Call proposals Take-off fase 1 – Haalbaarheidsstudies TO2, Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek

Richtlijnen voor het aanvragen van financiering voor een haalbaarheidsstudie voor een startup gebruikmakend van resultaten voortkomend uit onderzoek van een TO2-instelling

Ronde: najaar 2019

Inhoud

Inhoud

1

1

Inleiding

1

 

1.1

Achtergrond

1

 

1.2

Doelstelling Take-off fase 1 – haalbaarheidsstudies

2

 

1.3

Beschikbaar budget

2

 

1.4

Geldigheidsduur call for proposals

2

 

1.5

Scope en duur

2

 

1.6

Tijdspad

3

2

Richtlijnen voor het aanvragen fase 1 – haalbaarheidsstudies

3

 

2.1

Wie kan aanvragen

3

 

2.2

Wat kan aangevraagd worden

4

 

2.3

Wanneer kan aangevraagd worden

4

 

2.4

Het doen van een aanvraag

4

 

2.5

Het indienen van de aanvraag

5

 

2.6

Vormeisen m.b.t. opmaak en aantal pagina’s

5

 

2.7

Subsidievoorwaarden

6

3

Beoordelingsprocedure fase 1 − haalbaarheidsstudies

6

 

3.1

Algemeen

6

 

3.2

Adviescommissie

6

 

3.3

Intentieverklaring: bevestiging van indiening

7

 

3.4

Volledige aanvraag: toets op ontvankelijkheid

7

 

3.5

Schriftelijke beoordeling

8

 

3.6

Interviews en rangschikking

8

 

3.7

Besluitvorming en bekendmaking

8

4

Contact en overige informatie

9

 

Contact

9

 

Overige informatie

9

5

Bijlagen

9

 

5.1

Richtlijnen voor het opstellen van een aanvraag voor een haalbaarheidsstudie (HS)

9

 

5.2

Relevante delen algemene groepsvrijstellingsverordening indien de subsidie aan een bedrijf wordt toegekend (AGVV nr. 651/2014)

9

 

5.3

Speciale subsidievoorwaarden haalbaarheidsstudies

10

 

5.4

Handleiding document kennisoverdracht en voorwaarden

11

6

Informatie over NWO

12

1 Inleiding

1.1 Achtergrond

Het programma Take-off TO2 richt zich op het faciliteren en stimuleren van bedrijvigheid en ondernemerschap vanuit de Nederlandse TO2-instellingen. Het gaat daarbij om het creëren van innovatieve nieuwe bedrijvigheid die volgt op kennisontwikkeling en -benutting door onderzoekers aan deze kennisinstellingen.

Take-off is een wetenschaps-breed programma dat open staat voor aanvragen uit alle wetenschapsgebieden (bèta/techniek, life sciences en alfa/gamma). Medewerkers van NWO-domein TTW (TTW), NWO-domein SGW (SGW) en ZonMw zijn betrokken bij de uitvoering.

Het Take-off programma bestaat uit twee onderdelen: fase 1 – haalbaarheidsstudies en fase 2 – vroegefasetrajecten. In deze call for proposals wordt fase 1 – haalbaarheidsstudies TO2 toegelicht.

Het onderdeel fase 1 – haalbaarheidsstudies TO2 wordt door het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK)1 gefinancierd, via de raad van bestuur van NWO (RvB NWO). De besluiten over de toekenningen worden genomen door het bestuur van NWO-domein TTW, in ondermandaat van de RvB-NWO, namens de Minister van EZK. Aanpassing van Titel 3.16 paragraaf 3a van de regeling Nationale EZ-subsidies geeft de mogelijkheid tot het uitvoeren van Take-off haalbaarheidsstudies voor TO2-innovatieve starters.

1.2 Doelstelling Take-off fase 1 – haalbaarheidsstudies TO2

Het Take-off TO2-programma, onderdeel haalbaarheidsstudies, verstrekt subsidies met een maximale omvang van € 40.000 aan TO2-innovatie starters2 voor het doen van een haalbaarheidsstudie naar de kans op commerciële toepassing van innovatieve onderzoeksresultaten die ontwikkeld zijn binnen onderzoeksinstellingen.

Het gaat bij de haalbaarheidsstudie om een strategische rapportage waarin na een systematisch opgezette en afgeronde analyse, een reële inschatting van de praktische en commerciële mogelijkheden van de door de startup voorgenomen activiteiten worden beschreven. Het uiteindelijke doel van het programma is om op basis van die ontwikkelde kennis nieuwe activiteiten in de startup te starten. Daarbij dient de binnen de TO2-instelling ontwikkelde kennis als unieke en expliciete basis voor de in deze haalbaarheidsstudie onderzochte toepassing mogelijkheden door een innovatieve startup. Ook dient bij aanvang van de haalbaarheidsstudie de instelling expliciet de intentie te hebben om de ontwikkelde kennis in gebruik te geven aan of over te dragen, onder nader overeen te komen randvoorwaarden, aan de innovatieve startup.

In de rapportage van de haalbaarheidsstudie dient aandacht te worden besteed aan de belangrijkste vooronderstellingen van de technische en commerciële case, gerichte feedback uit de markt (potentiële klanten, zakelijke partners en investeerders) en met een itererende ontwikkel- en ontwerpaanpak waarmee de onderzoeksresultaten doorontwikkeld kunnen worden tot een (schaalbare) realistische technische uitvoering en toepassing.

Voorts kan de subsidie worden gebruikt voor opleiding in ondernemersvaardigheden en/of het ontwikkelen van tools die gebaseerd zijn op onderzoek (bijv. het ontwikkelen van een game).

De haalbaarheidsstudies kunnen bij positieve resultaten aanleiding zijn voor het indienen van een aanvraag voor een vroegefasetraject (fase2), het andere onderdeel van het programma Take-off.

