage 2 vervallen.
B
Na hoofdstuk V wordt een hoofdstuk ingevoegd, luidende:
De artikelen 23 en 24 alsmede bijlage 2, zoals die luidden voorafgaand aan het tijdstip van inwerkingtreding van artikel II van de Wijziging Regeling verslaggeving WTZi verslagjaar 2020, blijven van toepassing op de door een Regionale Ambulancevoorziening op grond van artikel 10 van de Tijdelijke wet ambulancezorg te verstrekken gegevens over het jaar 2019.
Deze regeling zal met de bijlagen en toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.
De Minister voor Medische Zorg, B.J. Bruins
(bijlage als bedoeld in artikel 3, onderdeel e, van de Regeling verslaggeving WTZi)
Balans |
Bedrag in euro’s einde verslagjaar |
Bedrag in euro’s einde vorig verslagjaar |
|
---|---|---|---|
Activa |
Materiële vaste activa |
||
Liquide middelen |
|||
Overige activa |
|||
Totale activa |
|||
Passiva |
Eigen vermogen |
||
voorzieningen |
|||
Langlopende schulden (nog voor meer dan een jaar) |
|||
Kortlopende schulden |
|||
Totale passiva |
|||
Toelichting op de balans |
Bedrag in euro’s einde verslagjaar |
Bedrag in euro’s einde vorig verslagjaar |
|
Mutatie materiële vaste activa |
Boekwaarde per 1 januari |
||
Bij: investeringen |
|||
Bij: herwaarderingen |
|||
Af: afschrijvingen |
|||
Af: bijzondere waardeverminderingen |
|||
Af: terugname afgeschreven activa |
|||
Af: desinvesteringen |
|||
Boekwaarde per 31 december |
Resultatenrekening |
Bedrag in euro’s verslagjaar |
Bedrag in euro’s vorig verslagjaar |
||
---|---|---|---|---|
Bedrijfsopbrengsten |
Opbrengsten zorgprestaties en maatschappelijke ondersteuning |
Opbrengsten Zvw-zorg |
||
Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten Wlz-zorg |
||||
Opbrengsten Jeugdwet |
||||
Opbrengsten Wmo |
||||
Opbrengsten forensische zorg |
||||
Opbrengsten overige zorgprestaties |
||||
Opbrengsten uit onderaanneming |
||||
Totaal opbrengsten zorgprestaties en maatschappelijke ondersteuning |
||||
Subsidies (excl. Jeugdwet en Wmo) |
||||
Overige bedrijfsopbrengsten |
||||
Totaal bedrijfsopbrengsten |
||||
Bedrijfslasten |
Personeelskosten |
Lonen en salarissen |
||
Sociale lasten |
||||
Pensioenpremies |
||||
Andere personeelskosten |
||||
Personeel niet in loondienst |
||||
Totaal personeelskosten |
||||
Afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen vaste activa |
||||
Kosten uitbesteding aan onderaanneming |
||||
Overige bedrijfskosten |
||||
Totaal bedrijfslasten |
||||
Bedrijfsresultaat (a) |
Automatisch berekend (bedrijfsopbrengsten minus bedrijfslasten) |
|||
Financieel resultaat (resultaat financiële baten en lasten, b) |
||||
Resultaat verslagjaar (a+b) |
||||
Belastingen |
||||
Resultaat na belastingen |
(bijlage als bedoeld in artikel 8a van de Regeling verslaggeving WTZi)
Bijlage 2 bevat de specifieke informatie die zorginstellingen bij het CIBG via het elektronisch platform DigiMV moeten aanleveren.
In bijlage 2 wordt een onderscheid gemaakt tussen grote en micro-entiteiten. Een micro-entiteit is een zorginstelling die ingevolge artikel 3, onderdeel e, van de Regeling verslaggeving WTZi bij het CIBG via het elektronisch platform DigiMV een vereenvoudigde jaarrekening kan aanleveren, voor zover in de Regeling verslaggeving WTZi niet anders is bepaald.
1. Bestuursverklaring
2. Profiel van de organisatie
3. Bedrijfsstructuur
4. Financiële gegevens
5. Governance
6. Personeel
7. Patiënten en cliënten
8. Capaciteit
9. Productie
De bestuursverklaring wordt uitsluitend verwerkt voor de IGJ en derhalve niet openbaar.
Bestuursverklaring |
|
---|---|
Het bestuur van de zorginstelling verklaart dat de jaarverantwoording juist en volledig is en niet strijdig is met andere beschikbare informatie of wet- en regelgeving.1 Het bestuur heeft niet meer persoonsgegevens openbaar gemaakt dan strikt noodzakelijk is voor deze openbaarmakingsverplichting. De zorginstelling heeft de administratie ter inzage beschikbaar zodat de jaarverantwoording verifieerbaar is door de bevoegde autoriteiten. De jaarverantwoording wordt onder andere openbaar gemaakt op de volgende websites: www.jaarverantwoordingzorg.nl en www.kiesbeter.nl. Het CIBG levert de jaarverantwoording onder andere door aan: – externe toezichthouders (IGJ, NZa, CIBG en ISZW); – Centraal Bureau voor de Statistieken (CBS); – RIVM; – brancheorganisatie; – het besloten portaal Raadpleging Integriteit Zorgaanbieders (RIZ); – Landelijk Register van Zorgaanbieders (LRZa); – Zorginstituut Nederland (ZINL). |
|
Bestuursfunctie: |
Tekstveld |
Naam: |
Tekstveld |
Vinkje |
Accorderen/voltooien |
Te denken valt aan andere managementinformatie, de jaarrekening, de bij de jaarrekening te voegen informatie en uitgevoerde audits.
Typering zorgverlening (meerdere antwoorden mogelijk) 1 |
Aanvinken |
---|---|
Medisch specialistische zorg |
|
– Universitair Medisch centrum |
|
– Algemeen ziekenhuis (inclusief het Centraal Militair Hospitaal) |
|
– Categoraal ziekenhuis (niet zijnde revalidatiecentrum) |
|
– Zelfstandig behandelcentrum (curatieve somatische medisch-specialistische zorg, geen GGZ) |
|
– Revalidatiecentrum |
|
– Indien UMC of ziekenhuis: beschikt de instelling ook over een Psychiatrische Universiteitskliniek of Psychiatrische afdeling algemeen ziekenhuis (PAAZ)? |
|
Regionale Ambulancevoorzieningen (RAV) |
|
Geestelijke gezondheidszorg (Zvw of Wlz) |
|
Gehandicaptenzorg (Zvw of Wlz) |
|
Verpleging, verzorging en wijkverpleging(Zvw of Wlz) |
Zorg of dienst waarop aanspraak bestaat ingevolge de Zorgverzekeringswet en Wet langdurige zorg.
Bijzonder kenmerk (alle organisaties, m.u.v. RAV) |
Aanvinken |
---|---|
Is er sprake van een micro-entiteit? |
|
Is de toelating afgegeven in het verslagjaar? |
|
Heeft de zorginstelling in het gehele verslagjaar – 365 dagen – geen zorg verleend waarop aanspraak bestaat ingevolge artikel 3.1.1 van de Wet langdurige zorg of ingevolge een zorgverzekering als bedoeld in artikel 1, onderdeel d, van de Zorgverzekeringswet?1 |
|
Is aan de zorginstelling in het verslagjaar een WTZi toelating verleend en gedurende deze periode geen zorg verleend waarop aanspraak bestaat ingevolge artikel 3.1.1 van de Wet langdurige zorg of ingevolge een zorgverzekering als bedoeld in artikel 1, onderdeel d, van de Zorgverzekeringswet namens de instelling?2 |
|
Is de zorginstelling in het verslagjaar ontbonden of geliquideerd? |
In paragraaf 5 van de Beleidsregels WTZi 2017 is bepaald dat de MZS een toelating kan intrekken, indien de instelling gedurende een jaar geen zorg heeft verleend waarop aanspraak bestaat ingevolge artikel 3.1.1 van de Wet langdurige zorg of ingevolge een zorgverzekering als bedoeld in artikel 1, onderdeel d, van de Zorgverzekeringswet (Stcrt. 2017, 69641).
De WTZi-toelating wordt in dit geval niet ingetrokken, omdat niet gedurende 365 dagen geen zorg is verleend waarop aanspraak bestaat ingevolge artikel 3.1.1 van de Wet langdurige zorg of ingevolge een zorgverzekering als bedoeld in artikel 1, onderdeel d, van de Zorgverzekeringswet namens de instelling.
Nadere typering categoraal ziekenhuis/ZBC’s |
Aanvinken |
---|---|
Abortuskliniek |
|
Audiologisch Centrum |
|
Brandwondencentrum |
|
Dialysecentrum |
|
Chronische ziekten/chronisch orgaanfalen |
|
Epilepsiecentrum |
|
Huidziekten |
|
Longziekten/astmacentrum/sanatorium |
|
Oncologie |
|
Oogziekten |
|
Huidziekten |
|
Tandheelkunde |
|
Overige, namelijk |
Tekstveld |
Nadere typering geestelijke gezondheidszorg |
Aanvinken |
---|---|
Behandeling zonder verblijf |
|
Behandeling met verblijf |
|
Kleinschalig wonen |
|
Begeleid Zelfstandig Wonen/ambulante begeleiding |
|
Dagactiviteiten |
|
Verslavingszorg |
Nadere typering gehandicaptenzorg, verpleging, verzorging en wijkverpleging |
Aanvinken |
---|---|
Somatische aandoening of beperking |
|
Psychogeriatrische aandoening of beperking |
|
Psychiatrische aandoening |
|
Lichamelijke handicap |
|
Verstandelijke handicap |
|
Zintuiglijke handicap of communicatieve stoornis |
Rechtsvorm |
Aanvinken |
---|---|
Stichting |
|
Vereniging met volledige rechtsbevoegdheid |
|
Vereniging zonder volledige rechtsbevoegdheid |
|
Coöperatieve vereniging |
|
Eenmanszaak |
|
Vennootschap onder firma (vof) |
|
Maatschap |
|
Besloten vennootschap (bv) met raad van toezicht/raad van commissarissen |
|
Besloten vennootschap (bv) zonder raad van toezicht/raad van commissarissen |
|
Naamloze vennootschap (nv) |
|
Coöperatieve en onderlinge waarborgmaatschappij |
|
Publiekrechtelijk rechtspersoon (bijv. gemeente, zelfstandig bestuursorgaan, universiteit, gemeenschappelijke regeling of veiligheidsregio) |
|
Kerkgenootschap |
|
Andere rechtsvorm, namelijk: |
Naam |
KvKnummer |
Statutaire vestigingsplaats |
Juridische vorm |
Aard van de activiteiten1 |
Eigen vermogen |
Resultaat |
Deelname |
Consolidatie |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Tekst |
Tekst |
Tekst |
€ |
€ |
% |
% |
||
Inclusief organisaties die in de consolidatie zijn meegenomen, maar geen Zvw of Wlz zorg leveren.
