Besluit van de raad van bestuur van de kansspelautoriteit van 11 april 2017, kenmerk 01.008.616, inzake wijziging van de vergunning tot het organiseren van speelcasino’s en tot het aanwezig hebben en exploiteren van speelautomaten in speelcasino’s

De raad van bestuur van de kansspelautoriteit (hierna: de Kansspelautoriteit);

Gezien de transformatie van de vergunninghouder van een stichting in een naamloze vennootschap;

Gezien de wens de vergunningsvoorschriften te moderniseren;

Gelet op artikel 27i, eerste en derde lid, van de Wet op de kansspelen (hierna: de wet);

Besluit de Beschikking casinospelen 1996 als volgt te wijzigen:

ARTIKEL I

A

In artikel 1 worden de onderdelen b., d. en g. vervangen door:

  • b. de Minister: de Minister van Veiligheid en Justitie;

  • d. de vergunninghouder: de rechtspersoon aan welke in artikel 2 vergunning wordt verleend;

  • g. kansspelautomaat: kansspelautomaat zoals bedoeld in artikel 30, onder c, van de wet;

B

In artikel 2, eerste lid, aanhef, wordt ‘de stichting’ vervangen door: Holland Casino N.V., een naamloze vennootschap naar Nederlands recht gevestigd te Den Haag met KvK-nummer 68662289.

C

In artikel 2, eerste lid, onderdeel d, wordt ‘het aanwezig hebben’ vervangen door: ‘het aanwezig hebben en exploiteren’, en wordt ‘casino’s’ vervangen door ‘speelcasino’s’.

D

In artikel 2, eerste lid, onder b en c, en in de artikelen 3 tot en met 21 wordt ‘de stichting’ vervangen door: de vergunninghouder.

ARTIKEL II

A

Artikel 2, tweede lid wordt vervangen door:

2. Aan de vergunning worden de in artikel 3 tot en met 21 vervatte voorschriften verbonden. De vergunninghouder is verantwoordelijk voor de naleving ervan, zowel door hemzelf als door degenen die hij bij het organiseren van de speelcasino’s en het aanwezig hebben en exploiteren van kansspelautomaten in die speelcasino’s inschakelt, hetzij direct, hetzij indirect.

B

In artikel 3, eerste lid, wordt ‘de vergunningsvoorschriften, de statuten, het huisreglement en het spelreglement van de stichting in de speelcasino’s’ vervangen door: het huisreglement en het spelreglement.

ARTIKEL III

A

In artikel 1 wordt onderdeel c. vervangen door:

c. de Kansspelautoriteit: de raad van bestuur van de kansspelautoriteit bedoeld in artikel 33a van de wet;

B

In artikel 3, tweede lid, wordt ‘de Minister’ vervangen door ‘de Kansspelautoriteit’.

C

Artikel 3, derde en vierde lid, vervalt.

D

In artikel 3, vijfde lid, wordt ‘, in afschrift aan het college’ geschrapt.

E

In artikel 3, zesde lid, wordt ‘en in afschrift aan het college’ geschrapt.

F

In artikel 4, derde lid, wordt ‘aan de Minister, in afschrift aan het college’ vervangen door: aan de Kansspelautoriteit.

G

In artikel 4, vierde lid, wordt ‘aan de Minister en in afschrift aan het college’ vervangen door: aan de Kansspelautoriteit.

H

In artikel 4, vijfde en zesde lid, wordt ‘de Minister’ vervangen door: de Kansspelautoriteit.

I

In artikel 7, eerste lid, wordt ‘door de Minister aangewezen’ vervangen door: door de Minister krachtens artikel 5, derde lid, van het Kansspelenbesluit aangewezen’.

J

In artikel 7, derde lid, van de Beschikking casinospelen 1996 wordt ‘de Minister en het college’ vervangen door: de Kansspelautoriteit.

K

In artikel 8, negende lid, wordt ‘van het college’ vervangen door: van de Kansspelautoriteit.

L

In artikel 8, tiende lid, wordt ‘aan het college’ vervangen door: aan de Kansspelautoriteit.

ARTIKEL IV

A

In artikel 1 wordt na onderdeel i. twee onderdelen toegevoegd:

  • j. incidenten: alle situaties die het vertrouwen van de consument in de vergunde kansspelen kunnen schaden;

  • k. compliance officer: de functionaris als bedoeld in artikel 16, tweede lid, onder a.