1.3 Beschikbaar budget

Het beschikbare budget voor de najaarsronde 2019 ronde van Take-off fase 1 – haalbaarheidsstudies TO2 bedraagt € 370.000,-. Een fase 1 aanvraag heeft een omvang van minimaal € 20.000,- en maximaal € 40.000,-.

1.4 Geldigheidsduur call for proposals

Deze call for proposals geldt voor de voorjaarsronde 2019 van Take-off fase 1- haalbaarheidsstudies TO2. De call staat open vanaf 2 juli 2019. De verplichte indiening van de intentieverklaring sluit op 3 september 2019 14:00 uur CE(S)T. De sluitingsdatum voor het indienen van de volledige aanvraag is 1 oktober 2019 om 14:00 uur CE(S)T.

1.5 Scope en duur

Take-off TO2 is een doorlopend programma met jaarlijks een voorjaarsronde en een najaarsronde. Na iedere ronde wordt het verloop ervan geëvalueerd en worden, indien nodig, onderdelen van het programma aangepast.

Take-off fase 1:-haalbaarheidsstudies

Haalbaarheidsstudies worden binnen zes maanden na honorering gestart en lopen maximaal zes maanden. De doorlooptijd na honorering is maximaal 1 jaar.

Bij de haalbaarheidsstudie gaat het om een studie naar de technische -en commerciële haalbaarheid van een product, proces of service te achterhalen. Dit is inclusief de ontwikkeling naar, maar niet verder dan, een commercieel verkoopbaar product, proces of service. Binnen de studie dient een inschatting te worden gegeven van de belangrijkste vooronderstellingen om een kansrijke business case voor een startup te kunnen ontwikkelen. Hiervoor is gerichte feedback uit de markt nodig (potentiële klanten, zakelijke partners en investeerders), en dient een itererende ontwikkel- en ontwerpaanpak te worden gemaakt wat het mogelijk maakt om binnen een periode van maximaal 2 jaar te komen tot commercialisatie uitgevoerd door een startup of mkb.

Aan het eind van de studie dient een rapport te worden opgesteld met een beschrijving van de uitgevoerde activiteiten gedurende de studie, een onderbouwde inschatting van de praktische en commerciële mogelijkheden op basis van de systematisch opgezette en afgeronde analyse. De resultaten van de marktanalyse en de ontwikkel- en ontwerpaanpak is belangrijk voor het inzicht of het idee voldoende potentie heeft om door een startup of mkb opgepakt en doorontwikkeld te worden.

1.6 Tijdspad

Het tijdpad voor de najaarsronde 2019 van Take-off fase 1 – haalbaarheidsstudies TO2:

10 juli 2019

Openstelling call

3 september 2019 14:00u CE(S)T

Deadline indiening intentieverklaring

1 oktober 2019 14:00u CE(S)T

Deadline indiening volledige aanvragen

4 t/m 21 november 2019

Periode interviewdagen

9 december 2019

Bekendmaking van het besluit (onder voorbehoud)

2 Richtlijnen voor het aanvragen fase 1 – haalbaarheidsstudies

2.1 Wie kan aanvragen

Financiering voor de haalbaarheidsstudie (fase1) kan worden aangevraagd door een startende onderneming die kennis heeft overgenomen of bezit van een TO2-instelling. Er dient sprake te zijn van een sterke verstandshouding tussen onderzoekers van TO2-instellingen en een startende onderneming (jonger dan 5 jaar) of onderneming in oprichting. Bij elke aanvraag zijn minimaal twee entiteiten betrokken, waarvan de hoofdaanvrager afkomstig is van de startup. De hoofdaanvrager is verantwoordelijk voor de uitvoering van het project, zowel in inhoudelijke als in financiële zin.

Een aanvraag kan worden ingediend door een TO2-innovatieve starter die voldoet aan de volgende voorwaarden. De TO2-innovatie starter is:

  • 1. een natuurlijke persoon of een rechtspersoon, die voldoet aan de vereisten voor een innovatieve onderneming als bedoeld in artikel 2, onderdeel 80, van de algemene groepsvrijstellingsverordening van de commissie nr. 651/2014, en die tevens starter is, als bedoeld in artikel 22, tweede lid, van die verordening, zie bijlage 6.3;

  • 2. de (mede)oprichter van een startende onderneming die minder dan 5 jaar staat ingeschreven bij de KvK. Een B.V. heeft voorkeur i.v.m. aansprakelijkheid en persoonlijk risico. De onderneming moet -of bestaan, -of in oprichting zijn. De onderneming kan alleen in oprichting zijn als reeds een KvK nummer bekend is. In beide gevallen dient een KVK nummer beschikbaar te zijn. Aanvragen van start-ups in oprichting zonder KVK nummer worden niet in behandeling genomen;

  • 3. de TO2-innovatieve starter is een persoon die economische activiteiten verricht en aldus een ondernemer is, op voorwaarde dat voldaan is aan deze verordening (nr. 641/2014). Het kan ook een kleine onderneming zijn die minder dan vijf jaar bestaat op het tijdstip dat de steun wordt toegekend en die innovatief is3. De noviteit van de starter zal expliciet beoordeeld worden in de Take-off-aanvraagprocedure. Als de starter een ‘verklaring speur- en ontwikkelingswerk’ (S&O-verklaring, WBSO-subsidie) van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) heeft, kan deze als bewijs van noviteit aan de aanvraag toegevoegd worden.

De economische activiteiten van de TO2-innovatieve starter komen rechtstreeks en onmiddellijk voort uit onderzoek van één van onderstaande kennisinstellingen:

  • ECN: Energieonderzoek Centrum Nederland

  • Deltares

  • DLO: Dienst Landbouwkunding Onderzoek

  • WUR: Wageningen University & Research centre

  • MARIN: Maritime Research Institute Netherlands

  • NLR: Nationaal Lucht- en Ruimtevaartlaboratorium

  • TNO: Nederlandse Organisatie voor toegepast-natuurwetenschappelijk onderzoek

Deze relatie blijkt uit een overeenkomst tussen beiden die bij de aanvraag dient te worden meegestuurd. De starter bouwt specifiek voort op deze kennis.

