Regeling van de Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat van 16 mei 2018, nr. WJZ/18029374, houdende wijziging van de Regeling nationale EZ-subsidies en de Regeling openstelling EZK- en LNV-subsidies 2018 in verband met subsidie voor duurzame innovatieve scheepsbouw

De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat,

Gelet op de artikelen 2, 5 en 16 van het Kaderbesluit nationale EZ-subsidies;

Besluit:

ARTIKEL I

De Regeling nationale EZ-subsidies wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 3.19.3 wordt ‘30% van het voor deze titel toepasselijke subsidieplafond’ vervangen door ‘€ 1.250.000’.

B

Artikel 3.19.12 komt te luiden:

Artikel 3.19.12. Vervaltermijn

Deze titel en bijlage 3.19.1 vervallen met ingang van 4 juni 2019, met dien verstande dat deze van toepassing blijven op subsidies die voor die datum zijn verleend.

ARTIKEL II

In de tabel van artikel 1, tweede lid, van de Regeling openstelling EZK en LNV-subsidies 2018 wordt na de rij met titel 3.16 de volgende rij ingevoegd:

Titel 3.19 Duurzame innovatieve scheepsbouw

3.19.2

   

4-6-2018 t/m 14-9-2018

€ 5.600.000

ARTIKEL III

Deze regeling treedt in werking met ingang van 4 juni 2018.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 16 mei 2018

De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat, E.D. Wiebes

TOELICHTING

1. Aanleiding

In december 2016 nam de Tweede Kamer het amendement Bruins (Kamerstukken II, 2016/17, 34 550 XIII, nr. 117) aan waarmee werd voorzien in € 5.000.000 voor een Subsidieregeling duurzame scheepsbouw. Naar aanleiding hiervan trad op 15 juli 2017 de subsidiemodule duurzame innovatieve scheepsbouw (afdeling 3.19 van de Regeling nationale EZ-subsidies) in werking. Voor 2018 is middels een amendement van de leden Bruins en Veldman (Kamerstukken II, 2017/18, 34 775 XIII, nr. 113) voorzien in € 6.000.000 voor deze subsidiemodule. Met deze regeling worden de hiervoor benodigde wijzigingen doorgevoerd in de Regeling nationale EZ-subsidies en de Regeling openstelling EZK- en LNV-subsidies 2018.

2. Inhoud van de wijziging

Op grond van artikel 4.10, tweede lid, van de Comptabiliteitswet 2006 moet een subsidieregeling een tijdstip bevatten waarop de regeling vervalt. Dat tijdstip mag niet later zijn dan vijf jaar na inwerkingtreding van de regeling. De subsidiemodule duurzame innovatieve scheepsbouw vervalt met ingang van 15 juli 2018. Nu middels het amendement Bruins en Veldman voor 2018 in budget voor deze module is voorzien, moet de vervaldatum worden aangepast. Er is voor gekozen om 4 juni 2019 op te nemen als nieuwe vervaldatum (Artikel I, onderdeel B). Dit is een jaar na de openstelling van de subsidiemodule die voor het jaar 2018 is voorzien. Op grond van artikel 4.10, zevende lid, van de Comptabiliteitswet 2006 moet de aanpassing van een vervaldatum bij de Tweede Kamer worden voorgehangen. Onderhavige regeling is daarom aan de Tweede Kamer overgelegd (Kamerstukken II, 2017/18, 34 775-XIII, nr. 136).

Van de gelegenheid is gebruik gemaakt om een kleine wijziging in de subsidiemodule aan te brengen. Uit artikel 3.19.3 vloeide voort dat de te verstrekken subsidie maximaal 30% van het subsidieplafond mocht bedragen. Gebleken is dat een maximaal subsidiebedrag beter kan worden vormgegeven door een vast bedrag op te nemen dan door een percentage van het subsidieplafond. Dit percentage is daarom vervangen door een bedrag van € 1.250.000 (artikel I, onderdeel A).

Daarnaast wordt met deze regeling de openstelling van de subsidiemodule en het daarvoor toepasselijke subsidieplafond geregeld (artikel II). Het aanvragen van een subsidie op grond van deze module is in 2018 mogelijk vanaf 4 juni 2018 tot en met 14 september 2019. Voor deze subsidiemodule geldt een subsidieplafond van € 5.600.000. Dit is overeenkomstig het eerder genoemde amendement van de leden Bruins en Veldman, verminderd met de uitvoeringskosten voor deze module.

3. Staatssteun

De subsidie die op grond van deze subsidiemodule wordt toegekend bevat staatssteun. Van deze module is op grond van artikel 11 van de algemene groepsvrijstellingsverordening een kennisgeving gedaan (SA.48475). Vanwege de verlenging van de module zal opnieuw een kennisgeving worden gedaan. Voor een verdere toelichting op de staatssteunaspecten van deze subsidiemodule wordt verwezen naar de toelichting bij de regeling waarmee de subsidiemodule tot stand is gebracht (Stcrt. 2017, 29443).

4. Regeldruk

In het kader van de totstandkoming van de subsidiemodule duurzame innovatieve scheepsbouw is de regeldruk als gevolg van deze module berekend. Blijkens de toelichting bij deze regeling bedragen de administratieve lasten € 25.344,– (Stcrt. 2017, 29443). Met onderhavige regeling worden geen wijzigingen in de subsidiemodule aangebracht die gevolgen hebben voor de administratieve lasten.

5. Vaste verandermomenten

Deze regeling treedt in werking met ingang van 4 juni 2018. Daarmee wordt afgeweken van de systematiek van vaste verandermomenten voor regelgeving, die inhoudt dat ministeriële regelingen met ingang van de eerste dag van elk kwartaal in werking treden en minimaal twee maanden voordien bekend worden gemaakt. Dat kan in dit geval worden gerechtvaardigd, omdat de doelgroep gebaat is bij spoedige inwerkingtreding. Via deze regeling wordt de horizonbepaling van de subsidiemodules duurzame innovatieve scheepsbouw namelijk verlengd. Omdat deze module zonder de verlenging niet meer opengesteld zou kunnen worden, is afwijking van de systematiek van vaste verandermomenten gewenst. Daarbij komt dat de doelgroep voldoende tijd heeft om te kunnen anticiperen op de inhoud van deze regeling. Deze regeling is aan de Tweede Kamer overgelegd. Hierdoor is de inhoud van de regeling al bekend geworden.

De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat, E.D. Wiebes

Naar boven