Regeling van de Minister van Infrastructuur en Waterstaat van 12 juni 2019, nr. IENW/BSK-2019/101820 tot wijziging van de Regeling genetisch gemodificeerde organismen milieubeheer 2013 (aanpassing bijlagen 2, 4 en 7) en van diverse regelingen op het terrein van het vervoer van gevaarlijke stoffen in verband met een wetstechnische reparatie

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,

Gelet op de artikelen 2.2, eerste lid, en 2.10, eerste lid, van het Besluit genetisch gemodificeerde organismen milieubeheer 2013 en op artikel 2 van het Besluit vervoer gevaarlijke stoffen;

BESLUIT:

ARTIKEL I

De Regeling genetisch gemodificeerde organismen milieubeheer 2013 wordt als volgt gewijzigd:

A

Lijst A1 van bijlage 2 wordt als volgt gewijzigd:

1. Bij het geslacht ‘Penicillium’ wordt na ‘roqueforti’ ingevoegd ‘subrubescens’.

2. Na het geslacht ‘Tetragenococcus’ wordt na de soort ‘halophilus’ ingevoegd het geslacht ‘Tetrahymena’ met de bijbehorende soort ‘thermophila’.

3. Bij het geslacht ‘Thermoascus’ wordt voor ‘crustaceus’ ingevoegd ‘aurantiacus’.

B

De tabel in § 4.1.1 van bijlage 4 wordt als volgt gewijzigd:

1. De familie ‘Coronaviridae’ wordt als volgt gewijzigd:

a. Na het geslacht ‘Gammacoronavirus’ en de soort ‘Avian coronavirus, subspecies 'Infectious bronchitis virus' wordt het geslacht ‘Gammacoronavirus’ in de eerste kolom ingevoegd en de soort ‘Beluga whale coronavirus SW1’ in de tweede kolom en wordt in de vierde kolom ingevoegd ‘2’.

b. Na het geslacht ‘Gammacoronavirus’ en de soort ‘Beluga whale coronavirus SW1’ wordt het geslacht ‘Gammacoronavirus’ in de eerste kolom ingevoegd en de soort ‘Bottlenose dolphin coronavirus’ in de tweede kolom en wordt in de vierde kolom ingevoegd ‘2’.

2. De familie ‘Picornaviridae’ wordt als volgt gewijzigd:

a. Voor het geslacht ‘Cardiovirus’ en de soort ‘Encephalomyocarditis virus’ wordt het geslacht ‘Cardiovirus’ in de eerste kolom ingevoegd en de soort ‘Cardiovirus B type Saffold virus 1-11’ in de tweede kolom en wordt in de derde kolom ingevoegd ‘2’.

b. Na het geslacht ‘Enterovirus’ en de soort ’Rhinovirus C ’ wordt het geslacht ‘Erbovirus’ in de eerste kolom ingevoegd en de bijbehorende soort ‘Erbovirus A’ in de tweede kolom en wordt in de vierde kolom ingevoegd ‘2’.

c. Bij het geslacht ‘Kobuvirus’ wordt de soort ‘Aichi virus’ vervangen door ‘Aichivirus A’, en wordt na het geslacht ‘Kobuvirus’ en de soort ‘Aichivirus A’ het geslacht ‘Kobuvirus’ in de eerste kolom ingevoegd en de soort ‘Aichivirus B’ in de tweede kolom en wordt in de vierde kolom ingevoegd ‘2’.

C

De tabel van bijlage 7 wordt als volgt gewijzigd:

1. Na de genetisch gemodificeerde plantensoort ‘Bouvardia spp.’ wordt in de eerste kolom ingevoegd ‘Brachypodium distachyon’, wordt in de tweede en derde kolom ingevoegd ‘windbestuivers en gemakkelijke zaadverspreiders’ en wordt in de vierde kolom ingevoegd ‘licht zaad met kafnaalden’.

2. Na de genetisch gemodificeerde plantensoort ‘Carum spp.’ wordt in de eerste kolom ingevoegd ‘Castanea mollissima’, wordt in de tweede kolom ingevoegd ‘insectenbestuivers en windbestuivers’ en wordt in de derde kolom ingevoegd ‘windbestuivers’.

