Overwegingen ten aanzien van het besluit
overwegende dat:
de Goudsbloemstraat en de Van der Hagenstraat in Ede voor het openbaar verkeer openstaande wegen zijn die liggen binnen de bebouwde kom van de gemeente Ede;
de hierboven genoemde locaties wegen zijn zoals bedoeld in artikel 1 lid 1 onder b van de Wegenverkeerswet 1994;
deze wegen en de parkeervakken in beheer en onderhoud zijn bij de gemeente Ede.
overwegende dat:
de gemeente Ede duurzame mobiliteit en in het bijzonder elektrisch rijden wil stimuleren;
deze afspraken zijn vastgelegd in het Duurzaamheidsprogramma van de gemeente Ede;
elektrische auto’s geen/minder CO2, NO2 en fijnstof (PM10) uitstoten dan auto’s met een verbrandingsmotor en daarmee minder schadelijk zijn voor de gezondheid, het milieu en het klimaat;
de landelijke overheid elektrisch rijden stimuleert doordat gebruikers geen/minder wegenbelasting en BPM (Belasting voor Personenauto’s en Motorrijwielen) betalen en leaserijders in een lagere bijtellingsklasse vallen;
steeds meer autoproducenten één of meer elektrische voertuigen in hun assortiment hebben;
het daarom noodzakelijk is dat er op openbare locaties mogelijkheden aanwezig zijn om deze elektrische voertuigen op te laden;
de gemeente een overeenkomst heeft gesloten met de firma Ecotap/Allego, welke op aanvraag van elektrisch rijders die geen parkeergelegenheid hebben op eigen terrein (oprit/garagebox), laadpalen in de openbare ruimte plaatst;
de parkeerplaatsen bij laadpalen uitsluitend gebruikt mogen worden door ladende elektrische voertuigen;
de maatregel dat bij een laadpaal parkeerplaatsen moeten worden aangewezen waarop uitsluitend elektrische voertuigen mogen worden opgeladen, wordt ingesteld door het plaatsen van verkeersborden;
de borden direct na het publiceren van dit besluit en de oplevering van de laadpaal worden geplaatst;
Overeenkomstig het gestelde in artikel 24 BABW is overleg gevoerd met de korpschef van politie, in deze diens gemandateerde, en deze positief heeft geadviseerd.
mede gelet op het bepaalde in:
- hoofdstuk I artikel 2 en hoofdstuk II paragraaf 2 van de Wegenverkeerswet 1994;
- de paragrafen 6 en 7 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer.