Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Noord-Holland | Staatscourant 2019, 46917 | Instelling gemeenschappelijke regelingen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Noord-Holland | Staatscourant 2019, 46917 | Instelling gemeenschappelijke regelingen |
Instellingsbesluit van de gemeenteraden en de colleges van burgemeester en wethouders van de gemeenten Alkmaar, Beverwijk, Castricum, Heemskerk, Heiloo, Uitgeest en Zaanstad en Provinciale Staten en Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Holland houdende regels omtrent gemeenschappelijke regeling Alkmaarder- en Uitgeestermeer (Gemeenschappelijke regeling Recreatieschap Alkmaarder- en Uitgeestermeer)
De raden en colleges van burgemeester en wethouders van de gemeenten Alkmaar, Beverwijk, Castricum, Heemskerk, Heiloo, Uitgeest en Zaanstad alsmede Provinciale Staten en het college van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Holland;
het bepaalde in de Wet gemeenschappelijke regelingen, de Gemeentewet, de Provinciewet en titel 10.1 van de Algemene wet bestuursrecht;
de gemeenschappelijke regeling Recreatieschap Alkmaarder- en Uitgeestermeer als volgt gewijzigd vast te stellen.
HOOFDSTUK I: ALGEMENE BEPALINGEN
Wanneer het recreatieschap enig zakelijk dan wel persoonlijk recht verwerft op gronden, grenzend aan het in het derde lid bedoelde gebied, is deze regeling ook van toepassing op (het gebied van) die gronden, indien het bestuur van de deelnemer, tot het grondgebied waarvan deze behoren, bij aangetekende brief heeft medegedeeld hiermede in te stemmen. De in het derde lid bedoelde tekening wordt overeenkomstig aangepast en aanvullend gewaarmerkt.
HOOFSTUK II: BELANG/DOELEN, TAKEN, BEVOEGDHEDEN VAN HET OPENBAAR LICHAAM
Ter behartiging van de in artikel 3 genoemde belangen worden aan het recreatieschap tenminste de volgende taken toegekend:
het nakomen van de verplichtingen die voortvloeien uit de artikelen 15 en 16 van de Wegenwet voor wat betreft de door het recreatieschap aangelegde c.q. aan te leggen dan wel door een deelnemende gemeente in beheer en onderhoud aan het recreatieschap overgedragen of over te dragen wegen, (fiets)paden en routevoorzieningen;
het verwerven, ruilen, bezwaren en vervreemden van voor natuur en recreatie van belang zijnde roerende en onroerende zaken, vorderingen of persoonlijke rechten en tot het verhuren, verpachten of op ander wijze in gebruik geven van de werken, inrichtingen, goederen of eigendommen van het recreatieschap.
In aanvulling op de taken, genoemd in het eerste lid kan het recreatieschap op verzoek van een deelnemer voor deze deelnemer in het kader van de doelstemming als bedoeld in artikel 3 en met inachtneming van het door die deelnemer vastgestelde beleid, ook andere adviserende, ondersteunende en uitvoerende werkzaamheden verrichten. Dit wordt in een overeenkomst vastgelegd.
Aan het recreatieschap worden ter behartiging van de in artikel 3 genoemde belangen/doelen en ter verwezenlijking van de in artikel 4 omschreven taken de volgende bevoegdheden toegekend:
het vaststellen van verordeningen, al dan niet door strafbepaling of bestuursdwang te handhaven, strekkende tot de uitoefening van de belangen en de taken van het recreatieschap, met in achtneming van het bepaalde in artikel 156, tweede en derde lid van de Gemeentewet en artikel 152, tweede en derde lid van de Provinciewet;
het uitoefenen van de bevoegdheid van het college van burgemeester en wethouders, als bedoeld in artikel 2.1 en onder e van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht voor wat betreft het gestelde in Bijlage I, onderdeel C, categorie 19, onder 19.1, onder g en ten eerste van het Besluit omgevingsrecht.
Het algemeen bestuur besluit niet tot vaststellen van een verordening, door strafbepalingen of bestuursdwang te handhaven, dan nadat de raden van de deelnemende gemeenten en Provinciale Staten van de deelnemende provincie in de gelegenheid zijn gesteld hun wensen en bedenkingen ter kennis van het algemeen bestuur te brengen. Het dagelijks bestuur zendt daartoe het ontwerp van de verordening aan de raden en de staten. De raden van de deelnemende gemeenten en de staten zenden uiterlijk binnen drie maanden na ontvangst van het ontwerp van die verordening schriftelijk bericht aan het algemeen bestuur.