B

Artikel 16 komt te luiden:

Artikel 16

  • 1. De vergunninghouder waarborgt via zijn organisatorische en administratieve procedures en maatregelen dat:

    • a. de toepasselijke wet- en regelgeving en de vergunningsvoorschriften nageleefd worden;

    • b. doelmatig en doeltreffend uitoefenen van toezicht hierop mogelijk is;

    • c. belangenverstrengeling en incidenten tegengegaan worden.

  • 2. De vergunninghouder heeft voor dat doel:

    • a. één interne en ter zake kundige functionaris die binnen zijn organisatie verantwoordelijk en beschikbaar is voor de uitvoering van het interne toezicht;

    • b. een afzonderlijke, overzichtelijke en doelmatige administratie van de afzonderlijke vergunde kansspelen.

ARTIKEL V

A

Artikel 17, tweede en derde lid, vervallen.

B

Artikel 19 komt te luiden:

Artikel 19

  • 1. De vergunninghouder zendt binnen een maand na afloop van elk kwartaal een verslag aan de Kansspelautoriteit met betrekking tot het financiële verloop en andere door de Kansspelautoriteit noodzakelijk geachte gegevens.

  • 2. De vergunninghouder zendt binnen vier maanden na afloop van elk kalenderjaar aan de Kansspelautoriteit:

    • a. een jaarrekening en een jaarverslag op die voldoen aan de eisen gesteld in Boek 2, Titel 9, van het Burgerlijk Wetboek;

    • b. de jaarlijkse rapportage van de onafhankelijke deskundige of keuringsinstelling.

  • 3. De vergunninghouder zorgt dat bovengenoemd kwartaalverslag, jaarrekening, jaarverslag, en onderzoeksverslag voldoen aan de voorschriften in bijlage A.

ARTIKEL VI

Artikel 20 komt te luiden:

Artikel 20

  • 1. De vergunninghouder waarborgt de kwaliteit van de vergunde kansspelen, met name met het oog op het voorkomen van incidenten.

  • 2. De vergunninghouder is in ieder geval verplicht:

    • a. te beschikken over procedures en maatregelen met betrekking tot de omgang met, en de vaststelling van, incidenten;

    • b. de Kansspelautoriteit onverwijld, maar in ieder geval binnen 72 uur, te informeren als zich een incident voordoet;

    • c. naar aanleiding van een incident maatregelen te nemen die zijn gericht op het beëindigen van het incident, het beperken van de schade en het voorkomen van herhaling, en de Kansspelautoriteit hierover onverwijld te informeren.

ARTIKEL VII

Artikel 21 komt te luiden:

Artikel 21

De vergunninghouder informeert de Kansspelautoriteit onverwijld over wijzigingen van:

  • a. het spelreglement en het huisreglement;

  • b. personen die zijn beleid bepalen of mede bepalen;

  • c. zijn uiteindelijke belanghebbende(n);

  • d. de binnen zijn organisatie werkzame compliance officer.

ARTIKEL VIII

De volgende artikelen, leden en onderdelen vervallen:

  • artikel 8, elfde lid;

  • artikel 9, tweede lid;

  • artikel 13, eerste lid, onder e;

  • artikel 15.

ARTIKEL IX

Dit besluit treedt in werking met ingang van 11 april 2017.

De raad van bestuur van de kansspelautoriteit, de directeur, namens deze, R.E. Heijungs Hoofd afdeling Toezicht & Consument

Bezwaar

U kunt tegen deze beslissing bezwaar maken door een gemotiveerd bezwaarschrift in te dienen binnen zes weken na de bekendmaking van deze beslissing. U kunt uw bezwaarschrift sturen naar het volgende adres:

Kansspelautoriteit

Afdeling Juridische Zaken

Postbus 298

2501 CG Den Haag

U kunt uw bezwaarschrift ook door uw gemachtigde laten indienen. Als de gemachtigde geen advocaat is, moet u een machtiging bijvoegen bij uw bezwaarschrift.