ARTIKEL II

Bijlage 4 bij de Regeling vervoer over de binnenwateren van gevaarlijke stoffen wordt als volgt gewijzigd:

In tabel 1 in artikel 1 worden in de rijen in de volgorde van de oplopende randnummers en bijbehorende instanties drie rijen ingevoegd, luidende:

Randnummer

Instanties

1.7.4

Autoriteit

5.1.5

Autoriteit

6.4

Autoriteit

ARTIKEL III

Bijlage 3 bij de Regeling vervoer over de spoorweg van gevaarlijke stoffen wordt als volgt gewijzigd:

In tabel 1 in artikel 1 worden in de rijen in de volgorde van de oplopende randnummers en bijbehorende instanties drie rijen ingevoegd, luidende:

Randnummer

Instanties

1.7.4

Autoriteit

5.1.5

Autoriteit

6.4

Autoriteit

ARTIKEL IV

Bijlage 3 bij de Regeling vervoer over land van gevaarlijke stoffen wordt als volgt gewijzigd:

In tabel 1 in artikel 1 worden in de rijen in de volgorde van de oplopende randnummers en bijbehorende instanties drie rijen ingevoegd, luidende:

Randnummer

Instanties

1.7.4

Autoriteit

5.1.5

Autoriteit

6.4

Autoriteit

ARTIKEL V

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 juli 2019.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, C. van Nieuwenhuizen Wijbenga

TOELICHTING

Inleiding

De onderhavige wijzigingsregeling heeft betrekking op de wijziging van de Regeling genetisch gemodificeerde organismen milieubeheer 2013 (hierna: Regeling ggo) vanwege de aanpassing van de bijlagen 2, 4 en 7 aan de stand der techniek. Daarnaast ziet deze wijzigingsregeling op wetstechnische reparaties van enkele omissies in een drietal regelingen inzake het vervoer van gevaarlijke stoffen die waren opgetreden in een recente wijziging van die regelingen.

Wijziging Regeling genetisch gemodificeerde organismen milieubeheer 2013

De Regeling ggo bevat technische voorschriften voor activiteiten met genetisch gemodificeerde organismen (hierna: ggo's).

De Regeling ggo bevat een aantal bijlagen die van toepassing zijn op het doen van een risicobeoordeling voor activiteiten met ggo’s in ingeperkte ruimten. Het doel van die risicobeoordeling en de daaruit voortvloeiende maatregelen is te bewerkstelligen dat het risico voor de mens en het milieu bij het werken met ggo’s niet hoger is dan verwaarloosbaar klein. Vermelding van organismen in een of meer bijlagen stelt gebruikers in staat een risicobeoordeling op te stellen en op basis daarvan kennisgevingen en vergunningaanvragen te doen. Deze bijlagen moeten regelmatig worden aangepast om te voldoen aan de laatste stand van de techniek, dat wil zeggen de laatste wetenschappelijke kennis. Om aan te blijven sluiten bij de nieuwste wetenschappelijke inzichten worden viermaal per jaar een of meer bijlagen bij de Regeling ggo aan de stand der techniek aangepast. Bureau genetisch gemodificeerde organismen van het RIVM adviseert of en hoe een organisme wordt opgenomen in een of meer bijlagen. Dit gebeurt op basis van alle beschikbare informatie over de kenmerken van het organisme, waaronder de gegevens van de gebruikers van ggo’s in individuele procedures, de definities van de klassen van pathogeniteit, de literatuur en eventueel een advies van de Commissie genetische modificatie. De vraag of een organisme moet worden opgenomen, hangt af van de vraag of het algemeen geclassificeerd kan worden en of het een organisme is dat door meer gebruikers wordt gebruikt. Deze wijzigingsregeling bevat aanpassingen van drie van die bijlagen.

