Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum ondertekening |
---|---|---|---|---|
Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat | Staatscourant 2019, 17877 | Besluiten van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum ondertekening |
---|---|---|---|---|
Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat | Staatscourant 2019, 17877 | Besluiten van algemene strekking |
De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat,
Gelet op richtlijn (EU) 2018/1846 van de Europese Commissie van 23 november 2018 tot aanpassing aan de wetenschappelijke en technische vooruitgang van de bijlagen bij Richtlijn 2008/68/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende het vervoer van gevaarlijke goederen over land (PbEU 2018, L 299), artikel 10a van de Wet vervoer gevaarlijke stoffen en artikel 2 van het Besluit vervoer gevaarlijke stoffen;
BESLUIT:
De bijlage bij de Regeling erkende instanties vervoer gevaarlijke stoffen wordt vervangen door bijlage I bij deze regeling.
De Regeling vervoer over de binnenwateren van gevaarlijke stoffen wordt als volgt gewijzigd:
A
Bijlage I wordt vervangen door bijlage II bij deze regeling.
B
Tabel 1, behorende bij artikel 1 van bijlage 4, komt te luiden:
Randnummer |
Instanties |
---|---|
1.2.1 Monstername |
ILT |
1.2.1 Opleiding |
CBR |
1.2.1 Onderzoeksinstantie |
ILT |
1.2.1 Openingsdruk |
ILT |
1.3.3 Documentatie |
ILT |
1.5.3.1; 1.5.3.2; 1.6.7.2.2 |
ILT |
1.8.1.1; 1.8.1.2 |
ILT |
1.8.1.3 |
In havens: havenmeester Buiten havens: HID-RWS |
1.8.1.4.3; 1.8.3.3; 1.8.3.5 |
ILT |
1.8.3.7; 1.8.3.8; 1.8.3.10; 1.8.3.12; 1.8.3.14; 1.8.3.16 |
CBR |
1.8.5.1; 1.8.5.3; 1.8.5.4 |
ILT |
1.10.1.6 |
CBR |
1.10.2.4, eerste volzin |
ILT |
1.10.3.2.2, Opmerking |
politie |
1.15.2.1; 1.15.4.3 |
ILT |
1.16.1.3 |
ILT |
1.16.1.4.3 |
ILT |
1.16.2 |
ILT |
1.16.3 |
ILT |
1.16.5 |
ILT |
1.16.6 |
ILT |
1.16.10 |
ILT |
1.16.11 |
ILT |
1.16.13 |
ILT |
1.16.14 |
ILT |
1.16.15 |
ILT |
2.2.1.1, voor zover het betreft de autoriteit in het Handboek beproevingen en criteria |
TNO |
2.2.1.1.3 |
TNO of Defensie, laatstgenoemde voor zover het betreft uitsluitend voor de krijgsmacht bestemde munitie |
2.2.1.1.7.2 |
TNO |
2.2.1.1.8.1, 2.2.1.1.8.2, 2.2.1.1.9.1 |
TNO |
2.2.1.3, Opmerking bij UN-nummer 0190 |
TNO of Defensie, laatstgenoemde voor zover het betreft uitsluitend voor de krijgsmacht bestemde munitie |
2.2.2.1.5 |
ILT |
2.2.41.1, voor zover het betreft de autoriteit genoemd in het Handboek beproevingen en criteria, 2.2.41.13 |
TNO |
2.2.51.1 en 2.2.52.1, beide voor zover het betreft de autoriteit genoemd in het Handboek beproevingen en criteria |
TNO |
2.2.51.2.2 |
TNO |
2.2.52.1.8 |
TNO |
2.2.62.1.9, Opmerking; 2.2.62.1.12 |
EZ of VWS |
2.2.9.1.7 |
ILT |
3.1.2.6 |
ILT |
3.2.3.1, kolom 20, Extra eisen of Aantekeningen 12 o) en 12 p) |
ILT |
3.2.3.1, kolom 20, Extra eisen of Aantekeningen 28 b) |
In havens: havenmeester Buiten havens: HID-RWS |
3.3.1, bijzondere bepaling 16 en 178 |
TNO of Defensie, laatstgenoemde voor zover het betreft uitsluitend voor de krijgsmacht bestemde munitie |
3.3.1, bijzondere bepaling 181 en 237 |
TNO |
3.3.1, bijzondere bepaling 239 |
ILT |
3.3.1, bijzondere bepaling 266, 271, 272 en 278 |
TNO |
3.3.1, bijzondere bepaling 283 |
ILT |
3.3.1, bijzondere bepaling 288, 307, 309 en 311 |
TNO |
3.3.1, bijzondere bepaling 356 en 376 |
ILT |
3.3.1, bijzondere bepaling 364 |
TNO |
3.3.1, bijzondere bepaling 636, Opmerking |
ILT |
3.3.1, bijzondere bepaling 645 |
TNO |
3.3.1, bijzondere bepaling 662, 666 en 670 |
ILT |
5.2.2.1.9; 5.4.1.2.1 |
TNO |
5.4.1.1.1 h) |
ILT |