Zorg ervoor dat uw bezwaarschrift in elk geval het volgende bevat:

  • Uw naam en adres;

  • De datum waarop u het bezwaarschrift schrijft;

  • Een kopie van de beslissing;

  • De gronden van uw bezwaar;

  • Uw handtekening of de handtekening van uw gemachtigde

Voor meer informatie kunt u op rijksoverheid.nl de brochure ‘Bezwaar en beroep tegen een beslissing van de overheid’ downloaden.

TOELICHTING

Inleiding

De Beschikking casinospelen 1996 is een gevoegde vergunning: het is zowel de vergunning tot het organiseren van speelcasino’s (zoals bedoeld in artikel 27h van de wet) als de vergunning tot het aanwezig hebben en exploiteren van speelautomaten in speelcasino’s (zoals bedoeld in artikel 30z van de wet). Deze vergunning is, net als haar voorgangers, altijd in handen geweest van de Stichting tot Exploitatie van Casinospelen in Nederland (handelend onder de naam ‘Holland Casino’). De bevoegdheden ten aanzien van de vergunning berustten oorspronkelijk bij de Minister van Financiën, maar zijn inmiddels via de Minister van Veiligheid en Justitie overgegaan op de raad van bestuur van de kansspelautoriteit (hierna: de Kansspelautoriteit).

De concrete aanleiding voor deze wijziging is de transformatie van Holland Casino van een stichting in een naamloze vennootschap. Voor een meer gedetailleerde uiteenzetting wordt verwezen naar de onderstaande toelichting bij artikel I.

Deze gelegenheid wordt tevens gebruikt om de casinovergunning enigszins te moderniseren. volgens twee lijnen:

  • De Beschikking casinospelen 1996 dateert van 19 december 1997, maar delen ervan zijn overgenomen uit de voorgangers: de Beschikking casinospelen 1996 van 19961 en de Beschikking casinospelen van 12 juni 1988. Het is dus een oude tekst, met enig achterstallig onderhoud. Zo zijn de opheffing van de dienst IJkwezen in 1996 en het College van toezicht op de kansspelen in 2012 nog niet in de vergunning verwerkt. Daarnaast bevat de tekst enige onjuistheden en onduidelijkheden. Voor een meer gedetailleerde uiteenzetting wordt verwezen naar de onderstaande toelichting bij artikel II, III, en VIII.

  • In de tweede helft van 2016 heeft de Kansspelautoriteit de modelvergunning voor niet-incidentele loterijen en de vergunningen voor de instantloterij, de sportprijsvragen, de totalisator, en de lotto herzien. Deze vergunningen (hierna: de vergunningen-nieuwe stijl) hebben allerlei voorschriften gemeenschappelijk. De Kansspelautoriteit streeft ernaar elementen van de vergunningen-nieuwe stijl ook in te voeren in vergelijkbare vergunningen, zoals die voor de casinospelen en de staatsloterij. Voor een meer gedetailleerde uiteenzetting wordt verwezen naar de onderstaande toelichting bij artikel IV tot en met VII.

ARTIKEL I

Artikel I betreft de transformatie van Holland Casino van een stichting in een naamloze vennootschap.

De transformatie is onderdeel van de modernisering van het casinobeleid zoals uiteengezet in de Beleidsvisie herinrichting speelcasinoregime van 11 juli 20142 en de brief van de Staatssecretaris van Financiën aan de Tweede Kamer van 11 mei 20163. De modernisering van het casinobeleid vindt plaats via het wetsvoorstel tot wijziging van de Wet op de kansspelen in verband met de modernisering van het speelcasinoregime4.

De transformatie is beschreven in de brief van de Staatssecretaris van Financiën aan de Tweede Kamer van 11 mei 20165:

[In het bovengenoemde wetsvoorstel is] voorzien dat vergunningen slechts worden verleend aan kapitaalvennootschappen. Daarmee is een wijziging naar een kapitaalvennootschap voor Holland Casino een vereiste om die beleidsvoornemens voort te kunnen zetten. Holland Casino zal worden getransformeerd tot een naamloze vennootschap, waarbij de staat rechtstreeks de uitstaande aandelen in de naamloze vennootschap zal gaan houden. Bijkomend voordeel daarvan is dat de staat de aandelen kan overdragen aan een andere partij. Daarmee maakt de transformatie een privatisering mogelijk.