2.2 Wat kan aangevraagd worden

Verstrekt worden subsidies aan de startup tot maximaal € 40.000,- ter vergoeding van tot maximaal 100% van de gemaakte projectkosten. De volgende kostensoorten worden geaccepteerd:

  • eigen arbeidskosten van de aanvrager en loonkosten van personeel in dienst van de onderneming/startup, maximaal € 35 per uur;

  • kosten van derden, voor zover zij projectactiviteiten uitvoeren in opdracht van de aanvrager, maximaal € 125 per uur. Onder kosten van derden wordt verstaan: kosten die gemaakt worden voor het aanschaffen van diensten van personen die geen werk verrichten als onderdeel van de start-up. Dit kunnen diensten zijn van (TO2) kennisinstellingen, commerciële instellingen, coaches, consultants en/of zzp-ers;

  • kosten van gebruiksgoederen, kleine instrumenten en hulpmiddelen;

  • investeringen in apparatuur en uitrusting. Deze dienen eigendom te worden van de start-up;

  • reis- en verblijfskosten;

  • kosten voor octrooibescherming gedurende de looptijd van de studie, mits de octrooi in bezit is van de start-up;

  • overige direct aan het project gerelateerde kosten. Ook vallen onder deze post studiekosten zoals het opdoen van ondernemersvaardigheden.

LET OP: Alle opgegeven kosten moeten inclusief btw worden opgegeven indien de begunstigde geen btw-aftrek heeft. De bovenstaande tarieven zijn inclusief btw. Alleen kosten vanaf de datum waarin de financieringsovereenkomst in werking treedt, mogen worden opgegeven. Kosten voorafgaand aan deze datum zijn niet subsidieerbaar/declarabel.

De genoemde kostensoorten dienen in de aanvraag nader gespecificeerd te worden.

Niet vergoed worden:

  • algemene bedrijfskosten (zoals oprichtings-, notaris-, accountant- en administratiekosten, etc.);

  • kosten gemaakt voorafgaand aan de honorering

  • kosten voor huisvesting

2.3 Wanneer kan aangevraagd worden

De najaarsronde 2019 Take-off fase 1 TO2 wordt op 2 juli 2019 opengesteld. Voordat u een volledige aanvraag kunt indienen moet u eerst een intentieverklaring indienen. De deadline hiervoor is 3 september 2019, 14:00 uur CE(S)T. Na ontvangst van de intentieverklaring door NWO-domein TTW kan de aanvraag tot uiterlijk 1 oktober 2019, 14.00 uur CE(S)T worden ingediend.

2.4 Het doen van een aanvraag

Het doen van een aanvraag bestaat uit twee stappen:

  • 1. het indienen van een intentieverklaring en

  • 2. het indienen van de volledige aanvraag.

Stap 1: De intentieverklaring

De intentieverklaring betreft een “expression of interest” bedoeld om:

  • Een contactmoment met de aanvragers te creëren waardoor het voor NWO-domein TTW mogelijk wordt om eerder de volledigheid/ontvankelijkheid van de voorgenomen aanvraag te kunnen toetsen;

  • De aanvrager in de gelegenheid te stellen de bij indiening benodigde informatie te completeren voor de definitieve deadline, zoals onder meer een voorgenomen intentie van de kennisinstelling om de kennis over te willen dragen danwel onder licentie uit te geven of te laten gebruiken, hetgeen over het algemeen een behoorlijke doorlooptijd vergt;

  • Eerder inzicht te krijgen in het aantal en de aard van de in behandeling te nemen aanvragen zodat de capaciteitsplanning daar op kan worden afgestemd;

Een intentieverklaring bestaat uit het intentieverklaringsformulier ‘Take-off-intentieverklaring-fase1-haalbaarheidsstudie-voorjaar2019 TO2’’ met:

  • Gegevens over de hoofdaanvrager (werkzaam in de start-up);

  • Gegevens over de kennisinstelling en de connectie met de start-up;

  • Een getekend document tussen de TO2-instelling en de start-up: een overeenkomst of getekende brief waarmee de TO2-kennisinstelling verklaart de kennis aan de start-up beschikbaar te willen stellen of over te dragen. Voor meer informatie zie bijlage 5;

Zonder ingediende intentieverklaring kan geen volledige aanvraag worden ingediend. Het e-mail adres waarnaar de intentieverklaring opgestuurd dient te worden is take-off@nwo.nl.

Stap 2: De volledige aanvraag

Uw volledige aanvraag bestaat uit twee delen:

  • 1. Een volledig ingevuld en van alle benodigde handtekeningen voorzien aanvraagformulier, met inbegrip van alle verplichtte en eventuele optionele bijlagen;

    Het aanvraagformulier ‘Take-off-aanvraagformulier-fase1-haalbaarheidsstudie-ronde 5 TO2’, kunt u downloaden van de website www.nwo.nl/take-off. Alleen aanvragen die met behulp van het aanvraagformulier zijn ingevuld worden in behandeling genomen. Het complete aanvraagformulier dient als één PDF bestand via ISAAC te worden ingediend. Het pdf-document mag op geen enkele wijze beveiligd zijn om een goede verwerking van uw aanvraag te garanderen.

  • 2. Een volledig ingevulde factsheet.

    Deze kunt u bij het indienen van de aanvraag direct in het elektronisch aanvraagsysteem ISAAC invullen. Er is geen separaat formulier.

Indien een video onderdeel is van de aanvraag kan deze in overleg met TTW-bureau worden opgenomen in de aanvraag en desgewenst worden getoond aan de Adviescommissie Take-off TO2 (hierna: de Adviescommissie) als onderdeel van het interview. De video mag maximaal 2 minuten duren.

