Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 23 oktober 2017, nr. 1257728, tot wijziging van de Regeling financiën hoger onderwijs mede in verband met wijzigingen als gevolg van de tweede suppletoire begroting van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap voor het begrotingsjaar 2017

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Handelende in overeenstemming met de Minister van Economische Zaken;

Gelet op de artikelen 4.3, zesde lid, 4.11, eerste lid, 4.21, tweede lid, 4.23, eerste lid en 4.24, eerste lid van het Uitvoeringsbesluit WHW 2008;

Besluit:

ARTIKEL I WIJZIGING VAN DE REGELING FINANCIËN HOGER ONDERWIJS PER 2017

De Regeling financiën hoger onderwijs wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 3a, eerste lid, wordt ‘het CRIHO’ telkens vervangen door ‘het basisregister onderwijs’.

B

Artikel 4, zesde lid, komt te luiden:

  • 6. De bedragen, bedoeld in artikel 4.21, tweede lid, van het besluit, zijn € 80.270 voor een promotie en € 66.891 voor een ontwerperscertificaat.

C

Bijlage 1 komt te luiden:

Bijlage 1. bij artikel 3, eerste lid, onderdeel a, van de Regeling

Bedragen onderwijsopslag universiteiten, bedoeld in artikel 4.11, eerste lid, van het besluit

Universiteit

Kwaliteit

Kwetsbare opleidingen

Bijzondere voorzieningen

Totaalbedrag

00DV

Protestantse Theologische Universiteit

   

€ 290.822

€ 290.822

21PB

Universiteit Leiden

 

€ 2.481.601

€ 2.652.217

€ 5.133.818

21PC

Rijksuniversiteit Groningen

 

€ 2.057.777

€ 1.801.950

€ 3.859.727

21PD

Universiteit Utrecht

 

€ 5.376.603

€ 2.908.405

€ 8.285.008

21PE

Erasmus Universiteit Rotterdam

 

€ 485.484

€ 8.497.825

€ 8.983.309

21PF

Technische Universiteit Delft

   

€ 15.417.904

€ 15.417.904

21PG

Technische Universiteit Eindhoven

 

€ 4.435

€ 397.982

€ 402.417

21PH

Universiteit Twente

   

€ 13.980.115

€ 13.980.115

21PI

Wageningen University

 

€ 4.435

€ 85.117

€ 89.552

21PJ

Universiteit Maastricht

 

€ 584.436

€ 2.187.630

€ 2.772.066

21PK

Universiteit van Amsterdam

 

€ 2.770.902

€ 3.542.209

€ 6.313.111

21PL

Vrije Universiteit Amsterdam

 

€ 839.084

€ 2.948.435

€ 3.787.519

21PM

Radboud Universiteit Nijmegen

 

€ 1.514.045

€ 2.038.047

€ 3.552.092

21PN

Universiteit van Tilburg

 

€ 511.382

€ 64.165

€ 575.547

21QO

Theologische Universiteit Apeldoorn

       

22NC

Open Universiteit

 

€ 332.920

€ 495.872

€ 828.792

23BF

Universiteit voor Humanistiek

   

€ 654

€ 654

25AV

Theologische Universiteit Kampen

   

€ 2.618

€ 2.618

 

Totaal

 

€ 16.963.104

€ 57.311.967

€ 74.275.071

Bedragen onderwijsopslag universiteiten met opleidingen op het gebied van landbouw en natuurlijke omgeving, bedoeld in artikel 4.11, eerste lid, van het besluit

Universiteit

Kwaliteit

Kwetsbare opleidingen

Bijzondere voorzieningen

Totaalbedrag

21PI

Wageningen University

     

€ 0

D

Bijlage 3 komt te luiden:

Bijlage 3. bij artikel 3, tweede lid, onderdeel a, van de Regeling

Bedragen onderwijsopslag hogescholen, bedoeld in artikel 4.11, eerste lid, van het besluit

Hogeschool

Kwaliteit

Kwetsbare opleidingen

Bijzondere voorzieningen

Totaalbedrag

00IC

Katholieke PABO Zwolle

 

€ 258.415

€ 21.324

€ 279.739

00MF

HKU

 

€ 373.689

€ 238.086

€ 611.775

01VU

Christelijke Hogeschool Windesheim

 

€ 648.787

€ 273.012

€ 921.799

02BY

Gerrit Rietveld Academie

 

€ 809.732

€ 53.258

€ 862.990

02NR

Hotelschool Den Haag

   

€ 314.760

€ 314.760

02NT

The Design Academy Eindhoven

 

€ 369.796

€ 35.655

€ 405.451

07GR

Avans Hogeschool

 

€ 422.426

€ 1.237.336

€ 1.659.762

08OK

Hogeschool De Kempel

 