Ultimate beneficial owner (UBO) |
Antwoordcategorie |
---|---|
Voornaam |
Tekstveld |
Achternaam |
Tekstveld |
Geboortemaand |
Maand |
Geboortejaar |
Jaar |
Nationaliteit |
Tekstveld |
Woonstaat |
Tekstveld |
Aard en omvang van economisch belang UBO |
Tekstveld |
De zorginstelling verklaart geen uiteindelijk belanghebbende aan te kunnen wijzen. |
Aanvinken |
Bedrijfsnaam onderaannemer |
KvK nummer |
Hoe ziet de zorginstelling als hoofdaannemer toe op de kwaliteit van de uitbesteden zorg? |
---|---|---|
Bedrijfsnaam hoofdaannemer |
KvK nummer |
---|---|
(Deze paragraaf is niet van toepassing op regionale ambulancevoorzieningen met publiekrechtelijke rechtspersoonlijkheid.)
Type Jaarrekening |
Aanvinken |
---|---|
Enkelvoudige jaarrekening |
|
Geconsolideerde jaarrekening |
Balans |
Bedrag in euro’s einde verslagjaar |
Bedrag in euro’s einde vorig verslagjaar |
|
---|---|---|---|
Activa |
Materiële vaste activa |
||
Liquide middelen |
|||
Overige activa |
|||
Totale activa |
|||
Passiva |
Eigen vermogen |
||
voorzieningen |
|||
Langlopende schulden (nog voor meer dan een jaar) |
|||
Kortlopende schulden |
|||
Totale passiva |
|||
Toelichting op de balans |
Bedrag in euro’s einde verslagjaar |
Bedrag in euro’s einde vorig verslagjaar |
|
Mutatie materiële vaste activa |
Boekwaarde per 1 januari |
||
Bij: investeringen |
|||
Bij: herwaarderingen |
|||
Af: afschrijvingen |
|||
Af: bijzondere waardeverminderingen |
|||
Af: terugname afgeschreven activa |
|||
Af: desinvesteringen |
|||
Boekwaarde per 31 december |
Balans (na resultaatbestemming)1 |
Bedrag in euro’s einde verslagjaar |
Bedrag in euro’s einde vorig verslagjaar |
---|---|---|
ACTIVA |
||
Vaste activa |
||
Immateriële vaste activa |
0 |
0 |
Materiële vaste activa |
0 |
0 |
Financiële vaste activa |
0 |
0 |
Totaal vaste activa |
0 |
0 |
Vlottende activa |
||
Voorraden |
0 |
0 |
Onderhanden werk uit hoofde van DBC's / DBC zorgproducten |
0 |
0 |
Vorderingen uit hoofde van financieringstekort |
0 |
0 |
Debiteuren en overige vorderingen |
0 |
0 |
Effecten |
0 |
0 |
Liquide middelen |
0 |
0 |
Totaal vlottende activa |
0 |
0 |
Totaal activa |
0 |
0 |
Bedrag in euro’s einde verslagjaar |
Bedrag in euro’s einde vorig verslagjaar |
|
PASSIVA |
||
Eigen vermogen2 |
||
Het geplaatste kapitaal |
0 |
0 |
Agio |
0 |
0 |
Herwaarderingsreserve |
0 |
0 |
Wettelijke reserves |
0 |
0 |
Statutaire reserve |
0 |
0 |
Bestemmingsreserves |
0 |
0 |
Bestemmingsfondsen |
0 |
0 |
Algemene en overige reserves |
0 |
0 |
Totaal eigen vermogen |
0 |
0 |
Aandeel derden in groepsvermogen3 |
0 |
0 |
Totaal groepsvermogen4 |
0 |
0 |
Voorzieningen |
0 |
0 |
Langlopende schulden (nog voor meer dan één jaar) |
0 |
0 |
Kortlopende schulden (ten hoogste één jaar) |
||
Schulden uit hoofde van financieringsoverschot |
0 |
0 |
Overige kortlopende schulden |
0 |
0 |
Totaal kortlopende schulden (ten hoogste één jaar) |
0 |
0 |
Totaal passiva |
0 |
0 |
Model A, Bijlage 1, Hoofdstuk 655, Richtlijnen voor de jaarverslaggeving, Raad voor de Jaarverslaggeving.
Indien er sprake is van een geconsolideerde jaarrekening en aandeel derden in groepsvermogen.
Materiële vaste activa1 |
Bedrag in euro’s einde verslagjaar |
Bedrag in euro’s einde vorig verslagjaar |
---|---|---|
De specificatie is als volgt:2 |
||
Bedrijfsgebouwen en -terreinen |
0 |
0 |
Machines en installaties |
0 |
0 |
Andere vaste bedrijfsmiddelen3 |
0 |
0 |
Vaste bedrijfsmiddelen in uitvoering en vooruitbetaald op materiële vaste activa |
0 |
0 |
Niet aan bedrijfsoefening dienstbaar |
0 |
0 |
Totaal materiële vaste activa |
0 |
0 |
Het verloop van de materiële activa in het verslagjaar is als volgt weer te geven:4 |
Bedrag in euro’s einde verslagjaar |
Bedrag in euro’s einde vorig verslagjaar |
Boekwaarde per 1 januari |
0 |
0 |
Investeringen |
0 |
0 |
Desinvesteringen |
0 |
0 |
Afschrijvingen |
0 |
0 |
Afschrijving op desinvestering |
0 |
0 |
Herwaardering |
0 |
0 |
Bijzondere waardeverminderingen |
0 |
0 |
Terugneming van bijzondere waardeverminderingen |
0 |
0 |
Verwerving via fusie of overnames |
0 |
0 |
Buitengebruikstellingen en afstotingen |
0 |
0 |
Omrekeningsverschillen |
0 |
0 |
Overboekingen |
0 |
0 |
Overige mutaties |
0 |
0 |
Totaal mutaties gedurende periode |
0 |
0 |
Boekwaarde per 31 december |
0 |
0 |
Investeringen |
Bedrag in euro’s verslagjaar |
Bedrag in euro’s verslagjaar |
---|---|---|
Bedrijfsgebouwen en -terreinen |
0 |
0 |
Machines en installaties |
0 |
0 |
Andere vaste bedrijfsmiddelen1 |
0 |
0 |
Vaste bedrijfsmiddelen in uitvoering en vooruitbetaald op materiële vaste activa |
0 |
0 |
Niet aan bedrijfsoefening dienstbaar |
0 |
0 |
Totaal investeringen |
0 |
0 |
Financiële vaste activa1 |
Bedrag in euro’s einde verslagjaar |
Bedrag in euro’s einde vorig verslagjaar |
---|---|---|
De specificatie is als volgt: |
||
Deelneming in groepsmaatschappijen2 |
0 |
0 |
Vorderingen op groepsmaatschappijen |
0 |
0 |
Andere deelnemingen |
0 |
0 |
Vorderingen op participanten en op maatschappijen waarin wordt deelgenomen |
0 |
0 |
Overige effecten |
0 |
0 |
Overige vorderingen |
0 |
0 |
Totaal financiële vaste activa |
0 |
0 |
Artikel 367, van Boek 2, van het Burgerlijk Wetboek; Model A van het Besluit modellen jaarrekening.
Bijvoorbeeld: aandelen, certificaten van aandelen en andere vormen van deelneming in groepsmaatschappijen.
Debiteuren en overige vorderingen1 |
Bedrag in euro’s einde verslagjaar |
Bedrag in euro’s einde vorig verslagjaar |
---|---|---|
De specificatie is als volgt: |
||
Vorderingen op handelsdebiteuren |
0 |
0 |
Vorderingen op groepsmaatschappijen |
0 |
0 |
Vorderingen op participanten en maatschappijen waarin wordt deelgenomen |
0 |
0 |
Nog te factureren omzet DBC’s/DBC-zorgproducten’ |
0 |
0 |
Overige vorderingen |
0 |
0 |
Vorderingen van aandeelhouders opgevraagde stortingen |
0 |
0 |
Overlopende activa |
0 |
0 |
Totaal debiteuren en overige vorderingen |
0 |
0 |
Artikel 370, van Boek 2, van het Burgerlijk Wetboek; Model A van het Besluit Modellen jaarrekening.