7.1.3.51.8 en 7.1.4.7 |
In havens: havenmeester Buiten havens: HID-RWS |
7.1.4.77 |
ILT |
7.1.4.8 |
In havens: havenmeester Buiten havens: HID-RWS |
7.1.4.9 |
ILT |
7.1.4.16 |
ILT |
7.1.5.1 |
ILT |
7.1.5.4.2 |
In havens: havenmeester Buiten havens: HID-RWS |
7.1.5.4.3; 7.1.5.4.4; 7.1.5.5; 7.1.6.14 voor HA03 |
In havens: havenmeester Buiten havens: HID-RWS |
7.2.3.7.1.1; 7.2.3.7.1.2; 7.2.3.7.1.3 |
In havens: havenmeester Buiten havens: HID-RWS |
7.2.3.7.2.1 |
In havens: havenmeester Buiten havens: HID-RWS |
7.2.3.7.2.2 |
ILT |
7.2.4.2.4 |
In havens: havenmeester Buiten havens: HID-RWS |
7.2.4.7.1 |
In havens: havenmeester Buiten havens: HID-RWS |
7.2.4.77 |
ILT |
7.2.4.9 |
ILT |
7.2.4.24; 7.2.5.4.2; 7.2.5.4.3; 7.2.5.4.4; 7.2.5.1 |
In havens: havenmeester Buiten havens: HID-RWS |
8.1.2.2; 8.1.2.3; 8.1.2.6; 8.1.2.7; 8.1.6.1; 8.1.6.2; 8.1.7 |
ILT |
8.2.1.2; 8.2.1.3; 8.2.1.4; 8.2.1.5; 8.2.1.6; 8.2.1.7; 8.2.1.8 |
CBR |
8.2.1.9; 8.2.1.10 |
ILT |
8.2.2.6.1; 8.2.2.6.4; 8.2.2.6.5; 8.2.2.6.7; 8.2.2.7; 8.2.2.8 |
CBR |
8.3.5 |
ILT |
8.6.3; 8.6.4 |
ILT |
9.1.0.1; 9.1.0.40.2.7; 9.2.0.94.4 |
ILT |
9.3.1.1; 9.3.1.8.4; 9.3.1.23.1; 9.3.1.40.2.7 |
ILT |
9.3.2.1; 9.3.2.8.4; 9.3.2.23.5; 9.3.2.40.2.7 |
ILT |
9.3.3.1; 9.3.3.8.4; 9.3.3.23.5; 9.3.3.40.2.7 |
ILT |
9.3.4.1.4; 9.3.4.1.5 |
ILT |
De Regeling vervoer over de spoorweg van gevaarlijke stoffen wordt als volgt gewijzigd:
A
Bijlage I wordt vervangen door bijlage III bij deze regeling.
B
Bijlage 2, artikel 3, wordt als volgt gewijzigd:
1. In onderdeel 1.9.5.1 NE, onderdeel 1, onder a, wordt ‘het rangeerproces op het desbetreffende rangeeremplacement’ vervangen door ‘het rangeerproces van die wagen of wagens op het desbetreffende rangeeremplacement’.
2. In onderdeel 1.9.5.4 NE, onderdeel 1, onder i, wordt ‘de dienst Spoorwegpolitie van de Landelijke Eenheid’ vervangen door ‘de Landelijke eenheid van de Nationale Politie’.
C
Tabel 1, behorende bij artikel 1 van bijlage 3, komt te luiden:
Randnummer |
Instanties |
---|---|
1.1.3.1 d) |
brandweer of politie |
1.3.3, eerste volzin |
ILT |
1.4.2.2.4 |
ILT |
1.8.1.1, 1.8.1.2, 1.8.1.3, 1.8.1.4 |
ILT |
1.8.2.2, 1.8.2.3 |
ILT |
1.8.3.3, 1.8.3.5 |
ILT |
1.8.3.7, 1.8.3.8, 1.8.3.10, 1.8.3.12, 1.8.3.14, 1.8.3.16 |
CBR |
1.8.5.1, 1.8.5.3, 1.8.5.4 |
ILT |
1.10.2.4, eerste volzin |
ILT |
1.10.3.2.2, Opmerking |
politie |
2.2.1.1, voor zover het betreft de autoriteit, genoemd in het Handboek beproevingen en criteria |
TNO |
2.2.1.1.3 |
TNO of Defensie, laatstgenoemde voor zover het betreft uitsluitend voor de krijgsmacht bestemde munitie |
2.2.1.1.7.2 |
TNO |
2.2.1.1.8.1, 2.2.1.1.8.2, 2.2.1.1.9.1 |
TNO |
2.2.1.3, Opmerking bij UN-nummer 0190 |
TNO of Defensie, laatstgenoemde voor zover het betreft uitsluitend voor de krijgsmacht bestemde munitie |
2.2.2.1.5 |
ILT |
2.2.41.1, voor zover het betreft de autoriteit, genoemd in Het Handboek beproevingen en criteria, 2.2.41.1.13 |
TNO |
2.2.51.1 en 2.2.52.1, beide voor zover het betreft de autoriteit, genoemd in het Handboek beproevingen en criteria |
TNO |
2.2.51.2.2 |
TNO |
2.2.52.1.8 |
TNO |
2.2.62.1.9, Opmerking, 2.2.62.1.12 |
EZ of VWS |
2.2.9.1.7 |
ILT |
3.1.2.6 |
ILT |
3.3.1, bijzondere bepalingen 16 en 178 |
TNO of Defensie, laatstgenoemde voor zover het betreft uitsluitend voor de krijgsmacht bestemde munitie |
3.3.1, bijzondere bepalingen 181, 237, 266, 271, 272 en 278 |
TNO |
3.3.1, bijzondere bepaling 239, 283 en 356 |
ILT |
3.3.1, bijzondere bepalingen 288, 307, 309, 311 en 364 |
TNO |
3.3.1, bijzondere bepaling 376 en 636, Opmerking |
ILT |
3.3.1, bijzondere bepaling 645 |
TNO |
