Staatscourant van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum ondertekening |
---|---|---|---|---|
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid | Staatscourant 2016, 3949 | Besluiten van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum ondertekening |
---|---|---|---|---|
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid | Staatscourant 2016, 3949 | Besluiten van algemene strekking |
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
Gelet op artikel 46, tweede lid, en artikel 49, tweede en vijfde lid, van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen;
Besluit:
De Regeling SUWI wordt als volgt gewijzigd:
A
Bijlage VI behorende bij artikel 5.3, 5.4, 5.10a en 5.12 van de Regeling SUWI wordt vervangen door de bij deze regeling gevoegde bijlage 1.
B
Bijlage VIII behorende bij artikel 5.3, 5.4, 5.10a en 5.12 van de Regeling SUWI wordt vervangen door de bij deze regeling gevoegde bijlage 2.
Deze regeling zal met de toelichting en de bijlagen in de Staatscourant worden geplaatst.
Den Haag, 21 januari 2016
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, L.F. Asscher
In deze bijlage zijn de diverse producten gespecificeerd die UWV periodiek aan SZW dient te verstrekken op grond van artikel 5.3, 5.4, 5.10a en 5.12 van de Regeling SUWI. Het betreft de volgende producten:
I |
jaarplan met begroting |
II |
tussentijds verslag |
III |
jaarverslag incl. jaarrekening |
IV |
fondsennota |
V |
VBTB-verslag |
UWV levert het ontwerp jaarplan met begroting vòòr 1 juli en het definitief jaarplan met begroting vòòr 1 oktober. UWV dient zich op verschillende momenten te verantwoorden over de uitvoering van het jaarplan. Deze verantwoording vindt plaats in twee tussentijdse verslagen en het jaarverslag. De tussentijdse verslagen worden uiterlijk zes weken na afloop van de verslagperiode (tertaal) aan de minister verstrekt. Het jaarverslag wordt vòòr 15 maart aan de minister aangeboden.
Met de fondsennota’s verstrekt UWV informatie over de volumegegevens, baten en lasten en de vermogenspositie van de door haar beheerde fondsen. De fondsennota’s worden uiterlijk 1 februari respectievelijk 1 juli opgeleverd.
Het VBTB-verslag betreft een beperkte informatielevering vooruitlopend op het jaarverslag van UWV. Deze informatie wordt uiterlijk zes weken na afloop van het kalenderjaar aan SZW geleverd ten behoeve van het jaarverslag van SZW.
In de hierna volgende tabel worden de onderwerpen benoemd, die in de diverse producten van de P&C cyclus aan de orde dienen te komen. Daaronder volgt, per onderwerp, een nadere toelichting.
I |
II |
III |
IV |
V |
|
---|---|---|---|---|---|
1. Volumeontwikkeling en fondsbelasting |
|||||
a. voorlopige opgave voorgaand jaar |
x |
||||
b. realisatie lopend jaar t/m verslagperiode |
x |
x |
|||
c. raming lopend jaar |
x |
||||
d. raming volgend jaar |
x |
x |
|||
e. voorstel herziening premiepercentages |
x |
||||
f. kerncijfers per wet |
x |
x |
|||
2. Ontwikkelingen wetsuitvoering en andere taken/ werkzaamheden |
|||||
a. doelstellingen, activiteiten op hoofdlijnen, resultaten, kosten/baten |
x |
x |
x |
||
b. prestatie-indicatoren / kengetallen |
x |
x |
x |
||
c. speerpunten Klantgerichtheid |
x |
x |
x |
||
d. speerpunten Handhaving |
x |
x |
x |
||
3. Ontwikkelingen grote projecten en projecten ter invoering van nieuwe wet- en regelgeving |
x |
x |
x |
||
4. Ketensamenwerking en regionaal arbeidsmarktbeleid |
x |
x |
x |
||
5. Bedrijfsvoering |
|||||
a. rechtmatigheid (incl. M&O) |
x |
x |
|||
b. doelmatigheid |
x |
||||
c. totstandkoming niet-financiële informatie |
x |
||||
d. financieel beheer (tekortkomingen) |
x |
||||
e. ontwikkelingen t.a.v. o.a. HRM, ICT, huisvesting |
x |
x |
x |
||
6. Governance |
|||||