Overige kortlopende schulden1 |
Bedrag in euro’s einde verslagjaar |
Bedrag in euro’s einde vorig verslagjaar |
---|---|---|
De specificatie is als volgt:2 |
||
Converteerbare leningen |
0 |
0 |
Andere obligaties en onderhandse leningen |
0 |
0 |
Schulden aan banken |
0 |
0 |
Vooruit ontvangen op bestellingen |
0 |
0 |
Schulden aan leveranciers en handelskredieten |
0 |
0 |
Te betalen wissels en cheques |
0 |
0 |
Schulden aan groepsmaatschappijen |
0 |
0 |
Schulden aan participanten en aan maatschappijen waarin wordt deelgenomen |
0 |
0 |
Belastingen en premies sociale verzekeringen |
0 |
0 |
Schulden ter zake pensioenen |
0 |
0 |
Overige schulden |
||
Overlopende passiva |
0 |
0 |
Totaal overige kortlopende schulden |
0 |
0 |
Specificatie financieringstekort/overschot 1 |
Bedrag in euro’s verslagjaar |
Bedrag in euro’s vorig verslagjaar |
---|---|---|
Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten Wlz-zorg (exclusief subsidies) |
||
Af: Vergoedingen ter dekking van het wettelijk budget |
||
Totaal financieringstekort/overschot |
Heffingsgrondslag Macrobeheersinstrument1 |
Bedrag in euro’s einde verslagjaar |
Bedrag in euro’s einde vorig verslagjaar |
---|---|---|
Tariefopbrengst van DBC’s, DBC-zorgproducten, overige zorgproducten in zowel het gereguleerde als het vrije segment en ZZP’s GGZ |
0 |
0 |
Verrekenbedrag op grond van de beleidsregel Transitie bekostigingsstructuur medisch specialistische zorg resp. de beleidsregel Verlenging transitiemodel voor gebudgetteerde zorgaanbieders van gespecialiseerde curatieve GGZ |
0 |
0 |
Mutatie medisch specialistische zorg in het onderhanden werk |
0 |
0 |
Totaal heffingsgrondslag |
0 |
0 |
Uitsluitend voor medisch specialistische zorg, geestelijke gezondheidszorg, geriatrische revalidatiezorg en wijkverpleging.
Resultatenrekening |
Bedrag in euro’s verslagjaar |
Bedrag in euro’s vorig verslagjaar |
||
---|---|---|---|---|
Bedrijfsopbrengsten |
Opbrengsten zorgprestaties en maatschappelijke ondersteuning |
Opbrengsten Zvw-zorg |
||
Wettelijk budget voor aanvaardbare kosten Wlz-zorg |
||||
Opbrengsten Jeugdwet |
||||
Opbrengsten Wmo |
||||
Opbrengsten forensische zorg |
||||
Opbrengsten overige zorgprestaties |
||||
Opbrengsten uit onderaanneming |
||||
Totaal opbrengsten zorgprestaties en maatschappelijke ondersteuning |
||||
Subsidies (excl. Jeugdwet en Wmo) |
||||
Overige bedrijfsopbrengsten |
||||
Totaal bedrijfsopbrengsten |
||||
Bedrijfslasten |
Personeelskosten |
Lonen en salarissen |
||
Sociale lasten |
||||
Pensioenpremies |
||||
Andere personeelskosten |
||||
Personeel niet in loondienst |
||||
Totaal personeelskosten |
||||
Afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen vaste activa |
||||
Kosten uitbesteding aan onderaanneming |
||||
Overige bedrijfskosten |
||||
Totaal bedrijfslasten |
||||
Bedrijfsresultaat (a) |
Automatisch berekend (bedrijfsopbrengsten minus bedrijfslasten) |
|||
Financieel resultaat (resultaat financiële baten en lasten, b) |
||||
Resultaat verslagjaar (a+b) |
||||
Belastingen |
||||
Resultaat na belastingen |
Resultatenrekening1 |
Bedrag in euro’s verslagjaar |
Bedrag in euro’s vorig verslagjaar |
---|---|---|
BEDRIJFSOPBRENGSTEN: |
||
Opbrengsten zorgprestaties, jeugdhulp (en maatschappelijke ondersteuning) |
||
– Opbrengsten zorgverzekeringswet (Zvw) 2 |
0 |
0 |
– Waarvan MSZ, GGZ en Geriatrische revalidatiezorg |
0 |
0 |
– Waarvan overige Zvw |
0 |
0 |
– Wettelijk budget aanvaardbare kosten (Wlz) 3 |
0 |
0 |
– Opbrengsten Jeugdwet 4 |
0 |
0 |
– Opbrengsten Wmo 5 |
0 |
0 |
– Opbrengsten Ministerie Justitie en Veiligheid |
0 |
0 |
– Beschikbaarheidsbijdragen zorg |
0 |
0 |
– Opbrengsten uit onderaanneming |
||
– Overige zorgprestaties |
0 |
0 |
– Totaal |
0 |
0 |
Subsidies (exclusief Wmo 2015 en Jeugdwet)6 |
||
– Subsidie Zvw |
0 |
0 |
– Subsidie Wlz |
0 |
0 |
– Rijksbijdrage werkplaatsfunctie en medische faculteit van UMC’s |
0 |
0 |
– Subsidies speciaal onderwijs van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen |
0 |
0 |
– Rijkssubsidies vanwege Ministerie van Justitie en Veiligheid |
0 |
0 |
– Rijkssubsidies vanwege Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport |
0 |
0 |
– Overige Rijkssubsidies |
0 |
0 |
– Beschikbaarheidsbijdragen Opleidingen |
0 |
0 |
– Subsidie vanwege Provincie of gemeenten |
0 |
0 |
– Overige subsidies, waaronder loonkostensubsidies en EU-subsidies |
0 |
0 |
– Totaal |
||
Overige bedrijfsopbrengsten |
||
– Overige dienstverlening (waaronder 2e – 4egeldstroom UMC’s voor onderzoek) |
0 |
0 |
– Overige opbrengsten (waaronder vergoeding voor uitgeleend personeel, verhuur onroerend goed) |
0 |
0 |
– Totaal |
0 |
0 |
Som der bedrijfsopbrengsten |
0 |
0 |
BEDRIJFSLASTEN: |
||
Personeelskosten |
||
– Lonen en salarissen |
0 |
0 |
– Sociale lasten |
0 |
0 |
– Pensioen premies |
0 |
0 |
– Andere personeelskosten |
0 |
0 |
– Subtotaal |
0 |
0 |
– Personeel niet in loondienst |
0 |
0 |
– Totaal |
0 |
0 |
Afschrijvingen op immateriële en materiële vaste activa |
||
– Afschrijvingen immateriële vaste activa |
0 |
0 |
– Afschrijvingen materiele vaste activa |
0 |
0 |
Bijzondere waardeverminderingen van vaste activa |
0 |
0 |
Honorariumkosten vrijgevestigde medisch specialisten |
0 |
0 |
Overige bedrijfskosten |
||
– Voedingsmiddelen en hotelmatige kosten |
0 |
0 |
– Algemene kosten |
0 |
0 |
– Patiënt- en bewonersgebonden kosten |
0 |
0 |
– Onderhoud en energiekosten |
0 |
0 |
– Kosten uitbesteding aan onderaanneming |
||
– Huur en leasing |
0 |
0 |
– Dotaties voorzieningen |
0 |
0 |
– Totaal |
||
Som der bedrijfslasten |
0 |
0 |
BEDRIJFSRESULTAAT |
0 |
0 |
Financiële baten en lasten |
||
– Rentebaten |
0 |
0 |
– Resultaat deelnemingen |
0 |
0 |
– Waarde veranderingen financiële vaste activa en effecten |
0 |
0 |
– Rentelasten |
0 |
0 |
– Totaal |
0 |
0 |
RESULTAAT UIT GEWONE BEDRIJFSUITEOFENING VOOR BELASTINGEN |
0 |
0 |
Belastingen over resultaat gewone bedrijfsuitoefening |
0 |
0 |
Overige belastingen |
0 |
0 |
RESULTAAT UIT GEWONE BEDRIJFSUITOEFENING NA BELASTINGEN |
0 |
0 |
Aandeel derden in resultaat |
0 |
0 |
Minderheidsbelang derden |
0 |
0 |
RESULTAAT VERSLAGJAAR |
||
RESULTAATBESTEMMING |
||
Het resultaat is als volgt verdeeld: |
||
Toevoeging/(onttrekking): |
0 |
0 |
Agio |
0 |
0 |
Herwaarderingsreserve |
0 |
0 |
Wettelijke reserve |
0 |
0 |
Statutaire reserve |
0 |
0 |
Bestemmingsreserve 1 |
0 |
0 |
Bestemmingsreserve 2 |
0 |
0 |
Bestemmingsfonds 1 |
0 |
0 |
Bestemmingsfonds 2 |
0 |
0 |
Algemene reserves |
0 |
0 |
Overige reserves |
0 |
0 |
Model B en D, Bijlage 1, Hoofdstuk 655, Richtlijnen voor de jaarverslaggeving, Raad voor de Jaarverslaggeving.