€ 318.895

€ 5.498

€ 324.393

09OT

Iselinge Hogeschool

 

€ 287.739

€ 5.498

€ 293.237

10IZ

PC Hogeschool Marnix Academie

 

€ 762.417

€ 48.591

€ 811.008

14NI

Codarts, Hs voor Muziek en Dans Rotterdam

 

€ 642.638

€ 141.149

€ 783.787

15BK

Christelijke Hogeschool De Driestar

 

€ 153.949

€ 16.494

€ 170.443

21CW

Hogeschool HAS Den Bosch

       

21MI

HZ University of Applied Sciences

 

€ 384.874

€ 2.319.908

€ 2.704.782

21QA

Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten

 

€ 631.408

€ 333.515

€ 964.923

21RI

Hogeschool Leiden

 

€ 671.680

€ 1.144.782

€ 1.816.462

21UG

Hs Interconfessionele PABO

 

€ 357.383

€ 10.996

€ 368.379

21UI

NHTV internationaal hoger onderwijs Breda

   

€ 1.197.927

€ 1.197.927

21WN

NHL Hogeschool

 

€ 150.284

€ 1.306.512

€ 1.456.796

22EX

Stenden Hogescholen

 

€ 1.442.361

€ 1.256.315

€ 2.698.676

22HH

VIAA Gereformeerde Hogeschool

 

€ 482.008

€ 101.634

€ 583.642

22OJ

Hogeschool Rotterdam

 

€ 2.958.772

€ 1.212.155

€ 4.170.927

23AH

Saxion Hogescholen

 

€ 734.926

€ 2.387.457

€ 3.122.383

23KJ

Hogeschool der Kunsten Den Haag

 

€ 586.142

€ 81.878

€ 668.020

25BA

Christelijke Hogeschool Ede

 

€ 416.030

€ 651.242

€ 1.067.272

25BE

Hanzehogeschool Groningen

 

€ 1.426.968

€ 2.521.588

€ 3.948.556

25DW

Hogeschool Utrecht

 

€ 1.840.865

€ 1.258.806

€ 3.099.671

25JX

Hogeschool Zuyd

 

€ 1.557.563

€ 2.332.928

€ 3.890.491

25KB

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen

 

€ 1.078.448

€ 2.714.895

€ 3.793.343

27NF

ArtEZ Hogeschool

 

€ 1.014.271

€ 201.641

€ 1.215.912

27PZ

Hogeschool INHolland

 

€ 2.474.190

€ 125.525

€ 2.599.715

27UM

De Haagse Hogeschool

 

€ 1.202.273

€ 199.769

€ 1.402.042

28DN

Hogeschool van Amsterdam

 

€ 1.101.472

€ 2.408.257

€ 3.509.729

30GB

Fontys Hogescholen

 

€ 2.317.561

€ 2.536.065

€ 4.853.626

30HD

Hogeschool Van Hall Larenstein

   

€ 28.958

€ 28.958

30TX

Vilentum Hogeschool

   

€ 46.173

€ 46.173

30VP

Thomas More Hogeschool

   

€ 7.472

€ 7.472

 

Totaal

 

€ 27.877.962

€ 28.777.059

€ 56.655.021

Bedragen onderwijsopslag van hogescholen met opleidingen op het gebied van landbouw en natuurlijke omgeving, bedoeld in artikel 4.11, eerste lid, van het besluit

Hogeschool

Kwaliteit

Kwetsbare opleidingen

Bijzondere voorzieningen

Totaalbedrag

21CW

Hogeschool HAS Den Bosch

€ 48.130

 

€ 700.000

€ 748.130

27PZ

Hogeschool INHolland

€ 11.149

   

€ 11.149

30HD

Hogeschool Van Hall Larenstein

€ 57.578

   

€ 57.578

30TX

Vilentum Hogeschool

€ 42.435

€ 13.614

€ 261.291

€ 317.340

 

Totaal

€ 159.292

€ 13.614

€ 961.291

€ 1.134.197

E

Bijlage 5. bij artikel 4, eerste lid, van de Regeling

Bedragen onderzoek universiteiten, bedoeld in artikel 4.23, eerste lid, van het besluit

Universiteit

Bedrag

00DV

Protestantse Theologische Universiteit

€ 224.261

21PB

Universiteit Leiden

€ 25.758.795

21PC

Rijksuniversiteit Groningen

€ 19.783.962

21PD

Universiteit Utrecht

€ 23.549.527

21PE

Erasmus Universiteit Rotterdam

€ 12.864.547

21PF

Technische Universiteit Delft

€ 18.040.071

21PG

Technische Universiteit Eindhoven

€ 12.744.849

21PH

Universiteit Twente

€ 12.382.072

21PI

Wageningen University

 