a. Raad van Bestuur |
x |
||||
b. risicomanagement |
x |
x |
x |
||
7. Uitvoeringskosten |
|||||
a. opbouw per product c.q. per groot project |
x |
x |
x |
||
b. opbouw per kostensoort |
x |
x |
x |
||
c. opbouw per wet / andere taken en/of werkzaamheden |
x |
x |
x |
||
d. prognose lopend jaar |
x |
||||
e. vergelijking met begroting jaar t-1 |
x |
||||
f. vergelijking met begroting jaar t |
x |
x |
|||
g. vergelijking met laatst goedgekeurde jaarrekening |
x |
||||
h. bestuurskosten RvB |
x |
||||
8. Investeringen per categorie |
x |
x |
|||
9. Overzicht t.b.v. bevoorschotting / afrekening |
x |
x |
|||
10. Jaarrekening |
x |
||||
11. Aansluitingstabel jaarrekeningen UWV -SZW |
x |
||||
12. VBTB-informatie |
x |
x |
|||
13. Kwantitatieve informatie |
x |
x |
|||
14. Toezichtsbevindingen |
x |
x |
|||
15. Rapportage grote ICT-projecten plus nota van bevindingen |
I |
jaarplan met begroting |
II |
tussentijds verslag |
IIII |
jaarverslag incl. jaarrekening |
IV |
fondsennota |
V |
VBTB-verslag |
x |
Opnemen |
UWV verstrekt aan de minister met betrekking tot elk van de door haar beheerde fondsen afzonderlijk:
• In de januarinota:
a) een actuele en onderbouwde raming voor het lopende jaar van volumegegevens, baten en lasten en de vermogenspositie voor het lopende jaar gerelateerd aan en de voor dat jaar geldende beleidsmaatregelen en (voor zover van toepassing) premiepercentages;
b) een voorlopige opgave van volumegegevens, baten en lasten en de vermogenspositie over het voorafgaande jaar.
• In de juninota:
a) een actuele en onderbouwde raming voor het lopende jaar en daaropvolgende jaar van volumegegevens, baten en lasten en de vermogenspositie;
b) voor zover van toepassing een overzicht van de door de fondsbeheerder voorgenomen herziening van de premiepercentages.
• In de bijlage bij het 2e tussentijdse verslag:
a) een actuele en onderbouwde raming voor het lopende jaar van volumegegevens, baten en lasten en de vermogenspositie.
• In de tussentijdse verslagen en het jaarverslag:
a) kerncijfers per wet, uitgesplitst naar beginstand, instroom, uitstroom en eindstand.
Het jaarplan gaat in op de volgende vragen:
• Wat wil UWV bereiken (doelstellingen en prestatie-indicatoren)?
• Wat gaat UWV daarvoor doen (activiteiten)?
• Wat mag het kosten (begroting)?
In het jaarplan wordt ook aandacht besteed aan eventuele veranderingen in de taken van de organisatie. Gedacht kan worden aan:
• Nieuwe wet- en regelgeving, waarbij aandacht wordt besteed aan de activiteiten om de nieuwe maatregelen in te voeren;
• (de voorgenomen wijzigingen in) het beleid met betrekking tot het laten verrichten van taken door andere rechtspersonen of natuurlijke personen;
• Wijzigingen in de andere taken en de andere werkzaamheden.
In de tussentijdse verslagen en het jaarverslag doet UWV verslag van de uitvoering van het beleid en de geleverde prestaties. Hierbij wordt tevens over majeure budgettaire ontwikkelingen gerapporteerd. Het jaarplan en de daarin opgenomen prestatie-indicatoren en kengetallen vormen het uitgangspunt. De uitkomsten van de prestatie-indicatoren worden, voorzien van een toelichting, samen met de normen/streefwaarden per wet verantwoord. Indien van toepassing beschrijft UWV zoveel als mogelijk de eigen bijdrage aan het behalen van de doelstellingen, en geeft een verklaring als doelstellingen niet worden gehaald en de verbetermaatregelen die zijn/worden genomen.
Bij klantgerichtheid wordt specifiek ingegaan op o.a. klachtenafhandeling, bereikbaarheid en klanttevredenheid. Daarnaast rapporteert UWV in haar jaarverslag over de wijze waarop aan cliëntenparticipatie is vormgegeven. UWV verantwoordt zich over de activiteiten die zijn ondernomen om de dienstverlening aan de klant te handhaven en verbeteren.
