Regeling van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 21 september 2016, nr. WJZ/16130827, tot wijziging van de Regeling uitvoering GMO groenten en fruit

De Staatssecretaris van Economische Zaken,

Gelet op:

artikelen 32 tot en met 36 van Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 tot vaststelling van een gemeenschappelijke ordening van de markten voor landbouwproducten en tot intrekking van de Verordeningen (EEG) nr. 922/72, (EEG) nr. 234/79, (EG) nr. 1037/2001 en (EG) nr. 1234/2007 van de Raad (Pb L 347);

artikelen 50 tot en met 90, 96 tot en met 110, 113 tot en met 115, 117 tot en met 127 en 143 tot en met 148 van Verordening (EU) nr. 543/2011 van de Commissie van 7 juni 2011 tot vaststelling van nadere bepalingen voor de toepassing van Verordening (EG) nr. 1234/2007 van de Raad, wat de sectoren groenten en fruit en verwerkte groenten en fruit betreft (PBEU L 157);

artikelen 13, eerste lid, onderdeel b, 15 en 19, eerste lid, van de Landbouwwet;

Besluit:

ARTIKEL I

De Regeling uitvoering GMO groenten en fruit wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 47, vierde lid, komt te luiden:

  • 4. In afwijking van het eerste lid, onderdeel d, onder 3° geldt het vereiste dat een project een vernieuwend karakter moet hebben niet voor:

    • a. maatregelen als bedoeld in artikel 19, onderdeel g, onder vi en vii, van verordening (EU) nr. 543/2011, en

    • b. het jaar 2017 voor activiteiten die subsidiabel zijn op grond van de artikelen 128 tot en met 131.

B

In artikel 255 vervalt het tweede lid onder vernummering van het derde tot het tweede lid.

C

Artikel 264 vervalt.

D

Artikel 268 komt te luiden:

Artikel 268

Voor de uitgaven, bedoeld in artikel 266 en 267, eerste lid, geldt een forfaitair tarief van:

Uitvoeringsjaar

Forfaitair tarief

2017

40%

2018

40%

2019

20%

2020

20%

E

In artikel 285a, tweede lid, wordt ‘in het jaar 2015 in voor 16 oktober 2015’ vervangen door: in het jaar 2016 in voor 17 oktober 2016.

F

In artikel 286, vierde lid, wordt ‘in het jaar 2015 in voor 16 oktober 2015’ vervangen door: in het jaar 2016 in voor 17 oktober 2016.

G

Na artikel 287 wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 287a

  • 1. Het toevoegen van een activiteit aan een operationeel programma dat is goedgekeurd onder de regeling zoals deze gold voor 1 januari 2017 door middel van een wijzigingsverzoek grond van artikel 65 of artikel 66 van verordening 543/2011 dat is ingediend na 1 juli 2016 is toegestaan:

    • a. indien de activiteit subsidiabel is op grond van de regeling zoals deze geldt vanaf 1 januari 2017, en

    • b. onder de voorwaarden die hoofdstuk 3 en 4 van deel 4 van de regeling aan deze activiteit stelt vanaf 1 januari 2017.

  • 2. Het toevoegen van een maatregel als bedoeld in artikel 19, eerste lid, van verordening 543/2011 of een doel als bedoeld in artikel 33, eerste lid, of 152, eerste lid, onder c, van verordening 1308/2013 aan een operationeel programma dat is goedgekeurd onder de regeling zoals deze gold voor 1 januari 2017 door middel van een wijzigingsverzoek op grond van artikel 65 of artikel 66 van verordening 543/2011 dat is ingediend na 1 juli 2016 is toegestaan:

    • a. indien de activiteit subsidiabel is op grond van de regeling zoals deze geldt vanaf 1 januari 2017, en

    • b. onder de voorwaarden die hoofdstuk 3 en 4 van deel 4 van de regeling aan deze activiteit stelt vanaf 1 januari 2017.

  • 3. Het eerste en tweede lid gelden niet indien:

    • a. de verzoeken tot wijziging strekken tot het toevoegen van investeringen in duurzame productiemiddelen aan een operationeel programma, en

    • b. deze investeringen niet subsidiabel zijn onder de regeling zoals deze geldt vanaf 1 januari 2017.