Indien de raad van een deelnemende gemeente, op het grondgebied waarvan de door strafbepaling of bestuursdwang te handhaven verordening betrekking heeft, schriftelijk heeft bericht, dat naar zijn mening de verordening geheel of ten dele niet dient te gelden voor bepaald aangewezen gebieden van deze gemeente, worden deze gebieden uitgesloten van de werkingssfeer van de betreffende bepalingen van de verordening. Deze uitsluiting geldt slechts indien:
door het bestuursorgaan wiens bevoegdheden het betreft voorzien is in een besluit tot aanwijzing van de voor het beheer en toezicht noodzakelijke bevoegdheden aan het uitvoeringsorgaan dat door het recreatieschap is belast met het beheer over het gebied dat is uitgesloten van de werkingssfeer van de voornoemde verordening.
HOOFDSTUK III: ALGEMEEN BESTUUR
De aanwijzing van leden van het algemeen bestuur vindt plaats in de eerste vergadering van de gemeenteraden in nieuwe samenstelling na gehouden gemeenteraadsverkiezingen voor de leden als bedoeld in het eerste lid onder a tot en met g, en van Provinciale Staten in nieuwe samenstelling na gehouden statenverkiezingen voor het lid als bedoeld in het eerste lid onder h.
De raad c.q. Provinciale Staten kan voor elk lid van het algemeen bestuur dat hij heeft aangewezen, tevens één plaatsvervangend lid aanwijzen, dat het lid bij verhindering of ontstentenis vervangt. Hetgeen in deze regeling is bepaald ten aanzien van een lid van het algemeen bestuur is van overeenkomstige toepassing op het plaatsvervangend lid, tenzij de regeling anders bepaalt.
Het algemeen bestuur en de leden van het algemeen bestuur hebben de bevoegdheid personen uit te nodigen als adviseur aan een vergadering deel te nemen dan wel zich te doen bijstaan door één of meer (al dan niet ambtelijke) adviseurs. Het reglement van orde voor de vergaderingen van het algemeen bestuur kan hieromtrent nadere regels stellen.
Artikel 9 Stemmen en besluitvorming
Wanneer ten aanzien van zaken geen der leden stemming vraagt, wordt aangenomen dat conform het voorstel is besloten. Bij het doen van keuzen, voordrachten of aanbevelingen van personen dient steeds tot stemming te worden overgegaan, tenzij het bestuur unaniem besluit van stemming af te zien. Als dan wordt, evenals ten aanzien van zaken, aangenomen dat conform het voorstel is besloten.
Indien tot stemming wordt overgegaan, wordt over alle zaken mondeling en bij hoofdelijke oproeping gestemd, doch bij het doen van keuzen, voordrachten of aanbevelingen van personen, bij gesloten en ondertekende briefjes. Daarbij wordt de stemverhouding als aangegeven in het eerste lid in acht genomen.
Het algemeen bestuur besluit slechts tot oprichting van en de deelneming in privaatrechtelijke rechtspersonen, indien dat in het bijzonder aangewezen moet worden geacht voor de behartiging van het daarmee te dienen belang. Het besluit wordt niet genomen dan nadat raden van de deelnemende gemeenten en Provinciale Staten van de deelnemende provincie in de gelegenheid zijn gesteld hun wensen en bedenkingen ter kennis van het algemeen bestuur te brengen. Het besluit wordt genomen bij unanimiteit.
Artikel 11 Vergoedingen en tegemoetkoming
Het algemeen bestuur kan met inachtneming van artikel 21, eerste en tweede lid van de Wgr voor leden, plaatsvervangende leden en adviseurs van het algemeen en dagelijks bestuur, alsmede ten behoeve van de leden en plaatsvervangende leden van een in artikel 16 bedoelde commissie een regeling vaststellen voor een op jaarbasis te bepalen vergoeding voor hun werkzaamheden en tegemoetkoming in de kosten.
HOOFDSTUK IV: DAGELIJKS BESTUUR
Degene die door de deelnemer met inachtneming van het in artikel 6 bepaalde is aangewezen als plaatsvervangend lid van het algemeen bestuur is tevens plaatsvervangend lid van het dagelijks bestuur indien het lid van het algemeen bestuur dat door hem wordt vervangen tevens lid is van het dagelijks bestuur.
