De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
Gelet op Richtlijn 2006/86/EG van de Commissie van 24 oktober 2006 ter uitvoering
van Richtlijn 2004/23/EG van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de traceerbaarheidsvereisten,
de melding van ernstige bijwerkingen en ernstige ongewenste voorvallen en bepaalde
technische voorschriften voor het coderen, bewerken, preserveren, bewaren en distribueren
van menselijke weefsels en cellen (PB L 294), Richtlijn 2015/566/EU van de Commissie
van 8 april 2015 tot uitvoering van Richtlijn 2004/23/EG aangaande de procedures om
na te gaan of er sprake is van gelijkwaardige kwaliteits- en veiligheidsnormen voor
ingevoerde weefsels en cellen (PbEU 2015, L 93), artikel 9, vierde lid, van de Wet
veiligheid en kwaliteit lichaamsmateriaal, en de artikelen 3.7, tweede lid, en 7a.8
van het Eisenbesluit lichaamsmateriaal 2006;
Besluit:
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
E.I. Schippers
TOELICHTING
Deze regeling strekt tot implementatie van de richtlijnen nr. 2015/565/EU van de Commissie
van 8 april 2015 tot wijziging van richtlijn 2006/86/EG wat bepaalde technische voorschriften
voor het coderen van menselijke weefsels en cellen betreft (PbEU 2015, L 93) (hierna:
richtlijn 2015/565/EU) en richtlijn nr. 2015/566/EU van de Commissie van 8 april 2015
tot uitvoering van richtlijn 2004/23/EG aangaande de procedures om na te gaan of er
sprake is van gelijkwaardige kwaliteits- en veiligheidsnormen voor ingevoerde weefsels
en cellen (PbEU 2015, L 93) (hierna: richtlijn 2015/566/EU). De implementatie van
deze richtlijnen moet uiterlijk op 29 oktober 2016 gerealiseerd zijn.
In de gezondheidszorg wordt gedoneerd lichaamsmateriaal gebruikt voor de behandeling
van diverse aandoeningen. Voorbeelden daarvan zijn huid (voor de behandeling van brandwonden)
en hoornvlies (voor de behandeling van vertroebeld hoornvlies). De Wet veiligheid
en kwaliteit lichaamsmateriaal (hierna: Wvkl) regelt dat de veiligheid en kwaliteit
van het op de mens toegepaste lichaamsmateriaal gewaarborgd is. De eisen hiervoor
zijn gebaseerd op enkele Europese richtlijnen.1 De Europese Commissie heeft de bepalingen hierin ten aanzien codering en import van
lichaamsmateriaal nu nader uitgewerkt in twee nieuwe richtlijnen. De bepalingen van
deze nieuwe richtlijnen dienen te worden omgezet in de Nederlandse wetgeving, i.c.
het Eisenbesluit lichaamsmateriaal 2006 (hierna: het Eisenbesluit)2 en de nu voorliggende Regeling veiligheid en kwaliteit lichaamsmateriaal, waarin
meer technische bepalingen zijn opgenomen.
Met het oog op de duidelijkheid en de eenvoud van regelgeving is ervoor gekozen om
de bepalingen op het terrein van weefsels en cellen zoveel mogelijk te bundelen in
één ministeriële regeling met als opschrift de Regeling veiligheid en kwaliteit lichaamsmateriaal.
De reeds bestaande Regeling voorschriften erkenning Wvkl wordt daarom ingetrokken,
terwijl de daarin opgenomen voorschriften zijn opgenomen in de nieuwe Regeling veiligheid
en kwaliteit lichaamsmateriaal. Om de toegankelijkheid van de regeling te waarborgen
is ervoor gekozen om de regeling in te delen in paragrafen die achtereenvolgens gewijd
zijn aan algemene bepalingen, de voorwaarden voor erkenning en aanwijzing, bepalingen
over codering en overige bepalingen.
Artikel 1.1 voorziet in een aantal nieuwe definities die voornamelijk afkomstig zijn
uit richtlijn 2015/565/EU over de codering van weefsels en cellen. Paragraaf 2 bevat
voorschriften over de erkenning en aanwijzing van weefselinstellingen. Artikel 2.1
bevat geen nieuwe voorschriften maar is afkomstig uit de Regeling voorschriften erkenning
Wvkl. Artikel 2.2 is daarentegen wel nieuw en vormt de implementatie van de artikelen
3, tweede lid, eerste volzin, en 5, eerste lid, onderdelen a en b. Paragraaf 3 bevat
meer technische bepalingen over de codering van weefsels en cellen. Artikel 4.1 voorziet
in de intrekking van de Regeling voorschriften erkenning Wvkl omdat, zoals hierboven
reeds werd genoemd, de voorschriften uit die regeling zullen worden opgenomen in de
nu voorliggende Regeling veiligheid en kwaliteit lichaamsmateriaal. Die citeertitel
blijkt uit artikel 4.2. De inwerkingtredingsbepaling, die is opgenomen in artikel
4.3, voorziet in de inwerkingtreding van de regeling met ingang van 29 april 2017.
Daarmee wordt aangesloten bij de richtlijnen 2015/565/EU en 2015/566/EU, die beide
met ingang van 29 april 2017 moeten worden toegepast. De reeds genoemde wijziging
van het Eisenbesluit, waar een deel van de implementatie is opgenomen zal op hetzelfde
moment in werking treden.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
E.I. Schippers