H

In artikel 312a wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 9. In afwijking van het eerste lid dient een producentenorganisatie een wijziging als bedoeld in artikel 66, eerste lid, van verordening 543/2011 in op:

    • a. 1 februari van het uitvoeringsjaar waar het verzoek tot wijziging betrekking op heeft;

    • b. 1 mei van het uitvoeringsjaar waar het verzoek tot wijziging betrekking op heeft;

    • c. 1 augustus van het uitvoeringsjaar waar het verzoek tot wijziging betrekking op heeft, of

    • d. 31 oktober van het uitvoeringsjaar waar het verzoek tot wijziging betrekking op heeft.

ARTIKEL II

  • 1. Artikel I, onderdelen A en H, van deze regeling treedt in werking met ingang van 2 januari 2017.

  • 2. Artikel I, onderdelen B, C en D, van deze regeling treedt in werking op 1 december 2016.

  • 3. Artikel I, onderdelen E en F, van deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

  • 4. Artikel I, onderdeel G, van deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot 1 juli 2016.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

's-Gravenhage, 21 september 2016

De Staatssecretaris van Economische Zaken, M.H.P. van Dam

TOELICHTING

I. Algemeen

§ 1 Aanleiding

Met deze wijzigingsregeling wordt een aantal wijzigingen aangebracht in de Regeling Uitvoering GMO groenten en fruit. Met deze wijzigingen wordt een aantal onjuistheden en omissies in de wijziging van deze regeling, bij regeling van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 1 juli 2016, Staatscourant 2016, nr. 35687, hersteld.

Laatstbedoelde wijzigingsregeling treedt in werking per 1 januari 2017.

De wijzigingen waarin deze regeling voorziet, treden op verschillende tijdstippen in werking. De reden hiervoor is dat sommige wijzigingen nog doorgevoerd moeten worden in de tekst van de regeling zoals die geldt vóór 1 januari 2017 (derhalve voordat de op 1 juli 2016 vastgestelde wijzigingsregeling in werking treedt), terwijl andere wijzigingen van de onderhavige regeling eerst daarna hun effect moeten krijgen.

§ 2 Regeldruk

De onderhavige wijzigingsregeling heeft geen effect op de regeldruk. Deze regeling bevat geen nieuwe verplichtingen en heeft derhalve geen gevolgen voor de administratieve lasten, toezichtlasten of nalevingskosten.

§ 3 Inwerkingtreding

Deze regeling voorziet in een gedifferentieerde inwerkingtredingsbepaling.

Artikel I, onderdelen A en H, van deze regeling treedt in werking met ingang van 2 januari 2017. Deze wijziging geldt alleen voor operationele programma’s die worden goedgekeurd op grond van de regeling zoals deze geldt vanaf 1 januari 2017.

Artikel I, onderdelen B, C en D van deze regeling treden in werking op 31 december 2016. Op grond van artikel 312a, eerste lid, zoals dat is ingevoegd met de wijziging van de Regeling uitvoering GMO groenten en fruit van 1 juli 2016, zijn, overeenkomstig het uitgangspunt van eerbiedigende werking, op operationele programma’s die zijn goedgekeurd op grond van de Regeling uitvoering GMO groenten en fruit zoals deze gold voor 1 januari 2017 de bepalingen van hoofdstuk 4 van de Regeling uitvoering GMO groenten en fruit van toepassing zoals deze gelden voor 1 januari 2017. Dit betekent dat deze programma’s mogen worden afgemaakt onder de voorwaarden waaronder zij zijn goedgekeurd. Voor de uitvoeringsjaren 2017 en verder moet voor deze programma’s echter wel een wijziging worden doorgevoerd in de forfaitaire tarieven. Deze wijziging mag geen gevolgen hebben voor uitgaven in de uitvoeringsjaren voor 2017. Om deze reden is gekozen voor een inwerkingtredingsdatum van 31 december 2016.

Artikel I, onderdelen E en F van deze regeling treden in werking met ingang van de dag na uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst. Met het oog op het indienen van operationele programma’s en wijzigingen daarop voor 17 oktober 2016 is het van belang dat deze wijziging direct in werking treedt.

Artikel I, onderdeel G, van deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst en werkt terug tot 1 juli 2016. Voor directe inwerkingtreding en terugwerkende kracht is gekozen omdat met deze bepalingen wordt beoogd dat in oude operationele programma’s na publicatie van de wijziging van de Regeling uitvoering GMO groenten en fruit van 1 juli 2016 slechts nog nieuwe doelen, maatregelen en activiteiten worden opgenomen die volgens de wijzigingsregeling langer subsidiabel zijn. De wijziging van de Regeling uitvoering GMO groenten en fruit van 1 juli 2016 is op 1 juli 2016, voorafgaand aan publicatie van de wijzigingsregeling op 11 juli 2016, aan de sector gecommuniceerd.