Technische uitwerking transformatie

De transformatie zal plaatsvinden door middel van een afsplitsing van het hele vermogen van de stichting (alle activa en passiva) naar de nieuw op te richten NV. De stichting verkrijgt hiervoor in de plaats aandelen in de nieuw opgerichte NV en de stichting wordt daardoor 100% aandeelhouder van de NV. Op dat moment is de staat nog geen aandeelhouder. De stichting wordt vervolgens geliquideerd, waarbij de aandelen ten titel van liquidatie-uitkering worden overgedragen aan de staat. Hierdoor wordt de staat aandeelhouder van Holland Casino.

Nu alle bedrijfsactiviteiten met betrekking tot het organiseren van speelcasino’s en het aanwezig hebben en exploiteren van speelautomaten daarin overgaan van de stichting naar de naamloze vennootschap, is een wijziging van de tenaamstelling van de vergunning noodzakelijk. Onderdeel B wijzigt hiertoe artikel 2, eerste lid.

Van deze gelegenheid wordt tevens gebruik gemaakt om enige technische en tekstuele wijzigingen met betrekking tot dat artikellid door te voeren:

  • De houder van de vergunning niet langer aangeduid als ‘de stichting’, maar als ‘de vergunninghouder’ (onderdelen A en D).

  • De definitie van ‘kansspelautomaat’ wordt aangepast om aan te sluiten bij de wettelijke definitie van een kansspelautomaat in artikel 30 van de wet.

  • De tekst van artikel 2 met betrekking tot aanwezig hebben en exploiteren van speelautomaten wordt aangepast om beter aan te sluiten bij de tekst van artikel 30z, eerste lid, van de wet.

  • De term ‘casino’ wordt vervangen door ‘speelcasino’ om beter aan te sluiten bij terminologie van de wet (waaronder de definitie in artikel 27g, tweede lid, van de wet) en om verwarring te voorkomen. De term ‘casino’ wordt in het dagelijkse spraakgebruik immers gebruikt voor zowel speelcasino’s, als speelautomatenhallen.

ARTIKEL II

Artikel II strekt tot het simpeler en duidelijk maken van de situatie met betrekking tot het verbinden van voorschriften aan de vergunning. Dit is in de huidige tekst tamelijk gefragmenteerd en onduidelijk.

  • De voorschriften worden op dit moment aan de vergunning verbonden in artikel 2, tweede lid, maar dat de vergunninghouder verplicht is om zich er aan te houden staat in artikel 3, eerste lid. Dit is een cirkelredenering want artikel 3, eerste lid, is zelf een vergunningsvoorschrift op basis van artikel 2, tweede lid.

  • Artikel 3, eerste lid, verplicht de vergunninghouder zich in te spannen voor het in acht nemen van vergunningsvoorschriften, statuten, en reglementen. Artikel 16, tweede lid, verplicht, verplicht de vergunninghouder alle noodzakelijke maatregelen te nemen ten behoeve van de naleving van de vergunningsvoorschriften en reglementen. Sommige artikelen bevatten weer andere formuleringen voor bepaalde voorschriften, zoals artikel 13, derde lid: ‘ziet toe op de naleving’. De onderlinge relatie hiertussen is niet duidelijk.

  • De artikelen 22, 23, en 24 gelden als vergunningsvoorschrift, maar kunnen dat naar hun aard niet zijn. De vergunninghouder kan immers geen overgangsrecht vaststellen, beschikkingen intrekken of dingen in de Staatscourant zetten.

Aan deze fragmentatie en onduidelijkheid wordt een einde gemaakt met een nieuw artikel 2, tweede lid, dat ontleend is aan de formulering die gebruikt wordt voor de andere grote vergunningen (onderdeel A). Die stelt duidelijk dat de vergunninghouder verantwoordelijk is voor de naleving van de voorschriften. Dit geldt niet alleen voor hemzelf, maar ook door derden die hij inschakelt (ketenbeding).

Onderdeel B schrapt enige overbodige zinsdelen. Dat de vergunninghouder zich aan de voorschriften moet houden staat nu in artikel 2, en dat hij zich zijn statuten moet houden vloeit voort uit het burgerlijk recht.

