Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Tiel | Staatscourant 2019, 41289 | Instelling gemeenschappelijke regelingen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Tiel | Staatscourant 2019, 41289 | Instelling gemeenschappelijke regelingen |
[Deze bekendmaking is slechts een tekstplaatsing. De oorspronkelijke bekendmaking is op 9 maart 2017 beschikbaar via Staatscourant 2017, 14156.]
HOOFDSTUK III. BELANGEN TEN BEHOEVE WAARVAN DE REGELING IS AANGEGAAN EN DE TAKEN EN BEVOEGDHEDEN VAN HET OPENBAAR LICHAAM
In aanvulling op het eerste lid kunnen door het algemeen bestuur aanvullende taken voor een of meerdere gemeenten worden opgenomen in bijlage 1. De regeling hoeft daartoe niet te worden gewijzigd. Het algemeen bestuur gaat hiertoe niet over dan na goedkeuring van de gemeenten voor wie de betreffende taken zullen worden uitgevoerd. De verdere voorwaarden ten aanzien van de taakuitvoering worden bij dienstverleningsovereenkomst tussen de betreffende gemeente en Regio Rivierenland vastgelegd.
Indien op grond van het bepaalde in lid 1 een of meerdere taken voor een deelnemende gemeente niet worden uitgevoerd worden in afwijking van het bepaalde in artikel 28, tweede lid en artikel 30, vijfde lid de kosten die verbonden zijn aan de uitvoering van deze taken niet ten laste van deze gemeente gebracht.
Ten behoeve van de uitvoering van de in artikel 5, eerste lid, onderdeel b, genoemde taken komen aan het bestuur van het openbaar lichaam alle bevoegdheden tot regeling en bestuur toe als die daarvoor bij of krachtens enig wettelijk voorschrift aan de gemeentebesturen zijn of worden toegekend, met dien verstande dat aan het bestuur van het openbaar lichaam niet de bevoegdheid wordt overgedragen belastingen of rechten te heffen.
Ten behoeve van de uitvoering van de in artikel 5, tweede lid, bedoelde taken worden de daarbij behorende bevoegdheden door de betreffende bestuursorganen van de deelnemende gemeenten door middel van een besluit tot mandaat verleend aan respectievelijk het bestuur of de ambtenaren van het openbaar lichaam.
HOOFDSTUK IV. HET ALGEMEEN BESTUUR
Naast de in lid 1 van dit artikel genoemde zetels wordt één zetel toegekend aan de gezamenlijke raden van alle deelnemende gemeenten ten behoeve van het benoemen van het gemeenschappelijk lid als bedoeld in artikel 1 lid 1 onder j van deze regeling. Het gezamenlijk lid wordt aangewezen door de meerderheid van de raden van alle deelnemende gemeenten.
De leden hebben in de vergaderingen van het Algemeen Bestuur stemrecht in de omvang waarin het inwonertal van de gemeente die hem/haar heeft aangewezen zich verhoudt tot het inwonertal van alle deelnemende gemeenten, een en ander afgerond op honderdtallen inwoners. Het gemeenschappelijk lid komt een stem toe.
Artikel 10 Onverenigbare functies
Het lidmaatschap van het Algemeen Bestuur is onverenigbaar met de betrekking van ambtenaar door of vanwege het bestuur van het openbaar lichaam aangesteld of daaraan ondergeschikt. Voor de toepassing van deze bepaling wordt onder ambtenaar mede verstaan degene die op arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht in dienst van het openbaar lichaam werkzaam is.
Artikel 11 Einde en aanvang lidmaatschap Algemeen Bestuur
Indien tussentijds een zetel in het Algemeen Bestuur vacant is geworden wijst de gemeenteraad die dit aangaat - in geval van het gemeenschappelijk lid de gezamenlijke gemeenteraden op basis van een profielschets als bedoeld in artikel 1 eerste lid, sub f, van deze regeling - in zijn eerstvolgende vergadering een ander lid aan ter voorziening in de vacature.