Bij handhaving wordt specifiek ingegaan op de uitvoering en effecten van het handhavingsbeleid. Naast de onderwerpen die genoemd zijn in het jaarplan, wordt hierbij specifiek ingegaan op de realisering van de in het Handhavingsarrangement gemaakte afspraken. Tevens worden opvallende cijfermatige ontwikkelingen toegelicht. De Raad van Bestuur wordt geacht de uitgangspunten die zij hanteert bij het te voeren handhavingsbeleid te expliciteren.
UWV doet verslag van de uitvoering van het veranderprogramma waaronder de invoering van nieuwe wet- en regelgeving. Hierbij wordt ingegaan op de bereikte resultaten en de daarmee gepaard gaande kosten. UWV legt hierbij een relatie met de planning en licht eventuele wijzigingen kort toe.
UWV geeft in het jaarplan aan hoe invulling wordt gegeven aan de samenwerking met gemeenten en andere partijen, waaronder de regionale samenwerking. In de tussentijdse verslagen en het jaarverslag wordt hierover verantwoording afgelegd door UWV. In de rapportages wordt aangegeven in welke mate de doelstellingen zijn gerealiseerd en wat de onderliggende analyse is bij afwijkingen in de realisatie. In dat geval wordt verder aangegeven welke aanvullende maatregelen UWV neemt om de doelstellingen alsnog te realiseren.
In de bedrijfsvoeringsparagraaf gaat UWV in op de sturing en beheersing van de bedrijfsprocessen binnen UWV. Het doel is aan te geven in welke mate het management van UWV haar bedrijfsprocessen beheerst. In de bedrijfsvoeringsparagraaf van het jaarverslag legt UWV, mede gebaseerd op risicoanalyse, verantwoording af over de bedrijfsvoering. De bedrijfsvoeringsparagraaf bestaat tenminste uit de volgende onderdelen: rechtmatigheid (waaronder het M&O beleid), doelmatigheid, totstandkoming niet-financiële informatie, financieel beheer en overige aspecten van de bedrijfsvoering.
UWV rapporteert in de tussentijdse verslagen over de voorlopige indicatieve rechtmatigheidscijfers per wet en in het jaarverslag over de jaarcijfers. Vaststelling van de rechtmatigheid is gekoppeld aan het handelen in het verslagjaar (het handelen omvat mede het ten onrechte niet-handelen) en de fouten die daarbij zijn gevonden. Ingegaan wordt op de wijze waarop met oude fouten is omgegaan. Tevens wordt hierbij inzicht geboden in de uitgevoerde herstelactiviteiten. De wijze waarop het UWV verantwoording dient af te leggen over de rechtmatigheid in het jaarverslag en de jaarrekening, alsmede de wijze waarop de accountant zijn controlewerkzaamheden dient te verrichten, zijn nader uitgewerkt in de artikelen 5.10b t/m 5.10e van de Regeling SUWI en met name in de daarbijbehorende toelichting.
In artikel 5.10e, eerste lid, onderdeel c, van de Regeling SUWI is aangegeven dat het UWV inzicht biedt in doelmatigheid van het beheer en de organisatie. Dit is nader uitgewerkt in bijlage XXIII bij de Regeling SUWI. Het UWV brengt in het jaarverslag afzonderlijk in beeld op welke wijze de afgesproken taakstellingen zijn gerealiseerd. De Raad van Bestuur wordt geacht de uitgangspunten die zij hanteert met betrekking tot doelmatigheid te expliciteren.
UWV rapporteert in het jaarverslag over het totstandkomingsproces van de informatievoorziening (inclusief de daarbij gehanteerde criteria zoals vastgelegd in bijlage XVII van de SUWI-regeling) en de wijze waarop deze is gewaarborgd (conform artikel 5.16 tweede lid Regeling SUWI) en eventuele verbetermaatregelen.
In dit onderdeel rapporteert UWV over de belangrijkste tekortkomingen in het financieel beheer. Onder financieel beheer wordt verstaan het geheel van beslissingen, handelingen en regels die zijn bedoeld voor de sturing en beheersing van, alsmede de verantwoording over, de financiële transacties en de saldi waarvoor het management (mede)verantwoordelijkheid draagt. De administraties, die ten behoeve van het financieel beheer worden bijgehouden, worden eveneens tot het financieel beheer gerekend.