ARTIKEL III

Artikel III strekt ertoe de rolverdeling van de Minister van Veiligheid en Justitie, de Minister van Financiën, de Kansspelautoriteit, en het College van toezicht op de kansspelen (hierna: het College) in de vergunning te wijzigen. De wijzigingen komen voort uit:

  • het inwerking treden van Wet van 22 december 2011 tot wijziging van de Wet op de kansspelen in verband met de instelling van de kansspelautoriteit (Stb. 2012, 11) op 1 april 2012.

  • het beheer van de staatsdeelneming door de Minister van Financiën, die overgaat van aansturing van de stichting naar aandeelhouderschap van de naamloze vennootschap.

  • De wijzigingen volgen drie hoofdlijnen:

  • alle rollen van het College vervallen of worden overgenomen door de Kansspelautoriteit (onderdelen D, E, F, I, K, en L);

  • alle rollen van de Minister van Financiën vervallen, nu zijn rol als verantwoordelijke voor de staatsdeelnemingen wordt ingevuld via zijn aandeelhouderschap (onderdeel C).

  • alle rollen van de Minister van Veiligheid en Justitie worden overgenomen door de Kansspelautoriteit (onderdelen B, C, F,G, H, I, en J), behalve die welke samenhangen met wet- en regelgeving.

  • De met wet- en regelgeving samenhangende rollen zijn er twee:

  • de rol van de Minister van Veiligheid en Justitie met betrekking tot nevenactiviteiten (artikel 3, vijfde en zesde lid) blijft vooralsnog onveranderd, teneinde een soepele overgang op dit terrein van het huidige casinoregime naar het toekomstige casinoregime te bewerkstelligen;

  • de aanwijzing van deskundigen of keuringsinstellingen voor de keuring van de mechanische, elektrische of elektronische processen die gebezigd worden in de speelcasino’s (onderdeel G) verwijst naar de krachtens artikel 5, derde lid, van het Kansspelenbesluit door de Minister van Veiligheid en Justitie aangewezen deskundigen of keuringsinstellingen.

ARTIKEL IV

Artikel IV strekt tot het uitbreiden van de administratie- en procedurevoorschriften.

De vergunningen-nieuwe stijl kennen alle een zgn. ‘voorschrift F.1’ met betrekking tot de administratie en procedures van de vergunninghouder. Dit voorschrift gaan verder dan het huidige artikel 16 van de casinovergunning, met name waar het gaat om de compliance officer. Om de casinovergunning in lijn te brengen met de vergunningen-nieuwe stijl wordt artikel 16 vervangen door een nieuw artikel dat gebaseerd is op voorschrift F.1.

Dit nieuwe artikel is een voorbeeld van principle-based regels. De eerste zin bevat een doelvoorschrift (dat teruggaat op de Beleidsregels), de tweede zin een middelvoorschrift met twee maatregelen die de vergunninghouder in ieder geval moet nemen:

  • De ene maatregel betreft de administratie en is ruwweg vergelijkbaar met het huidige artikel 16, eerste lid. Het dubbele gebruik van de term ‘afzonderlijk’ dient om aan te geven dat de administratie onderscheid moet maken tussen de verschillende vergunde kansspelen en tevens afgescheiden moet zijn van andere activiteiten, zoals bijvoorbeeld horeca.

  • De andere maatregel is nieuw en betreft de compliance officer. Hieronder wordt een functionaris verstaan die onder rechtstreeks toezicht en aansturing van de vergunninghouder staat en die binnen de organisatie van de vergunninghouder over bevoegdheden beschikt die noodzakelijk zijn voor het uitoefenen van deze functie.

ARTIKEL V

Artikel V strekt ertoe alle periodieke rapportageverplichtingen te concentreren en te harmoniseren. Hiertoe worden de rapportagevoorschriften van het huidige artikel 17, tweede en derde lid, en artikel 19 samengevoegd tot één rapportagevoorschrift dat ontleend is aan voorschrift F.5 van de vergunningen-nieuwe stijl. Dit kent slechts twee soorten rapportage:

  • Het eerste lid regelt de kwartaalrapportage (binnen een maand na afloop van het kalenderkwartaal), en is vergelijkbaar met het huidige artikel 17, tweede lid.

  • Het tweede lid regelt de jaarrapportage (binnen vier maanden na afloop van het kalenderjaar); deze rapportage heeft niet alleen betrekking op de financiële gegevens, maar ook op andere gegevens, zoals rapportage met betrekking tot de keuring door de onafhankelijke deskundige of keuringsinstelling.