3.3.1, bijzondere bepaling 666 en 670 |
ILT |
4.1.1.15 |
ILT |
4.1.3.6.6, 4.1.3.8.1 |
ILT |
4.1.4.1, P099 |
ILT |
4.1.4.1, P101 |
TNO of Defensie, laatstgenoemde voor zover het betreft uitsluitend voor de krijgsmacht bestemde munitie |
4.1.4.1, P200 (3) d), Opmerking, (9), (10) v |
ILT |
4.1.4.1, P405 (2) b) |
TNO of Defensie, laatstgenoemde voor zover het betreft uitsluitend voor de krijgsmacht bestemde munitie |
4.1.4.1, P620, P650 |
EZ of VWS |
4.1.4.1, P910 |
ILT |
4.1.4.2, IBC520, IBC02, B16 |
TNO |
4.1.5.15, 4.1.5.18 |
TNO of Defensie, laatstgenoemde voor zover het betreft uitsluitend voor de krijgsmacht bestemde munitie |
4.1.7.2.2 |
TNO |
4.1.8.7 |
EZ of VWS |
4.1.10.4, MP21 |
TNO of Defensie, laatstgenoemde voor zover het betreft uitsluitend voor de krijgsmacht bestemde munitie |
4.2.1.13.1, 4.2.1.13.3 |
TNO |
4.2.3.6.4 |
ILT |
4.2.5.2.6, T23, 4.2.5.3, TP9 |
TNO |
4.3.2.1.7, 4.3.2.3.7 |
ILT |
4.3.5, TU39 |
TNO |
5.2.2.1.9 |
TNO |
5.4.1.1.1 h) |
ILT |
5.4.1.2.1 |
TNO of Defensie, laatstgenoemde voor zover het betreft uitsluitend voor de krijgsmacht bestemde munitie |
6.1.1.4 |
ILT |
6.1.4.8.8, 6.1.4.13.7 |
ILT |
6.2.1.6.1, eerste zin, 6.2.1.7.2, 6.2.2.5.2.4, 6.2.2.5.2.6, 6.2.2.6.2.3, 6.2.2.6.2.4, 6.2.2.6.3.2, 6.2.2.6.3.3, 6.2.2.6.4.1, 6.2.2.6.4.3, 6.2.2.6.4.5, 6.2.2.6.4.6, 6.2.2.6.4.7, 6.2.5 |
ILT |
6.3.2.2 |
ILT |
6.5.4.1 |
ILT |
6.6.1.2 |
ILT |
6.7.1.3, 6.7.2.19.6, 6.7.3.15.6 b) |
ILT |
6.8.2.7 |
ILT |
6.8.3.7 |
ILT |
6.8.4, TA2 |
TNO |
6.11.5.3.4, 6.11.5.4.2 |
ILT |
7.3.2.6.2 d) |
ILT |
7.7 |
ILT |
De Regeling vervoer over land van gevaarlijke stoffen wordt als volgt gewijzigd:
A
Bijlage 1 wordt vervangen door bijlage IV bij deze regeling.
B
Bijlage 2, hoofdstuk II, artikel 7, komt te luiden:
1. Onder ‘zout veer’ wordt verstaan: schip waarmee tegelijkertijd voertuigen en passagiers, andere dan de bemanning van de voertuigen, worden vervoerd over een van de volgende trajecten:
a. Texel-Den Helder;
b. Vlieland-Harlingen;
c. Terschelling-Harlingen;
d. Ameland-Holwerd;
e. Lauwersoog-Schiermonnikoog.
2. Onder ‘open rijdek’ wordt verstaan: rijdek op een schip waarop het openen van de boegdeur en de hekdeur geen negatief effect heeft op de lekstabiliteit van het schip.
3. Het vervoer van gevaarlijke stoffen op zoute veren in tanks of in colli in hoeveelheden die niet onder de vrijstelling van 1.1.3.6 ADR vallen is niet toegestaan, met uitzondering van de in tabel 2 vermelde stoffen.
4. Het vervoer van de in tabel 2 vermelde gevaarlijke stoffen is slechts toegestaan indien:
a. ten hoogste twee transporteenheden als laatste geplaatst zijn op een open rijdek; of
b. ten hoogste één transporteenheid als laatste geplaatst is op een gesloten rijdek.
5. Op een gesloten rijdek van een zout veer wordt geen transporteenheid geplaatst die beladen is met stoffen van klasse 3 met verpakkingsgroep I en II.
6. Rondom de transporteenheden, beladen met gevaarlijke stoffen, wordt tijdens de vaart in het horizontale vlak ten opzichte van andere voertuigen een vrije ruimte aangehouden van ten minste twee meter. Ten opzichte van passagiers wordt tijdens de vaart een afstand van ten minste vijf meter aangehouden.
7. De bestuurder of bijrijder van een transporteenheid met gevaarlijke stoffen houdt tijdens de vaart toezicht op zijn voertuig.
8. De bestuurder van een transporteenheid beladen met gevaarlijke stoffen die zijn vermeld in tabel 2, verstrekt, alvorens een zout veer op te rijden, aan de schipper of kapitein dan wel aan een daartoe aangewezen personeelslid van de waldienst de benodigde informatie omtrent de aard en hoeveelheid gevaarlijke stoffen.