Aanpassing bijlage 2 bij de Regeling ggo (artikel I, onderdeel A)

Op lijst A1 van bijlage 2 bij de Regeling ggo zijn de gastheerorganismen opgenomen waarvan is vastgesteld dat zij geschikt zijn voor de vervaardiging van ggo’s van inperkingsniveau I. Via artikel 16 van de Regeling ggo werkt bijlage 2 ook door in de reguliere risicobeoordeling overeenkomstig bijlage 5 bij de Regeling ggo. Sinds de wijzigingsregeling van 1 april 20191 is voor een aantal nieuwe gastheerorganismen vastgesteld dat zij geschikt zijn voor de vervaardiging van ggo's van inperkingsniveau I. Deze wijzigingsregeling strekt ertoe deze organismen op te nemen op lijst A1 van bijlage 2.

Aanpassing bijlage 4 bij de Regeling ggo (artikel I, onderdeel B)

In bijlage 4 bij de Regeling ggo zijn de pathogene micro-organismen opgenomen, waarvan de klasse van pathogeniteit is vastgesteld. Sinds de wijzigingsregeling van 1 april 2019 (zie noot 1) is voor een aantal pathogene micro-organismen (virussen) de klasse van pathogeniteit vastgesteld. De onderhavige wijzigingsregeling strekt ertoe om deze pathogene micro-organismen toe te kunnen passen bij de risicobeoordeling overeenkomstig bijlage 5 bij de Regeling ggo. Daarvoor is het overeenkomstig artikel 16 van de Regeling ggo noodzakelijk deze gastheerorganismen op te nemen in bijlage 4. Voor een verdere toelichting op de klassen van pathogeniteit wordt verwezen naar de begripsomschrijving van micro-organismen van klasse 1, 2, 3 en 4 in artikel 2 van de Regeling ggo en de daarop betrekking hebbende passages in de toelichting bij die regeling2. Op de toepassing van bijlage 4 bij de Regeling ggo wordt ook ingegaan in de inleiding die in de betreffende bijlage is opgenomen.

Aanpassing bijlage 7 bij de Regeling ggo (artikel I, onderdeel C)

In bijlage 7 bij de Regeling ggo zijn de planten opgenomen, waarvoor de categorie van fysische inperking is vastgesteld. Sinds de wijzigingsregeling van 1 april 2019 (zie noot 1) is voor een aantal planten de categorie van fysische inperking vastgesteld. De onderhavige wijzigingsregeling strekt ertoe om deze planten toe te kunnen passen bij de risicobeoordeling overeenkomstig bijlage 5 bij de Regeling ggo. Daarvoor is het overeenkomstig artikel 16 van de Regeling ggo noodzakelijk deze planten op te nemen in bijlage 7. Voor een verdere toelichting op de toepassing van bijlage 7 zie de bijlage zelf.

Aanpassingen van ondergeschikte betekenis

De aanpassingen van de bijlagen 2, 4 en 7 zijn van zuiver technische aard en kunnen worden gekenschetst als aanpassingen aan de stand van de techniek. Toevoeging van een organisme aan een bijlage vindt namelijk plaats op grond van criteria zoals vastgelegd in de Regeling ggo. Daarmee zijn deze aanpassingen van ondergeschikte betekenis en is inspraak daarop niet zinvol. Gelet hierop is, met toepassing van artikel 1.9, tweede lid, onderdeel b, van het Besluit ggo, afgezien van voorpublicatie.

Vanwege het feit dat deze wijzigingsregeling geen ingrijpende verandering teweegbrengt in de rechten en plichten van burgers en bedrijven en evenmin ingrijpende gevolgen heeft voor de uitvoeringspraktijk, kon worden afgezien van internetconsultatie. De aanpassingen bieden voor de doelgroep het voordeel dat zij voor het doen van een risicobeoordeling gebruik kunnen maken van classificatie zoals die in de bijlagen is opgenomen. Daardoor behoeven zij voor de in de bijlagen opgenomen organismen niet meer om een besluit op grond van artikel 2.8 van het Besluit ggo te verzoeken. Een dergelijk verzoek vergt immers indiening van een groot aantal gegevens en er geldt een beslistermijn voor van 45 dagen. Een kennisgeving of een vergunningaanvraag kan bovendien pas worden gedaan nadat een verzoek om een inschalingsbesluit is genomen en van die organismen kan pas na kennisgeving of vergunningverlening gebruik worden gemaakt.

