Regeling van de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid van 19 juni 2018, nummer 2278009, tot wijziging van de Regeling naturalisatietoets Nederland

De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,

Gelet op artikel 6 van het Besluit naturalisatietoets;

Besluit:

ARTIKEL I

De Regeling naturalisatietoets Nederland wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1 worden, onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel d door een puntkomma, twee onderdelen toegevoegd, luidende:

• e. cursus Nederlands als tweede taal: door een cursusinstelling aangeboden cursus die de verzoeker in staat stelt mondelinge en schriftelijke vaardigheden in de Nederlandse taal te verwerven, teneinde het staatsexamen Nederlands als tweede taal te behalen;

• f. inburgeringscursus: een door een cursusinstelling aangeboden cursus die opleidt tot de in artikel 7, tweede lid, onderdelen b en c, van de Wet inburgering bedoelde onderdelen van het inburgeringsexamen.

B

Artikel 6 wordt gewijzigd als volgt:

1. Het vierde lid komt te luiden:

• 4. DUO geeft het in het derde lid bedoelde advies in ieder geval op diens verzoek af aan de vreemdeling die:

  • a. ten minste 600 uur heeft deelgenomen aan een inburgeringscursus, een cursus Nederlands als tweede taal of een combinatie daarvan bij een cursusinstelling met het Blik op Werk Keurmerk en ten minste viermaal heeft deelgenomen aan de niet behaalde onderdelen van de naturalisatietoets, waarvan ten hoogste twee van de examenpogingen de overeenkomstige onderdelen van het Staatsexamen Nederlands als tweede taal betreffen;

  • b. ten minste 600 uur heeft deelgenomen aan een alfabetiseringscursus bij een cursusinstelling met het Blik op Werk Keurmerk en uit een door DUO afgenomen toets blijkt dat de vreemdeling niet het leervermogen heeft om de naturalisatietoets te halen; of

  • c. ten minste 600 uur heeft deelgenomen aan een alfabetiseringscursus en een daaropvolgende inburgeringscursus, beide aan een cursusinstelling met het Blik op Werk Keurmerk, waarvan ten minste 300 uur besteed is aan de alfabetiseringscursus, en uit een door DUO afgenomen toets blijkt dat de vreemdeling niet het leervermogen heeft om de naturalisatietoets te halen.

2. In het vijfde lid wordt na ‘het vierde lid, onder b’ ingevoegd: en c.

3. In het zevende lid vervalt: (nieuw).

ARTIKEL II

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 juli 2018.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 19 juni 2018

De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, M.G.J. Harbers

TOELICHTING

Algemeen

In deze regeling wordt de Regeling naturalisatietoets Nederland aangepast aan de wijziging van de Regeling inburgering in verband met het aanpassen van de regels omtrent ontheffing en verlenging, die met ingang van 1 juli 2018 in werking treedt (Stcrt. 2018, nr. 15700). Laatstgenoemde regeling is gewijzigd teneinde een betere aansluiting bij de wens dat inburgeringsplichtigen op een zo hoog mogelijk niveau inburgeren, te realiseren. Daartoe zijn de criteria voor ontheffing van de inburgeringsplicht op grond van aantoonbaar geleverde inspanningen en voor verlenging van de inburgeringstermijn op grond van niet-verwijtbaarheid aangepast.

Artikel 2, eerste lid, van de Regeling naturalisatietoets Nederland bepaalt dat een verzoeker tot naturalisatie de naturalisatietoets heeft behaald indien hij het inburgeringsexamen met goed gevolg heeft afgelegd. Met de onderhavige wijziging van de Regeling naturalisatietoets Nederland krijgt de in de gewijzigde inburgeringswetgeving ingevoerde beoordelingsprocedure voor ‘aantoonbaar geleverde inspanningen’ zijn pendant in de naturalisatieregelgeving. In de Regeling naturalisatietoets Nederland worden hiermee de criteria voor ontheffing van de naturalisatietoets op grond van aantoonbaar geleverde inspanningen aangepast conform de gewijzigde inburgeringswetgeving. Ter nadere informatie wordt verwezen naar artikel 2.4b van de Regeling inburgering en de Nota van Toelichting in Stcrt. 2018, 15700.

Op grond van de Regeling naturalisatietoets Nederland, zoals deze luidde voor 1 juli 2018, kon ontheffing van de naturalisatietoets op grond van aantoonbaar geleverde inspanningen worden verleend als de verzoeker tot naturalisatie ten minste 600 uur had deelgenomen aan een inburgeringscursus bij een instelling met het Blik op Werk Keurmerk en ten minste 4 keer had deelgenomen aan de niet behaalde onderdelen van het inburgeringsexamen/de naturalisatietoets. De cursusuren en het vereiste van pogingen voor het staatsexamen Nederlands als tweede taal (taalniveau B1 van het Europese Raamwerk voor Moderne Vreemde Talen) (hierna: NT2) telden daarbij niet mee of golden nog niet als vereiste, terwijl inburgeringsplichtigen en andere nieuwkomers in Nederland gestimuleerd worden om, indien mogelijk, het staatsexamen NT2 af te leggen. De voorgestelde wijziging maakt het mogelijk ook de cursusuren en pogingen NT2 mee te tellen voor ontheffing van de naturalisatietoets.