Het financieel beheer dient te voldoen aan de eisen ordelijkheid en controleerbaarheid. Onder ordelijk wordt verstaan dat het financieel beheer en de administraties in overeenstemming zijn met de in de administratieve organisatie vastgelegde procedureregels. Met controleerbaar wordt bedoeld dat de uitkomsten van het financieel beheer duidelijk worden vastgelegd, opdat achteraf controle efficiënt kan worden uitgevoerd.
UWV rapporteert in het algemeen bij onvolkomenheden in het financieel beheer als die kunnen leiden tot disfunctioneren van het financieel beheer, en/of betrekking hebben op kritieke processen, en/of wijd verbreid zijn, en/of kunnen leiden of hebben geleid tot aanzienlijke risico’s.
UWV rapporteert over ontwikkelingen ten aanzien van de volgende onderwerpen:
Sociaal beleid en HRM
UWV rapporteert op dit punt over belangrijke personeelsaangelegenheden, waaronder in ieder geval de personeelsbezetting, het personeelsverloop, de sociale plannen en de daarmee gemoeide kosten.
ICT en informatiebeveiliging
UWV rapporteert over de voortgang, verbetering en vernieuwing van de geautomatiseerde ondersteuning van zowel haar primaire- als ondersteunende processen. Ook de voortgang van projecten ter verbetering van gegevensbeheer en privacybescherming vallen hieronder.
UWV rapporteert in het jaarverslag over de opzet en werking van het stelsel van maatregelen en procedures gericht op het waarborgen van een exclusieve, integere, beschikbare en controleerbare gegevensverwerking, en over het beveiligingsniveau van Suwinet (conform artikel 5.22 en 6.4 Regeling SUWI).
Huisvesting
UWV doet in de tussentijdse verslagen en in het jaarverslag verslag van de voortgang van het huisvestingsplan. In het bijzonder rapporteert het UWV over de volgende onderwerpen:
• Leegstand
○ Fysiek leegstaande en verhuurbare oppervlakten in vierkante meters VVO (conform de definitie van de Rijksgebouwendienst).
• Ontwikkeling in benodigde vierkante meters als gevolg van krimpen organisatie
• Totale huisvestingskosten (regulier en frictie) opgebouwd en onderverdeeld naar:
○ Frictiekosten huisvesting (incl. facilitaire kosten);
○ Regulier huisvestingskosten.
De onderwerpen die onder het onderdeel governance vallen hebben betrekking op de bestuurlijke inrichting van UWV en de wijze waarop zij haar taken uitvoert.
Risicomanagement
UWV gaat in op welke wijze risico’s binnen de organisatie zijn geanalyseerd, hoe wordt omgegaan met risico’s en hoe risico’s worden gemanaged.
In de toelichting wordt onder andere ingegaan op:
• uitleg belangrijke posten
• verklaring van verschillen (in ieder geval indien sprake is van mutaties van meer dan 5% en ten minste € 50.000 ten opzichte van de begroting).
• opvallende ontwikkelingen
• omvang en samenstelling van buitengewone baten en lasten
• (alleen in het tweede tussentijdse verslag) prognose realisatie lopend jaar, uitgesplitst naar reguliere kosten, projectkosten en frictiekosten. Als de prognose realisatie afwijkt van het toegekende budget wordt dit nader toegelicht.
Bestuurskosten
UWV doet jaarlijks verslag van de bezoldiging van de leden van de Raad van Bestuur (artikel 5 vierde lid Wet SUWI) en van de topinkomens op basis van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT).
De indeling in categorieën volgt Titel 9 Boek 2 BW.
Ten behoeve van de bevoorschotting neemt UWV in het jaarplan met begroting een overzicht op van de uitvoeringskosten en programmakosten welke ten laste komen van een rijksbijdrage. Dit overzicht wordt tevens separaat van de tussentijdse verslagen aan SZW verstrekt. Voor de afrekening neemt UWV in de jaarrekening de in paragraaf 10.6.8 opgenomen tabel op die ziet op afrekening van de uitvoerings- en programmakosten.
De jaarrekening van UWV omvat zowel het UWV als uitvoeringsorganisatie alsook de geadministreerde fondsen.
De jaarrekening wordt ingericht zoveel mogelijk met overeenkomstige toepassing van titel 9 van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek.
De in de jaarrekening opgenomen informatie dient een zodanig betrouwbaar beeld te geven van de werkelijkheid als in de gegeven omstandigheden is vereist. Alle uitvoeringskosten worden in de budgetverantwoording opgenomen, ongeacht of er budget voor is toegekend.