Subsidie Jeugdwet en Wmo 2015 worden ingevuld bij opbrengsten zorgprestaties, jeugdhulp (en maatschappelijke ondersteuning)
Honoraria accountant1 (grote instellingen) |
Bedrag in euro’s einde verslagjaar |
Bedrag in euro’s einde vorig verslagjaar |
---|---|---|
Controle van de jaarrekening |
0 |
0 |
Overige controlewerkzaamheden (w.o. Regeling AO/IC, GGZ-zelfonderzoek, Nacalculatie Wlz en WNT) |
0 |
0 |
Fiscale advisering |
0 |
0 |
Niet-controlediensten |
0 |
0 |
Accountant Honoraria |
Overzicht langlopende leningen (voor nog voor meer dan één jaar) (grote instelling) |
Lening 1 |
Lening 2 |
Lening 3 |
---|---|---|---|
Leninggever |
|||
Afsluitdatum |
|||
Hoofdsom |
€ |
||
Totale looptijd in jaren |
|||
Soort lening |
|||
Werkelijke rente % |
% |
||
Restschuld 31 december vorig verslagjaar |
€ |
||
Nieuwe leningen in verslagjaar |
€ |
||
Aflossing in verslagjaar |
€ |
||
Restschuld 31 december verslagjaar |
€ |
||
Restschuld over 5 jaar |
€ |
||
Resterende looptijd in jaren eind van het verslagjaar |
|||
Aflossingswijze |
|||
Aflossing komend verslagjaar |
€ |
||
Gestelde zekerheden |
Overzicht langlopende vorderingen (voor nog voor meer dan één jaar) (grote instellingen) |
Vordering 1 |
Vordering 2 |
Vordering 3 |
---|---|---|---|
Leningnemer |
|||
Afsluitdatum |
|||
Hoofdsom |
€ |
||
Totale looptijd in jaren |
|||
Soort lening |
|||
Werkelijke rente % |
% |
||
Restschuld 31 december vorig verslagjaar |
€ |
||
Nieuwe leningen in verslagjaar |
€ |
||
Aflossing in verslagjaar |
€ |
||
Restschuld 31 december verslagjaar |
€ |
||
Restschuld over 5 jaar |
€ |
||
Resterende looptijd in jaren eind van het verslagjaar |
|||
Aflossingswijze |
|||
Aflossing komend verslagjaar |
€ |
||
Gestelde zekerheden |
Kasstroom |
Bedrag in euro’s verslagjaar |
Bedrag in euro’s vorig verslagjaar |
---|---|---|
Operationele activiteiten |
0 |
0 |
Investeringsactiviteiten |
0 |
0 |
Financieringsactiviteiten |
0 |
0 |
Economische ratio’s |
Geconsolideerde jaarrekening |
Enkelvoudige jaarrekening |
---|---|---|
Rentabiliteit1 |
0 |
0 |
Liquiditeit2 |
0 |
0 |
Solvabiliteit3 |
0 |
0 |
Debt Service Coverage ratio4 |
0 |
0 |
Toelichting |
Tekstveld |
Tekstveld |
Type zorg |
MSZ |
PUK, PAAZ |
Forensische zorg |
GGZ |
Gehandicaptenzorg |
VVT |
Kraamzorg |
Jeugdhulp |
Jeugdbescherming /reclassering |
Just. jeugd inrichting. |
AMHK |
Overig |
Totaal vlg jaarrekening |
|
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Opbrengsten Zvw (exclusief subsidies)1 |
||||||||||||||
Opbrengsten Wlz (exclusief subsidies) 2 |
||||||||||||||
Opbrengsten Wmo3 |
||||||||||||||
Opbrengsten Jeugdwet4 |
||||||||||||||
Opbrengsten forensische zorg (exclusief subsidies)5 |
||||||||||||||
Beschikbaarheidsbijdragen zorg exclusief opleidingen |
||||||||||||||
Opbrengsten subsidies (exclusief Wmo en Jeugdwet) |
Zvw & Wlz6 |
|||||||||||||
VWS7 |
||||||||||||||
V&J8 |
||||||||||||||
OCW9 |
||||||||||||||
Beschikbaarheidsbijdragen medische (vervolg) opleidingen |
||||||||||||||
Overig10 |
||||||||||||||
Niet eerder genoemde bedrijfsopbrengsten11 |
||||||||||||||
Totaal bedrijfsopbrengsten |
Opbrengsten Zvw (exclusief subsidies; beschikbaarheidsbijdragen): medisch specialistische zorg, ggz, geriatrische revalidatiezorg, wijkverpleging (incl. pgb), kraamzorg en overige Zvw-zorg
Opbrengsten Wlz (exclusief subsidies; beschikbaarheidsbijdragen): wettelijk budget voor aanvaardbare kosten Wlz-zorg in natura; betalingen uit pgb's)
Opbrengsten uit Wmo-voorzieningen in natura (zowel maatwerk- of specialistische als sociale basisvoorzieningen) en betalingen uit persoonsgebonden budgetten (pgb’s) gefinancierd vanuit Wmo 2015.
Opbrengsten uit jeugdhulp, jeugdbescherming, jeugdreclassering in natura en betalingen uit persoonsgebonden budgetten (pgb’s) gefinancierd vanuit Jeugdwet
Opbrengsten Ministerie van Justitie en Veiligheid forensische zorg (exclusief subsidies; waaronder opbrengsten DBBC's)
Rijkssubsidies vanwege het Ministerie van VWS (exclusief beschikbaarheidsbijdragen zorg en beschikbaarheidsbijdragen medische (vervolg)opleidingen en subsidies Wlz/Zvw)
Rijkssubsidies vanwege het Ministerie van Justitie en Veiligheid (exclusief opbrengsten DBBC’s)
Rijksbijdrage werkplaatsfunctie en medische faculteit van UMC's en overige subsidies vanwege OCW (speciaal onderwijs)
Overige rijkssubsidies, subsidies vanwege provincies en gemeenten (excl. Wmo 2015 en Jeugdwet), overige subsidies waaronder loonkostensubsidies en EU-subsidies
Niet eerder genoemde bedrijfsopbrengsten: Opbrengsten overige zorgprestaties (eigen bijdragen van cliënten met Wlz/Zvw/Wmo/Jeugdwet, betalingen door cliënten voor zorg niet verzekerd o.b.v. Wlz/Zvw, betalingen uit hoofde van aanvullende zorgverzekeringen), opbrengsten werk in opdracht, overige dienstverlening (waaronder 2e-4e geldstromen UMC’s voor onderzoek) en overige opbrengsten (waaronder vergoedingen voor uitgeleend personeel en verhuur van onroerend goed).
De zeven principes |
Geef aan of u volledig voldoet aan het principe1 |
Zo nee, leg uit waarom wordt afgeweken van de Governancecode |
---|---|---|
Principe 1. Goede zorg. De maatschappelijke doelstelling en legitimatie van de zorgorganisatie is het bieden van goede zorg aan cliënten |
Ja/Nee |
Tekstveld |
Principe 2. Waarden en normen. De raad van bestuur en raad van toezicht hanteren waarden en normen die passen bij de maatschappelijke positie van de zorginstelling |
Ja/Nee |
Tekstveld |
Principe 3. Invloed belanghebbenden. De zorgorganisatie schept randvoorwaarden en waarborgen voor adequate invloed van belanghebbenden |
Ja/Nee |
Testveld |
Principe 4. Inrichting governance. De raad van bestuur en raad van toezicht zijn een ieder verantwoordelijk voor de governance van de zorgorganisatie |
Ja/Nee |
Tekstveld |
Principe 5. Goed bestuur. De raad van bestuur bestuurt de zorgorganisatie gericht op haar maatschappelijke doelstelling |
Ja/nee |
Tekstveld |
Principe 6. Verantwoord toezicht. De raad van toezicht houdt toezicht op de maatschappelijke doelstelling van de zorgorganisatie |
Ja/Nee |
Tekstveld |
Principe 7. Continue ontwikkeling. De raad van bestuur en raad van toezicht ontwikkelen permanent hun professionaliteit en deskundigheid |
Ja/Nee |
Tekstveld |
Is uw organisatie (naast de Governancecode zorg) onderworpen aan een andere code of past u deze vrijwillig toe? Zo ja, welke code is dat? |
Ja/Nee2 |
Tekstveld |
Indien een zorginstelling niet aan alle principes of beginsel binnen het principe voldoet, vult zij nee in.
Deze specifieke informatie wordt uitsluitend verwerkt ten behoeve van de IGJ.
Achternaam |
Tussen-voegsels |
Voorletters |
Dhr. Of mw. |
Functie in raad van bestuur of directie |
Interim ja/nee |
Functie vervuld sinds (datum) |
Hoofdfunctie |
Nevenfuncties |
Op welke wijze heeft de bestuurder zijn professionaliteit en deskundigheid het afgelopen verslagjaar ontwikkeld? 1 |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Principe 7 van de Governance code zorg 2017. Denk hierbij aan: 7.1.2. Bestuurders zorgen dat zij vakbekwaam en geschikt zijn en blijven. Bestuurders werken daartoe continu aan hun eigen ontwikkeling en laten zich daarop aanspreken en toetsen. Bestuurders maken daarbij gebruik van interne spiegeling, externe intervisie, coaching, scholing en/of opleiding. In het door de Vereniging voor bestuurders in de zorg (NVZD) ontwikkelde accreditatietraject hebben deze zaken een plek. Ook deze accreditatie kan behulpzaam zijn.
Deze specifieke informatie wordt uitsluitend verwerkt ten behoeve van de IGJ.
Achternaam |
Voorvoegsels |
Voorletters |
Dhr. Of mw. |
Functie in toezichthoudend orgaan |
Interim ja/nee |
Functie vervuld sinds (datum) |
Hoofdfunctie |
Nevenfuncties |
Op welke wijze heeft de toezichthouder zijn professionaliteit en deskundigheid het afgelopen verslagjaar ontwikkeld?1 |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Principe 7 van de Governance code zorg 2017. Denk hierbij aan: Het programma Goed Toezicht van de NVTZ gaat uit van drie waarden die belangrijk zijn voor goed toezicht, waarbij ‘Goed beslagen ten ijs’ staat voor kennisvergaring door middel van scholing, ‘Evaluatie en reflectie’ voor voortdurende professionalisering en ‘Transparantie’ voor aanspreekbaarheid en verantwoording. Het doel van Goed Toezicht is om raden van toezicht te stimuleren om voortdurend aan hun kwaliteit van toezicht te werken.
Vraag |
Antwoordcategorie |
---|---|
Over welke onderwerpen heeft de Raad van Bestuur in het verslagjaar goedkeuring gevraagd aan de Raad van toezichthouders/Raad van commissarissen? |
Tekstveld |
Onderwerp |
Geef aan of het onderwerp aan de orde is (self assessment) |
Zo ja, licht in maximaal 200 woorden de antwoorden toe |
---|---|---|
Zijn in de zorginstelling in het verslagjaar belangrijke gebeurtenissen aan de orde geweest zoals: – fusieplannen; – wijziging in de visie; – wijziging in de strategie; – wijziging in het besturingsmodel; – wijziging in de organisatie; – belangrijke inkrimping of uitbreiding van de omzet; – belangrijke investeringen; – ICT-migraties – personeelstekort; – andere belangrijke gebeurtenissen. |
Ja/Nee |
Welke gebeurtenis gaat het? |
Zijn dergelijke belangrijke gebeurtenissen in de komende twee verslagjaren te voorzien? |
||
Is er sprake van een continuïteitsveronderstelling?1 |
Ja/Nee2 |
|
Voert de zorginstelling in het verslagjaar een actief duurzaamheidsbeleid (energiebewustzijn, duurzame inkoop)? |
Ja/Nee |
Nee = Welke maatregelen kan de zorginstellinge in het komende verslagjaar nemen? Ja = Geeft dit beleid op hoofdlijnen weer? |
Vraag |
Antwoordcategorie |
---|---|
Zijn er schriftelijke afspraken vastgelegd over het tegengaan van (de schijn van) belangenverstrengeling? |
Ja/Nee |
Beschikt de organisatie over een schriftelijk vastgelegde conflictregeling tussen de RvB en RvT/RvC? |
Ja/Nee |
Vraag |
Antwoordcategorie |
---|---|
Soort accountantsverklaring |
Aanvinken |
– Samenstellingsverklaring |
|
– Beoordelingsverklaring |
|
– Controleverklaring |
|
– Geen accountantsverklaring1 |
|
Vorm van accountantsverklaring2 |
Aanvinken |
– Goedkeurende verklaring |
|
– Verklaring met beperking |
|
– Afkeurende verklaring |
|
– Verklaring van oordeelsonthouding |
|
Bent u van accountant gewisseld? |
Ja/Nee |
Toelichting |
Tekstveld |
Strekking van het oordeel van de verklaring. Betreft de accountantsverklaring die is bijgevoegd bij de jaarrekening.