Eveneens op grond van aantoonbaar geleverde inspanningen kwam voor ontheffing van de naturalisatietoets in aanmerking de vreemdeling die 600 uur had deelgenomen aan een alfabetiseringscursus en uit een door de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap afgenomen toets bleek dat hij niet het leervermogen heeft om de naturalisatietoets te halen. Alleen de uren besteed aan een alfabetiseringscursus telden mee voor deze ontheffing. Het komt echter voor dat tijdens of na de alfabetiseringscursus gestart wordt met de inburgeringscursus en dat tijdens de inburgeringscursus blijkt dat de verzoeker tot naturalisatie niet in staat is zich de vaardigheden van de Nederlandse taal op het niveau van de naturalisatietoets (taalniveau A2) eigen te maken. Dat leidde er toe dat, wanneer verzoekers tot naturalisatie zowel uren alfabetiseringscursus als uren inburgeringscursus hebben gevolgd, ze alsnog uren alfabetiseringscursus moesten volgen om aan het criterium van 600 uur te voldoen. Deze wijzigingsregeling maakt het mogelijk dat vanaf 1 juli 2018 ook uren inburgeringscursus meetellen voor een ontheffing van de naturalisatietoets op grond van de omstandigheid dat de verzoeker tot naturalisatie niet het leervermogen heeft om de naturalisatietoets te halen.

De wijziging van de Regeling inburgering treedt in werking met ingang van 1 juli 2018. Om die reden treedt ook de onderhavige regeling tot aanpassing van de Regeling naturalisatietoets Nederland op die datum in werking.

De invoeringstermijn bedraagt minder dan twee maanden en wijkt daarmee af van het in het Kabinetsstandpunt inzake Vaste Verandermomenten neergelegde uitgangspunt. Deze regeling betreft een wijziging van de Regeling naturalisatietoets Nederland, waarvoor afwijking van het uitgangspunt inzake een invoeringstermijn van ten minste twee maanden is toegestaan (artikel 4.17, vijfde lid, onder b, van de Aanwijzingen voor de regelgeving: spoedregelgeving).

Artikelsgewijs

Artikel I

Onderdeel A (artikel 1)

Artikel 1 introduceert en definieert, in overeenstemming met de bovengenoemde wijziging van de Regeling inburgering, het begrip ‘cursus Nederlands als tweede taal’. Verder is een definitie toegevoegd van het begrip ‘inburgeringscursus’. Deze is ontleend aan artikel 4.1a, eerste lid, onderdeel a, van het Besluit inburgering.

Onderdeel B (artikel 6)

In de aanhef zijn de woorden ‘in ieder geval’ toegevoegd, zodat de opsomming in artikel 6, vierde lid, niet-limitatief wordt. Ook in andere gevallen kan de DUO een advies opstellen dat ondanks aantoonbaar geleverde inspanningen van de verzoeker tot naturalisatie niet kan worden verwacht dat hij de naturalisatietoets met succes aflegt. De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid neemt ook dat advies over.

De wijziging van onderdeel a maakt het mogelijk dat de uren besteed aan een cursus NT2 en de pogingen staatsexamen NT2 meetellen voor een ontheffing vanwege aantoonbaar geleverde inspanningen. De voorwaarde dat viermaal moet zijn deelgenomen aan de niet behaalde onderdelen van het examen is ongewijzigd. Daaraan is toegevoegd dat maximaal twee van die pogingen het staatsexamen NT2 betreffen. Dit om te voorkomen dat de verzoeker tot naturalisatie tevergeefs pogingen blijft doen het staatsexamen NT2 te halen in plaats van te pogen de naturalisatietoets te behalen.

In onderdeel b is, in overeenstemming met de inburgeringswetgeving, het woord ‘instelling’ vervangen door ‘cursusinstelling’.

Verder is een nieuw onderdeel c toegevoegd. Dit onderdeel regelt dat de verzoeker tot naturalisatie die gestart is met een alfabetiseringscursus en daaropvolgend alvast begint aan de inburgeringscursus, maar vervolgens blijkt dat er sprake is van niet-leerbaarheid, in aanmerking komt voor ontheffing. De ontheffing wordt slechts verleend indien tenminste 300 uur besteed is aan een alfabetiseringscursus, daarna een inburgeringscursus wordt gevolgd en het totaal aan cursusuren van beide cursussen ten minste 600 bedraagt. Daarnaast geldt als voorwaarde dat na het volgen van de cursusuren uit een door DUO afgenomen toets blijkt dat de verzoeker tot naturalisatie niet het leervermogen heeft om de naturalisatietoets te halen. In het vijfde lid is bepaald dat hij voor de door DUO afgenomen toets aan DUO een bedrag van € 150 verschuldigd is.

De aanpassing van het zevende lid betreft de verbetering van een wetstechnische onvolkomenheid bij de vorige wijziging van de Regeling naturalisatietoets Nederland.

De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, M.G.J. Harbers