LET OP: De video is optioneel en dient niet ter vervanging van de bestaande eisen voor indiening en ontvankelijkheid. Het wel of niet indienen van een video is geen criterium in de beoordeling. Indien u van plan bent een video in te sturen dan dient u dit aan te geven in een aparte email aan de secretaris van het Take-off programma, met take-off@nwo.nl in de cc.

2.5 Het indienen van de aanvraag

Stap 1: Indienen van de intentieverklaring

U dient uw intentieverklaring via e-mail te sturen.

De intentieverklaring kan worden gestuurd naar take-off@nwo.nl. Zie ook www.nwo.nl/take-off voor meer informatie. Na ontvangst van de intentieverklaring krijgt de hoofdaanvrager uiterlijk 6 september 2019 een reply mail met hierin de link naar de ISAAC-pagina voor het indienen van de volledige aanvraag. U kunt alleen de door ons teruggestuurde LINK gebruiken om de volledige aanvraag in te dienen.

Stap 2: Indienen van de volledige aanvraag

U dient de volledige aanvraag via het online aanvraagsysteem ISAAC in te dienen.

Aanvragen die niet via ISAAC zijn ingediend, worden niet in behandeling genomen. De hoofdaanvrager is verplicht zijn/haar aanvraag via zijn/haar eigen ISAAC-account in te dienen. Indien de hoofdaanvrager nog geen ISAAC-account heeft, dient hij/zij dat minimaal een dag voor het indienen aan te maken. Dit om eventuele aanmeldproblemen op tijd te kunnen verhelpen. Indien de hoofdaanvrager al een account bij NWO heeft, hoeft deze geen nieuw account aan te maken om een nieuwe aanvraag in te dienen.

Voor vragen van technische aard over ISAAC verzoeken wij u contact op te nemen met de ISAAC helpdesk, zie contactgegevens in hoofdstuk 4 van dit document.

2.6 Vormeisen m.b.t. opmaak en aantal pagina’s

Om de leesbaarheid te bevorderen van alle fase 1 voorstellen gelden de volgende vormeisen met betrekking tot het maximum aantal pagina’s en lettertype

Stap 1: De intentieverklaring

  • Een intentieverklaring mag maximaal 3 pagina’s zijn.

  • Een getekende brief van de instelling mag apart bijgevoegd worden.

    Let op: een concept overeenkomst is ook een mogelijkheid indien deze al beschikbaar is, zie stap 2.

Stap 2: De volledige aanvraag

  • Een volledig voorstel mag maximaal 20 pagina’s zijn.

  • De voorpagina, de factsheet, de overeenkomst met de instelling en de eventuele bijlagen mogen apart worden bijgevoegd.

Let op dat:

  • 1. het verplichte font Calibri is, tekengrootte 10;

  • 2. de hoofdaanvrager van de startup het ISAAC-account aanmaakt;

  • 3. alle documenten in stap 2 bijeengevoegd geupload worden als 1 pdf.

2.7 Subsidievoorwaarden

Overeenkomst met de kennisinstelling

Voorafgaand aan de start van een haalbaarheidsstudie dient de TO2-innovatieve starter overlegd te hebben met de eigenaar (de kennisinstelling of een derde) van reeds bestaand Intellectueel Eigendom (IE) dat hij van plan is te valoriseren. Deze eigenaar dient a priori bereid te zijn de TO2-innovatieve starter zodanige rechten op de IE te verlenen zodat dit later in het proces geen belemmering vormt. De afspraken hierover tussen de kennisinstelling en de TO2-innovatieve starter dienen te zijn vastgelegd in een intentieverklaring die gedurende het proces zal leiden tot een commerciële IE-exploitatie overeenkomst dan wel overdracht van de kennis. De aanwezigheid van dergelijke documenten wordt in de beoordeling van de aanvraag mee genomen.

Staatssteun

De subsidie voor haalbaarheidsstudies aan de TO2-innovatieve starter houdt geoorloofde staatssteun in. Deze staatssteun wordt met inachtneming van de relevante vereisten van de hiervoor genoemde algemene groepsvrijstellingsverordening van de commissie nr. 651/2014 (AGVV) toegekend. Voor innovatieve starters zijn artikel 2, onderdeel 80 (innovativiteit), en artikel 22, tweede lid (starterssteun) van die verordening relevant.4

LET OP: Voor de innovatieve starter geldt dat het maximum steunbedrag zoals benoemd in artikel 22 van de AGVV niet alleen betrekking heeft op een subsidie uit het Take-off programma, maar ook op andere mogelijke staatssteun die deze starter uit andere hoofde ontvangt als innovatieve starter.

3 Beoordelingsprocedure fase 1 − haalbaarheidsstudies

3.1 Algemeen

Het Take-off-budget voor haalbaarheidsstudies is afkomstig van het Ministerie van EZK en valt onder het ondermandaat van het bestuur van NWO-domein TTW. Om die reden treedt het TTW-Bestuur op als besluitvormend orgaan van het Take-off programmaonderdeel haalbaarheidsstudies en vindt de uitvoering van het onderdeel plaats onder primaire verantwoordelijkheid van het TTW-Bestuur. Het TTW-Bestuur wordt ondersteund door het Take-off bureau, bestaande uit medewerkers van NWO-domein TTW, NWO-domein SGW en ZonMw.

3.2 Adviescommissie

Bij de beoordeling van de aanvragen geeft de Adviescommissie advies aan het TTW-Bestuur. De Adviescommissie wordt bij het advieswerk ondersteund door een poule van onafhankelijke deskundigen. Het betreft onder meer ondernemende wetenschappers (uit verschillende wetenschapsgebieden), ondernemers en private financiers.