Vraag |
Antwoordcategorie |
---|---|
Heeft uw zorginstelling inspraak georganiseerd? 1 |
Ja/Nee |
Heeft uw zorginstelling een cliëntenraad? |
Ja/nee |
Zo ja, hoeveel cliëntenraden heeft uw organisatie? |
Aantal |
Totaal aantal bijeenkomsten cliëntenraad in het afgelopen verslagjaar |
Aantal |
Datum laatste bijeenkomst cliëntenraad |
Datum (dag/maand/2019) |
Wanneer u geen cliëntenraad heeft, kunt u dan aangeven waarom niet? |
tekstveld |
Wordt/worden de cliëntenraad/raden in financiële en materiële zin voor alle taken ondersteund naar tevredenheid van cliëntenraad/raden? |
Ja/nee |
Wordt/worden de cliëntenraad/raden in deskundigheidsbevordering ondersteund naar tevredenheid van cliëntenraad/raden? |
Ja/nee |
Hoeveel ongevraagde adviezen zijn er in het verslagjaar door cliëntenraden uitgebracht? |
Aantal |
Hoeveel gevraagde adviezen zijn er in het verslagjaar door cliëntenraden uitgebracht? |
Aantal |
Hebben deze adviezen tot maatregelen geleid in uw zorginstelling? |
% |
Heeft uw concern een commissie van vertrouwenslieden ingesteld, dan wel aansluiting bij de Landelijke Commissie van Vertrouwenslieden? |
Ja/nee |
Onder «inspraak» wordt verstaan: de mogelijkheid van alle individuele cliënten om direct jegens de zorgaanbieder hun wensen en meningen kenbaar te maken. Daarbij kan worden gedacht aan enquêtes, huiskamergesprekken etc. Overigens is het onderscheid tussen directe en indirecte participatie in de praktijk niet zo zwart-wit bij inspraak. Er zijn immers ook vormen van inspraak waarbij van indirecte participatie zoals panels, focusgroepen en familie- en ouderraden gebruik wordt gemaakt om wensen en meningen in kaart te brengen.
Vraag |
Antwoordcategorie |
---|---|
Kunnen patiënten/cliënten in het concern terecht bij een klachtenfunctionaris? |
Ja/nee |
Beschikt de zorginstelling over een regeling voor een effectieve en laagdrempelige opvang en afhandeling van klachten jegens de cliënt van uw zorginstelling? |
Ja/nee |
Is de zorginstelling aangesloten bij een onafhankelijke geschilleninstantie conform de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg? |
Ja/nee |
Zo ja, welke? |
Tekstveld |
Onderwerp |
Aantal in verslagjaar |
---|---|
Zware gevallen van geweld tussen cliënten |
|
Minder zware gevallen van geweld tussen cliënten |
Agressiegerelateerde incidenten |
Aantal einde van verslagjaar |
---|---|
Agressiegerelateerde incidenten jegens de eigen medewerkers van Regionale Ambulancevoorzieningen |
Instroom aantal personen |
Instroom aantal fte’s |
Uitstroom aantal personen |
Uitstroom aantal fte’s |
Aantal personen op 31-12 van het verslagjaar |
Aantal fte’s op 31-12 van het verslagjaar |
|
---|---|---|---|---|---|---|
Personeel in loondienst incl. leerlingen BBL |
||||||
Zelfstandige (geen gezagsverhouding, zoals DGA, maten, vennoten, niet zijnde onderaannemers) |
||||||
Ingehuurd personeel (uitzendkrachten) |
||||||
Stagiaires |
||||||
Vrijwilligers |
||||||
Totaal |
||||||
– waarvan zorgverleners1 |
Onder zorgverlener wordt ook verstaan een stagiaire of assistente die medische handelingen mag verrichten.
Verhouding cliëntgebonden personeel/niet-cliëntgebonden personeel |
Percentage |
---|---|
Cliëntgebonden personeel |
|
niet-cliëntgebonden personeel |
De organisatie geeft een schatting van de verdeling van personeel naar financieringsstroom.
Zvw |
Wlz |
Wmo 2015 |
Jeugdwet |
Forensische zorg |
Overige |
|
---|---|---|---|---|---|---|
Percentage fte totaal personeel |
Nadere specificaties |
Aantal werkzame personen op 31-12 van verslagjaar |
Aantal fte’s op 31-12 van verslagjaar |
---|---|---|
Medisch specialisten in loondienst |
||
Medisch specialisten inhuur |
||
Medisch specialisten vrij beroep / medisch specialistisch bedrijf |
||
Psychiaters PUK en PAAZ (loon +inhuur + vrijberoep) |
Nadere specificaties |
Aantal werkzame personen op 31-12 van verslagjaar |
Aantal fte’s op 31-12 van verslagjaar |
---|---|---|
Medisch specialisten (loon +inhuur + vrijberoep) |
Nadere specificaties |
Aantal werkzame personen op 31-12 van verslagjaar |
Aantal fte’s op 31-12 van verslagjaar |
---|---|---|
Psychiaters (loon +inhuur + vrijberoep) |
Nadere specificaties |
Aantal werkzame personen op 31-12 van verslagjaar |
Aantal fte’s op 31-12 van verslagjaar |
---|---|---|
Specialist ouderengeneeskunde/basisarts |
||
(GZ)Psycholoog |
||
Verpleegkundig specialist |
||
Verpleegkundige hbo |
||
Verpleegkundige mbo |
||
IG-Verzorgende |
||
Verzorgende/helpende |
||
Zorghulp |
||
Physician assistant |
||
Kraamverzorgenden |
Nadere specificaties |
Aantal werkzame personen op 31-12 van verslagjaar |
Aantal fte’s op 31-12 van verslagjaar |
---|---|---|
Ambulanceverpleegkundige |
||
Bachelor Medisch Hulpverlening |
||
Ambulancechauffeur |
||
Zorgambulancebegeleider |
||
Zorgambulancechauffeur |
||
Verpleegkundig centralist MKA |
||
Niet-verpleegkundig centralist MKA |
||
Overige |
Verzuim |
Percentage |
---|---|
Verzuim totaal personeel in loondienst |
Personeel |
Totaal aantal vacatures op 31 december verslagjaar |
Waarvan moeilijk vervulbaar |
---|---|---|
Alle soorten vacatures |
||
Cliëntgebonden functies |
De paragraaf patiënten en cliënten wordt uitsluitend ingevuld door grote instellingen.
Aantal patiënten/cliënten gehele organisatie (alle vormen van zorg, jeugdhulp of maatschappelijke ondersteuning) |
Aantal |
---|---|
Aantal unieke patiënten/cliënten in zorg op 1 januari van het verslagjaar |
|
Aantal nieuw ingeschreven unieke patiënten/cliënten in zorg in het verslagjaar |
|
Totaal aantal unieke patiënten/cliënten in zorg in het verslagjaar |
|
Aantal uitgeschreven unieke patiënten/cliënten in zorg in het verslagjaar |
|
Aantal unieke patiënten/cliënten in zorg of behandeling op 31 december van het verslagjaar |
Verhouding naar financieringsstroom (m.u.v., RAV) |
Percentage |
---|---|
Zvw patiënten/cliënten t.o.v. totaal aantal patiënten/cliënten in zorg op 31 december van het verslagjaar |
|
Wlz patiënten/cliënten t.o.v. totaal aantal patiënten/cliënten in zorg op 31 december van het verslagjaar |
|
Jeugdwet patiënten/cliënten t.o.v. totaal aantal patiënten/cliënten in zorg op 31 december van het verslagjaar |
|
Wmo 2015 patiënten/cliënten t.o.v. totaal aantal patiënten/cliënten in zorg op 31 december van het verslagjaar |
|
Forensische zorg patiënten/cliënten t.o.v. totaal aantal patiënten/cliënten in zorg op 31 december van het verslagjaar |
Aantal patiënten |
Aantal |
---|---|
Aantal patiënten met minimaal één afgesloten DBC/DBC-product in verslagjaar |
Aantal patiënten |
Aantal |
---|---|
Aantal patiënten met minimaal één afgesloten DBC/DBC-product in verslagjaar |
Aantal cliënten |
Aantal op 31 december van het verslagjaar |
---|---|
Cliënten Wlz |
|
Aantal cliënten op basis van een zzp/zorgprofiel met dagbesteding |
|
Aantal cliënten op basis van een zzp/zorgprofiel zonder dagbesteding |
|
Aantal cliënten met een Volledig Pakket Thuis |
|
Aantal cliënten met een Modulair Pakket Thuis |
|
Aantal cliënten dat zorg bij de organisatie inkoopt o.b.v. persoonsgebonden budget Wlz |
|
Aantal cliënten extramurale behandeling (tijdelijke subsidieregeling) |
|
Cliënten Zvw, inclusief kindzorg |
|
Aantal cliënten wijkverpleging |
|
Aantal cliënten eerstelijnsverblijf |
|
Aantal cliënten geriatrische revalidatiezorg |
Aantal cliënten |
Aantal cliënten op 31 december van het verslagjaar |
---|---|
Cliënten Wlz |
|
Aantal cliënten op basis van een zzp/zorgprofiel |
|
Aantal cliënten met een Volledig Pakket Thuis |
|
Aantal cliënten met een Modulair Pakket Thuis |
|
Aantal cliënten dat zorg bij u inkoopt o.b.v. persoonsgebonden budget Wlz |
|
Aantal cliënten extramurale behandeling (tijdelijke subsidieregeling Wlz) |
|
Cliënten Zvw |
|
Aantal cliënten wijkverpleging, inclusief intensieve Kindzorg |
|
Aantal cliënten eerstelijnsverblijf |
|
Aantal cliënten geriatrische revalidatiezorg (verblijf op basis van DBC) |
|
Aantal cliënten extramurale behandeling Specialist ouderengeneeskunde 1 |
Per 2020 is een gedeelte van de tijdelijke subsidieregeling extramurale behandeling Wlz overgeheveld naar de Zvw. Dit betreft de individuele behandeling door de Specialist ouderengeneeskunde en de Arts verstandelijk gehandicapten. Cliënten die zowel extramurale behandeling uit de Zvw als uit de Wlz ontvangen, kunnen bij beide categorieën worden vermeld.