21PJ

Universiteit Maastricht

€ 12.395.508

21PK

Universiteit van Amsterdam

€ 11.739.497

21PL

Vrije Universiteit Amsterdam

€ 11.525.320

21PM

Radboud Universiteit Nijmegen

€ 16.591.744

21PN

Universiteit van Tilburg

€ 4.410.977

21QO

Theologische Universiteit Apeldoorn

–€ 32.932

22NC

Open Universiteit

€ 2.006.163

23BF

Universiteit voor Humanistiek

€ 333.302

25AV

Theologische Universiteit Kampen

€ 141.973

 

Totaal

€ 184.459.636

Bedragen onderzoek universiteiten met opleidingen op het gebied van landbouw en natuurlijke omgeving, bedoeld in artikel 4.23, eerste lid, van het besluit

Universiteit

Bedrag

21PI

Wageningen University

€ 8.979.516

F

Bijlage 9 komt te luiden:

Bijlage 9. bij artikel 4, derde lid, van de Regeling

Bedragen ontwerp en ontwikkeling hogescholen, bedoeld in artikel 4.24, eerste lid, van het besluit

Hogeschool

Bedrag

00IC

Katholieke PABO Zwolle

€ 46.555

00MF

HKU

€ 22.728

01VU

Christelijke Hogeschool Windesheim

€ 262.430

02BY

Gerrit Rietveld Academie

 

02NR

Hotelschool Den Haag

 

02NT

The Design Academy Eindhoven

 

07GR

Avans Hogeschool

€ 40.471

08OK

Hogeschool De Kempel

€ 53.145

09OT

Iselinge Hogeschool

€ 25.347

10IZ

PC Hogeschool Marnix Academie

€ 94.884

14NI

Codarts, Hs voor Muziek en Dans Rotterdam

€ 11.068

15BK

Christelijke Hogeschool De Driestar

€ 76.465

21CW

Hogeschool HAS Den Bosch

 

21MI

HZ University of Applied Sciences

€ 26.023

21QA

Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten

€ 26.277

21RI

Hogeschool Leiden

€ 102.404

21UG

Hs Interconfessionele PABO

€ 62.946

21UI

NHTV internationaal hoger onderwijs Breda

 

21WN

NHL Hogeschool

€ 156.563

22EX

Stenden Hogescholen

€ 78.662

22HH

Gereformeerde Hogeschool

€ 35.233

22OJ

Hogeschool Rotterdam

€ 227.028

23AH

Saxion Hogescholen

€ 76.634

23KJ

Hogeschool der Kunsten Den Haag

€ 3.464

25BA

Christelijke Hogeschool Ede

€ 47.146

25BE

Hanzehogeschool Groningen

€ 93.279

25DW

Hogeschool Utrecht

€ 334.839

25JX

Hogeschool Zuyd

€ 24.165

25KB

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen

€ 291.580

27NF

ArtEZ Hogeschool

€ 52.807

27PZ

Hogeschool INHolland

€ 151.409

27UM

De Haagse Hogeschool

€ 83.984

28DN

Hogeschool van Amsterdam

€ 289.890

30GB

Fontys Hogescholen

€ 501.541

30HD

Hogeschool Van Hall Larenstein

 

30TX

Vilentum Hogeschool

€ 5.407

30VP

Thomas More Hogeschool

€ 41.739

 

Totaal

€ 3.346.113

Bedragen ontwerp en ontwikkeling hogescholen met opleidingen op het gebied van landbouw en natuurlijke omgeving, bedoeld in artikel 4.24, eerste lid, van het besluit

Hogeschool

Bedrag

21CW

Hogeschool HAS Den Bosch

 

27PZ

Hogeschool INHolland

 

30HD

Hogeschool Van Hall Larenstein

 

30TX

Vilentum Hogeschool

€ 66.306

 

Totaal

€ 66.306

ARTIKEL II INWERKINGTREDING

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2017.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, M. Bussemaker

TOELICHTING

1. Algemeen

Met deze regeling wordt de Regeling financiën hoger onderwijs gewijzigd. De aanpassingen van de Regeling financiën hoger onderwijs hangen onder meer samen met de derde herberekening van de rijksbijdrage 2017 in overeenstemming met de tweede suppletoire begroting van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. De tweede herberekening van de rijksbijdrage 2017 betrof de herberekening in overeenstemming met de eerste suppletoire begroting van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Die tweede herberekening is samen met de vaststelling van het collegegeld voor het studiejaar 2018–2019 geregeld in een wijzigingsregeling van 1 juni 2017 (Staatscourant 2017, 31794).

