VERKEERSBESLUIT TOT HET WIJZIGEN VAN DE VOORRANGSSITUATIE OP DE BYPASS VAN DE OUDE SPOORBAAN NAAR DE RIETSCHANS TE LEIDERDORP

Logo Leiderdorp

Z/18/070329/136310

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Leiderdorp,

Overwegingen ten aanzien van het besluit

- dat enige jaren geleden voor gemotoriseerd verkeer komend vanuit Leiden een aparte rijstrook (bypass) is aangelegd richting de Rietschans te Leiderdorp;

- dat verkeer op deze rijstrook (bypass) niet over maar langs de verkeerslichten op de kruising Engelendaal/Rietschans wordt geleid;

- dat ter hoogte van genoemde kruising op de bypass een verhoogde oversteeklocatie is aangelegd voor voetgangers en brom-/fietsers;

- dat deze oversteeklocatie is aangewezen als voetgangersoversteekplaats zoals bedoeld in Wegenverkeerswet en voorzien van de bijbehorende markering en het verkeersbord L02;

- dat hiermee is bepaald dat door bestuurders aan voetgangers voorrang moet worden verleend;

- dat op deze locatie is aangegeven dat brom-/fietsers voorrang moeten verlenen aan gemotoriseerd verkeer op de bypass, het geen is aangegeven met wegmarkering en verkeersbord B06 voorrangskruising op het brom-/fietspad;

- dat op 6 juni 2018 een verkeersbesluit is genomen waarmee het fietspad aan de noordzijde van de Willem de Zwijgerlaan (ter hoogte van de Zijlbrug)/Oude Spoorbaan is opgeheven;

- dat voor brom-/fietsers vanuit de regio en Leiderdorp die gebruik maken van de Zijlbrug alleen het brom-/fietspad aan de zuidelijke kant beschikbaar is;

- dat hierdoor meer brom-/fietsers gebruik maken van de kruising Engelendaal/Rietschans;

- dat er daardoor ook meer brom-/fietsers en voetgangers gebruik maken van de oversteek bij de bypass;

- dat in de huidige situatie door gemotoriseerd verkeer niet alleen voorrang wordt verleend aan voetgangers maar vaak ook aan brom-/fietsers, dit kan tot verkeersonveilige situaties leiden;

- dat het bijdraagt aan een grotere verkeersveiligheid als voor voetgangers en brom-/fietsers eenzelfde voorrangssituatie geldt wanneer zij gebruik maken van dezelfde oversteeklocatie;

- door het langzame verkeer beide in de voorrang te zetten is de effectiviteit van de maatregel groter dan wanneer slechts voetgangers in de voorrang zijn;

- dat wijzigen van de voorrangssituatie ten gunste van de brom-/fietsers op de bypass de doorstroming en daarmee de aantrekkelijkheid van deze route wordt bevordert;

- dat dit besluit bijdraagt aan het waarborgen van de bruikbaarheid van de weg, het voorkomen of beperken van hinder, overlast en schade door het verkeer en het bevorderen van het fietsverkeer;

- dat het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Leiderdorp, overeenkomstig artikel 18, lid 1 onder d van de WVW 1994, het bevoegd gezag is voor het nemen van dit verkeersbesluit en dat deze bevoegdheid op grond van het mandaatbesluit van 21 juni 2010 is gemandateerd aan het hoofd van de afdeling Beleid en op 29 januari 2013 gemandateerd aan de coördinator cluster Ruimte van de afdeling Beleid en de medewerkers Verkeer;

- dat er overeenkomstig artikel 24 van het Besluit Administraieve Bepalingen inzake het Wegverkeer (BABW) overleg is gevoerd met de verkeerskundig adviseur van de politie;

- dat de verkeerskundig adviseur van de politie heeft geadviseerd in zake het voorgenomen besluit om de oversteekplaats voor zowel brom-/fietsers als voetgangers aan te leggen;

- dat het argument van de politie is; dat fietsers komende vanaf de Zijlbrug een afslaande beweging maken om de bypass over te steken. Dat op grond van artikel 18.1 van het RVV zij juist voorang zouden moeten verlenen aan het gemotoriseerde verkeer op de bypass. Echter, dit betreft slechts de helft van het fietsverkeer, aangezien fietsers die naar de Zijlbrug toe rijden geen afslaande beweging maken;

- dat het argument van de politie is; dat brom-/fietsers komende vanaf de Zijlbrug hun voorrang gaan claimen, omdat ze evenwijdig rijden aan de bypass en niet instaat zijn om achterom te kijken of gemotoriseerd verkeer op de bypass hun voorrang geeft.