Aantal cliënten |
Aantal cliënten op 31 december van het verslagjaar |
---|---|
Aantal verblijfcliënten (Zvw) |
|
Aantal verblijfcliënten (Wlz) |
Capaciteit |
Aantal op 31/12 verslagjaar |
---|---|
Aantal beschikbare bedden/plaatsen voor klinische capaciteit en dag/deeltijdbehandeling per einde verslagjaar |
|
– waarvan bedden/plaatsen voor dag/deeltijdbehandeling |
Capaciteit |
Aantal op 31/12 verslagjaar |
---|---|
Aantal beschikbare bedden/plaatsen voor klinische capaciteit en dag/deeltijdbehandeling per einde verslagjaar |
|
-Waarvan bedden/plaatsen voor dag/deeltijdbehandeling |
|
-Waarvan wiegen voor gezonde zuigelingen |
|
Aantal beschikbare operatiekamers |
Capaciteit |
Aantal op 31/12 verslagjaar |
---|---|
Aantal beschikbare bedden/plaatsen voor klinische capaciteit en dag/deeltijdbehandeling per einde verslagjaar |
|
-Waarvan bedden/plaatsen voor dag/deeltijdbehandeling |
|
-Waarvan wiegen voor gezonde zuigelingen |
Capaciteit |
Aantal op 31/12 verslagjaar |
---|---|
Aantal bedden/plaatsen dat beschikbaar is voor dagelijkse planning van opnames of verblijf |
|
Aantal plaatsen deeltijdbehandeling |
Capaciteit |
Aantal op 31/12 verslagjaar |
---|---|
Aantal bedden dat beschikbaar is voor klinische zorg |
Capaciteit |
Aantal op 31/12 verslagjaar |
---|---|
Aantal bedden dat beschikbaar is voor klinische zorg |
|
Waarvan voor kinderen tot 18 jaar |
|
Waarvan voor volwassenen |
Capaciteit |
Aantal op 31/12 verslagjaar |
---|---|
Het aantal bedden/plaatsen dat beschikbaar is voor dagelijkse planning van opnames, verblijf of voor dagbehandeling. |
Capaciteit |
Aantal op 31/12 verslagjaar |
---|---|
Het aantal bedden/plaatsen dat beschikbaar is voor dagelijkse planning van opnames, verblijf of voor dagbehandeling. |
|
Waarvan klinische bedden (Zvw en Wlz) |
Capaciteit |
Aantal op 31/12 verslagjaar |
---|---|
Aantal bedden/plaatsen dat beschikbaar is voor verblijfszorg per einde verslagjaar, inclusief vroegere gezinsvervangende tehuizen |
Capaciteit |
Aantal op 31/12 verslagjaar |
---|---|
Aantal beschikbare bedden/plaatsen verblijfszorg per einde verslagjaar |
|
– Waarvan beschikbare bedden/plaatsen geriatrische revalidatiezorg in verslagjaar (verblijf op basis van DBC) |
Capaciteit |
Aantal op 31/12 verslagjaar |
---|---|
Aantal beschikbare bedden/plaatsen verblijfszorg per einde verslagjaar |
|
– Waarvan bedden/plaatsen dat beschikbaar is voor Wlz-zorg met verblijf |
|
– Waarvan bedden/plaatsen dat beschikbaar is voor geriatrische revalidatiezorg (verblijf op basis van DBC) |
|
– Waarvan bedden/plaatsen dat beschikbaar is voor eerstelijnsverblijf |
Capaciteit |
Antwoordcategorie |
---|---|
Standplaatsen |
Aantal op 31 december van het verslagjaar |
Aantal ambulance 1 |
Aantal op 31 december van het verslagjaar |
Productie |
Aantal |
---|---|
Aantal in verslagjaar geopende DBC’s/DBC-zorgproducten (afkomstig uit ZIS) |
|
Aantal in verslagjaar gesloten DBC’s/DBC-zorgproducten (afkomstig uit ZIS) |
Productie |
Aantal |
---|---|
Aantal in verslagjaar geopende DBC-zorgproducten (ontlenen aan ZIS) |
|
Aantal in verslagjaar gesloten DBC-zorgproducten (ontlenen aan ZIS) |
|
Aantal klinische opnamen (exclusief interne overnamen in verslagjaar) |
|
Aantal eerste polikliniekbezoeken in verslagjaar |
|
Aantal dagverplegingsdagen in verslagjaar |
|
Aantal langdurige observaties zonder overnachting in verslagjaar |
|
Aantal klinische verpleegdagen in verslagjaar (inclusief verkeerde bed) |
|
– Waarvan verkeerde-bed-dagen |
Productie |
Aantal |
---|---|
Aantal openstaande DBC-zorgproducten op 1 januari van verslagjaar (ontleend aan het instellingensysteem niet uit DIS) |
|
Aantal in het verslagjaar geopende DBC-zorgproducten (ontleend aan het instellingensysteem niet uit DIS) |
|
Aantal in het verslagjaar gesloten DBC-zorgproducten (ontleend aan het instellingensysteem niet uit DIS) |
|
Aantal openstaande DBC-zorgproducten op 31 december van verslagjaar (ontleend aan het instellingensysteem, niet uit DIS) |
|
Aantal klinische opnamen exclusief interne overnamen in verslagjaar |
|
Aantal eerste polikliniekbezoeken in het verslagjaar |
|
Aantal overige polikliniekbezoeken in verslagjaar |
|
Aantal psychiatrische deeltijdbehandelingen in verslagjaar |
|
Aantal klinische verpleegdagen in verslagjaar |
Productie |
Aantal |
---|---|
Aantal deeltijdbehandeling per einde verslagjaar |
|
Aantal in verslagjaar geopende DBC’s/DBC-zorgproducten (afkomstig uit instellingssystemen) |
|
Aantal in verslagjaar gesloten DBC’s/DBC-zorgproducten (afkomstig uit instellingssystemen) |
Productie |
Aantal |
---|---|
Aantal klinische verpleegdagen in verslagjaar |
|
– Waarvan voor kinderen tot 18 jaar |
|
– Waarvan voor volwassenen |
|
Aantal klinische opnamen in verslagjaar |
|
– Waarvan voor kinderen tot 18 jaar |
|
– Waarvan voor volwassenen |
|
Aantal in verslagjaar geopende DBC’s/DBC-zorgproducten ontleend aan informatiesysteem van de instelling |
|
– Waarvan klinisch |
|
– Waarvan poliklinisch |
|
Aantal in verslagjaar gesloten DBC’s/DBC-producten ontleend aan informatiesysteem van de instelling |
|
– Waarvan klinisch |
|
– Waarvan poliklinisch |
Deze vragenlijst is niet opgenomen in het model-jaardocument, maar wordt getoond in DigiMV. De enquête beeldvormende diagnostiek heeft als doel het maken van ramingen van de dosis voor patiënten/cliënten als bedoeld in artikel 64 van Richtlijn 2013/59. Deze vraag is derhalve afkomstig van Europese regelgeving.1
Artikel 64 is geïmplementeerd in artikel 8.13 van het huidige Besluit basisveiligheidseisen stralingsbescherming (individuele dosisschattingen): ‘Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport draagt zorg voor de verdeling van individuele dosisschattingen als gevolg van medische blootstelling voor radiodiagnostiek en interventieradiologie. Indien nodig, wordt rekening gehouden met de leeftijdsverdeling en het geslacht van de blootgestelde populatie.’
Het RIVM gebruikt de verkregen gegevens voor het actueel houden van het Informatiesysteem Medische Stralingstoepassingen (IMS). Deze website voor professionals in de gezondheidszorg verschaft inzicht in de aard en omvang van medische stralingstoepassingen in Nederland.
