ARTIKEL I
Bijlage 4.2.16, onderdeel 2.6, van de Regeling nationale EZ-subsidies wordt als volgt
gewijzigd:
1. De tekst onder het opschrift ‘Algemeen’ komt te luiden:
Het programma Systeemintegratie richt zich, als doorsnijdend thema binnen de Topsector
Energie, op de systeemveranderingen die essentieel zijn om de transitie naar een geïntegreerd
en flexibel energiesysteem van de toekomst mogelijk te maken. Het programma Systeemintegratie
onderzoekt hierbij welke technologische innovaties in het energiesysteem nodig zijn
en welke niet-technische aspecten hier een belangrijke rol bij spelen. Het Programma
Systeemintegratie heeft hierbij behoefte aan een verkenning naar cyber security. Deze
verkenning is ook van belang voor het doorsnijdend thema ‘digitalisering’ en TKI Urban
Energy.
2. Na de tekst onder ‘Algemeen’ vervalt het opschrift ‘Programmalijn 6.1: Verkenning
Cyber security’.
ARTIKEL II
In de tabel van artikel 1 van de Regeling openstelling EZK- en LNV-subsidies 2018
wordt in de rij van titel 4.7 ‘€ 6.000.000’ vervangen door ‘€ 8.000.000’.
ARTIKEL III
Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van
de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt ten aanzien van artikel I terug
tot en met 1 april 2018.
TOELICHTING
1. Aanleiding
Deze regeling strekt tot wijziging van de Regeling nationale EZ-subsidies (hierna:
RNES) en de Regeling openstelling EZK- en LNV-subsidies 2018. Met deze wijzigingsregeling
is een bijlage van het subsidie-instrumentarium van de Topsector Energie (titel 4.2
van de RNES) aangepast en is het subsidieplafond opgehoogd van de subsidiemodule Energiebesparing
en duurzame energie sportaccommodaties (hierna: subsidiemodule EDS) (titel 4.7 RNES).
2. Subsidiemodules voor de Topsector Energie
Titel 4.2 RNES biedt een grondslag voor subsidiëring van een aantal verschillende
soorten energieprojecten op het gebied van energiebesparing en hernieuwbare energie,
zoals Topsector Energiestudies. De bijbehorende programma’s en onderliggende programmalijnen
zijn in de bijlagen bij de RNES uitgewerkt.
In bijlage 4.2.16, die de programmalijnen voor de subsidiemodule Topsector Energiestudies
(paragraaf 4.2.17 RNES) beschrijft, is in onderdeel 2.6 een alinea vervangen en een
opschrift geschrapt. De alinea is vervangen, omdat deze per abuis een verwijzing naar
een niet bestaande verkennende studie bevatte. Het opschrift is geschrapt, omdat deze
verwees naar de niet bestaande programmalijn 6.1.
3. Subsidiemodule EDS
De subsidiemodule EDS heeft als doel energiebesparende maatregelen en duurzame energie
te stimuleren bij sportaccommodaties. Hiermee wordt invulling gegeven aan het Energieakkoord
voor Duurzame Groei1 waarin energiebesparing en toepassing van duurzame energie zijn aangeduid als kernpunten
om te komen tot een duurzame energievoorziening. De onderhavige subsidiemodule draagt
bij aan de genoemde energiebesparing door het benutten van het potentieel aan energiebesparing
bij sportverenigingen en sportstichtingen.
Voor de huidige openstellingsperiode van de subsidiemodule EDS, die loopt van 2 januari
2018 tot en met 7 december 2018, wordt het subsidieplafond verhoogd van € 6.000.000
naar € 8.000.000. Op deze wijze kunnen (gelet op de beslistermijn op een subsidieaanvraag,
bedoeld in artikel 26 van het Kaderbesluit nationale EZ-subsidies) nog meer van de
reeds binnengekomen projectaanvragen gehonoreerd worden. Ook wordt hiermee voldaan
aan de vraag van de gebruikers van deze subsidiemodule, die naar verwachting nog verder
zal toenemen.
4. Staatssteun
Subsidiemodule Topsector Energiestudies
De subsidie voor een Topsector Energiestudie bevat staatssteun die afhankelijk van
het type studie wordt gerechtvaardigd door de algemene de-minimisverordening2 en artikel 25 van de algemene groepsvrijstellingsverordening3. De wijziging van bijlage 4.2.16 van de RNES heeft geen effect op de staatssteunaspecten
van de subsidiemodule waar deze bijlage toe behoort.
Subsidiemodule EDS
De subsidieverlening op grond van de subsidiemodule EDS kan een steunmaatregel als
bedoeld in artikel 107, eerste lid, van het Verdrag betreffende de werking van de
Europese Unie vormen. Sportverenigingen en sportstichtingen vormen echter een zeer
gemêleerde groep. Veel verenigingen zijn dusdanig klein van omvang dat van hun activiteiten
kan worden gesteld dat zij geen invloed hebben op handel tussen landen in de interne
Europese markt. In deze gevallen is er geen sprake van staatssteun. De activiteiten
van grotere amateurverenigingen kunnen deze invloed wel hebben. In dergelijke gevallen
is er wel sprake van staatssteun die gerechtvaardigd wordt door de algemene de-minimisverordening.
De ophoging van het subsidieplafond brengt geen verandering in de staatssteunaspecten
van deze subsidiemodule.
5. Regeldruk
De correctie in de bijlage van de subsidiemodule Topsector Energiestudies, alsook
de ophoging van het subsidieplafond van de subsidiemodule EDS, leidt niet tot een
toename van de administratieve lasten bij de gebruikers van deze subsidiemodules.
6. Inwerkingtreding
Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van
de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt ten aanzien van artikel I terug
tot en met 1 april 2018.
Artikel I werkt terug tot 1 april 2018, zodat de wijziging van de bijlage terugwerkt
tot de start van de openstellingsperiode van de subsidiemodule Topsector Energiestudies.
Hiertegen bestaat in dit geval geen bezwaar, nu de wijzigingen niet belastend zijn.
Met de inwerkingtreding van deze regeling wordt afgeweken van de systematiek van de
vaste verandermomenten, inhoudende dat ministeriële regelingen met ingang van de eerste
dag van een kwartaal in werking treden en minimaal twee maanden voordien worden bekendgemaakt.
Voor wat betreft artikel I is dit op grond van aanwijzing 4.17, vijfde lid van de
Aanwijzingen voor de regelgeving gerechtvaardigd, omdat dit reparatieregelgeving betreft.
Voor de subsidiemodule EDS in artikel II is afwijking van de systematiek van de vaste
verandermomenten gerechtvaardigd doordat de doelgroep gebaat is bij spoedige inwerkingtreding
van de regeling. Het vasthouden aan de systematiek van de vaste verandermomenten zou
hebben betekend dat het subsidieplafond pas opgehoogd zou kunnen worden vanaf het
eerstvolgende vaste verandermoment van 1 juli 2018. Met de spoedige ophoging van het
budget voor de huidige openstellingsperiode kunnen mogelijk meer (van de reeds binnengekomen
en/of nog binnen te komen) projectaanvragen worden gehonoreerd.
De Minister van Economische Zaken en Klimaat,
E.D. Wiebes