9. Rederijen kunnen aanvullende of beperkende maatregelen treffen.
VN nummer |
Naam |
---|---|
1072 |
Zuurstof, samengeperst |
1202 |
Dieselolie of Gasolie of Stookolie, light |
1203 |
Benzine |
1223 |
Kerosine |
1791 |
Hypochloriet, oplossing |
1863 |
Brandstof voor straalvliegtuigen |
1951 |
Argon, sterk gekoeld, vloeibaar |
1977 |
Stikstof, sterk gekoeld, vloeibaar |
2796 |
Zwavelzuur met ten hoogste 51% zuur of Accumulatorvloeistof, zuur |
3082 |
Milieugevaarlijke stof, N.E.G. |
3257 |
Verwarmde vloeistof, N.E.G. |
3295 |
Koolwaterstoffen, vloeibaar, N.E.G. |
3373 |
Biologische stof categorie B |
Lege tanks, voertuigen of containers ongereinigd van hierboven genoemde stoffen |
C
Tabel 1, behorende bij artikel 1 van bijlage 3, komt te luiden:
Randnummer |
Instanties |
---|---|
1.1.3.1 d) |
brandweer of politie |
1.3.3 , eerste volzin |
ILT |
1.4.2.2.4 |
ILT |
1.6.3.44 |
RDW |
1.8.1.1, 1.8.1.2, 1.8.1.3, 1.8.1.4, 1.8.2.2, 1.8.2.3, 1.8.3.3, 1.8.3.5 |
ILT |
1.8.3.7, 1.8.3.8, 1.8.3.10, 1.8.3.12, 1.8.3.14, 1.8.3.16 |
CBR |
1.8.5.1, 1.8.5.3, 1.8.5.4 |
ILT |
1.10.1.6 |
CBR |
1.10.2.4, eerste volzin |
ILT |
1.10.3.2.2, Opmerking |
Politie |
2.2.1.1, voor zover het betreft de autoriteit, genoemd in het Handboek beproevingen en criteria |
TNO |
2.2.1.1.3 |
TNO of Defensie, laatstgenoemde voor zover het betreft uitsluitend voor de krijgsmacht bestemde munitie |
2.2.1.1.7.2 |
TNO |
2.2.1.1.8.1, 2.2.1.1.8.2, 2.2.1.1.9.1 |
TNO |
2.2.1.3, Opmerking bij UN-nummer 0190 |
TNO of Defensie, laatstgenoemde voor zover het betreft uitsluitend voor de krijgsmacht bestemde munitie |
2.2.2.1.5 |
ILT |
2.2.41.1, voor zover het betreft de autoriteit, genoemd in het Handboek beproevingen en criteria, 2.2.41.1.13 |
TNO |
2.2.51.1. en 2.2.52.1 beide voor zover het betreft de autoriteit, genoemd in het Handboek beproevingen en criteria |
TNO |
2.2.51.2.2 |
TNO |
2.2.52.1.8 |
TNO |
2.2.62.1.9, Opmerking, 2.2.62.1.12 |
EZ of VWS |
2.2.9.1.7 |
ILT |
3.1.2.6 |
ILT |
3.3.1, bijzondere bepalingen 16 en 178 |
TNO of Defensie, laatstgenoemde voor zover het betreft uitsluitend voor de krijgsmacht bestemde munitie |
3.3.1, bijzondere bepalingen 181 en 237 |
TNO |
3.3.1, bijzondere bepaling 239 |
ILT |
3.3.1, bijzondere bepalingen 266, 271, 272 en 278 |
TNO |
3.3.1, bijzondere bepaling 283 |
ILT |
3.3.1, bijzondere bepalingen 288, 307, 309 en 311 |
TNO |
3.3.1, bijzondere bepaling 356 |
ILT |
3.3.1, bijzondere bepaling 364 |
TNO |
3.3.1, bijzondere bepaling 376 |
ILT |
3.3.1, bijzondere bepaling 636, Opmerking |
ILT |
3.3.1, bijzondere bepaling 645 |
TNO |
3.3.1, bijzondere bepaling 666 en 670 |
ILT |
4.1.1.15 |
ILT |
4.1.3.6.6, 4.1.3.8.1 |
ILT |
4.1.4.1, P099 |
ILT |
4.1.4.1, P101 |
TNO of Defensie, laatstgenoemde voor zover het betreft uitsluitend voor de krijgsmacht bestemde munitie |
4.1.4.1, P200 (3) d), Opmerking,(9), (10) v |
ILT |
4.1.4.1, P405 (2) b) |
TNO of Defensie, laatstgenoemde voor zover het betreft uitsluitend voor de krijgsmacht bestemde munitie |
4.1.4.1, P620, P650 |
EZ of VWS |
4.1.4.1, P910 |
ILT |
4.1.4.2, IBC520, IBC02, B16 |
TNO |
4.1.5.15, 4.1.5.18 |
TNO of Defensie, laatstgenoemde voor zover het betreft uitsluitend voor de krijgsmacht bestemde munitie |
4.1.7.2.2 |
TNO |
4.1.8.7 |
EZ of VWS |
4.1.10.4, MP21 |
TNO of Defensie, laatstgenoemde voor zover het betreft uitsluitend voor de krijgsmacht bestemde munitie |
4.2.1.7 |
RDW |
4.2.1.13.1, 4.2.1.13.3 |
TNO |
