Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Gelderland | Staatscourant 2018, 7707 | Instelling gemeenschappelijke regelingen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Gelderland | Staatscourant 2018, 7707 | Instelling gemeenschappelijke regelingen |
Instellingsbesluit van de colleges van burgemeester en wethouders van de gemeenten Apeldoorn, Brummen, Epe en Voorst en gedeputeerde staten van de provincie Gelderland houdende regels omtrent de gemeenschappelijke regeling Gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Veluwe IJssel
"Deze bekendmaking is slechts een tekstplaatsing. De oorspronkelijke bekendmaking is op 28 juni 2016 geplaatst."
Gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Veluwe IJssel
Regeling op grond van artikel 51 Wet gemeenschappelijke regelingen
De colleges van burgemeester en wethouders van de gemeenten Apeldoorn, Brummen, Epe en Voorst en gedeputeerde staten van de provincie Gelderland, ieder voor zover het hun bevoegdheden betreft;
dat de colleges van burgemeester en wethouders en gedeputeerde staten bevoegdheden uitoefenen op grond van het omgevingsrecht, waaronder de bevoegdheden tot beslissen op aanvragen om omgevings-vergunningen, toezicht houden op en beslissen over de handhaving van wettelijke voorschriften;
dat de minister van Infrastructuur en Milieu heeft aangedrongen op de vorming van regionale uitvoerings-diensten op regionale schaal en de provincie heeft verzocht een proces te organiseren waarin dat gestalte krijgt;
dat naar aanleiding daarvan de colleges van burgemeester en wethouders van alle Gelderse gemeenten en gedeputeerde staten van Gelderland op 3 november 2009 een intentieverklaring hebben ondertekend, waar-in als uitgangspunten zijn opgenomen:
dat de colleges van burgemeester en wethouders en gedeputeerde staten in het licht van de Intentieverkla-ring gezamenlijk hebben besloten tot oprichting van een regionale uitvoeringsdienst die de juridische vorm heeft van een openbaar lichaam in de zin van de Wet gemeenschappelijke regelingen en die onderdeel is van een stelsel van regionale uitvoeringsdiensten in de provincie Gelderland, waarbij bepaalde taken op bovenregionale schaal worden belegd (Gelders Stelsel);
dat de raden van de gemeenten Apeldoorn, Brummen, Epe en Voorst en provinciale staten van de provin-cie Gelderland toestemming hebben verleend als bedoeld in artikel 51, tweede lid van de Wet gemeen-schappelijke regelingen;
HOOFDSTUK 2 BELANG, TAKEN, BEVOEGDHEDEN EN BIJDRAGEN
Het openbaar lichaam is ingesteld ter gemeenschappelijke behartiging van de belangen van de deelnemers op het gebied van het omgevingsrecht. Onder de belangen van de deelnemers wordt tevens begrepen het belang van een goede samenwerking tussen de omgevingsdiensten in Gelderland.
Artikel 8 Beperking privaatrechtelijke bevoegdheden
Het openbaar lichaam is behoudens instemming van de deelnemers niet bevoegd tot:
De bijdragen van de deelnemers voor inhuur, uitbesteding en materiele lasten zijn gekoppeld aan de inbrengende deelnemer en hebben geen invloed op de verdeelsleutel. De deelnemer die een wijziging wil aanbrengen in de bijdrage voor inhuur, uitbesteding en materiele lasten, meldt dat in het lopende begrotingsjaar en voor de opstelling van de begroting van het komende jaar bij het algemeen bestuur.
Het algemeen bestuur doet voor 1 juli van het derde bestaansjaar van het openbaar lichaam een voorstel voor de bijdragen van de deelnemers vanaf het vierde bestaansjaar. Deze bijdragen worden opgenomen in de begroting voor het vierde bestaansjaar, tenzij de deelnemers het voorstel afwijzen en gezamenlijk tot een ander besluit komen.
Artikel 10 Samenstelling en stemverhouding
Elke deelnemer wijst uit zijn midden een lid en een plaatsvervangend lid van het algemeen bestuur aan, met uitzondering van het college van Voorst dat twee leden en twee plaatsvervangende leden aanwijst. Een lid of plaatsvervangend lid van het algemeen bestuur kan niet tevens medewerker in dienst van of op grond van een overeenkomst van opdracht werkzaam zijn voor het openbaar lichaam.
Artikel 15 Aanwijzing, schorsing en ontslag leden dagelijks bestuur
Het lidmaatschap van het dagelijks bestuur eindigt zodra het lidmaatschap van het algemeen bestuur eindigt of wanneer een ontslag uit het dagelijks bestuur ingaat. In geval van periodiek aftreden van de leden van het algemeen bestuur, blijven de aftredende leden van het dagelijks bestuur hun functie waarnemen, totdat het algemeen bestuur in zijn eerste vergadering in nieuwe samenstelling nieuwe leden voor het dagelijks bestuur heeft aangewezen.
HOOFDSTUK 6 INFORMATIE EN VERANTWOORDING
Artikel 20 Openbaar lichaam ten opzichte van deelnemers
Het openbaar lichaam zorgt er voor dat de deelnemers met ingang van 1 januari 2013, of zoveel later als het openbaar lichaam operationeel is, steeds kunnen beschikken over informatie met betrekking tot de in hoofdstuk twee van deze regeling genoemde taken waarvoor zij het bevoegde bestuursorgaan zijn.
