Regeling van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 20 november 2018, nr. 2018-0000808011, tot aanpassing van ministeriële regelingen ter uitvoering van Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming) (PbEU 2016, L 119)

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;

Gelet op artikel 3.1 van het Besluit energieprestatie gebouwen, artikel 4.3, derde lid, van het Besluit omgevingsrecht, de artikelen 1.10, eerste lid, 3.2, zevende lid, 4.3, vijfde lid, en 4.7, tweede lid, van de Wet basisregistratie personen en de artikelen 6, vierde lid, 38 en 47, zesde lid, van het Besluit basisregistratie personen;

Besluit:

ARTIKEL I

De Regeling energieprestatie gebouwen wordt als volgt gewijzigd:

In artikel 3a, derde lid, artikel 6, derde lid, en artikel 7k, derde lid, wordt ‘verantwoordelijke in de zin van artikel 1, onder d, van de Wet bescherming persoonsgegevens’ telkens vervangen door ‘verwerkingsverantwoordelijke’.

ARTIKEL II

In artikel 1.2, vierde lid, van de Regeling omgevingsrecht wordt ‘verantwoordelijke in de zin van artikel 1, onder d, van de Wet bescherming persoonsgegevens’ vervangen door ‘verwerkingsverantwoordelijke’.

ARTIKEL III

De Regeling basisregistratie personen wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 4, eerste lid, wordt ‘verantwoordelijke’ vervangen door ‘verwerkingsverantwoordelijke’.

B

In hoofdstuk 1 vervalt paragraaf 4.

C

In artikel 21, eerste lid, aanhef, en tweede lid, aanhef, wordt ‘het College bescherming persoonsgegevens’ telkens vervangen door ‘de Autoriteit persoonsgegevens’.

D

In artikel 31, eerste lid, en artikel 32, eerste lid, wordt ‘Artikel 2.55, vierde en vijfde lid, van de Wet BRP’ telkens vervangen door ‘Artikel 2.55, tweede en vierde lid, van de Wet BRP’.

E

In Bijlage 3. De beschrijving van de wijze waarop de in de bijlagen 1 en 2 bedoelde onderdelen worden toegepast, paragrafen 2, 3a en 4, wordt ‘Agentschap BPR’ telkens vervangen door: ‘Rijksdienst voor Identiteitsgegevens’.

F

In Bijlage 10. Het autorisatie-aanvraagformulier, vervalt het onderdeel ‘Aanmelding CBP’.

ARTIKEL IV

Deze regeling treedt in werking met ingang van de eerste dag van de eerste kalendermaand na de datum van uitgifte van het Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 25 mei 2018.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K.H. Ollongren

TOELICHTING

1. Algemeen

De verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG (hierna: de AVG) is per 25 mei 2018 van toepassing. In de wet ter uitvoering van de Algemene verordening gegevensbescherming (Uitvoeringswet AVG) wordt uitvoering gegeven aan de AVG en wordt tevens de Wet bescherming persoonsgegevens (hierna: Wbp) ingetrokken.1 Als gevolg van de AVG, die rechtstreeks werkt, is het noodzakelijk om bestaande regelgeving af te stemmen op het nieuwe regime van gegevensbescherming. Voor de bepalingen op wetsniveau en op niveau van algemene maatregel van bestuur die aanpassing behoeven, behelzen de Aanpassingswet Algemene verordening gegevensbescherming (hierna: Aanpassingswet AVG) en het Aanpassingsbesluit reeds de benodigde wijzigingen.2 Daarbij wordt opgemerkt dat de daarin opgenomen wijzigingen met betrekking tot de basisregistratie personen een zelfstandige uitvoering geven aan de AVG, omdat de hiervoor genoemde Uitvoeringswet AVG niet van toepassing is op de gegevensverwerkingen die in het kader van de Wet basisregistratie personen (hierna: Wet BRP) plaatsvinden.3 Met deze regeling zijn de ministeriële regelingen van BZK die thans aanpassing behoeven in lijn gebracht met de AVG.

Deze regeling past enkele regelingen aan waarin nog verwijzingen zijn opgenomen naar de Wbp, of waarin nog gebruik wordt gemaakt van verouderde terminologie. Daarnaast bevat deze regeling een aantal wijzigingen in de Regeling basisregistratie personen (hierna: Regeling BRP) waarin bepalingen geschrapt zijn die niet langer op nationaal niveau dienen te worden vastgelegd, omdat de AVG het betreffende onderwerp al regelt. De bepalingen ten aanzien van verwerkers in de AVG zijn dermate gedetailleerd dat zij geen nadere uitwerking behoeven in de regelgeving met betrekking tot de basisregistratie personen. Daarnaast zijn verwijzingen naar de Wet BRP, die is gewijzigd door de Aanpassingswet AVG, waar nodig aangepast. Verder vervalt de vraag ten aanzien van melding in het autorisatie-aanvraagformulier in bijlage 10 bij de Regeling BRP, omdat de voorafgaande meldingsplicht bij gegevensverwerking is vervallen. Tenslotte zijn de voormalige benamingen van de Autoriteit Persoonsgegevens en de Rijksdienst voor Identiteitsgegevens gewijzigd naar de huidige naamgeving.

2. Consultatie

De ontwerpregeling is ter consultatie voorgelegd aan de Autoriteit persoonsgegevens, en voor wat betreft de daarin voorgestelde aanpassingen van de Regeling basisregistratie personen aan het Gebruikersoverleg BRP. Het ontwerp gaf geen aanleiding tot het maken van opmerkingen.

3. Effecten voor de regeldruk

Het adviescollege regeldruk (ATR) heeft besloten geen formeel advies uit te brengen, nu het voorstel naar verwachting geen (omvangrijke) regeldrukeffecten tot gevolg zal hebben.

4. Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de eerste dag van de eerste kalendermaand na de datum van uitgifte van het Staatscourant waarin zij wordt geplaatst. Door het voorzien in terugwerkende kracht wordt voorkomen dat er een juridisch vacuüm ontstaat gedurende de periode vanaf 25 mei 2018, de datum van het van toepassing worden van de AVG, tot aan het van kracht worden van deze regeling.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K.H. Ollongren


X Noot
1

Wet van 16 mei 2018, houdende regels ter uitvoering van Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming) (PbEU 2016, L 119) (Uitvoeringswet Algemene verordening gegevensbescherming) (Stb. 2018, 44).

X Noot
2

Wet van 11 juli 2018 tot aanpassing van wetten ter uitvoering van Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming) (PbEU 2016, L 119) en de Uitvoeringswet Algemene verordening gegevensbescherming (Aanpassingswet Algemene verordening gegevensbescherming) (Stb. 2018, 247) en Besluit van 11 juli 2018 tot aanpassing van besluiten ter uitvoering van Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming) (PbEU 2016, L 119) en de Uitvoeringswet Algemene verordening gegevensbescherming (Stb. 2018, 249).

X Noot
3

Artikel 2, tweede lid, van de Uitvoeringswet AVG.

Naar boven