Tot slot is ervan afgezien de ontwerpregeling aan het Adviescollege Toetsing Regeldruk (ATR) voor te leggen omdat deze wijzigingsregeling geen gevolgen heeft voor de regeldruk.

Inwerkingtreding

Overeenkomstig het stelsel van vaste verandermomenten, treden de wijzigingen van de Regeling ggo in werking met ingang van 1 juli 2019. Er is afgeweken van de invoeringstermijn van ten minste twee maanden. In dit geval is het gerechtvaardigd omdat de wijziging van de Regeling ggo, gelet op de doelgroep, aanmerkelijke ongewenste private nadelen voorkomt (aanwijzing 4.17, vijfde lid, onderdeel a, van de Aanwijzingen voor de regelgeving). Met het voorkomen van aanmerkelijke ongewenste private nadelen wordt bedoeld dat voorkomen wordt dat leden van de doelgroep op grond van individuele besluiten toestemming moeten krijgen om bepaalde organismen te mogen gebruiken, zoals hierboven onder ‘Aanpassingen van ondergeschikte betekenis’.

Wijziging regelingen inzake het vervoer van gevaarlijke stoffen (artikelen II-IV)

Bij de regeling van 17 april 20193 zijn de Regeling vervoer over de binnenwateren van gevaarlijke stoffen, de Regeling vervoer over de spoorweg van gevaarlijke stoffen en de Regeling vervoer over land van gevaarlijke stoffen gewijzigd in verband met de revisie van internationale voorschriften inzake het vervoer van gevaarlijke stoffen. Bij die wijziging is per abuis de aanwijzing van de Autoriteit Nucleaire Veiligheid en Stralingsbescherming voor uitvoering van diverse randnummers in het ADN, RID en ADR vervallen. In deze regeling wordt deze omissie gecorrigeerd.

Voor de reparatie van deze regelingen kon worden afgezien van internetconsultatie. Deze reparatie brengt geen ingrijpende verandering teweeg in de rechten en plichten van burgers en bedrijven en heeft evenmin ingrijpende gevolgen voor de uitvoeringspraktijk. Ook is ervan afgezien de ontwerpregeling aan het Adviescollege Toetsing Regeldruk (ATR) voor te leggen omdat deze wijzigingsregeling geen gevolgen heeft voor de regeldruk.

De wijzigingen van de regelingen op het terrein van het vervoer van gevaarlijke stoffen treden eveneens in werking met ingang van 1 juli 2019. Ook voor deze wijzigingen geldt dat kan worden afgeweken van de invoeringstermijn van ten minste twee maanden omdat het reparatieregelgeving betreft (aanwijzing 4.17, vijfde lid, onderdeel c, van de Aanwijzingen voor de regelgeving).

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, C. van Nieuwenhuizen Wijbenga


X Noot
1

Regeling van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat van 4 maart 2019, nr. IENW/BSK-2019/22279 tot wijziging van de Regeling genetisch gemodificeerde organismen milieubeheer 2013 (aanpassing bijlagen 2, 4 en 7) (Stcrt. 2019, 8879)

X Noot
2

Stcrt. 2014, 11317, blz. 254 en 255

X Noot
3

Regeling van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, van 17 april 2019, nr. IENW/BSK-2019/53324, tot wijziging van de Regeling erkende instanties vervoer gevaarlijke stoffen, de Regeling vervoer over de binnenwateren van gevaarlijke stoffen, de Regeling vervoer over de spoorweg van gevaarlijke stoffen en de Regeling vervoer over land van gevaarlijke stoffen in verband met de tweejaarlijkse revisie van internationale voorschriften inzake het vervoer van gevaarlijke stoffen en enkele andere wijzigingen (Stcrt. 2019, 17877)

Naar boven