- echter, het gemotoriseerd verkeer heeft op de bypass te allen tijde zicht op het evenwijdig rijdende fietsverkeer. Daarbij heeft het gemotoriseerde verkeer een hogere snelheid dan het brom-/fietsverkeer zodat ze eerder bij de fietsoversteek zijn.

- dat tevens met vooraankondiging via bebording en verkeerstekens aangegeven wordt dat het brom-/fietsverkeer in de voorrang is. Dit werkt mede attentie verhogend. Hierdoor mogen brom-/fietsers er van uit gaan dat aan hen voorrang zal worden verleend;

- dat de automobilist haaientanden op het wegdek ziet, hetgeen betekent dat zij voorrang moeten verlenen aan bestuurders op de kruisende weg. Dit zullen zij voor brom-/fietsers komende vanuit de richting Van der Havelaan logisch vinden;

- dat de politie adviseert om voor de oversteekplaats een snelheidsremmende maatregel aan te brengen in de vorm van een 50 km/u drempel, zodat autoverkeer met gematigde snelheid de oversteekplaats bereikt.

- dat het college in haar overwegingen heeft meegenomen en voor de oversteekplaats een snelheidsremmende maatregel realiseert in de vorm van een bus vriendelijke drempel;

- dat het college in haar overwegingen heeft meegenomen dat zowel de voetgangersoversteekplaats als de oversteek voor de brom-/fietsers reeds verhoogd zijn aangelegd.

BESLUIT

1. door het verwijderen van de borden B06 en bijbehorende markering de brom-/fietser niet langer te verplichten voorrang te verlenen aan het verkeer op de bypass;

2. bestuurders op de bypass te verplichten voorrang te verlenen aan overstekende brom-/fietsers door het plaatsen van een bord B06 met onderbord OB503OB04 kruising brom-/fietspad, conform bijgaande tekening;

3. om als ondersteuning van deze maatregel de geleide strepen bij de fietsoversteek te veranderen in een blokmarkering, conform bijgaande tekening;

4. om voor de extra attentie van het brom-/fietspad het kruisingsvlak in rood uit te voeren en ook midden markering toe te assen om tweerichtingsverkeer te accentueren, conform bijgaande tekening;

5. om ter verhoging van de attentie een vooraankondigingsbord J24-F met ingepast onderbord brom-/fietsers hebben voorrang, conform bijgaande tekening;

6. dit besluit bij eerste mogelijkheid op de gebruikelijke wijze te publiceren in de Staatscourant en in het Leiderdorps Weekblad en gedurende een periode van 6 weken, conform de Awb-procedure, ingaande vanaf publicatie in de Staatscourant, ter inzage te leggen bij de balie van het gemeentehuis van Leiderdorp.

Leiderdorp 12 november 2018

Burgemeester en Wethouders van Leiderdorp,

H. Romijn, Secretaris

L.M. Driessen-Jansen, Burgemeester

Mededelingen

Bezwaar- of beroepsclausule

Als u het niet eens bent met dit besluit dan kunt u op grond van de Algemene wet bestuursrecht binnen zes weken na de dag van verzending/ uitreiking van dit besluit een bezwaarschrift indienen bij het College van burgemeester en wethouders van Leiderdorp.

Het indienen van een bezwaarschrift schort de werking van dit besluit niet op. Het bezwaarschrift moet tenminste uw naam en adres bevatten, de datum, een omschrijving van het besluit waartegen bezwaar wordt gemaakt en de fronden van het bezwaar en voorzien zijn van uw handtekening. Voorts wordt u verzocht een afschrift van het bestreden besluit mee te sturen en kenbaar te maken op welk telefoonnummer u bereikbaar bent.

Het bezwaarschrift moet u sturen naar het College van burgemeester en wethouders van Leiderdorp, Postbus 35, 2350 AA te Leiderdorp. Desgewenst kunt u de Voorzieningenrechter van de Rechtbank, postbus 20302, 2500 EH Den Haag, om het treffen van een voorlopige voorziening verzoeken. Voor de behandeling van een dergelijk verzoek is griffierecht verschuldigd. De griffie van de rechtbank zendt u ter betaling een acceptgiro toe.

Naar boven