In de toelichting op de jaarrekening wordt onder andere ingegaan op:
• de wijze van toerekening van uitvoeringskosten naar de verschillende wetten
• omvang alsmede dotatie, onttrekking en vrijval van de voorzieningen voor het risico van oninbaarheid van premiedebiteuren respectievelijk uitkeringsdebiteuren
• de financiering van vaste activa
• de wijze van afrekening van rijksgefinancierde programmakosten en uitvoeringskosten
In verband met de versnelling van de verantwoording is het toegestaan het handelen in het verslagjaar te koppelen aan een jaarschijveninterpretatie. De te hanteren jaarschijf mag niet ouder zijn dan 3 maanden ten opzichte van het kalenderjaar waarop de verantwoording betrekking heeft. Indien de jaarschijven worden aangepast dan dient dit in de jaarrekening te worden vermeld evenals de vergelijkbare cijfers van het voorgaande jaar.
Met ingang van het jaar 2014 is het voor UWV verplicht om een egalisatiereserve te vormen. Deze reserve wordt gevormd uit het positieve verschil tussen de gerealiseerde uitvoeringskosten en het SZW-budget. De egalisatiereserve wordt ingezet voor:
• Opvangen van schommelingen in de inkomsten en uitgaven
• Reserveringen voor kosten die zich niet jaarlijks voordoen (bijvoorbeeld onderhoud bedrijfsmiddelen)
• Opvangen van overlopende verplichtingen (bijvoorbeeld projecten wet- en regelgeving)
• Onvoorziene uitgaven met een incidenteel karakter.
Het positieve verschil tussen de gerealiseerde baten en lasten met betrekking tot de uitvoeringskosten SZW-budget, dat voor de egalisatiereserve in aanmerking wordt genomen, heeft betrekking op:
• De reguliere exploitatie
• Het budget voor projecten wet en regelgeving
• Het budget voor projecten bedrijfsvoering
• Het budget voor specifieke projecten.
Wat betreft de omvang van de egalisatiereserve wordt aangesloten bij de richtlijn voor baten/lastendiensten, te weten 5% van het gemiddelde van de jaarbudgetten van de afgelopen 3 jaar. Bij de reactie op het jaarverslag over jaar t wordt door SZW de maximale omvang van de egalisatiereserve voor het jaar t+1 vastgesteld op basis van het gemiddelde van de vastgestelde jaarbudgetten van jaar t-2, t-1 en t.
De vorming, besteding en vrijval van de egalisatiereserve moet toegelicht worden in de jaarrekening. In beginsel vormt UWV naast de egalisatiereserve geen bestemmingsreserves en bestemmingsfondsen. Hiervan kan slechts met instemming van het ministerie van SZW worden afgeweken.
Vanwege de urgentie en omvang van de frictiekostenproblematiek, mag UWV tijdelijk, naast de egalisatiereserve, een bestemmingsfonds frictiekosten vormen. Aan het vullen van dit bestemmingsfonds wordt prioriteit gegeven totdat de omvang van het fonds het niveau heeft bereikt dat nodig is om de frictiekostenproblematiek op te lossen. UWV levert daartoe drie keer per jaar (eind maart, 1 juli, 1 november) een actuele meerjarenraming van de frictiekosten, welke door SZW wordt getoetst.