Artikel 12 Kennisgeving aanvang en einde lidmaatschap Algemeen Bestuur
Indien een lidmaatschap van het Algemeen Bestuur op grond van artikel 13, tweede lid, van de wet eindigt geven burgemeester en wethouders van de gemeente die zulks aangaat daarvan kennis aan de voorzitter van het openbaar lichaam binnen acht dagen nadat het voorzitterschap of het lidmaatschap van de gemeenteraad danwel het wethouderschap is geëindigd.
HOOFDSTUK V HET DAGELIJKS BESTUUR
Artikel 13 Samenstelling Dagelijks Bestuur
De aanwijzing van de leden van het Dagelijks Bestuur ter vervulling van plaatsen die door overlijden, ontslag of om een andere reden tussentijds zijn opengevallen vindt plaats binnen twee maanden na het tijdstip waarop de vacature is ontstaan. Indien een vacature in het Dagelijks Bestuur gepaard gaat met een vacature in het Algemeen Bestuur dan vindt de aanwijzing van een nieuw lid van het Dagelijks Bestuur plaats binnen twee maanden nadat door de gemeenteraad die zulks aangaat is voorzien in de vacature in het Algemeen Bestuur.
HOOFDSTUK VII VERANTWOORDELIJKHEDEN
Artikel 17 Tussentijds ontslag leden Algemeen Bestuur
De gezamenlijke gemeenteraden zijn bevoegd het gemeenschappelijk lid tussentijds ontslag te verlenen indien hij/zij het vertrouwen van de meerderheid van de raden van de deelnemende gemeenten niet meer bezit. Het ontslagbesluit wordt genomen bij meerderheid van de raden van de deelnemende gemeenten en vermeldt de gronden waarop dit berust.
HOOFDSTUK VIII INFORMATIE VAN DE GEMEENTEN AAN HET BESTUUR VAN HET OPENBAAR LICHAAM
Artikel 18 (Verzoek om) bekendmaking standpunt
De raden, de colleges van burgemeester en wethouders en de burgemeesters van de gemeenten kunnen ten aanzien van de bij hen in voorbereiding zijnde besluiten de zienswijze vragen van de geëigende organen van het openbaar lichaam voor zover redelijkerwijs mag worden verondersteld dat deze besluiten van belang zijn voor het openbaar lichaam en/of de andere deelnemende gemeenten.
Artikel 19 Opschorting besluitvorming of uitvoering ten behoeve van overleg
De raden, de colleges van burgemeester en wethouders en de burgemeesters van de gemeenten zullen, daartoe door het competente orgaan van het openbaar lichaam verzocht, de in artikel 18, eerste lid bedoelde besluiten c.q. de uitvoering daarvan opschorten voor een periode van ten hoogste zes weken na verzending van het daartoe strekkende verzoek teneinde gedurende die periode overleg te voeren met het orgaan dat zich met het verzoek tot hen heeft gericht.
In spoedeisende gevallen kunnen de raden, de colleges van burgemeester en wethouders en de burgemeesters van de gemeenten het in het eerste lid bedoelde verzoek daarvan om opschorting van de besluitvorming c.q. de uitvoering daarvan terzijde leggen. Daarbij wordt aan het orgaan dat om opschorting heeft verzocht medegedeeld op welke gronden aan dat verzoek geen gevolg kan worden gegeven.
HOOFDSTUK X DE AMBTENAREN VAN HET OPENBAAR LICHAAM
Artikel 23 Overige ambtenaren en medewerking gemeenteambtenaren
Het Dagelijks Bestuur kan voor de uitvoering van bepaalde, daarvoor in aanmerking komende werkzaamheden, een verzoek aan één of meer van de deelnemende gemeenten richten teneinde de medewerking van ambtenaren van die gemeenten te verkrijgen voor de uitvoering van de aan het openbaar lichaam opgedragen taken.
De ambtenaren van de gemeenten die ingevolge het tweede lid met werkzaamheden ten behoeve van het openbaar lichaam zijn belast, zijn ten aanzien van de uitvoering van hun werkzaamheden verantwoording schuldig aan de secretaris; zij gedragen zich naar de aanwijzingen die terzake van de uitvoering van de werkzaamheden door de secretaris worden gegeven.