Met deze momenten van inwerkingtreding wordt niet voldaan aan het kabinetsbeleid van vaste verandermomenten en een minimuminvoeringstermijn voor nieuwe regelgeving, dat is opgenomen in aanwijzing 174 van de Aanwijzingen voor de regelgeving. Dit beleid houdt in dat ministeriële regelingen in werking treden op 1 januari, 1 april, 1 juli of 1 oktober en minimaal twee maanden voor inwerkingtreding worden gepubliceerd. Omdat het echter gaat om een reparatieregeling, is afwijking in dit geval toegestaan, op grond van het vierde lid, onderdeel c, van de genoemde aanwijzing.

II. Artikelsgewijs

Artikel I, onderdeel A

Als gevolg van de wijziging van artikel 47, vierde lid, geldt het vereiste dat een project aantoonbaar vernieuwend moet zijn voor het jaar 2017 niet voor projecten die worden uitgevoerd met behulp van subsidiabele activiteiten gericht op behoud van kwaliteit ten behoeve van het marktgericht produceren (artikelen 128 tot en met 131). Deze uitzondering vormt een overgangsmaatregel en beoogt de sector de gelegenheid te bieden om te komen tot een sectoraal kwaliteit -of duurzaamheidskeurmerk na 2017. Deze uitzondering was abusievelijk niet opgenomen in de tekst van de wijziging van de Regeling uitvoering GMO groenten en fruit van 1 juli 2016. Deze omissie wordt met deze wijziging hersteld.

Artikel I, onderdelen B, C en D

In de artikelen 255, 264 en 268 worden enkele wijzigingen aangebracht in de mogelijkheid om uitgaven te declareren met behulp van forfaitaire tarieven of de hoogte van deze tarieven. Deze wijzigingen hebben betrekking op operationele programma’s die zijn goedgekeurd op grond van de Regeling uitvoering GMO groenten en fruit zoals deze geldt tot 1 januari 2017 en die worden uitgevoerd in de uitvoeringsjaren 2017 en verder.

Op grond van artikel 312a, eerste lid, zoals dat is ingevoegd met de wijziging van de Regeling uitvoering GMO groenten en fruit van 1 juli 2016 zijn, overeenkomstig het uitgangspunt van eerbiedigende werking, op deze programma’s de bepalingen van hoofdstuk 4 van de Regeling uitvoering GMO groenten en fruit van toepassing zoals deze gelden tot 1 januari 2017. Dit betekent dat deze programma’s mogen worden afgemaakt onder de voorwaarden waaronder zij zijn goedgekeurd.

Als gevolg van de Europese verplichting om forfaitaire tarieven periodiek opnieuw te berekenen, is het echter wel noodzakelijk om de forfaitaire tarieven opnieuw vast te stellen. Dit heeft geleid tot een aanpassing van (de mogelijkheid om uitgaven te declareren met behulp van) forfaitaire tarieven. Deze wijziging moet ook gelden voor operationele programma’s die volgens de oude bepalingen van de Regeling uitvoering GMO groenten en fruit mogen worden afgemaakt. In de wijziging van de Regeling uitvoering GMO groenten en fruit van 1 juli 2016 is dit abusievelijk niet goed verwerkt. Deze omissie wordt met deze wijzigingsregeling hersteld om te voorkomen dat uitgaven subsidiabel worden gesteld die niet overeenstemmen met de Europese GMO regelgeving.

Als gevolg van deze herberekening is in twee gevallen de mogelijkheid om met behulp van forfaitaire tarieven uitgaven te declareren komen te vervallen. Dit omdat het niet mogelijk is gebleken een nieuw forfaitair tarief vast te stellen. Dit heeft tot gevolg dat voor deze uitgaven slechts nog daadwerkelijk gemaakte kosten kunnen worden gedeclareerd. Het betreft uitgaven voor aankoop van mest afkomstig van Skal gecertificeerde biologische landbouwbedrijven (artikel 255) en uitgaven voor het enten van plantmateriaal met als doel het verminderen van het gebruik van chemische gewasbeschermingsmiddelen (artikel 264). Ten overvloede wordt er op gewezen dat op grond van bijlage IX van verordening 543/2011 slechts de specifieke kosten van de uitgaven voor het enten van plantmateriaal met als doel het verminderen van het gebruik van chemische gewasbeschermingsmiddelen subsidiabel zijn. Met specifieke kosten worden de aanvullende kosten bedoeld, berekend als het verschil tussen de traditionele en de werkelijk gemaakte kosten en gecorrigeerd met eventuele meeropbrengsten en minderkosten.