4.2.3.6.4 |
ILT |
4.2.5.2.6, T23, 4.2.5.3, TP9 |
TNO |
4.2.5.3, TP10 |
RDW |
4.3.2.1.7, 4.3.2.3.7 |
ILT |
4.3.5, TU39, TU41 |
TNO |
5.2.2.1.9 |
TNO |
5.4.1.1.1 h) |
ILT |
5.4.1.2.1 |
TNO of Defensie, laatstgenoemde voor zover het betreft uitsluitend voor de krijgsmacht bestemde munitie |
6.1.1.4 |
ILT |
6.1.4.8.8, 6.1.4.13.7 |
ILT |
6.2.1.6.1, eerste zin, 6.2.1.7.2, 6.2.2.5.2.4, 6.2.2.5.2.6, 6.2.2.6.2.3, 6.2.2.6.2.4, 6.2.2.6.3.2, 6.2.2.6.3.3, 6.2.2.6.4.1, 6.2.2.6.4.3, 6.2.2.6.4.5, 6.2.2.6.4.6, 6.2.2.6.4.7, 6.2.5 |
ILT |
6.3.2.2 |
ILT |
6.5.4.1 |
ILT |
6.6.1.2 |
ILT |
6.7.1.3, 6.7.2.19.6, 6.7.3.15.6 b) |
ILT |
6.7.3.15.9, 6.7.3.15.10, 6.7.4.2.1, 6.7.4.2.8.1, 6.7.4.2.8.2, 6.7.4.2.14, 6.7.4.3.3.1, 6.7.4.5.10, 6.7.4.6.4, 6.7.4.7.4, 6.7.4.13.1, 6.7.4.14.3, 6.7.4.14.10 |
RDW |
6.7.4.14.6 b) |
ILT |
6.7.4.14.11 |
RDW |
6.7.5.2.9, 6.7.5.4.1, 6.7.5.4.3, 6.7.5.11.1 |
RDW |
6.7.5.12.3, 6.7.5.12.7 |
RDW |
6.8.2.1.4, 6.8.2.1.16, 6.8.2.1.19, 6.8.2.1.20, 6.8.2.1.23, 6.8.2.2.2, 6.8.2.2.10 |
RDW |
6.8.2.3.1, 6.8.2.3.3, 6.8.2.4.1 voetnoot, 6.8.2.3.4, 6.8.2.4.2 voetnoot, 6.8.2.4.5 |
RDW |
6.8.2.7, 6.8.3.7 |
ILT |
6.8.4 TA2 |
TNO |
6.8.4 TT11 |
RDW |
6.9.1.1 |
ILT |
6.9.2.14.5, 6.9.4.2.4, 6.9.4.4.1 |
RDW |
6.11.4.4 |
RDW |
6.11.5.3.4, 6.11.5.4.2 |
ILT |
6.12.3.1.2, 6.12.3.1.3, 6.12.3.2.2 |
RDW |
7.3.2.6.2 d) |
ILT |
7.3.3.1, VC3 |
RDW |
7.5.2.2 voetnoot a) |
RDW |
7.5.11 CV1 |
Burgemeester |
8.1.4.4 |
V&J |
8.2.1.1, 8.2.1.2, 8.2.1.3, 8.2.1.5, 8.2.2.4.2, 8.2.2.6.1, 8.2.2.6.4, 8.2.2.6.5, 8.2.2.6.7, 8.2.2.7.1.3, 8.2.2.7.1.5, 8.2.2.7.1.8, 8.2.2.8.2, 8.2.2.8.4 |
CBR |
8.5 S1 (4) |
Burgemeester |
9.1.2, 9.1.3 |
RDW |
Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst, met uitzondering van de bijlagen II, III en IV die ter inzage worden gelegd bij het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat.
De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, S. van Veldhoven-van der Meer
3.2.3, Toelichting kolom 20, Extra eisen of Aantekeningen nr. 33, constructievoorschriften i.2
9.1.0.40.2.7
7.2.3.7.1.6, 7.2.3.7.2.6
9.3.1.23.1, 9.3.1.40.2.7
9.3.2.23.5, 9.3.2.40.2.7
9.3.3.23.5, 9.3.3.40.2.7
1.6.2.12
3.3.1, bijzondere bepaling 371(2)
3.3.1, bijzondere bepaling 652
3.3.1, bijzondere bepaling 662
4.1.2.2.b)
4.1.3.6.2, 4.1.3.6.9
4.1.4.1, P200 (10) k, P200 (10) ac, P200 (12), P200 (13), P201(1)
4.1.4.1, P601 (3) g)
4.1.4.1, P902, P905
4.1.4.1, P911
4.1.4.1, LP906
4.1.4.2, IBC99
4.1.4.3, LP99 en LP902
4.1.6.14
4.2.1.7, 4.2.1.9.1
4.2.3.7.1, 4.2.5.1.1
4.2.5.3 TP10, TP16, TP24, TP41
4.3.2.1.5, voetnoot
4.3.3.2.5
6.1.3.1 g), 6.1.3.7, 6.1.3.8 i)
6.1.5.1.1, 6.1.5.1.3, 6.1.5.1.5, 6.1.5.1.8, 6.1.5.1.10, 6.1.5.2.5,
6.2.1.3.6.5.4, 6.2.1.4.1, 6.2.1.4.2, 6.2.1.5.1 opmerking, 6.2.1.6.1 opmerking 1 en 2, 6.2.2.1.1 opmerking 2
6.2.2.1.2 opmerking 2, 6.2.2.5.2.1, 6.2.2.5.2.2, 6.2.2.5.2.3
6.2.2.5.3.2, 6.2.2.5.3.3, 6.2.2.5.4.2, 6.2.2.5.4.4, 6.2.2.5.4.5
6.2.2.5.4.6, 6.2.2.5.4.9, 6.2.2.6.2.1, 6.2.2.6.2.2
6.2.2.7.8, 6.2.2.9.2 h), 6.2.3.5.1, 6.2.3.6.1, 6.2.3.11.2, 6.2.3.11.4
6.2.5.4.2
6.3.4.2, 6.3.4.3, 6.3.5.1.1, 6.3.5.1.3, 6.3.5.1.5, 6.3.5.1.7, 6.3.5.1.8
6.5.1.1.3
6.5.2.1.1
6.5.4.4.1, 6.5.4.4.4, 6.5.6.1.1, 6.5.6.2.1, 6.5.6.2.3
6.6.5.1.1, 6.6.5.1.3, 6.6.5.1.5, 6.6.5.1.7, 6.6.5.1.8
6.7.2.2.1, 6.7.2.2.10, 6.7.2.2.14, 6.7.2.3.1, 6.7.2.3.3.1
6.7.2.4.3, 6.7.2.6.2, 6.7.2.6.3, 6.7.2.6.4, 6.7.2.7.1, 6.7.2.8.3, 6.7.2.10.1
6.7.2.12.2.4, 6.7.2.18.1, 6.7.2.19.4, 6.7.2.19.5, 6.7.2.19.9, 6.7.2.19.10