Artikel 14 Taken en bevoegdheden
Het dagelijks bestuur is bevoegd:
te besluiten namens het openbaar lichaam, het dagelijks bestuur of het algemeen bestuur rechtsgedingen, bezwaarprocedures of administratief beroepsprocedures te voeren of handelingen ter voorbereiding daarop te verrichten, tenzij het algemeen bestuur, voor zover het algemeen bestuur aangaat, in voorkomende gevallen anders beslist;
Zo door het recreatieschap een geding wordt gevoerd tegen of een rechtshandeling gepleegd met een rechtspersoon, die door dezelfde persoon wordt vertegenwoordigd als de voorzitter van het recreatieschap, wordt het recreatieschap vertegenwoordigd door de vicevoorzitter, ook indien door de wederpartij alsnog een andere vertegenwoordiger mocht zijn aangewezen.
Artikel 16 Adviescommissie en bestuurscommissie
Het algemeen bestuur gaat niet over tot het instellen van een bestuurscommissie als bedoeld in het vorige lid dan nadat de raden van de deelnemende gemeenten en Provinciale Staten van de deelnemende provincie van dit voornemen zijn geïnformeerd en gedurende een periode van 3 maanden in de gelegenheid zijn gesteld hun wensen en bedenkingen ter kennis van het algemeen bestuur te brengen.
HOOFDSTUK VII: INLICHTINGEN EN VERANTWOORDING
Artikel 17 Interne verantwoording en inlichtingenplicht
De leden van het dagelijks bestuur verstrekken - tezamen dan wel afzonderlijk - aan het algemeen bestuur alle inlichtingen, voor zover dat niet strijdig is met het bepaalde in artikel 23 van de Wgr, die door het algemeen bestuur dan wel één of meer leden daarvan, hetzij mondeling in een vergadering van het algemeen bestuur, hetzij schriftelijk worden verlangd en wel door:
Artikel 19 Informatieverstrekking door het bestuur
Het algemeen bestuur geeft aan de raden van de deelnemende gemeenten en Provinciale Staten van de deelnemende provincie alle inlichtingen, voor zover dat niet strijdig is met het bepaalde in artikel 23 van de Wgr, die door één of meer leden van de raden van de deelnemende gemeenten en Provinciale Staten van de deelnemende provincie schriftelijk worden verlangd en wel door:
HOOFDSTUK VIII: BELEID, UITVOERING EN VERANTWOORDING
Het algemeen bestuur, het dagelijks bestuur c.q. de voorzitter kunnen de bevoegdheden inzake de hun opgedragen taken mandateren / machtigen aan een uitvoeringsorganisatie voor zover er geen wettelijk voorschrift is dat hieraan in de weg staat of voor zover de aard van de bevoegdheid zich niet tegen mandatering/machtiging verzet. Het algemeen bestuur stelt daarvoor een verordening op betreffende algemene bepalingen en uitgangspunten op basis waarvan de uitvoeringsorganisatie de taken in mandaat uitvoert.
HOOFDSTUK IX: FINANCIËLE BEPALINGEN
Artikel 26 Voorbereiden begroting
Het dagelijks bestuur zendt de ontwerpbegroting en de meerjarenbegroting, vergezeld van een toelichting waaronder begrepen de algemene financiële en beleidsmatige kaders, vóór 15 april van het jaar, voorafgaande aan het jaar waarvoor de begroting dient aan de raden van de deelnemende gemeenten en Provinciale Staten van de deelnemende provincie en gelijktijdig aan het algemeen bestuur.
De raden van de deelnemende gemeenten en Provinciale Staten van de deelnemende provincie kunnen tot uiterlijk 10 weken na de in het eerste de lid genoemde datum bij het dagelijks bestuur van het openbaar lichaam hun zienswijze over de ontwerpbegroting naar voren brengen.
Het dagelijks bestuur voegt de commentaren waarin deze zienswijze is vervat bij de ontwerpbegroting, zoals deze aan het algemeen bestuur wordt aangeboden. Het algemeen bestuur reageert ter vergadering gemotiveerd op deze zienswijzen.
Artikel 28 Voorbereiden jaarrekening
Het dagelijks bestuur zendt vóór 15 april van het jaar voorafgaande aan dat waarvoor de begroting dient, de voorlopige jaarrekening van het recreatieschap eventueel vergezeld van zijn opmerkingen en vergezeld van een verantwoording van het financieel beleid aan de raden van deelnemende gemeenten, aan Provinciale Staten van de deelnemende provincie en aan het algemeen bestuur onder overlegging van een afschrift van het verslag van het onderzoek naar de deugdelijkheid van de jaarrekening, ingesteld door de hiertoe door het algemeen bestuur aangewezen certificerend accountant(s).
