Regeling van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van 28 november 2016, nummer 2014207, tot wijziging van de Regeling toelating en uitzetting BES (zesde wijziging)

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie,

Gelet op de artikelen 2b, eerste lid, en 7, derde lid, van de Wet toelating en uitzetting BES;

Besluit:

ARTIKEL I

De Regeling toelating en uitzetting BES wordt als volgt gewijzigd:

A

In hoofdstuk 2 wordt onder vernummering van artikel 2.1 tot artikel 2.2 een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 2.1

Terzake van de afdoening van een aanvraag tot het verlenen of wijzigen van een terugkeervisum is de vreemdeling een bedrag van USD 26 verschuldigd.

B

In artikel 4.1 wordt de tarieftabel vervangen door:

I. Verblijfsdoel	II. Verlening of wijziging	III. Verlenging
a. ‘gezinshereniging of gezinsvorming’	USD 597	USD 174
b. ‘verblijf ter adoptie of als pleegkind’	USD 41	USD 41
c. ‘het verrichten van arbeid in loondienst’	USD 420	USD 280
d. ‘het verrichten van arbeid als zelfstandige’	USD 973	USD 280
e. ‘voortgezet verblijf’	USD 174	USD 174
f. ‘verblijf als gepensioneerde of rentenier’	USD 661	USD 280
g. ‘wedertoelating’	USD 740	USD 280
h. ‘het volgen van studie’	USD 312	USD 118
i. ‘verblijf als stagiair’	USD 584	niet van toepassing
j. ‘verblijf als praktikant’	USD 584	niet van toepassing
k. ‘vervolging van mensenhandel’	USD 0	USD 0
l. ‘verblijf als investeerder’	USD 661	USD 280
m. ‘verblijf als vrijwilliger’	USD 661	USD 280

C

In artikel 4.5 wordt het bedrag van USD 284 vervangen door: USD 289.

D

In de artikelen 4.5 en 4.7 wordt het bedrag van USD 40 telkens vervangen door: USD 41.

E

In artikel 4.6 wordt het bedrag van USD 132 vervangen door: USD 134.

F

In artikel 4.7 wordt het bedrag van USD 119 vervangen door: USD 121.

ARTIKEL II

1. Voor de periode van 10 oktober 2010 tot en met 31 december 2015 is het verschuldigde bedrag, bedoeld in artikel 2.1, € 34.

2. Voor de periode van 1 januari 2016 tot en met 31 december 2016 is het verschuldigde bedrag, bedoeld in artikel 2.1, € 28.

ARTIKEL III

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2017, met dien verstande dat artikel I, onderdeel A, terugwerkt tot en met 10 oktober 2010.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 28 november 2016

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, K.H.D.M. Dijkhoff

TOELICHTING

Deze regeling tot wijziging van de Regeling toelating en uitzetting BES bevat de jaarlijkse indexering van de legestarieven.

Ingevolge artikel 7, derde lid, van de Wet is de vreemdeling in door de minister van Veiligheid en Justitie te bepalen gevallen en volgens de door de minister van Veiligheid en Justitie te bepalen regels, leges verschuldigd ter zake van de afdoening van een aanvraag tot het verlenen, verlengen van de geldigheidsduur en wijzigen van de verblijfsvergunning voor bepaalde tijd en de verblijfsvergunning voor onbepaalde tijd. Daarnaast voorziet het artikel 7, derde lid, in de mogelijkheid tot legesheffing ter zake van de afgifte van een document waaruit de verblijfspositie blijkt, inbegrepen een verklaring inzake toelating van rechtswege.

De legesbedragen BES worden jaarlijks op 1 januari geïndexeerd en volgen hiermee de hoogte van de indexatie van de leges in Europees Nederland. Sedert de invoering van de legestarieven in Caribisch Nederland in 2010 zijn de legestarieven hierbij – wegens de verschillen in koopkracht – vastgesteld op 66% van de legestarieven in Europees Nederland. Ook voor de BES legescategorieën (bijv. gezinshereniging, arbeid en studie) die sinds de vierde wijzing van de Regeling toelating en uitzetting BES van 10 september 2015 (zie Stcrt. 2015, 679033), niet meer gelijk lopen met de Nederlandse legestarieven vindt op dezelfde wijze indexering plaats. Hierbij wordt het geldende dollarbedrag voor de betreffende categorie eerst omgezet in het toentertijd hiermee corresponderende eurobedrag, waarbij rekening wordt gehouden met het voornoemde percentage van 66%, waarna indexatie plaatsvindt aan de hand van het vastgestelde indexcijfer.

De leges zijn geïndexeerd op basis van het indexcijfer van de cao-lonen zoals berekend door het CBS (1,8%), conform de handelwijze bij de indexering van de leges die geheven worden in het kader van de Rijkswet op het Nederlanderschap. Voor een nadere toelichting over het indexeringscijfer wordt verwezen naar de toelichting bij de Beschikking wijzigingspercentage optie- en naturalisatiegelden 2017 (Stcrt. 2016, 46737).

De legestarieven in Caribisch Nederland houden verband met de legestarieven in Europees Nederland (zie Stcrt. 2014, 33256). De toegepaste dollarkoers is de administratieve koers van 1 juli 2016.

In artikel 2.1 is voorts een legestarief voor de afdoening van een aanvraag tot het verlenen of wijzigen van een terugkeervisum opgenomen. Omdat de betreffende leges al met ingang van 10 oktober 2010 zijn geheven en geïnd, is aan die bepaling terugwerkende kracht verleend. Daarbij is rekening gehouden met de opvolgende verlagingen van het betreffende tarief ingaande 1 januari 2016 en 1 januari 2017.

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, K.H.D.M. Dijkhoff