6.7.3.2.1, 6.7.3.2.11, 6.7.3.3.3.1, 6.7.3.7.3, 6.7.3.8.1.2, 6.7.3.14.1
6.7.3.15.3, 6.7.3.15.5, 6.7.3.15.9, 6.7.3.15.10
6.7.4.2.1, 6.7.4.2.8.1, 6.7.4.2.8.2, 6.7.4.2.14, 6.7.4.3.3.1
6.7.4.5.10, 6.7.4.6.4, 6.7.4.7.4, 6.7.4.13.1, 6.7.4.14.3,
6.7.4.14.10, 6.7.4.14.11
6.7.5.2.9, 6.7.5.4.1, 6.7.5.4.3, 6.7.5.11.1, 6.7.5.12.3, 6.7.5.12.7
6.8.2.1.4, 6.8.2.1.16, 6.8.2.1.19, 6.8.2.1.20, 6.8.2.1.23, 6.8.2.2.2
6.8.2.2.10
6.8.2.3.1, 6.8.2.3.3, 6.8.2.3.4, 6.8.2.4.1 voetnoot, 6.8.2.4.2 voetnoot
6.8.2.4.5 (als erkend deskundige)
6.8.3.2.16, 6.8.3.2.26, 6.8.3.4.4, 6.8.3.4.6, 6.8.3.4.7, 6.8.3.4.13, voetnoot
6.8.3.4.14, 6.8.3.4.18
6.8.4 TT2, 6.8.4 TT7, 6.8.4 TT11, 6.8.5.2.2
6.9.2.1, 6.9.2.5, 6.9.2.13, 6.9.2.14.4, 6.9.2.14.5, 6.9.4.2.4, 6.9.4.4.1
6.9.5.3
6.11.4.4, 6.12.3.1.2, 6.12.3.1.3, 6.12.3.2.2, 6.12.3.2.6, 6.12.5
7.5.2.2a)
1.6.2.12
3.3.1, bijzondere bepaling 371(2)
3.3.1, bijzondere bepaling 652
3.3.1, bijzondere bepaling 662
4.1.2.2.b)
4.1.3.6.2, 4.1.3.6.9
4.1.4.1, P200 (10) k, P200 (10) ac, P 200 (12), P 200 (13), P201(1)
4.1.4.1, P601 (3) g)
4.1.4.1, P902, 4.1.4.1, P905
4.1.4.1, P911
4.1.4.1, LP906
4.1.4.2, IBC99, 4.1.4.3, LP99
4.1.4.3 LP902
4.1.6.14
4.2.1.7, 4.2.1.9.1
4.2.3.7.1, 4.2.5.1.1
4.2.5.3 TP10, TP16, TP24, TP41
4.3.2.1.5, voetnoot
4.3.3.2.5
6.1.3.1 g), 6.1.3.7, 6.1.3.8 i)
6.1.5.1.1, 6.1.5.1.3, 6.1.5.1.5, 6.1.5.1.8, 6.1.5.1.10, 6.1.5.2.5
6.2.1.3.6.5.4, 6.2.1.4.1, 6.2.1.4.2, 6.2.1.5.1 opmerking, 6.2.1.6.1 opmerking 1 en 2, 6.2.2.1.1 opmerking 2
6.2.2.1.2 opmerking 2, 6.2.2.5.2.1, 6.2.2.5.2.2, 6.2.2.5.2.3
6.2.2.5.3.2, 6.2.2.5.3.3, 6.2.2.5.4.2, 6.2.2.5.4.4, 6.2.2.5.4.5 6.2.2.5.4.6, 6.2.2.5.4.9, 6.2.2.6.2.1, 6.2.2.6.2.2 6.2.2.7.8, 6.2.2.9.2 h), 6.2.3.5.1, 6.2.3.6.1, 6.2.3.11.2, 6.2.3.11.4, 6.2.5.4.2
6.3.4.2, 6.3.4.3, 6.3.5.1.1, 6.3.5.1.3, 6.3.5.1.5, 6.3.5.1.7, 6.3.5.1.8
6.5.1.1.3
6.5.2.1.1
6.5.4.4.1, 6.5.4.4.4, 6.5.6.1.1, 6.5.6.2.1, 6.5.6.2.3
6.6.5.1.1, 6.6.5.1.3, 6.6.5.1.5, 6.6.5.1.7, 6.6.5.1.8
6.7.2.2.1, 6.7.2.2.10, 6.7.2.2.14
6.7.2.3.1, 6.7.2.3.3.1
6.7.2.4.3, 6.7.2.6.2, 6.7.2.6.3, 6.7.2.6.4, 6.7.2.7.1, 6.7.2.8.3, 6.7.2.10.1
6.7.2.12.2.4, 6.7.2.18.1, 6.7.2.19.4, 6.7.2.19.5, 6.7.2.19.9, 6.7.2.19.10
6.7.3.2.1, 6.7.3.2.11, 6.7.3.3.3.1, 6.7.3.7.3, 6.7.3.8.1.2, 6.7.3.14.1
6.7.3.15.3, 6.7.3.15.5, 6.7.3.15.9, 6.7.3.15.10, 6.7.4.2.1
6.7.4.2.8.1, 6.7.4.2.8.2, 6.7.4.2.14, 6.7.4.3.3.1, 6.7.4.5.10, 6.7.4.6.4
6.7.4.7.4, 6.7.4.13.1, 6.7.4.14.3, 6.7.4.14.10, 6.7.4.14.11
6.7.5.2.9, 6.7.5.4.1, 6.7.5.4.3, 6.7.5.11.1
6.7.5.12.3, 6.7.5.12.7
6.8.2.1.2, 6.8.2.1.4, 6.8.2.1.16, 6.8.2.1.19, 6.8.2.1.20, 6.8.2.1.23
6.8.2.1.29
6.8.2.2.2, 6.8.2.2.10
6.8.2.3.1, 6.8.2.3.3, 6.8.2.3.4, 6.8.2.4.1 voetnoot, 6.8.2.4.2, voetnoot
6.8.2.4.5 (als erkend deskundige)
6.8.3.2.16, 6.8.3.2.26, 6.8.3.4.4, 6.8.3.4.6, 6.8.3.4.7, 6.8.3.4.13, voetnoot
6.8.3.4.14, 6.8.3.4.18
6.8.4, TT2, 6.8.4, TT7, 6.8.4, TT11
6.8.5.2.2
6.9.2.1, 6.9.2.5, 6.9.2.13, 6.9.2.14.4, 6.9.2.14.5, 6.9.4.2.4, 6.9.4.4.1
6.9.5.3
6.11.4.4
7.3.3.1, VC3
7.5.2.2 voetnoot a)
Deze bijlage behoort bij de Regeling van 17 april 2019, nr. IENW/BSK-2019/53324, tot wijziging van de Regeling erkende instanties vervoer gevaarlijke stoffen, de Regeling vervoer over de binnenwateren van gevaarlijke stoffen, de Regeling vervoer over de spoorweg van gevaarlijke stoffen en de Regeling vervoer over land van gevaarlijke stoffen in verband met de tweejaarlijkse revisie van internationale voorschriften inzake het vervoer van gevaarlijke stoffen en enkele andere wijzigingen.