Artikel 21 Openbaar lichaam ten opzichte van andere regionale uitvoeringsdiensten
Ten aanzien van de taken als bedoeld in hoofdstuk twee van deze regeling stemt het openbaar lichaam de wijze van benaming en ontsluiting van de op die taken betrekking hebbende informatie af met de informatie van de andere regionale uitvoeringsdiensten in Gelderland.
Artikel 23 Algemeen en dagelijks bestuur en leden van het algemeen en dagelijks bestuur ten opzichte van de gemeenteraden en provinciale staten en de leden daarvan
Het algemeen en het dagelijks bestuur en de leden van het algemeen en dagelijks bestuur geven aan de gemeenteraden en provinciale staten gevraagd en ongevraagd alle inlichtingen die voor een juiste beoordeling van het door de gemeenteraden en provinciale staten gevoerde en te voeren bestuur nodig zijn.
Een lid van het algemeen bestuur is aan de gemeenteraad dan wel aan de provinciale staten van de deelnemer, die hem als lid heeft aangewezen, dan wel een van de leden van deze gemeenteraad of provinciale staten, verantwoording verschuldigd over het door hem in het algemeen bestuur gevoerde beleid op de in het reglement van orde voor de vergadering van deze gemeenteraden of provinciale staten aangegeven wijze.
HOOFDSTUK 9 FINANCIELE BEPALINGEN
Artikel 29 Begrotingsprocedure
Provinciale staten en de gemeenteraden vergaderen niet eerder dan twee weken na de openbare kennisgeving over de ontwerpbegroting. Zij kunnen bij het dagelijks bestuur hun zienswijze over de ontwerpbegroting naar voren brengen. Het dagelijks bestuur voegt deze zienswijzen, voorzien van zijn reactie, toe aan de ontwerpbegroting zoals deze aan het algemeen bestuur wordt aangeboden.
HOOFDSTUK 11 TOETREDING, UITTREDING, WIJZIGING EN OPHEFFING
Ingeval van uittreding uit de regeling stelt het algemeen bestuur vooraf, na overleg met de deelnemers, een uittredingsplan vast waarin in ieder geval wordt aangegeven wat de gevolgen zijn die de gehele of gedeeltelijke uittreding heeft voor het personeel en de wijze waarop het positieve of negatieve saldo van het openbaar lichaam over de deelnemers wordt verdeeld.
Artikel 35 Wijziging en opheffing
Ingeval van opheffing van de regeling stelt het algemeen bestuur vooraf, na overleg met de deelnemers, een liquidatieplan vast. Dit plan wordt gebaseerd op een verdeling naar rato van het aandeel van de deelnemers in de actuele begroting. Het plan bevat tevens bepalingen over wat de gevolgen zijn die de opheffing heeft voor het personeel.
BIJLAGE BASISTAKENPAKKET ALS BEDOELD IN ARTIKEL 37 VAN DE ‘GR OVIJ’
De voorbereiding van de omgevingsvergunningverlening (na inwerkingtreding van de Wabo) voor activiteiten waarvoor GS momenteel bevoegd is om milieuvergunningen te verlenen op grond van de Wet milieubeheer en het Inrichtingen- en vergunningenbesluit Wet milieubeheer (betreft omgevingsvergunningen in hun geheel).
De voorbereiding van de omgevingsvergunningverlening door GS voor de verwezenlijking van een project van provinciaal belang, waarbij met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder ten derde, van de Wabo, van het bestemmingsplan wordt afgeweken (betreft omgevingsvergunningen in hun geheel).
Het milieutoezicht op de volgende omgevingsvergunningplichtige activiteiten:
het oprichten en in werking hebben van een omgevingsvergunningplichtige inrichting waarvoor B&W of GS[1] het bevoegd gezag is.
activiteiten met stoffen, preparaten en GGO’s die onder een amvb op grond van titel 9.2 Wet milieubeheer vallen of producten en toestellen die onder de Wet geluidhinder, de Wet inzake de luchtverontreiniging, titel 9.4 Wet milieubeheer of titel 10.3 Wet milieubeheer vallen en die worden uitgevoerd door de houder van een omgevingsvergunning.
Het milieutoezicht op niet-omgevingsvergunningplichtige inrichtingen die vallen onder de meldingsplicht van het Activiteitenbesluit of onder het Besluit landbouw, het Besluit glastuinbouw of het Vuurwerkbesluit inrichtingen en die deel uitmaken van een hierna genoemde branche of een hierna genoemde activiteit uitvoeren:
veehouderijen[2] met uitzondering van melkrundveehouderijen
Het milieutoezicht bij bedrijfsmatige activiteiten 12 met betrekking tot gevaarlijke afvalstoffen, bedrijfsafvalstoffen en ingezamelde huishoudelijke afvalstoffen, asbest, vuurwerk, bouwstoffen, grond, baggerspecie, meststoffen, dierlijke vetten, radioactief schroot, destructiemateriaal, explosieven voor civiel gebruik of andere gevaarlijk stoffen, voor zover het die activiteiten betreft. Het gaat hierbij om het ketengerichte milieutoezicht.
[1] Indien GS het bevoegd gezag is gaat het niet alleen om het milieutoezicht maar om het toezicht op de gehele omgevingsvergunning
[2] Indien de vergunningplicht komt te vervallen in de tweede en derde tranche van de Tweede fase van de modernisering van de algemene regels, zie TK 29 383, nr. 133
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2018-7707.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.