Besluit van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit 23 juli 2019, nr. 19184671, houdende tijdelijke vrijstelling op grond van artikel 38 van de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden ter bescherming van de onbedekte teelt van prei tegen tabakstrips (Tijdelijke vrijstelling ter bescherming van de onbedekte teelt van prei tegen tabakstrips (Thrips tabaci), 2019)

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat;

Gelet op artikel 38 van de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden en artikel 53 van de Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europese Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen en tot intrekking van de Richtlijnen nr. 79/117/EEG en 91/414/EEG van de Raad (PbEU 2009, L 309);

BESLUIT:

Artikel 1

Tijdelijke vrijstelling als bedoeld in artikel 38 van de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden en artikel 53 van Verordening (EG) nr. 1107/2009 wordt verleend voor het gebruik van Benevia ter bescherming van de onbedekte teelt van prei tegen tabakstrips (Thrips tabaci).

Artikel 2

De vrijstelling is slechts van toepassing indien de gebruiksvoorschriften in de bijlage bij dit besluit worden nageleefd.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en vervalt na 120 dagen.

Artikel 4

Dit besluit wordt aangehaald als: Tijdelijke vrijstelling ter bescherming van de onbedekte teelt van prei tegen tabakstrips (Thrips tabaci), 2019.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, namens deze, M.C. Beens Directeur Plantaardige Agroketens en Voedselkwaliteit

Bezwaar

Als u het niet eens bent met deze beslissing, kunt u binnen zes weken na dagtekening van dit besluit digitaal of schriftelijk een bezwaarschrift indienen.

Een digitaal bezwaarschrift kunt u indienen via ‘mijn.rvo.nl’. Om in te loggen heeft u uw gebruikerscode en wachtwoord nodig, voor de ondertekening een TAN-code. Bij een digitaal bezwaarschrift stuurt u een kopie van dit besluit mee als pdf-bestand of u stuurt een kopie per post na.

Als u schriftelijk bezwaar wilt maken, stuurt u het ondertekende bezwaarschrift naar de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland, afdeling Juridische Zaken, Postbus 40219, 8004 DE Zwolle. Bij een schriftelijk bezwaar stuurt u een kopie van dit besluit mee met uw bezwaarschrift.

Op mijn.rvo.nl/bezwaar vindt u meer belangrijke informatie over het digitaal en schriftelijk indienen van een bezwaarschrift.

Meer informatie

Heeft u nog vragen over uw bezwaarschrift, kijk dan op de website: mijn.rvo.nl. of bel: 088 042 42 42 (lokaal tarief).

BIJLAGE: WETTELIJK GEBRUIKSVOORSCHRIFT BENEVIA (15569)

Wettelijk Gebruiksvoorschrift

Het middel is uitsluitend toegelaten als insectenbestrijdingsmiddel voor het professionele gebruik door middel van een gewasbehandeling in de volgende toepassingsgebieden (volgens Definitielijst toepassingsgebieden versie 2.1 Ctgb juni 2015) onder de hierna vermelde toepassingsvoorwaarden

Toepassingsvoorwaarden:

Toepassingsgebied

Te bestrijden organisme

Maximale dosering* middel per toepassing

Maximaal aantal toepassingen per teeltcyclus

Minimum interval tussen toepassingen in dagen

Veiligheidstermijn in dagen

Prei

(onbedekte teelt)

Tabakstrips (Thrips tabaci)

0,75 L/ha

2

7

14

* Verlaging van de dosering is toegestaan, maar van het maximaal aantal toepassingen en de andere toepassingsvoorwaarden mag niet worden afgeweken. Werkzaamheid is bij lagere dosering niet beoordeeld.

Overige Toepassingsvoorwaarden

Om residuen in voedings- of voedergewassen ten gevolge van ophoping van persistente bodemmetabolieten te voorkomen, is het gebruik van dit product beperkt tot 2 toepassingen per jaar volgens het gebruiksvoorschrift. Dit product, of andere producten die cyantraniliprole bevatten, mogen gedurende hetzelfde jaar niet nogmaals op hetzelfde perceel worden toegepast.

Om het grondwater te beschermen mag dit product in de teelt van prei niet worden gebruikt in grondwaterbeschermingsgebieden.

Gevaarlijk voor bijen. Om de bijen en andere bestuivende insecten te beschermen mag u dit product niet gebruiken op in bloei staande gewassen. Verwijder onkruid voordat het bloeit.