ARTIKEL VI

Artikel VII strekt tot het introduceren van voorschriften met betrekking tot incidenten.

De vergunningen-nieuwe stijl bevatten alle een zgn. ‘voorschrift F.2’ met betrekking tot het omgaan met, en het melden van, incidenten. Dit voorschrift heeft geen equivalent in de huidige casinovergunning, terwijl het voor casino’s even relevant is als voor loterijen en weddenschappen. Daarom wordt dit voorschrift wordt nu toegevoegd in de vorm van een nieuw artikel 20. Het oude artikel 20 kan vervallen, want het is niet langer nodig in verband met de herschikking van rollen (zie de toelichting bij artikel III).

Het nieuwe artikel 20 regelt het omgaan met en het melden van incidenten, en sluit aan op voorschriften uit de financiële markt met betrekking tot het toezicht op financiële instellingen6. Incidenten moeten gemeld worden zodra deze bekend zijn geworden bij de vergunninghouder. Daarbij dient niet eerst eigen onderzoek of strafrechtelijk onderzoek te worden afgewacht. Leidraad voor de meldingsplicht van incidenten aan de Kansspelautoriteit zijn de eigen interne escalatieprocedures van de vergunninghouder: zodra een voorval meldenswaardig is voor de eigen raad van bestuur of raad van commissarissen, is het ook relevant voor de Kansspelautoriteit.

Uit het bovenstaande volgt dat niet alles wat in het dagelijkse spraakgebruik een incident genoemd wordt ook een meldenswaardig incident in de zin van artikel 20 is. Het is immers eigen aan het casinobedrijf dat er relatief grote aantallen relatief kleine onregelmatigheden plaatsvinden, zoals dronkenschap, ruzies en andere ordeverstoringen. Een casino is in dit opzicht vergelijkbaar met bijvoorbeeld een grote horeca-inrichting. Dergelijke gebeurtenissen beïnvloeden het vertrouwen in de kansspelen alleen in uitzonderlijke gevallen, en zijn dus zelden meldenswaardige incidenten. Zij horen thuis in de kwartaalrapportages, conform de huidige praktijk.

Niet-limitatieve voorbeelden van meldenswaardige incidenten zijn bijvoorbeeld:

  • (vermeende) fraude;

  • betrokkenheid van de vergunninghouder bij onderzoek van het Openbaar Ministerie, bijvoorbeeld in verband met witwassen van geld, verduistering of oplichting;

  • ontslag van directeur of senior manager wegens misbruik van positie of vanwege ongewenste vermenging van zakelijke en privébelangen;

  • (verwachte) berichtgeving in de media over betrokkenheid van de vergunninghouder of medewerkers bij vermoedelijke strafbare feiten of andere wetsovertredingen;

  • incidenten met betrekking tot beveiliging van netwerken en apparatuur, die leiden tot een aanmerkelijke kans op nadelige gevolgen voor de bescherming van (persoons)gegevens die door (of namens) de vergunninghouder worden verwerkt. Dit komt in de praktijk neer op het informeren van de Kansspelautoriteit over incidenten waarvoor in de toekomst bij incidenten m.b.t. persoonsgegevens ook (gelijktijdig) melding moet worden gedaan bij de Autoriteit Persoonsgegevens;

  • incidenten met betrekking tot aansprakelijkstelling door derden (waaronder uitdrukkelijk begrepen: consumenten) waarvan de uitkomsten van deze aansprakelijkstelling gevolgen kunnen hebben voor de reputatie van de vergunninghouder of voor diens bedrijfsresultaat.

  • De meldingsplicht bepaalt dat alle incidenten ‘onverwijld, maar in ieder geval binnen 72 uur’ gemeld moeten worden. Hieronder wordt verstaan dat de vergunninghouder enige tijd mag nemen voor nader onderzoek (bijv. om een onnodige melding te voorkomen), maar dat geen onnodige vertraging mag ontstaan in de melding, en dat deze nooit later dan 72 uur na kennisname van de meldingsplichtige gebeurtenis plaatsvindt. Een onvolledige melding kan naderhand natuurlijk nog aangevuld worden. De termijn van 72 uur is afgeleid van vergelijkbare meldingstermijnen uit het financieel toezicht en de gegevensbescherming, zoals deze gehanteerd worden door de Autoriteit Financiële Markten en de Autoriteit Persoonsgegevens7.