De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, S. van Veldhoven-van der Meer
Deze bijlage behoort bij de Regeling van 17 april 2019, nr. IENW/BSK-2019/53324, tot wijziging van de Regeling erkende instanties vervoer gevaarlijke stoffen, de Regeling vervoer over de binnenwateren van gevaarlijke stoffen, de Regeling vervoer over de spoorweg van gevaarlijke stoffen en de Regeling vervoer over land van gevaarlijke stoffen in verband met de tweejaarlijkse revisie van internationale voorschriften inzake het vervoer van gevaarlijke stoffen en enkele andere wijzigingen.
De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, S. van Veldhoven-van der Meer
Deze bijlage behoort bij de Regeling van 17 april 2019, nr. IENW/BSK-2019/53324, tot wijziging van de Regeling erkende instanties vervoer gevaarlijke stoffen, de Regeling vervoer over de binnenwateren van gevaarlijke stoffen, de Regeling vervoer over de spoorweg van gevaarlijke stoffen en de Regeling vervoer over land van gevaarlijke stoffen in verband met de tweejaarlijkse revisie van internationale voorschriften inzake het vervoer van gevaarlijke stoffen en enkele andere wijzigingen.
De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, S. van Veldhoven-van der Meer
Deze regeling strekt in de eerste plaats tot wijziging van vier ministeriële regelingen in verband met de tweejaarlijkse revisie van internationale voorschriften inzake het vervoer van gevaarlijke stoffen over de binnenwateren (ADN), over de spoorweg (RID) en over de weg (ADR). Het gaat om de Regeling vervoer over de binnenwateren van gevaarlijke stoffen (VBG), de Regeling vervoer over de spoorweg van gevaarlijke stoffen (VSG), de Regeling vervoer over land van gevaarlijke stoffen (VLG) en de Regeling erkende instanties vervoer gevaarlijke stoffen.
De onderhavige regeling strekt daarnaast tot implementatie van richtlijn (EU) 2018/1846 van de Europese Commissie van 23 november 2018 tot aanpassing aan de wetenschappelijke en technische vooruitgang van de bijlagen bij Richtlijn 2008/68/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende het vervoer van gevaarlijke goederen over land (PbEU 2018, L 299).
Deze regeling strekt ten slotte tot enkele wijzigingen in de VSG en VLG. Naast enkele wetstechnische wijzigingen in de VSG betreft het een wijziging van de regelgeving over zoute veren in de VLG.
De wijzigingen van de hiervoor genoemde regelingen houden onder meer verband met de op 5 oktober 2018 vastgestelde wijzigingen van de mondiale VN-aanbevelingen voor het vervoer van gevaarlijke stoffen. Hiermee wordt een harmonisatie van voorschriften voor de verschillende transportmodaliteiten bereikt.
De belangrijkste internationale wijzigingen betreffen:
• Artikelen die gevaarlijke stoffen bevatten vielen voorheen onder een vrijstelling in hoofdstuk 1.1.3. Deze artikelen zijn nu gereguleerd in een twaalftal nieuwe UN-nummers. Hierbij zijn ook nieuwe verpakkingsinstructies en etiketteringsvoorschriften ingevoerd.
• De classificatiecriteria voor klasse 8 stoffen zijn aangepast. Nieuwe rekenmethoden zijn toegevoegd die het mogelijk maken om mengsels in te delen op basis van de bestanddelen zonder dat het hele mengsel getest hoeft te worden.
• Wat betreft lithiumbatterijen zijn nieuwe verpakkingsinstructies ingevoerd voor het vervoer van defecte en beschadigde lithiumbatterijen. Daarnaast is er een eigen UN-nummer ingevoerd voor lithiumbatterijen die geïnstalleerd zijn in transporteenheden. Daarnaast zijn meerdere bijzondere bepalingen bijgewerkt, die betrekking hebben op het vervoer van lithiumbatterijen.
• Voor de periodieke testen van drukhouders is een alternatieve, specifieke methode ontwikkeld, om met kunststof omhulde drukhouders te kunnen testen. De conventionele testmethodes zijn niet toereikend om dit type drukhouders te testen.
• Het vervoer van monsters van energetische materialen voor beproevingsdoeleinden wordt in de nieuwe regelgeving onder bepaalde voorwaarden toegestaan. Daardoor komt de wetgeving aan een wens van de markt tegemoet.
• Wat betreft het vervoer van gevaarlijke stoffen over het spoor zijn in een werkgroep onder Nederlands voorzitterschap, nieuwe controlelijsten ontwikkeld voor het laden en lossen van gassen in en uit reservoirwagens.
• Wat betreft het vervoer van gevaarlijke stoffen over de weg zijn tunnelcodes toegekend voor het vervoer van onder meer verbrandingsmotoren (UN 3528 en 3529). Daardoor is duidelijk geworden door welke tunnels deze producten vervoerd mogen worden.
• Ook is op initiatief van Nederland vastgelegd dat vanaf 1 januari 2027 bepaalde zuren en basen niet langer vervoerd mogen worden in tanks die vervaardigd zijn van een aluminiumlegering en voorzien zijn van een beschermende binnenbekleding (liner).