2. Gevoerd overleg

Een concept van deze regeling is voorgelegd aan VSNU, Vereniging Hogescholen en Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra (NFU). Gelet op het technische karakter van de regeling is de regeling niet voor bestuurlijke reactie voorgelegd aan VSNU, Vereniging Hogescholen en NFU.

3. Uitvoerings- en handhaafbaarheidstoets

DUO acht de regeling uitvoerbaar en handhaafbaar.

4. Financiële gevolgen

De wijzigingen in deze regeling hebben geen gevolgen voor de Rijksbegroting. Wijziging vanwege de tweede suppletoire (ontwerp-) begroting 2017 kan op grond van artikel 2.5, vierde lid, van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek nog leiden tot nadere bepaling van de in deze regeling opgenomen bedragen en percentages.

5. Gevolgen administratieve lasten

De regeling heeft geen gevolgen voor administratieve lasten.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel I Wijziging van de Regeling financiën hoger onderwijs per 2017

A

Dit onderdeel betreft een technische correctie waarbij de term ‘het CRIHO’ wordt vervangen door de term ‘het basisregister onderwijs’. De term ‘basisregister onderwijs’ wordt ook gebruikt in artikel 4.3, zesde lid, van het Uitvoeringsbesluit WHW 2008 waarnaar dit artikel verwijst. Het CRIHO (Centraal Register Inschrijvingen Hoger Onderwijs) bestaat niet meer sinds 1 januari 2014. De CRIHO-gegevens zijn overgegaan naar het basisregister onderwijs.

B

Dit onderdeel betreft een aanpassing van de bedragen promoties en ontwerperscertificaten in artikel 4. De bedragen zijn verhoogd als gevolg van de wijziging van de omvang van het totale onderzoekdeel wo in de rijksbijdrage.

C

Dit onderdeel betreft de verhoging vanwege loon- en prijsbijstelling internationale uitgaven 2017 (HGIS) met 0,03523% van alle ‘bedragen onderwijsopslag universiteiten’ in bijlage 1. Daarnaast is er sprake van wijzigingen om de volgende redenen:

  • a. aan de onderwijsopslag van de Rijksuniversiteit Groningen is voor het jaar 2017 een bedrag van € 1.000.000 voor indexering toegevoegd zodat er gedurende vijf jaar twee senior post-docs aangesteld kunnen worden en hen de middelen verschaft kunnen worden om experimenteel chemisch-moleculair werk uit te voeren ten behoeve van onderzoek naar de oorsprong van moleculaire chiraliteit (brief van 29 augustus 2017 met kenmerk 1242013).

  • b. aan de onderwijsopslag van Universiteit Twente voor het jaar 2017 een bedrag van € 125.000 voor indexering toegevoegd voor het organiseren van een masterclass voor KTO-medewerkers (KTO staat voor Knowledge Transfer Offices). Doel van de masterclass is het verder professionaliseren van de KTO-medewerkers van de Nederlandse universiteiten en de Universitair Medisch Centra (brief van 4 oktober 2017 met kenmerk 1259451).

  • c. aan de onderwijsopslag van de Vrije Universiteit Amsterdam is voor het jaar 2017 een bedrag van € 50.455 voor indexering toegevoegd voor de bijdrage aan het opzetten van twee workshops ‘internationalisering van onderzoek’ voor Chinese universiteiten (brief van 1 juni 2017 met kenmerk 1200163).

D

Dit onderdeel betreft de aanpassing van bedragen opgenomen in bijlage 3 ‘bedragen onderwijsopslag hogescholen’. Onder de noemer bijzondere voorzieningen zijn in het kader van het programma Holland Scholarship de vanuit OCW beschikbare middelen voor deelnemende hogescholen voor inkomende en uitgaande beurzen aangepast op basis van gegevens van hogescholen over het aantal gerealiseerde inkomende en uitgaande beurzen (brief van 15 december 2014 met kenmerk 707380). De bijdrage voor het jaar 2017 voor alle deelnemende hogescholen gezamenlijk komt daarbij uit op € 1.082.655.

E

Dit onderdeel betreft de verhoging vanwege loon- en prijsbijstelling internationale uitgaven 2017 (HGIS) met 0,01974% van alle ‘bedragen voorziening onderzoek universiteiten’ in bijlage 5.

F

Dit onderdeel betreft een wijzigen in de bedragen ontwerp en ontwikkeling hogescholen voor Vilentum Hogeschool vanwege de loon- en prijsbijstelling voor vaste componenten die door het Ministerie van Economische Zaken is verwerkt.

Artikel II Inwerkingtreding

Deze wijzigingsregeling heeft betrekking op het begrotingsjaar 2017 en treedt daarom met terugwerkende kracht in werking per 1 januari 2017.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, M. Bussemaker

Naar boven