jaar t |
jaar t-1 |
|
---|---|---|
ACTIVA |
||
• immateriële vaste activa |
||
• materiële vaste activa |
||
• financiële vaste activa |
||
Totaal vaste activa |
||
• vorderingen |
||
• liquide middelen |
||
• overige vlottende activa |
||
Totaal vlottende activa |
||
Totaal activa |
||
PASSIVA |
||
• fondsvermogen |
||
• bestemmingsfondsen |
||
• egalisatiereserve |
||
• voorzieningen |
||
• langlopende schulden |
||
• kortlopende schulden |
||
Totaal passiva |
Toelichting
* Verloopstaat immateriële vaste activa
* Verloopstaat materiële vaste activa
* Verloopstaat financiële vaste activa
* Verloopstaat fondsvermogen
* Verloopstaat voorzieningen
* Verloopstaat langlopende schulden
Baten |
jaar t |
jaar t-1 |
---|---|---|
Premiebaten |
||
Rijksbijdragen |
||
Totaal baten |
||
LASTEN |
||
Programmakosten |
||
Uitkeringen |
||
Sociale lasten |
||
Overige baten en lasten |
||
Uitvoeringskosten |
||
Personeelskosten |
||
Huisvestingskosten |
||
Automatiseringskosten |
||
Kantoorkosten |
||
Vervoers- en Overige kosten |
||
Af: netto omzet uitvoeringskosten |
||
Financiële baten en lasten |
||
Rentebaten |
||
Rentelasten |
||
Totaal lasten |
||
Saldo van baten en lasten |
Premiebaten |
||
---|---|---|
jaar t |
jaar t-1 |
|
Per fonds |
||
Totaal |
Programmakosten |
Uitvoeringskosten |
Totaal |
||||
---|---|---|---|---|---|---|
jaar t |
jaar t-1 |
jaar t |
jaar t-1 |
jaar t |
jaar t-1 |
|
Per fonds sv |
||||||
Totaal |
Uitkeringen |
Sociale lasten |
Overige baten en lasten |
Uitvoeringskosten |
Totaal |
||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
jaar t |
jaar t-1 |
jaar t |
jaar t-1 |
jaar t |
jaar t-1 |
jaar t |
jaar t-1 |
jaar t |
jaar t-1 |
|
Per wet sv |
||||||||||
Totaal |
||||||||||
Per fonds |
||||||||||
Totaal |
jaar t |
jaar t-1 |
|
---|---|---|
Specificatie overige baten |
||
Specificatie overige lasten |
Regulier |
Frictie |
Investeringskosten |
Wet- en regelgeving |
Totaal |
||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
jaar t |
jaar t-1 |
jaar t |
jaar t-1 |
jaar t |
jaar t-1 |
jaar t |
jaar t-1 |
jaar t |
jaar t-1 |
|
Per wet sv |
||||||||||
Totaal sv |
Realisatie jaar t |
Begroting jaar t |
|
---|---|---|
Regulier (per kostensoort) |
||
Bijzondere baten en lasten |
||
Projectkosten |
||
Frictiekosten |
||
Totaal |
||
Programmakosten |
Uitvoeringskosten |
|||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Wet of regeling |
Realisatie jaar |
Voorschot jaar |
Afrekening jaar |
Realisatie jaar |
Voorschot jaar |
Afrekening jaar |
Totaal afrekening |
|
Jaarlijks worden tijdens het uitvoeringsjaar de wetten en regelingen die in deze tabel opgenomen moeten worden, na ambtelijke afstemming tussen UWV en SZW, door SZW per brief vastgesteld.
De accountant onderzoekt de verantwoording die de Raad van Bestuur van UWV op grond van de Regeling SUWI heeft uitgebracht. De controleverklaring en het verslag van bevindingen zijn nader geregeld in artikel 5.10b t/m e en bijlage XXII van de Regeling SUWI.
De concept aansluitingstabel UWV – SZW wordt samen met het jaarverslag UWV naar het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid gestuurd. De definitieve aansluitingstabel, plus controleverklaring, wordt een week later opgeleverd. De aansluitingstabel UWV – SZW valt onder de accountantscontrole door het UWV. De door UWV te leveren items in de tabel worden, na ambtelijke afstemming tussen UWV en SZW, schriftelijk door het Ministerie van SZW aan UWV kenbaar gemaakt.
Ten behoeve van het SZW-jaarverslag verstrekt UWV jaarlijks VBTB-informatie
Het VBTB-verslag wordt uiterlijk zes weken na afloop van het kalenderjaar opgeleverd. De door UWV te leveren items in het VBTB-verslag worden schriftelijk door het Ministerie van SZW aan UWV kenbaar gemaakt.
Over de levering van de periodieke kwantitatieve informatie per wet, de maandelijkse kerncijfers en de statistische jaarrapportages worden jaarlijks bilaterale afspraken gemaakt.
Het UWV gaat in de tussentijdse verslagen en het jaarverslag in op de bevindingen van de Inspectie SZW en de Algemene Rekenkamer en op de naar aanleiding daarvan genomen maatregelen.
Dit betreft alleen projecten met een meerjarig ICT-component van minimaal € 5 mln. De rapportage hierover geschiedt overeenkomstig de brieven aan de Tweede Kamer van de Minister van BZK van 29 januari 2010 respectievelijk 10 juli 2015 (TK 26 643, nrs. 148 en 365). De accountant rapporteert jaarlijks middels een nota van bevindingen over de ordelijkheid, controleerbaarheid en deugdelijkheid van het totstandkomingsproces van de informatie, die met peildatum ultimo verantwoordingsjaar aan het ministerie van SZW wordt geleverd.