Productie GGZ (Zvw en Wlz), exclusief PAAZ en PUK |
Aantal |
---|---|
Productie Zvw – Basis GGZ |
|
Aantal openstaande zorgproducten basis GGZ op 1 januari van verslagjaar |
|
Aantal in het verslagjaar geopende zorgproducten basis GGZ |
|
Aantal in het verslagjaar gesloten zorgproducten basis GGZ |
|
Aantal openstaande zorgproducten basis GGZ op 31 december van verslagjaar |
|
Productie Zvw – Gespecialiseerde GGZ |
|
Aantal openstaande DBC-zorgproducten gespecialiseerde GGZ op 1 januari van verslagjaar (niet ontleend aan DIS) |
|
Aantal in het verslagjaar geopende DBC-zorgproducten gespecialiseerde GGZ (niet ontleend aan DIS) |
|
Aantal in het verslagjaar gesloten DBC-zorgproducten gespecialiseerde GGZ (niet ontleend aan DIS) |
|
Aantal openstaande DBC-zorgproducten gespecialiseerde GGZ op 31 december van verslagjaar (niet ontleend aan DIS) |
|
Aantal ZZP langdurige GGZ met behandeling in 2de en 3de jaar in dagen in verslagjaar |
|
Productie Wlz |
|
Aantal ZZP/zorgprofiel – B dagen in verslagjaar |
Productie in verslagjaar |
Aantal |
---|---|
Aantal dagen met zorg met verblijf en dagbesteding |
|
Aantal dagen zorg met verblijf zonder dagbesteding |
|
Aantal dagen zorg op basis van Volledig Pakket Thuis |
|
Aantal dagdelen dagbesteding |
Productie in verslagjaar |
Aantal |
---|---|
Wlz |
|
Aantal dagen zorg met verblijf |
|
Aantal dagen zorg op basis van Volledig Pakket Thuis |
|
Zvw |
|
Aantal dagen eerstelijnsverblijf |
|
Aantal in verslagjaar geopende DBC’s/DBC-zorgproducten geriatrische revalidatiezorg |
|
Aantal in verslagjaar gesloten DBC’s/DBC-zorgproducten geriatrische revalidatiezorg |
Productie |
Aantal ritten per verslagjaar |
---|---|
A1-ritten |
|
A2-ritten |
|
B-ritten met ambulance |
|
B-ritten met zorgambulance |
|
EHGV-ritten 1 |
|
Loze ritten 2 |
|
A1-ritten ten behoeve van andere regio’s |
|
A2-ritten ten behoeve van andere regio’s |
|
B-ritten ten behoeve van andere regio’s |
|
Ritten ten behoeve van een buitenlandse buurregio |
|
Inzetten van een buitenlandse buurregio binnen de RAV regio, |
|
MICU-ritten |
EHGV-rit: een rit die wordt uitgevoerd met de intentie tot hulpverlening of hulpverlening en vervoer, maar waarbij de noodzaak tot vervoer na onderzoek van de patiënt niet is gebleken.
Loze rit: een rit die wordt uitgevoerd met de intentie tot hulpverlening of hulpverlening en vervoer, maar waarbij blijkt dat er geen noodzaak was tot hulpverlening.
Prestatie |
Gemiddeld per verslagjaar |
---|---|
Tijdsduur aanname en uitgifte A1-ritten |
minuten : seconden |
Uitruktijd A1-ritten |
minuten : seconden |
Aanrijtijd A1-ritten |
minuten : seconden |
Responstijd A1-ritten |
minuten : seconden |
A1-ritten binnen 14 minuten bij de patiënt |
Percentage % |
A1 ritten binnen 15 minuten bij de patiënt |
Percentage % |
A1-ritten binnen 16 minuten bij de patiënt |
Percentage % |
Tijdsduur aanname en uitgifte A2-ritten |
minuten : seconden |
Uitruktijd A2-ritten |
minuten : seconden |
Aanrijtijd A2-ritten |
minuten : seconden |
Responstijd A2-ritten |
minuten : seconden |
A2 ritten binnen 30 minuten bij de patiënt |
Percentage % |
Deze wijzigingsregeling betreft een bijwerking van de modellen voor de balans en de resultatenrekening voor de vereenvoudigde verantwoording, opgenomen in bijlage 1, alsmede van het model voor de specifieke informatie dat is opgenomen in de bijlage 2 bij deze regeling. Tevens worden in deze regeling de jaarverantwoordingsregels voor Regionale Ambulancevoorzieningen (hierna: RAV’s) zoveel mogelijk geharmoniseerd met die voor andere zorginstellingen.
Bijlage 1 is slechts beperkt gewijzigd. Hieraan zijn twee posten toegevoegd die zien op de opbrengsten en lasten in relatie tot onderaannemers, en zijn twee posten verwijderd waardoor beloningen voor bestuurders en toezichthouders niet langer hoeven te worden gespecificeerd. Op grond van artikel 33, derde lid, van de Wet op het Centraal bureau voor de statistiek en de artikelen 2, onderdeel p, en 3, onderdeel h, van het Besluit gegevensverwerving CBS kan het Centraal bureau voor de statistiek (hierna: CBS) bij ondernemingen, vrije beroepsbeoefenaren, instellingen en rechtspersonen die gezondheidszorg leveren, gegevens betreffende de resultatenrekening opvragen. Om de administratieve lasten te beperken, worden deze gegevens jaarlijks uitgevraagd via de jaarverantwoording. Het CBS is op grond van het Framework Regulation Integrating Business Statistics (FRIBS) verplicht om informatie over onderaannemers aan de Europese Commissie (EC) te verstrekken te behoeve van Eurostat. De vereenvoudigde resultatenrekening is hierop aangepast. Ook in de RJ richtlijn zorginstellingen (RJ 655) zijn op verzoek van het CBS posten ten aanzien van de onderaannemers opgenomen in de bijlage betreffende de modelresultatenrekening. De beloningen voor bestuurders en toezichthouders worden niet langer uitgevraagd. Voor zover het rechtspersonen betreft, moet deze informatie in de toelichting bij de WNT-gegevens (Wet normering topinkomens) worden vermeld.
Er hebben meerdere wijzigingen plaatsgevonden in bijlage 2, voornamelijk in de Governance-paragraaf. Deze wijzigingen komen voort uit de subwerkgroep ‘Evaluatie Governance en bedrijfsstructuur’. Er is een aantal vragen toegevoegd om de bepalingen uit de Governancecode zorg 2017 te toetsen, zoals enkele vragen over:
1. op welke wijze de professionaliteit en deskundigheid van bestuur/toezichthouder is ontwikkeld (principe 7);
2. onderwerpen over goedkeuring door de interne toezichthouder;
3. schriftelijke vastlegging met betrekking tot (schijn van) belangenverstrengeling; en
4. schriftelijke conflictregeling.
Op verzoek van de Tweede Kamer wordt de Kamer jaarlijks geïnformeerd over de (trends in de) door zorginstellingen in hun Jaardocument Maatschappelijke Verantwoording aan de Inspectie gezondheidszorg en jeugd (hierna: IGJ) aangeleverde gegevens. Dit zijn bijvoorbeeld gegevens over de aanwezigheid van cliëntenraden, de ondersteuning daarvan in financiële en materiële zin, alsook de tevredenheid van cliëntenraden hierover, het aantal ongevraagde adviezen en de mate waarin die tot maatregelen hebben geleid, en de instelling van commissies van vertrouwenslieden dan wel de aansluiting bij de Landelijke Commissie van Vertrouwenslieden. Voor verslagjaar 2020 is de tabel cliëntenraden hierop aangepast.2
Verder wordt verplicht gesteld dat zorgaanbieders inzicht geven in de uiteindelijk belanghebbende (‘ultimate beneficial owner’), waardoor de transparantie van organisatorische en financiële structuren binnen de zorg wordt vergroot. Dit is reeds aangekondigd in de brief aan beide Kamers der Staten-Generaal van 9 juli 2019.3
De toelichting bij de balans is aangepast aan het Besluit modellen jaarrekening. Tot slot heeft nog een aantal marginale wijzigingen plaatsgevonden in de bijlage, zoals het schrappen van een aantal productievragen voor ziekenhuizen en het anders formuleren van vragen in verband met gewijzigde wetgeving.
Tevens zijn in deze wijzigingsregeling enkele aanpassingen vervat die er toe leiden dat de regels voor RAV’s met betrekking tot de jaarverantwoording zoveel mogelijk in lijn worden gebracht met de regels die gelden voor andere zorginstellingen. Met de wijzigingsregeling van 5 juni 2018 (Stcrt. 2018, 32252) zijn hier al stappen in gezet. De onderhavige wijzigingsregeling zet die lijn voort. Hierbij is onderscheid gemaakt tussen RAV’s met privaatrechtelijke rechtspersoonlijkheid (hierna: privaatrechtelijke RAV’s) en RAV’s met publiekrechtelijke rechtspersoonlijkheid (hierna: publiekrechtelijke RAV’s). Voor privaatrechtelijke RAV’s geldt voor de jaarverantwoording over het verslagjaar 2019 dat zij (slechts) een jaarverslaggeving hoeven aan te leveren. Vanaf verslagjaar 2020 zullen zij ook de specifieke informatie zoals bedoeld in bijlage 2 moeten aanleveren. Gezamenlijk komt dit neer op een volledige Jaarverantwoording Zorg, waarmee privaatrechtelijke RAV’s volledig gelijk worden getrokken met andere zorginstellingen die op grond van deze regeling een jaarverantwoording moeten aanleveren. Hierbij zij opgemerkt dat op grond van artikel 2a, eerste lid, voor privaatrechtelijke RAV’s niet de uitzondering van artikel 3, onderdeel e, geldt. Dit betekent dat alle RAV’s altijd de volledige Jaarverantwoording Zorg moeten aanleveren.
Voor publiekrechtelijke RAV’s geldt over het verslagjaar 2019 dat zij de gemeentelijke stukken moeten aanleveren die hun gemeente volgens het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten moet opstellen. Vanaf verslagjaar 2020 moeten zij ingevolge de onderhavige wijzigingsregeling daarbovenop de specifieke informatie zoals bedoeld in bijlage 2 aanleveren. In die bijlage is bepaald dat zij niet de financiële gegevens, bedoeld in paragraaf 4, hoeven aan te leveren. Binnen gemeenten worden dergelijke financiën niet op het niveau van de RAV bijgehouden en het zou een zware extra last zijn om dat te verplichten. Dit is anders bij privaatrechtelijke RAV’s; zij zijn op grond van het Burgerlijk Wetboek al verplicht om dergelijke gegevens bij te houden. Ambulancezorg Nederland (AZN) is over deze wijzigingen op ambtelijk niveau geraadpleegd en had hiertegen geen bezwaar.