Om niet tot de doelsoorten behorende geleedpotigen/insecten en bestuivers te beschermen is toepassing van het middel in prei uitsluitend toegestaan indien gebruik wordt gemaakt van één van de volgende maatregelen:

  • Een veldspuit met sleepdoeksysteem in combinatie met TeeJet AI 110-015 spuitdoppen en een spuitdruk van maximaal 3 bar en een bijbehorende kantdop bij een spuitdophoogte van maximaal 20 cm met inachtneming van een teeltvrije zone van tenminste 200 centimeter (gemeten vanaf het midden van de laatste rij of de laatste plant in de rij tot aan de perceelgrens), of

  • Lage spuitboomhoogte (met daarvoor geschikte spuitapparatuur, maximaal 30 cm boven de top van het gewas) met driftarme Venturidop in combinatie met een kantdop en luchtondersteuning met inachtneming van een totale teeltvrije zone van tenminste 2 meter (gemeten vanaf het midden van de laatste gewasrij tot aan de perceelsgrens), of

  • Conventionele spuit met minimaal 50% driftreducerende spuitdoppen in combinatie met een kantdop en Hardi TwinForce luchtondersteuning met inachtneming van een totale teeltvrije zone van tenminste 2 meter (gemeten vanaf het midden van de laatste gewasrij tot aan de perceelsgrens).

Resistentiemanagement:

Dit middel bevat de werkzame stof cyantraniliprole. Cyantraniliprole behoort tot de ryanodine receptor modulators. De Irac code is 28.

Bij dit product bestaat er kans op resistentieontwikkeling. In het kader van resistentiemanagement dient u de adviezen die gegeven worden in de voorlichtingsboodschappen, op te volgen.

TOELICHTING

1 Algemeen

Artikel 53 van Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europese Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen en tot intrekking van de Richtlijnen nr. 79/117/EEG en nr. 91/414/EEG van de Raad (PbEU 2009, L 309) (hierna: Verordening (EG) nr. 1107/2009) en artikel 38 van de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Wgb) maken het mogelijk in bijzondere omstandigheden tijdelijke vrijstelling te verlenen van het verbod om een niet toegelaten gewasbeschermingsmiddel binnen Nederland te brengen, op de markt te brengen, voorhanden te hebben of te gebruiken.

Tijdelijke vrijstelling kan worden verleend als een maatregel nodig blijkt voor een gecontroleerd en beperkt gebruik ter beheersing van een noodsituatie die op geen enkele andere redelijke manier te bestrijden is.

2 Adviezen

2.1 Noodsituatie

De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) heeft een advies opgesteld waarin de vraag wordt beantwoord of er sprake is van een noodsituatie.

Gevaar

Zowel de larven als de volwassen tabakstripsen voeden zich met het sap uit de bladeren. De leeggezogen cellen vullen zich met lucht waardoor zilverachtige vlekjes ontstaan. Dit zorgt voor een afname van de kwaliteit van de plant en beperkt de groei. Aantasting is alleen zichtbaar op de groene delen van de plant. De trips heeft een verscholen levenswijze en bevindt zich met name in de schacht van de preiplant.

Schade door trips kan in de teelt van prei leidt tot opbrengstderving vanwege de eisen die tegenwoordig gesteld worden aan het eindproduct. In dat geval kan de schade oplopen tot 100%.

Door de hoge tripsdruk als gevolg van extreme weersomstandigheden in 2018 en het gebrek aan selectieve middelen, is het middelenpakket voor een geïntegreerde teelt van prei momenteel onvoldoende.

Alternatieven

Niet-chemisch

Er zijn diverse preventieve, teelttechnische en niet-chemische maatregelen bekend om de plaagdruk van tabakstrips in de teelt van prei te verminderen of om de schade te beperken (vruchtwisseling, stomen, resistente rassen, boven door water geven, aangetast materiaal uitsorteren). De effectiviteit of de haalbaarheid van deze maatregelen is niet voldoende om tabakstrips in de teelt van prei voldoende te kunnen beheersen.

Chemisch

Voor deze artikel 38 aanvraag wordt een beroep gedaan op het bevorderen van de geïntegreerde gewasbescherming door het gebruik van een middel wat integreerbaar is met natuurlijke vijanden.