De raden van de deelnemende gemeenten en Provinciale Staten van de deelnemende provincie kunnen tot uiterlijk 10 weken na de in het eerste lid genoemde datum bij het dagelijks bestuur hun zienswijze over de ontwerpjaarrekening naar voren brengen. Het dagelijks bestuur reageert gemotiveerd op deze bedenkingen en voegt zijn reactie op deze bedenkingen bij de ontwerpjaarrekening.
Artikel 30 Bijdrage in tekorten
Indien van de deelnemers de in het tweede lid bedoelde voorschotten later zijn ontvangen dan de krachtens besluit van het dagelijks bestuur, ingevolge het derde lid bepaalde data respectievelijk de in het vierde lid genoemde data, komen de hieruit voortvloeiende kosten voor rekening van die deelnemers naar rato van de grootte van de verschuldigde voorschotten gerelateerd aan de termijn waarmee die data zijn overschreden. Voor die kostentoerekening is basis de debetrente van de door het recreatieschap aangegane rekeningcourantovereenkomst.
Het negatief saldo over enig boekjaar wordt in de jaarrekening opgenomen en, voor zover de reserves daarvoor toereikend zijn, ten laste gebracht van de door het recreatieschap gevormde reserves. Voor zover de reserves niet toereikend zijn wordt een negatief saldo ten laste gebracht van de deelnemers volgens de op grond van artikel 30, eerste lid, jo. Bijlage 2 vastgestelde verdeelsleutel. De deelnemers voldoen hun aanvullende bijdrage op grond van dit artikellid binnen 60 dagen na de vaststelling van de jaarrekening.
Indien de vastgestelde jaarrekening sluit met een positief saldo besluit het algemeen bestuur of dit:
HOOFDSTUK X: TOETREDING, UITTREDING, WIJZIGING EN OPHEFFING
Het algemeen bestuur stelt, na overleg met de deelnemers, binnen drie maanden, nadat het in het eerste lid bedoelde verzoek is ontvangen, een ontwerp vast voor de aanpassing van de gemeenschappelijke regeling in verband met de voorgenomen toetreding alsmede een regeling voor de gevolgen van de toetreding. Het dagelijks bestuur zendt dit ontwerp en regeling aan de deelnemers, waaronder begrepen de aspirant-deelnemer, met het verzoek binnen drie maanden na verzending hiervan, inzake de vaststelling ervan een besluit te nemen. De toetreding vindt plaats wanneer alle deelnemers en de aspirant-deelnemer hiertoe eensluidend besluiten.
Uittreding geschiedt onder door het algemeen bestuur na overleg met deelnemers te stellen regelen die in ieder geval betreffen de voort te zetten verplichtingen van de uittredende deelnemer betreffende de rente en aflossing van geldleningen bedoeld in artikel 32, eerste lid en andere langlopende verplichtingen met een resterende looptijd van ten minste 5 jaar.
Het algemeen bestuur stelt binnen drie maanden nadat het besluit tot uittreding is ontvangen een ontwerp vast voor de aanpassing van de gemeenschappelijke regeling aan de gevolgen van de uittreding en zendt dit ontwerp aan de deelnemers met het verzoek binnen drie maanden na verzending van dat ontwerp inzake de vaststelling ervan een besluit te nemen.
Het dagelijks bestuur is belast met de zorg, de bewaring en het beheer van de archiefbescheiden van de bestuursorganen van het recreatieschap, alsmede het toezicht daarop overeenkomstig een door het algemeen bestuur, met inachtneming van artikel 40 van de Archiefwet 1995 en daarop betrekkende hebbende regelingen vast te stellen verordening, die aan Gedeputeerde Staten van Noord-Holland moet worden medegedeeld.
Aldus besloten in de openbare vergadering van Recreatieschap Alkmaarder- en Uitgeestermeer op 3 juli 2019 te Uitgeest.
De voorzitter,
J. Chr. Van der Hoek
Verdeelsleutel Recreatieschap Alkmaarder- en Uitgeestermeer als bedoeld in artikel 30, eerste lid van deze regeling met ingang van 1 januari 2019
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2019-46917.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.