• Wat betreft het vervoer van gevaarlijke stoffen over de binnenwateren zijn veelomvattende constructie-eisen aangenomen die betrekking hebben op de explosieveiligheid aan boord van binnenvaartschepen (droge lading en tankschepen).
• Als ontgassen op basis van andere wetgeving is toegestaan, stelt het ADN bepaalde veiligheidsvoorwaarden die tijdens het ontgassen in acht moeten worden genomen. Deze voorwaarden zijn verduidelijkt en aangescherpt waardoor ontgassen in de buurt van sluizen, onder bruggen en in dichtbevolkte gebieden niet is toegestaan.
• Per 1 januari 2019 mogen schepen die gevaarlijke stoffen vervoeren, LNG gebruiken als brandstof. Voorwaarde is wel dat deze schepen voldoen aan de eisen die hiervoor zijn gesteld in de Europese standaard tot vaststelling van de technische voorschriften voor binnenschepen (ES-TRIN).
Gezien de omvang van de wijzigingen van de technische voorschriften zoals opgenomen in de bijlagen II, III en IV bij deze regeling en de beperkte doelgroep van deze voorschriften is er voor gekozen deze niet in de Staatscourant te publiceren. Bekendmaking vindt plaats door terinzagelegging bij de Hoofddirectie Bestuurlijke en Juridische Zaken van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat. Ook zijn de bijlagen te raadplegen via de internetsite www.rijksoverheid.nl.
De wijzigingen in de VBG, de VLG, de VSG en de Regeling erkende instanties vervoer gevaarlijke stoffen houden verband met de wijzigingen van de internationale voorschriften inzake het vervoer van gevaarlijke stoffen. Deze wijzigingen vinden tweejaarlijks plaats. In die tweejaarlijkse periode komen de wijzigingen tot stand in internationaal verband en in nauwe samenwerking met de verschillende vervoersbranches. In internationaal verband worden in algemene termen de handhaafbaarheid, veiligheid en haalbaarheid van de verschillende wijzigingen onderzocht en voorgelegd aan de partijen. Deze bevindingen zijn meegenomen in de totstandkoming van de wijzigingen. De branches zijn daarmee op de hoogte van de eventuele gevolgen die de wijzigingen voor de afzonderlijke sectoren met zich meebrengen en hebben daarmee ook ingestemd. Met de wijzigingen wordt voldaan aan de verplichte implementatie die op grond van de afzonderlijke verdragen is voorgeschreven. Naar aanleiding van in de praktijk gesignaleerde problemen door bij het vervoer betrokken partijen, worden met de wijzigingen enerzijds versoepelingen aangebracht in de toepassing van de regels. Anderzijds heeft het voor een aantal onderwerpen geleid tot een aanscherping. In algemene zin kan worden opgemerkt dat de wijzigingen geen extra administratieve lasten en nalevingskosten met zich meebrengen zodat de lasten en kosten daarvan niet toenemen of tenminste gelijk zullen blijven.
De onderhavige regeling is niet twee maanden voor de inwerkingtreding gepubliceerd in de Staatscourant. Daarnaast is de regeling niet in werking getreden op een vast verandermoment. Omdat sprake is van implementatie van internationale voorschriften en de doelgroep van de regeling baat heeft bij een zo spoedig mogelijke inwerkingtreding van de regeling, is met gebruikmaking van de uitzonderingsmogelijkheden die Aanwijzing 4.17, vijfde lid, onder a en d, van de Aanwijzingen voor de regelgeving daarvoor biedt, afgeweken van het stelsel van vaste verandermomenten.
In de tabellen behorende bij de Regeling erkende instanties vervoer gevaarlijke stoffen zijn bepaalde randnummers uit het ADR, het ADN en het RID opgenomen ten aanzien waarvan een instantie door de Minister als erkende instantie kan worden aangewezen. De tabellen zijn aangepast aan de tweejaarlijkse revisie van het ADR, ADN en RID.
In verband met de internationale wijzigingen is bijlage 1 opnieuw vastgesteld.
De wijzigingen in tabel 1 van bijlage 4 houden verband met de wijzigingen in het ADN.
In verband met de internationale wijzigingen is bijlage 1 opnieuw vastgesteld.
Dit onderdeel betreft enkele wetstechnische verbeteringen.
De wijzigingen in tabel 1 van bijlage 3 houden verband met de wijzigingen in het RID.
In verband met de internationale wijzigingen is bijlage 1 opnieuw vastgesteld.
De regeling voor ‘zoute veren’ (Waddenveren) is herzien. Het aantal stoffen dat met zoute veren vervoerd mag worden is fors beperkt. De in de tabel genoemde stoffen mogen worden vervoerd mits wordt voldaan aan de voorwaarden die in het artikel zijn genoemd. Meestal worden deze stoffen vervoerd met speciale afvaarten, zonder passagiers aan boord, dan is er namelijk geen sprake van zoute veren en gelden de regels van de VLG.
Wanneer dit niet kan omdat er vanwege onderhoud aan de ferry’s weinig capaciteit beschikbaar is kunnen de stoffen uit de lijst nu toch met zoute veren worden vervoerd zonder een ontheffing aan te vragen bij de ILT. De voorwaarden waaronder die ontheffingen tot op heden werden verleend maken nu integraal onderdeel uit van de regeling. Door de herziene regeling worden de administratieve lasten voor het bedrijfsleven verminderd en wordt de werklast van de ILT verkleind. De beperking van het aantal gevaarlijke stoffen dat tegelijkertijd met passagiers mag worden vervoerd brengt veiligheidswinst met zich mee.
De wijzigingen in tabel 1 van bijlage 3 houden verband met de wijzigingen in het ADR.
De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, S. van Veldhoven-van der Meer
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2019-17877.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.