ARTIKEL VII

Artikel VII strekt tot het introduceren van voorschriften met betrekking tot verplichte meldingen.

De vergunningen-nieuwe stijl bevatten alle een zgn. ‘voorschrift F.6’ met betrekking tot het melden van bepaalde gebeurtenissen, anders dan de bovengenoemde melding van incidenten. Dit voorschrift heeft geen equivalent in de huidige casinovergunning, terwijl het voor casino’s even relevant is als voor loterijen en weddenschappen. Daarom wordt dit voorschrift wordt nu toegevoegd in de vorm van een nieuw artikel 21. Het oude artikel 21 kan vervallen, want het is niet langer nodig na de oprichting van de Kansspelautoriteit die bij wet bepaalde toezichtsbevoegdheden heeft gekregen.

Het nieuwe artikel 21 bevat de voorschriften met betrekking tot het verplichte melden van bepaalde gebeurtenissen, namelijk:

  • wijzigingen van bepaalde documenten, namelijk het deelnemersreglement en het huisreglement;

  • wijzigingen van de beleidsbepalers en uiteindelijk belanghebbenden, en van de compliance officer. De meldingsplicht geldt in beginsel alleen als een nieuw persoon aantreedt, niet als de oude vertrekt. Het is, afhankelijk van de omstandigheden, echter mogelijk dat het vertrek van een persoon gemeld moet worden als incident onder artikel 20.

ARTIKEL VIII

De onderhavige wijziging van de casinovergunning laat een aantal verouderde bepalingen vervallen. Sommige hiervan zijn hierboven reeds aan de orde gekomen (zoals de artikelen 20 en 21). Andere, die niet samenhangen met een reeds behandeld onderwerp worden geschrapt in dit artikel VIII:

  • Artikel 8, elfde lid, reguleert cashless play via chipkaarten. Deze bepaling heeft geen toegevoegde waarde meer nu Holland Casino is overgegaan op een andere vorm van cashless play, namelijk de in het twaalfde lid gereguleerde TITO-tickets.

  • Artikel 9, lid 2, betreft een in wezen civielrechtelijke regel tussen Holland Casino en de klanten. De Kansspelautoriteit is op dit punt niet bevoegd.

  • Artikel 13, eerste lid, onder e, verwijst naar twee beschikkingen waarin een niet meer bestaande Rijksdienst (de dienst IJkwezen hield in 1997 op te bestaan) wordt aangewezen op basis van ook niet meer bestaande bevoegdheden (artikel 27w van de wet is vervallen per 01-01-1996 en artikel 17a van het Speelautomatenbesluit per 01-06-2000.

  • Artikel 15 reguleert het beleid van Holland Casino ten aanzien van werving, reclame, en verslavingspreventie. In 2013 is de wet- en regelgeving op deze terreinen aanzienlijk uitgebreid, met de komst van artikel 4a van de wet, het daarop gebaseerde Besluit werving, reclame, en verslavingspreventie en de daar weer op gebaseerde Regeling werving, reclame, en verslavingspreventie. Deze wet- en regelgeving is (veel) uitgebreider en specifieker dan het tamelijk algemene artikel 15, dat hierdoor geen toegevoegde waarde meer heeft.


X Noot
1

Er zijn dus twee Beschikkingen casinospelen 1996, van verschillende datum en met verschillende inhoud maar met dezelfde citeertitel. Dit verklaart ook waarom artikel 23 van de Beschikking casinospelen 1996 (uit 1997) de Beschikking casinospelen 1996 (uit 1996) intrekt.

X Noot
2

Kamerstukken II, 24 557, nr.135.

X Noot
3

Kamerstukken II, 24 557, nr 139.

X Noot
4

Kamerstukken II, 34 471, nr. 2.

X Noot
5

Kamerstukken II, 34 576, nr. A/1.

X Noot
6

Met name artikel 19a van het Besluit financieel toetsingskader.

X Noot
7

Deze termijnen gaan weer terug op EU-instrumenten, met name artikel 19 Verordening marktmisbruik (596/2014) en de Verordening gegevensbescherming (679/2016).

Naar boven