“Tot en met 30 juni 2019 is op alle bij de behandeling, beoordeling en/of besluitneming betrokken personen de NWO Gedragscode belangenverstrengeling van toepassing. Deze gedragscode wordt per 1 juli 2019 vervangen voor de nieuwe NWO Code persoonlijke belangen. Vanaf 1 juli 2019 zal de beoordelings- en besluitvormingsprocedure van deze subsidieronde derhalve worden uitgevoerd conform de NWO Code persoonlijke belangen. Meer informatie over de NWO Code persoonlijke belangen vindt u op de NWO website.”

3.3 Intentieverklaring: bevestiging van indiening

Na ontvangst van de intentieverklaring in de mailbox van take-off@nwo.nl stuurt NWO-domein TTW een reactie met hierin de link naar de enige juiste ISAAC-pagina voor het indienen van de volledige aanvraag. Een reactie op uw ingediende intentieverklaring met de link om in ISAAC in te dienen ontvangt u uiterlijk twee werkdagen ná de sluitingsdatum.

LET OP: Het kan zijn dat u wij u een reactie sturen waarbij wij u aangeven dat u de volledige aangifte in een ander instrument dient in te vullen. Gebruik daarom ALLEEN de door ons aangeleverde ISAAC-link.

LET OP: In het uitzonderlijke geval dat er meer dan vier keer zoveel volledige voorstellen worden ingediend als kunnen worden gefinancierd, behoudt het Take-off-bureau zich het recht voor om een aangepaste procedure uit te voeren conform de gebruikelijke NWO-standaarden. Op hoofdlijnen betekent dit dat niet alle aanvragers voor een interview worden uitgenodigd. Wel worden alle aanvragers in de gelegenheid gesteld te reageren op een voorlopige beoordeling van hun aanvraag. Het besluit hierover wordt per email vanuit take‑off@nwo.nl gecommuniceerd.

3.4 Volledige aanvraag: toets op ontvankelijkheid

Na ontvangst van de in ISAAC ingediende volledige aanvragen worden deze getoetst op ontvankelijkheid, alvorens de aanvragen verder in het beoordelingsproces mee te nemen.

Daarbij wordt gekeken naar een aantal voornamelijk formele vereisten die worden gesteld aan de aanvraag, zijnde:

  • De aanvraag is voor de deadline ingediend;

  • De aanvraag is correct en volledig opgesteld;

  • De aanvraag is volgens het opgegeven format en opmaak opgesteld;

  • De aanvraag is door daartoe bevoegde instanties of personen ingediend (zie 2.1: Wie kan aanvragen);

  • De aanvraag is gebaseerd op eerder uitgevoerd wetenschappelijk onderzoek binnen een kennisinstelling;

  • De aangevraagde kosten mogen niet lager dan € 20.000 en niet hoger dan € 40.000 zijn;

  • De tarieven overschrijden niet de daartoe gestelde maxima (zie 2.8: Wat kan aangevraagd worden);

  • Binnen de aanvraag is er sprake van, of de intentie om, kennis, IE of technologie die ontwikkeld is aan een door NWO erkende TO2-kennisinstelling verder te ontwikkelen richting een product, proces of dienst en deze commercieel op de markt te zetten. Indien een innovatieve starter reeds betrokken is dient deze specifiek voort te bouwen op deze kennis, IE of technologie.

Indien uw voorstel wel aan alle gestelde voorwaarden voldoet wordt uw voorstel in behandeling genomen en wordt het meegenomen in het vervolg van de beoordelingsprocedure. De ontvankelijkheid wordt in het ISAAC-systeem geregistreerd en uw aanvraag krijgt dan de status ‘ontvankelijk’. Het systeem ISAAC stuurt u een mail over de status van uw aanvraag.

Indien uw voorstel niet aan alle gestelde voorwaarden voldoet, of als de gevraagde informatie onvolledig is, wordt de aanvraag voorlopig niet ontvankelijk verklaard en niet in behandeling genomen. De indiener wordt hiervan binnen drie werkdagen na de sluitingsdatum middels een mail op de hoogte gesteld, waarbij de belangrijkste opmerkingen die hebben geleid tot de voorlopige niet-ontvankelijk verklaring in de mail worden uiteengezet. Deze mail wordt via het ISAAC-systeem verstuurd, uw aanvraag krijgt dan de status “niet-ontvankelijk”.

Let op: mails over de status van de ontvankelijkheid van uw aanvraag worden via het ISAAC-systeem uitgestuurd.

Voorlopig niet-ontvankelijk verklaard:

Als de aanvraag voorlopig niet in behandeling wordt genomen krijgt de hoofdaanvrager de eenmalige mogelijkheid om een herziene en verbeterde aanvraag in te dienen.5 Voor deze indiening van de aangepaste aanvraag heeft u, gerekend na dagtekening van onze berichtgeving, twee werkdagen de tijd, om éénmalig een herziene versie in te dienen. Uw aangepaste voorstel wordt wederom getoetst op ontvankelijkheid.

Indien uw voorstel nu wel aan alle gestelde voorwaarden voldoet wordt uw voorstel ontvankelijk verklaard en wordt het meegenomen in het vervolg van de beoordelingsprocedure.

Als bij de aangepaste aanvraag de benodigde informatie opnieuw onvolledig is of niet binnen de gestelde termijn ingediend is, wordt het onderzoeksvoorstel in de administratie verwerkt als ‘aanvraag wordt niet verder behandeld’.

LET OP: U wordt weer op de hoogte gesteld van de ontvankelijkheid van uw voorstel middels een automatische reactie uit het ISAAC-systeem.

LET OP: de aangepaste aanvraag dient u via hetzelfde account en bij niet-ontvankelijke verklaarde aanvraag in te dienen, tenzij u een ander bericht daaromtrent heeft ontvangen3

3.5 Schriftelijke beoordeling

Nadat uw aanvraag ontvankelijk is verklaard wordt het door de ingestelde Adviescommissie eerst schriftelijk beoordeeld aan de hand van de gestelde rangschikkingscriteria. Er wordt door de Adviescommissie een rapport met deze voorlopige, schriftelijke bevindingen opgesteld en deze voorlopige bevindingen worden u toegezonden. U kunt de voorlopige bevindingen gebruiken ter voorbereiding op het interview.