HOOFDSTUK XI. FINANCIËLE BEPALINGEN
Artikel 28 Gemeentelijke Bijdragen
Het algemeen bestuur stelt richtlijnen vast voor de kostenverdeelsleutel zoals deze jaarlijks in de begroting wordt opgenomen. Daarbij geldt als uitgangspunt dat de deelnemers er steeds zorg voor zullen dragen dat het openbaar lichaam te allen tijde over voldoende middelen beschikt om aan al zijn verplichtingen jegens derden te kunnen voldoen.
De grondslag voor het besluit, bedoeld in het tweede lid, is het inwonertal op 1 januari van het jaar voorafgaande aan dat waarvoor de begroting dient en de taken die bij of krachtens artikel 5, eerste lid, voor een of meerdere gemeenten worden uitgevoerd. Voor de vaststelling van de aantallen inwoners worden aangehouden de door het Centraal Bureau voor de Statistiek openbaar gemaakte bevolkingscijfers.
Artikel 29 Aanbieding rekening
Van de inkomsten en uitgaven van het openbaar lichaam wordt door het Dagelijks Bestuur over het dienstjaar aan het Algemeen Bestuur verantwoording gedaan. Het Dagelijks Bestuur voegt daarbij het verslag van het onderzoek naar de deugdelijkheid van de rekening, ingesteld door de krachtens artikel 213, tweede lid, van de Gemeentewet aangewezen deskundigen.
Artikel 30 Vaststelling rekening
Voor de berekening van de bijdrage als bedoeld in het voorgaande lid wordt, rekening houdend met inkomsten uit anderen hoofde, uitgegaan van het inwonertal op 1 januari van het jaar waarop de rekening betrekking heeft. Voor de vaststelling van de aantallen inwoners worden aangehouden de door het Centraal Bureau voor de Statistiek openbaar gemaakte bevolkingscijfers.
Het bepaalde in het voorgaande lid is van overeenkomstige toepassing indien en voor zover het bepaalde in artikel 28, derde lid toepassing heeft gevonden. Alsdan wordt als berekeningsbasis voor de werkelijke bijdrage genomen de feitelijk aan de gemeenten geleverde prestaties c.q. het nut dat de gemeenten hebben ondervonden van de taakuitoefening door het openbaar lichaam, in plaats van de aantallen inwoners.
HOOFDSTUK XIII TOETREDING, UITTREDING, WIJZIGING EN OPHEFFING
Een wijziging is tot stand gekomen wanneer tweederde van de gezamenlijke bestuursorganen van de gemeenten waarin tenminste tweederde van het gezamenlijke aantal inwoners van alle gemeenten woont, zich daarvoor hebben verklaard. Voor de vaststelling van de aantallen inwoners worden aangehouden de laatstelijk door het Centraal Bureau voor de Statistiek openbaar gemaakte bevolkingscijfers.
De regeling wordt opgeheven bij gelijkluidend besluit van de bestuursorganen van tenminste tweederde van de gemeenten waarin tenminste tweederde van het gezamenlijke aantal inwoners van alle gemeenten woont. Voor de vaststelling van de aantallen inwoners worden aangehouden de laatstelijk door het Centraal Bureau voor de Statistiek openbaar gemaakte bevolkingscijfers.
Bij het besluit tot opheffing van de regeling, stelt het algemeen bestuur een liquidatieplan vast dat voorziet in de financiële en andere gevolgen van de opheffing. Hierbij kan zonodig van de bepalingen van deze regeling worden afgeweken. Het liquidatieplan voorziet in ieder geval in de verplichting van de deelnemers alle rechten en verplichtingen van het openbaar lichaam over de deelnemers te verdelen op een in het plan te bepalen wijze.
Bijlage 1 als bedoeld in artikel 5, tweede lid, van de regeling Regio Rivierenland
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2019-41289.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.