Middelen op basis van vijf verschillende werkzame stoffen mogen worden ingezet tegen trips in de teelt van prei. Eén van de toegelaten middelen is nog niet op de markt. Drie middelen (op basis van deltamethrin, lambda-cyhalothrin en abamectine) zijn schadelijk voor natuurlijke vijanden van trips. Door de hoge tripsdruk als gevolg van extreme weersomstandigheden in 2018 en het gebrek aan integreerbare middelen, is het huidige middelenpakket is onvoldoende om de plaag op geïntegreerde wijze te beheersen. Cyantraniliprole is selectief en niet tot weinig gevaarlijk voor de natuurlijke vijanden van trips.

Bijzondere omstandigheden

Door de hoge tripsdruk als gevolg van extreme weersomstandigheden in 2018 en het gebrek aan selectieve middelen, is het middelenpakket momenteel onvoldoende, waardoor de teelt in gevaar komt.

De werkzame stof cyantraniliprole is op 14 september 2016 opgenomen op de lijst van goedgekeurde werkzame stoffen van Verordening (EG) nr. 1107/2009. Op 26 april 2018 is een middel op basis van cyantraniliprole toegelaten. Prei was onderdeel van deze toelatingsaanvraag, maar is hieruit teruggetrokken omdat de Europese MRL voor prei nog niet was vastgesteld. De reguliere MRL aanvraag is inmiddels beoordeeld door Frankrijk en het rapport ligt bij EFSA voor verdere verwerking. De aanvrager verwacht dat dit middel niet beschikbaar is voor seizoen 2019. Sinds 5 juni 2018 is er een tijdelijke MRL voor prei beschikbaar.

Conclusie

De NVWA komt tot volgende conclusies:

  • Met de beschikbare middelen en maatregelen kan trips in de geïntegreerde teelt van prei niet afdoende bestreden worden;

  • Een landbouwtechnisch doelmatige geïntegreerde teelt van prei in Nederland wordt bedreigd door trips;

  • De aanvraag voldoet aan de eis van bijzondere omstandigheden. Het aangevraagde middel draagt bij aan de instandhouding en bevordering van geïntegreerde gewasbescherming. De toelatinghouder levert inspanningen om te komen tot een oplossing. Er is perspectief voor de toelating van een middel op basis van cyantraniliprole in de teelt van prei waardoor een kortstondig noodverband gerechtvaardigd is. Voor de gevraagde vrijstellingsperiode is het middel niet beschikbaar.

De tijdelijke vrijstelling van Benevia voor het bestrijden van tabakstrips in onbedekte teelt van prei voldoet aan de criteria voor een noodsituatie.

2.2 Risicobeoordeling

Het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb) heeft een advies opgesteld waarin de vraag wordt beantwoord of er sprake is van aanvaardbare risico’s.

Humane toxiciteit

Voldoet aan de eisen.

Volksgezondheid

Voldoet aan de eisen met inachtneming van volgende restrictie:

Om residuen in voedings- of voedergewassen ten gevolge van ophoping van persistente bodemmetabolieten te voorkomen, is het gebruik van dit product beperkt tot 2 toepassingen per jaar volgens het gebruiksvoorschrift. Dit product, of andere producten die cyantraniliprole bevatten, mogen gedurende hetzelfde jaar niet nogmaals op hetzelfde perceel worden toegepast.

Gedrag in het milieu

Voldoet aan de eisen met inachtneming van volgende restrictie:

Om het grondwater te beschermen mag dit product in de teelt van prei niet worden gebruikt in grondwaterbeschermingsgebieden.

Ecotoxiciteit

Voldoet aan de eisen met inachtneming van volgende restricties:

Gevaarlijk voor bijen. Om de bijen en andere bestuivende insecten te beschermen mag u dit product niet gebruiken op in bloei staande gewassen. Verwijder onkruid voordat het bloeit.

Om niet tot de doelsoorten behorende geleedpotigen/insecten en bestuivers te beschermen is toepassing van het middel in prei uitsluitend toegestaan indien gebruik wordt gemaakt van één van de volgende maatregelen:

  • Een veldspuit met sleepdoeksysteem in combinatie met TeeJet AI 110-015 spuitdoppen en een spuitdruk van maximaal 3 bar en een bijbehorende kantdop bij een spuitdophoogte van maximaal 20 cm met inachtneming van een teeltvrije zone van tenminste 200 centimeter (gemeten vanaf het midden van de laatste rij of de laatste plant in de rij tot aan de perceelgrens), of

  • Lage spuitboomhoogte (met daarvoor geschikte spuitapparatuur, maximaal 30 cm boven de top van het gewas) met driftarme Venturidop in combinatie met een kantdop en luchtondersteuning met inachtneming van een totale teeltvrije zone van tenminste 2 meter (gemeten vanaf het midden van de laatste gewasrij tot aan de perceelsgrens), of

  • Conventionele spuit met minimaal 50% driftreducerende spuitdoppen in combinatie met een kantdop en Hardi TwinForce luchtondersteuning met inachtneming van een totale teeltvrije zone van tenminste 2 meter (gemeten vanaf het midden van de laatste gewasrij tot aan de perceelsgrens).