3.6 Interviews en rangschikking

In de interviewronde krijgen de aanvragers de gelegenheid om hun aanvraag te presenteren aan de Adviescommissie en de onafhankelijke deskundigen, die daarna de gelegenheid hebben tot het stellen van vragen ter nadere toelichting van de aanvraag. De commissie adviseert u op voorhand om tijdens uw presentatie in te gaan op het eerder ontvangen schriftelijke commentaar. Indien een video is ingestuurd kan deze, in overleg met de desbetreffende secretaris, tijdens het interview aan de commissie worden getoond. De leden van de Adviescommissie en de onafhankelijke deskundigen scoren individueel de aanvragen op de rangschikkingscriteria (zie 3.7) en geven hier een korte motivering bij. De gemiddelde cijfers zijn de basis voor een rangorde aan het eind van de interviews. Deze rangorde wordt door de Adviescommissie besproken, waarna de Adviescommissie een finale rangorde opstelt. Hierbij wordt de Adviescommissie ondersteund door de onafhankelijke deskundigen in de clusters.

3.7 Besluitvorming en bekendmaking

De Adviescommissie stelt een honoreringsadvies op aan het TTW-Bestuur met inachtneming van de kwaliteit van de ingediende aanvragen en het voor de ronde gereserveerde budget. Het TTW-Bestuur toetst de gevolgde procedure en neemt – op basis van een door de Adviescommissie opgesteld honoreringsadvies – een besluit over de aanvragen. Vervolgens zullen de indieners binnen enkele dagen niet-officieel per e-mail over het besluit worden geïnformeerd. De officiële bekendmaking volgt later via een schriftelijk subsidieverlenings- of afwijzingsbesluit.

Bezwaar maken

De NWO-bezwaarregeling is op de regeling van toepassing (www.nwo.nl/code).

Rangschikkingscriteria

De rangschikkingscriteria voor Take-off fase 1 – haalbaarheidsstudies TO2 zijn:

  • 1. Kennisbasis en innovativiteit

    • kennis die aan de basis ligt van het bedrijfsidee;

    • vernieuwende elementen;

  • 2. Commercieel potentieel

    • toepassingsmogelijkheden en toegevoegde waarde;

    • markt- en commerciële perspectieven;

  • 3. Kwaliteiten van het team

    • wetenschappelijke expertise aanvrager(s) en ondersteunend personeel;

    • ondernemers- en commerciële vaardigheden;

    • motivatie en ambitieniveau van het betrokken team;

  • 4. Kwaliteit van het projectplan

    • praktische en economische aanpak;

    • activiteitenplan;

    • projectbegroting, opgesplitst naar projectactiviteit.

De rangschikking geschiedt middels weging van de 4 criteria met een onderlinge verhouding van 1:1:1:1.

4 Contact en overige informatie

Contact

Inhoudelijke vragen

Voor inhoudelijke vragen over Programma Take-off en deze call for proposals neemt u contact op met:

Voor algemene vragen en ontvangst van documenten maakt het Take-off team gebruik van:

E-mail: take-off@nwo.nl

Algemeen coördinator Take-off

Programmamedewerker: Xavier Weenink

Tel: 030-6001 242

E-mail: x.weenink@nwo.nl

Programma Assistent: Cora Heesakkers

Tel: 030 6001267

E-mail: take-off@nwo.nl

Secretaris Take-off TO2

Programmamedewerker: Tycho Sonnemans

Tel: 030 6001322

E-mail: t.sonnemans@nwo.nl

Secretaris Take-off cluster Bèta & Techniek

Programmamedewerker: Richard Nievaart

Tel: 030 6001302

E-mail: r.nievaart@nwo.nl

Secretaris Take-off cluster Life Sciences

Programmamanager & -secretaris: Frank Pierik & Ihaab Souissi

Tel: 070 3495111

E-mail: take-off@zonmw.nl

Secretaris Take-off alfa/gamma cluster

Beleidsmedewerker: Dineke Pardijs

Tel: 070 3494 449

E-mail: d.pardijs@nwo.nl

Technische vragen over het online aanvraagsysteem ISAAC

Bij technische vragen over het gebruik van ISAAC kunt u contact opnemen met de ISAAC-helpdesk. Raadpleeg eerst de handleiding voordat u de helpdesk om advies vraagt. De ISAAC-helpdesk is bereikbaar van maandag t/m vrijdag van 10.00 tot 17.00 uur op telefoonnummer 0900-696 47 47.

Helaas ondersteunen niet alle buitenlandse providers het bellen naar 0900-nummers. U kunt uw vraag ook per e-mail stellen via isaac.helpdesk@nwo.nl. U ontvangt dan binnen twee werkdagen een reactie.

Overige informatie

Meer informatie over het programma Take-off kunt u vinden op de website www.nwo.nl/take-off.

5 Bijlagen

5.1 Richtlijnen voor het opstellen van een aanvraag voor een haalbaarheidsstudie (HS)

De richtlijnen omtrent het opstellen van een aanvraag van een haalbaarheidsstudie zijn opgenomen in het aanvraagformulier. Hiervoor kunt u terecht op de website www.nwo.nl/take-off.