Deze wijzigingsregeling brengt een kleine verandering in de regeldruk teweeg, die voor het grootste deel het gevolg is van het feit dat de verslaggevingsplicht van RAV’s vanaf verslagjaar 2020 wordt uitgebreid van slechts een jaarverslaggeving, naar een volledige Jaarverantwoording Zorg. Het extra element van zo’n Jaarverantwoording Zorg betreft de ‘specifieke informatie’ (zie artikel 1, onderdeel f). De specifieke informatie bestaat uit gegevens betreffende de organisatiestructuur, bestuursstructuur, exploitatiekosten en bedrijfsvoering van de zorginstelling (zie artikel 1, onderdeel g). In artikel 8a is bepaald dat dit neerkomt op het invullen van het formulier in bijlage 2 (waarbij publiekrechtelijke RAV’s, zoals hiervoor genoemd, de financiële gegevens van paragraaf 4 niet hoeven in te vullen). Het invullen van dit formulier kost naar schatting 4 uur en de kosten worden geraamd op € 37,– per uur, waarmee deze wijziging per RAV € 148,– zal kosten. Zoals in de vorige paragraaf is vermeld, zijn RAV’s altijd verplicht om een volledige Jaarverantwoording Zorg in te leveren. In totaal telt Nederland 25 RAV’s, waardoor de totale vergroting van de regeldruk voor deze groep neerkomt op € 3.700. Hierbij wordt opgemerkt dat een gedeelte van de gevraagde gegevens voorheen al moest worden aangeleverd op grond van artikel 23, eerste lid, de Regeling Tijdelijke wet ambulancezorg en Bijlage 2 bij die regeling, die met deze regeling komen te vervallen.
De wijziging van de bijlagen levert een kleine lastendrukverhoging op vanwege de extra vragen die zijn toegevoegd om de Governancecode Zorg 2017 te toetsen. De toepassing van deze code is immers niet vrijblijvend. Daarom is ook voor de Jaarverantwoording Zorg aangesloten bij het interdepartementale principe van ‘pas toe of leg uit’. Als een zorgaanbieder volledig voldoet aan de principes van de Governancecode Zorg, dan kunnen de betreffende vragen zeer snel met ‘ja’ worden beantwoord en is de toename in regeldruk nihil.
Het Adviescollege toetsing regeldruk (ATR) heeft het voorstel getoetst en deelt de conclusie dat de gevolgen voor de regeldruk zeer beperkt zijn.
Er worden geen fouten of fraude bij voorgestelde wijzigingen verwacht.
Door de wijziging van artikel 9 (artikel I, onderdeel B) moeten privaatrechtelijke RAV’s vanaf verslagjaar 2020 ook specifieke informatie aanleveren. In het verlengde hiervan wordt in artikel 2a, eerste lid, bepaald dat privaatrechtelijke RAV’s ook moeten voldoen aan artikel 8a. Hierdoor wordt bewerkstelligd dat de Jaarverantwoording Zorg van privaatrechtelijke RAV’s de specifieke informatie als bedoeld in de op artikel 8a gebaseerde bijlage 2 moet bevatten.
Tevens wordt in beide leden van artikel 2a een omissie hersteld. Abusievelijk was in een eerdere wijziging nog niet geregeld dat ook artikel 10 op RAV’s van toepassing is. Uiteraard is het de bedoeling dat RAV’s, net als andere zorgaanbieders, zelf de kosten dragen voor de jaarverantwoording. Voor een andere bekostiging bestaat ook geen rechtsgrondslag. De verwijzing naar artikel 10 is daarom aan artikel 2a, eerste en tweede lid, toegevoegd.
In artikel 2a, tweede lid, worden voorts enkele zinssneden toegevoegd, die ertoe leiden dat publiekrechtelijke RAV’s vanaf verslagjaar 2020, naast de gegevens die zij jaarlijks op grond van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten moeten opstellen, ook de specifieke gegevens moeten aanleveren die het model van bijlage 2 voorschrijft. In paragraaf ‘4. Financiële gegevens’ van bijlage 2 is uitdrukkelijk bepaald dat publiekrechtelijke RAV’s de financiële gegevens, bedoeld in die paragraaf, niet hoeven aan te leveren. Zie voor meer informatie het algemene deel van deze toelichting. Tevens is in dit artikel een verwijzing naar artikel 9, derde lid, vervangen door een verwijzing naar het tweede lid van dat artikel, in verband met de wijziging in onderdeel B van het onderhavige artikel van deze wijzigingsregeling.
In artikel 9 vervalt het tweede lid, dat voor privaatrechtelijke RAV’s een uitzondering regelde op het eerste lid. Door de uitzondering hoefden dergelijke instellingen slechts een jaarverslaggeving aan te leveren, in plaats van een volledige Jaarverantwoording Zorg. Dit artikellid komt te vervallen, waardoor privaatrechtelijke RAV’s vanaf verslagjaar 2020 evenals andere zorginstellingen een volledige Jaarverantwoording Zorg zullen moeten aanleveren. Zie voor meer informatie het algemene deel van deze toelichting. Het derde lid van artikel 9 wordt vernummerd tot tweede lid.
Bijlage 1 betreft de modellen voor de balans, resultatenrekening en toelichting van micro-entiteiten, die worden gehanteerd bij een zogenaamde vereenvoudigde verantwoording over het verslagjaar 2020. Bijlage 2 betreft de specifieke informatie over verslagjaar 2020 die grote zorginstellingen en micro-zorginstellingen moeten aanleveren. In het algemene deel van deze toelichting wordt inhoudelijk op de aanpassingen in deze bijlagen ingegaan.
In dit onderdeel wordt in de Regeling verslaggeving WTZi het overgangsrecht geregeld. Deze regeling treedt in werking per 1 juli 2020. Mochten er op dat moment echter zorginstellingen zijn die nog niet aan hun verplichtingen met betrekking tot het verslagjaar 2019 hebben voldaan, of mochten er nog bezwaar- of beroepszaken lopen met betrekking tot verslaggeving over dat verslagjaar, dan is het uiteraard de bedoeling dat daarvoor het recht blijft gelden zoals dat luidde voordat artikel I van deze regeling in werking trad (met uitzondering van artikel I, onderdeel A, onder 2 en 3). Om hierover geen twijfel te laten bestaan, is dit geregeld in het onderhavige artikel 12a.
Artikel 23 van de Regeling Tijdelijke wet ambulancezorg verplicht RAV’s om jaarlijks de gegevens, bedoeld in bijlage 2 bij die regeling, te verstrekken aan de minister. Die gegevens worden met de onderhavige wijzigingsregeling opgenomen in bijlage 2 bij de Regeling verslaggeving WTZi en RAV’s krijgen vanaf verslagjaar 2020 de plicht om de gegevens, bedoeld in die bijlage, jaarlijks voor 1 juni, volgend op het verslagjaar, aan de minister aan te leveren. Daarom zijn artikel 23 van de Regeling Tijdelijke wet ambulancezorg en de daarin genoemde bijlage voor het verslagjaar 2020 overbodig geworden en kunnen deze worden geschrapt.
Doordat artikel 23 van de Regeling Tijdelijke wet ambulancezorg vervalt, vervalt ook het nut van artikel 24 van die regeling. Dat artikel bepaalde dat de gegevens die niet reeds jaarlijks op grond van artikel 23 moesten worden aangeleverd, incidenteel konden worden opgevraagd door de minister. Beide artikelen waren echter een uitwerking van artikel 10 van de Tijdelijke wet ambulancezorg en op grond van dat artikel bestaat ook al een directe algemene bevoegdheid voor de minister om bij RAV’s gegevens op te vragen. Derhalve heeft artikel 24 van de Regeling Tijdelijke wet ambulancezorg geen meerwaarde naast artikel 10 van de Tijdelijke wet ambulancezorg en kan artikel 24 eveneens vervallen. Omdat hoofdstuk IV daarmee een leeg hoofdstuk wordt, vervalt ook het opschrift van dat hoofdstuk.
In dit onderdeel wordt in de Regeling Tijdelijke wet ambulancezorg het overgangsrecht geregeld. Deze regeling treedt in werking per 1 juli 2020. Mochten er op dat moment RAV’s zijn die nog niet aan hun verplichtingen met betrekking tot het jaar 2019 hebben voldaan, of mochten er nog bezwaar- of beroepszaken lopen met betrekking tot gegevensverstrekking over dat jaar, dan is het uiteraard de bedoeling dat daarvoor het recht blijft gelden zoals dat luidde voordat artikel II van deze regeling in werking trad. Om hierover geen twijfel te laten bestaan, is dit geregeld in het onderhavige artikel 34a.
Deze regeling treedt, met uitzondering van artikel I, onderdeel A, onder 2 en 3, in werking met ingang van 1 juli 2020. Deze datum is gekozen omdat dit het eerste vaste verandermoment is dat ligt na het moment waarop zorginstellingen en RAV’s in beginsel aan hun verslaggevingsverplichtingen over het jaar 2019 zullen moeten hebben voldaan.
Voor de duidelijkheid wordt opgemerkt dat dit betekent dat de in deze regeling opgenomen wijzigingen voor het eerst van toepassing zijn op de Jaarverantwoording Zorg over het verslagjaar 2020. Omdat deze wijzigingsregeling ruim voor het verslagjaar 2020 zal worden gepubliceerd, hebben zorginstellingen voldoende de tijd om hiervan kennis te nemen en gedurende het verslagjaar 2020 de juiste gegevens te verzamelen.
Artikel I, onderdeel A, onder 2 en 3, treedt in werking op de dag na de uitgifte van de Staatscourant waarin deze regeling wordt geplaatst. Dat onderdeel betreft immers het herstel van een omissie die al betrekking had op het verslagjaar 2019.
De Minister voor Medische Zorg, B.J. Bruins
Kamerstukken II 2018/19, 34 858, nr. 42 (Motie van het lid Kerstens over een jaarlijkse rapportage over trends in de zorginstellingen).
Kamerbrief over investeringsmogelijkheden voor zorgaanbieders en het bevorderen van kwaliteit en een transparante, integere en professionele bedrijfsvoering (Kamerstukken II 2018/19, 35 000 XVI, nr. 133).
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2019-62792.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.