Tevens als gevolg van de herberekening zijn de forfaitaire tarieven voor uitgaven voor biologische of geïntegreerde gewasbescherming en het voorkomen van ziekten en plagen (artikel 268) aangepast. Met het teruglopende forfaitaire tarief voor uitgaven voor biologische of geïntegreerde gewasbescherming en het voorkomen van ziekten en plagen wordt beoogd de mogelijkheid om voor deze activiteit steun aan te vragen uit te faseren. Dit omdat biologische of geïntegreerde gewasbescherming in toenemende mate gebruikelijk is in de groenten en fruit sector en er om deze reden uiteindelijk niet langer kan worden gesproken van aanvullende kosten ten opzichte van de traditioneel gemaakte kosten.

Artikel I, onderdelen E en F

In artikel 285a, eerste lid, en artikel 286, derde lid, wordt bepaald dat producentenorganisaties hun operationele programma’s respectievelijk wijzigingen daarop indienen voor 1 oktober. Met deze wijzigingen wordt voor het jaar 2016 op deze uiterste indieningsdatum een uitzondering gemaakt en wordt bepaald dat producentenorganisaties hun operationele programma’s respectievelijk wijzigingen daarop indienen voor 17 oktober. Dit om producentenorganisaties meer tijd te bieden om hun operationele programma of wijzigingen daarop met in acht name van de gewijzigde Regeling uitvoering GMO groenten en fruit op te stellen. Deze uitzonderingsmogelijkheid was eerder abusievelijk slechts opgenomen in de regeling zoals deze geldt vanaf 1 januari 2017. Met deze wijziging wordt dit punt hersteld.

Artikel I, onderdeel G

Zoals beschreven bij artikel I, onderdelen B, C en D mogen operationele programma’s die zijn goedgekeurd op grond van de Regeling uitvoering GMO groenten en fruit zoals deze geldt voor 1 januari 2017 worden afgemaakt overeenkomstig de bepalingen van hoofdstuk 4 van deze regeling zoals deze gelden voor 1 januari 2017. Op dit uitgangspunt wordt in artikel 312a echter een aantal uitzonderingen gemaakt.

In het derde en vierde lid van artikel 312a van de wijziging van de Regeling uitvoering GMO groenten en fruit van 1 juli 2016 wordt bepaald dat het toevoegen van doelen, maatregelen en activiteiten na 1 juli 2016 slechts mogelijk is wanneer de activiteiten (waarmee deze maatregelen en doelen worden uitgevoerd) subsidiabel zijn op grond van en in overeenstemming zijn met de regeling zoals deze geldt vanaf 1 januari 2017. In het zesde lid van artikel 312a is voorts bepaald dat na 1 juli 2016 geen wijzigingsverzoeken meer mogen worden ingediend, zowel tussentijds als voor het komende uitvoeringsjaar, als deze tot doel hebben het toevoegen van investeringen aan een operationeel programma die niet langer subsidiabel zijn onder de regeling zoals deze geldt vanaf 1 januari 2017.

Deze bepalingen zijn abusievelijk alleen opgenomen in het nieuwe artikel 312a dat in werking treedt op 1 januari 2017. Deze bepalingen moeten echter ook worden opgenomen in de regeling zoals deze geldt voor 1 januari 2017. Deze omissie wordt met deze wijziging hersteld.

Artikel I, onderdeel H

Artikel 66, eerste lid, van verordening 543/2011 biedt producentenorganisaties de mogelijkheid om hun operationele programma’s tussentijds te wijzigen. Met ingang van 1 januari 2017 zijn, om het uitvoeringsproces beter te stroomlijnen, voor het indienen van deze verzoeken, met de wijziging van de Regeling uitvoering GMO groenten en fruit van 1 juli 2016 vaste momenten geïntroduceerd. Deze wijziging was abusievelijk niet doorgevoerd voor operationele programma’s die zijn goedgekeurd onder de regeling zoals deze geldt voor 1 januari 2017. Met deze wijziging wordt deze omissie hersteld.

De Staatssecretaris van Economische Zaken, M.H.P. van Dam

Naar boven