5.2 Relevante delen algemene groepsvrijstellingsverordening indien de subsidie aan een bedrijf wordt toegekend (AGVV nr. 651/2014)

Artikel 2, onderdeel 80:

„innovatieve onderneming”:

een onderneming:

  • a. die aan de hand van een door een externe deskundige uitgevoerde evaluatie kan aantonen dat zij in de voorzienbare toekomst producten, diensten of procedés zal ontwikkelen die in technologisch opzicht nieuw zijn of een wezenlijke verbetering inhouden ten opzichte van de huidige stand van de techniek in deze sector, en die een risico op technologische of industriële mislukking inhouden, of

  • b. waarvan de kosten voor onderzoek en ontwikkeling ten minste 10% bedragen van haar totale exploitatiekosten in ten minste één van de drie jaren voorafgaande aan de toekenning van de steun of, in het geval van een startende onderneming zonder enige financiële voorgeschiedenis, bij de audit van haar lopende belastingjaar, gecertificeerd door een onafhankelijke accountant;

Artikel 22 Starterssteun

  • 1. Regelingen inzake starterssteun zijn verenigbaar met de interne markt in de zin van artikel 107, lid 3, van het Verdrag en zijn van de aanmeldingsverplichting van artikel 108, lid 3, van het Verdrag vrijgesteld, mits de in dit artikel en in hoofdstuk I vastgestelde voorwaarden zijn vervuld.

  • 2. In aanmerking komen niet-beursgenoteerde kleine ondernemingen tot vijf jaar na hun registratie, die nog geen winst hebben uitgekeerd en niet uit een fusie zijn ontstaan. Voor in aanmerking komende ondernemingen die zich niet hoeven te laten registreren, kan de periode van vijf jaar om in aanmerking te komen, geacht worden aan te vangen op het tijdstip dat de onderneming ofwel haar economische activiteiten aanvangt of belastingplichtig wordt voor haar economische activiteiten.

  • 3. Starterssteun heeft de vorm van:

    • a. leningen tegen een rente die niet marktconform is, met een looptijd van tien jaar en voor een nominaal bedrag van ten hoogste 1 miljoen EUR, of 1,5 miljoen EUR voor ondernemingen gevestigd in steungebieden die aan de voorwaarden van artikel 107, lid 3, onder c), van het Verdrag voldoen, of 2 miljoen EUR voor ondernemingen gevestigd in steungebieden die aan de voorwaarden van artikel 107, lid 3, onder a), van het Verdrag voldoen. Voor leningen met een looptijd tussen vijf en tien jaar kunnen de maximumbedragen worden bijgesteld door bovenstaande bedragen te vermenigvuldigen met een ratio tien jaar/daadwerkelijke looptijd van de lening. Voor leningen met een looptijd van minder dan vijf jaar is het maximumbedrag hetzelfde als voor leningen met een looptijd van vijf jaar;

    • b. garanties met premies die niet marktconform zijn, met een looptijd van tien jaar en een gegarandeerd lening bedrag van ten hoogste 1,5 miljoen EUR, of 2,25 miljoen EUR voor ondernemingen gevestigd in steungebieden die aan de voorwaarden van artikel 107, lid 3, onder c), van het Verdrag voldoen, of 3 miljoen EUR voor ondernemingen gevestigd in steungebieden die aan de voorwaarden van artikel 107, lid 3, onder a), van het Verdrag voldoen. Voor garanties met een looptijd tussen vijf en tien jaar kan het maximaal gegarandeerde bedrag worden bijgesteld door bovenstaande bedragen te vermenigvuldigen met een ratio tien jaar/daadwerkelijke looptijd van de garantie. Voor garanties met een looptijd van minder dan vijf jaar is het maximaal gegarandeerde bedrag hetzelfde als voor leningen met een looptijd van vijf jaar. De garantie bedraagt ten hoogste 80% van de onderliggende lening.

    • c. subsidies, met inbegrip van eigenvermogens- of quasi-eigenvermogensinvesteringen, rentekortingen en kortingen op de garantiepremies tot maximaal 0,4 miljoen EUR brutosubsidie-equivalent, of 0,6 miljoen EUR voor ondernemingen gevestigd in steungebieden die aan de voorwaarden van artikel 107, lid 3, onder c), van het Verdrag voldoen, of 0,8 miljoen EUR voor ondernemingen gevestigd in steungebieden die aan de voorwaarden van artikel 107, lid 3, onder a), van het Verdrag voldoen.

  • 4. Een begunstigde kan steun ontvangen via een mix van de in lid 3 van dit artikel bedoelde steuninstrumenten, mits het aandeel van de via één steuninstrument verleende steun, berekend op basis van het voor dat instrument toegestane maximale steunbedrag, in aanmerking wordt genomen voor het bepalen van het resterende deel van het maximale steunbedrag dat is toegestaan voor de overige instrumenten die onderdeel vormen van dit soort gemengde instrument.

  • 5. Voor kleine en innovatieve ondernemingen kunnen de in lid 3 genoemde maximumbedragen worden verdubbeld.

5.3 Speciale subsidievoorwaarden haalbaarheidsstudies

Take-off haalbaarheidsstudies is een instrument gericht op het creëren van nieuwe innovatieve bedrijvigheid die het gevolg is van kennisbenutting bij universiteiten en publieke kennisinstellingen. Take-off haalbaarheidsstudies is daarmee onderscheidend en aanvullend ten opzichte van andere instrumenten van TTW.

Speciale subsidievoorwaarden die van toepassing zijn:

  • Voor duur en beëindiging van het project geldt dat de maximale duur van een Take-off haalbaarheidsstudieproject een half (0,5) jaar is. De financiering vangt aan op de startdatum en eindigt uiterlijk een half (0,5) jaar na de startdatum. Maximale doorlooptijd bedraagt 1 jaar;

  • De startdatum van een Take-off haalbaarheidsstudieproject zal binnen zes (6) maanden na de dagtekening van het honoreringsbesluit zijn, tenzij TTW schriftelijk toestemming geeft voor een latere startdatum;

  • Tijdelijke en vaste personeelsplaatsen voor financiering komen in aanmerking tot een maximum van de duur van het project;

  • Te maken ‘out of pocket’ octrooikosten voor indiening of instandhouding van (een) octrooi(aanvrage)(n) gedurende de duur van het Take-off haalbaarheidsstudieproject kunnen in aanmerking komen voor financiering voor zover onderdeel van de goedgekeurde begroting;