Conclusie

Het College constateert dat er met het in acht nemen van restrictiezinnen geen risico verbonden is aan de vrijstelling.

Advies

Gezien het risico adviseert het College een vrijstelling ex artikel 38 Wgb van het gewasbeschermingsmiddel Benevia in de teelt van prei te verlenen onder vermelding van de volgende restrictiezinnen:

Om residuen in voedings- of voedergewassen ten gevolge van ophoping van persistente bodemmetabolieten te voorkomen, is het gebruik van dit product beperkt tot 2 toepassingen per jaar volgens het gebruiksvoorschrift. Dit product, of andere producten die cyantraniliprole bevatten, mogen gedurende hetzelfde jaar niet nogmaals op hetzelfde perceel worden toegepast.

Om het grondwater te beschermen mag dit product in de teelt van prei niet worden gebruikt in grondwaterbeschermingsgebieden.

Gevaarlijk voor bijen. Om de bijen en andere bestuivende insecten te beschermen mag u dit product niet gebruiken op in bloei staande gewassen. Verwijder onkruid voordat het bloeit.

Om niet tot de doelsoorten behorende geleedpotigen/insecten en bestuivers te beschermen is toepassing van het middel in prei uitsluitend toegestaan indien gebruik wordt gemaakt van één van de volgende maatregelen:

  • Een veldspuit met sleepdoeksysteem in combinatie met TeeJet AI 110-015 spuitdoppen en een spuitdruk van maximaal 3 bar en een bijbehorende kantdop bij een spuitdophoogte van maximaal 20 cm met inachtneming van een teeltvrije zone van tenminste 200 centimeter (gemeten vanaf het midden van de laatste rij of de laatste plant in de rij tot aan de perceelgrens), of

  • Lage spuitboomhoogte (met daarvoor geschikte spuitapparatuur, maximaal 30 cm boven de top van het gewas) met driftarme Venturidop in combinatie met een kantdop en luchtondersteuning met inachtneming van een totale teeltvrije zone van tenminste 2 meter (gemeten vanaf het midden van de laatste gewasrij tot aan de perceelsgrens), of

  • Conventionele spuit met minimaal 50% driftreducerende spuitdoppen in combinatie met een kantdop en Hardi TwinForce luchtondersteuning met inachtneming van een totale teeltvrije zone van tenminste 2 meter (gemeten vanaf het midden van de laatste gewasrij tot aan de perceelsgrens).

3 Overwegingen

Een tijdelijke vrijstelling van het gewasbeschermingsmiddel Benevia is gewenst, omdat zonder deze vrijstelling de instandhouding en bevordering van geïntegreerde gewasbescherming in de teelt de onbedekte teelt van prei wordt bedreigd door de bestrijding van tabakstrips. Hierdoor wordt de landbouwtechnisch doelmatige onbedekte teelt van prei bedreigd. Belanghebbenden spannen zich in om op korte termijn te beschikken over een regulier toegelaten gewasbeschermingsmiddel.

In het Wettelijk Gebruiksvoorschrift (zie bijlage bij dit besluit) zijn de risico reducerende maatregelen overgenomen die door het Ctgb zijn voorgesteld.

Vrijstelling voor de toepassing van een middel op basis van cyantraniliprole ter bescherming van de onbedekte teelt van prei tegen tabakstrips werd eerder verleend op 2 augustus 2018, Staatscourant 44722.

4 Besluit

De adviezen van de NVWA en het Ctgb overnemend, heb ik in overeenstemming met de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, besloten om op grond van artikel 38 van de Wgb tijdelijke vrijstelling te verlenen voor het gebruik van het gewasbeschermingsmiddel Benevia ter bescherming van de onbedekte teelt van prei tegen tabakstrips.

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en vervalt na 120 dagen.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, namens deze, M.C. Beens Directeur Plantaardige Agroketens en Voedselkwaliteit

Naar boven