  • Te maken kosten door derden voor zover deze projectactiviteiten betreffen die in opdracht van de projectleider door derden worden uitgevoerd kunnen in aanmerking komen voor financiering voor zover onderdeel van de goedgekeurde begroting;

  • De projectleider rapporteert eenmaal per Take-off haalbaarheidsstudieproject schriftelijk over de voortgang van het project, middels een eindrapport;

  • De Take-off financiering voor haalbaarheidsstudies is een persoonsgebonden subsidie. TTW kan te allen tijde de financiering tussentijds beëindigen indien de projectleider niet meer in staat is het project te leiden en er geen geschikte vervanger kan worden gevonden door de projectleider en het projectteam in overleg met TTW;

  • TTW is bevoegd de subsidieverlening in te trekken of te wijzigen indien de activiteiten waarvoor subsidie is verleend niet of niet geheel hebben plaatsgevonden of zullen plaatsvinden, danwel de begunstigde niet heeft voldaan aan de voorwaarden, danwel onjuiste of onvolledige gegevens heeft verstrekt en de verstrekking van juiste gegevens tot een andere beschikking zou hebben geleid, danwel de subsdieverlening onjuist was en begunstigde dit hoorde te weten;

  • Indien sprake is van gewijzigde omstandigheden waardoor kan worden gesproken over een substantiële wijziging van het vroegefaseplan en niet meer wordt voldaan aan het honoreringsvoorwaarden dient hiervan melding te worden gemaakt bij TTW. Te denken valt aan o.a.: een wijziging van het team dat van invloed is op de uitvoering van het projectplan.

5.4 Handleiding document kennisoverdracht en voorwaarden

Bij de intentieverklaring dient een getekende brief over de intentie tot kennisoverdracht van de kennisinstelling bijgevoegd te zijn. In deze brief wordt aangegeven dat de intentie bestaat de wetenschappelijk kennis, bij een positief advies van de haalbaarheidsstudie, over te dragen of onder licentie in gebruik te geven aan de innovatieve startup. Bij de volledige aanvraag dient een concept overeenkomst inzake de kennisoverdracht van de kennisinstelling bijgevoegd te zijn. Bij honorering moet er 8 weken na honorering een getekende overeenkomst liggen waarin vastgelegd ligt op welke wijze de kennis of IE van de kennisinstelling wordt overgedragen naar de startup. Hieronder in schematisch overzicht weergegeven.

Tabel 1 Wat voor document in welke fase vereist is.

Tabel 1 Wat voor document in welke fase vereist is.

Overeenkomst over de wijze waarop de kennis of IE aan startup wordt overgedragen:

Maximaal acht (8) weken na honorering moet een getekende juridische overeenkomst zijn opgesteld waarin wordt beschreven welke kennis op welke wordt overgedragen of beschikbaar wordt gesteld. Deze overeenkomst moet getekend worden door tekenbevoegde vertegenwoordigers van beide organisaties.

Het document tussen de kennisinstelling en de startup dient ten minste te beschrijven:

  • Welke kennis of Intellectueel eigendom (IE) wordt overgedragen;

  • Tegen welke voorwaarden de overdracht plaatsvindt;

  • Welke rechten en plichten de startup verkrijgt;

  • Het medium van overdracht (licentie, verkoop, ander);

  • De namen, titels, functies en contactgegevens van tekenbevoegden voor mogelijke verificatie.

! Let op: De tekenbevoegde van de kennisinstelling kan afwijken van de betrokkene bij de aanvraag van de kennisinstelling.

6 Informatie over NWO

Algemene informatie kunt u verkrijgen bij:

Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek

NWO-domein Toegepaste en Technische Wetenschappen

Bezoekadres:

Winthontlaan 2

3526 KV Utrecht

Postadres:

Postbus 3021

3502 GA Utrecht

Telefoon:

030 6001 211

E-mail:

take-off@nwo.nl

Internet:

www.nwo.nl/ttw

IBAN NWO

NL89ABNA0642330824

(BIC ABNANL2A)

Kamer van Koophandel

Den Haag 27367015

Btw

NL.002305884.B01

TTW-bureau

Bij verwijzing naar het TTW-bureau kunt u contact opnemen met de bij u bekende programma-medewerker of via het algemene telefoonnummer vragen naar een programmamedewerker op uw vakgebied.


X Noot
1

Voor deze call betreft het EZK-financiering voor fase 1- haalbaarheidsstudies. Zie voor meer informatie de publicaties in de Staatscourant. 2014, 20679 en Stcrt. 2017, 30743.

X Noot
2

Een TO2-innovatieve starter is gedefinieerd als een innovatieve starter, van wie de economische activiteiten rechtstreeks en onmiddellijk voortkomen uit onderzoek van een TO2-instelling. Het betreft proof-of-principle-/proof-of-concept-financiering waarbij het gaat om commerciële toepassing van innovatieve kennis en de start van bedrijvigheid op basis van kennisinnovaties uit de kennisinstellingen. Het kan gaan om product-, proces-, zorg- of diensteninnovatie in de breedste zin van het woord.

X Noot
3

De starter is innovatief in de zin van de algemene groepsvrijstellingsverordening blijkend uit een door een externe deskundige uitgevoerde evaluatie of als de onderzoeks- en ontwikkelingsuitgaven minstens 10% van haar totale exploitatiekosten bedragen.

X Noot
4

AGVV commissie nr. 651/2014 klik hier voor link. Zie art. 2 ond. 80 -art. 22 lid 1 t/m 5.

X Noot
5

LET OP: Die indiening van de aangepaste aanvraag dient eveneens in het ISAAC-systeem gedaan te worden. Let u daarbij op dat u éénmalig de kans krijgt nieuwe bijlagen te uploaden bij de aanvraag en dat u vervolgens opnieuw de aanvraag indient in ISAAC. Dit laatste is cruciaal en vergeet u dat alstublieft niet want anders is uw aanvraag NIET opnieuw ingediend.

Naar boven