In deze bijlage zijn de diverse producten gespecificeerd die de SVB periodiek aan SZW dient te verstrekken op grond van artikel 5.3, 5.4, 5.10a en 5.12 van de Regeling SUWI. Het betreft de volgende producten:
I |
jaarplan met begroting |
II |
tussentijds verslag |
III |
jaarverslag incl. jaarrekening |
IV |
fondsennota |
V |
VBTB-verslag |
De SVB levert het ontwerp jaarplan met begroting vòòr 1 juli en het definitief jaarplan met begroting vòòr 1 oktober. De SVB dient zich op verschillende momenten te verantwoorden over de uitvoering van het jaarplan. Deze verantwoording vindt plaats in twee tussentijdse verslagen en het jaarverslag. De tussentijdse verslagen worden uiterlijk zes weken na afloop van de verslagperiode (tertaal) aan de minister verstrekt. Het jaarverslag wordt vòòr 15 maart aan de minister aangeboden.
Met de fondsennota’s verstrekt de SVB informatie over de volumegegevens, baten en lasten en de vermogenspositie van de door haar beheerde fondsen. De fondsennota’s worden respectievelijk uiterlijk 1 februari, 1 maart en 1 juli opgeleverd
Het VBTB-verslag betreft een beperkte informatielevering vooruitlopend op het jaarverslag van SVB. Deze informatie wordt uiterlijk zes weken na afloop van het kalenderjaar aan SZW geleverd ten behoeve van het jaarverslag van SZW.
In de hierna volgende tabel worden de onderwerpen benoemd, die in de diverse producten van de P&C cyclus aan de orde dienen te komen. Daaronder volgt, per onderwerp, een nadere toelichting.
Tabel: Inhoudsvoorschriften voor de producten van de P&C-cyclus
I |
II |
III |
IV |
V |
|
---|---|---|---|---|---|
1. Volumeontwikkeling en fondsbelasting |
|||||
a. voorlopige opgave voorgaand jaar |
x |
||||
b. realisatie lopend jaar t/m verslagperiode |
x |
x |
|||
c. raming lopend jaar |
x |
x |
|||
d. raming volgend jaar |
x |
x |
|||
e. voorstel herziening premiepercentages |
x |
||||
f. kerncijfers per wet |
x |
x |
|||
2. Ontwikkelingen wetsuitvoering en andere taken/werkzaamheden |
|||||
a. doelstellingen, activiteiten op hoofdlijnen, resultaten, kosten/baten |
x |
x |
x |
||
b. prestatie-indicatoren/kengetallen |
x |
x |
x |
||
c. speerpunten klantgerichtheid |
x |
x |
x |
||
d. speerpunten handhaving |
x |
x |
x |
||
3. Ontwikkelingen grote projecten en projecten ter invoering van nieuwe wet- en regelgeving |
x |
x |
x |
||
4. Ketensamenwerking en geïntegreerde dienstverlening (n.v.t.) |
|||||
5. Bedrijfsvoering |
|||||
a. rechtmatigheid (incl. M&O) |
x |
x |
|||
b. doelmatigheid |
x |
||||
c. totstandkoming niet-financiële informatie |
x |
||||
d. financieel beheer (tekortkomingen) |
x |
x |
|||
e. ontwikkelingen t.a.v. o.a. HRM, ICT, huisvesting |
x |
x |
x |
||
6. Governance |
|||||
a. Raad van Bestuur |
x |
||||
b. Risicomanagement |
x |
||||
7. Uitvoeringskosten |
|||||
a. opbouw per product c.q. per groot project |
x |
x |
x |
||
b. opbouw per kostensoort |
x |
x |
x |
||
c. opbouw per wet/andere taken en/of werkzaamheden |
x |
x |
x |
||
d. prognose lopend jaar |
x |
||||
e. vergelijking met begroting jaar t-1 |
x |
||||
f. vergelijking met begroting jaar t |
x |
x |
|||
g. vergelijking met laatst goedgekeurde jaarrekening |
x |
||||
h. bestuurskosten RvB |
x |
||||
8. Investeringen per categorie |
x |
x |
|||
9. Overzicht t.b.v. bevoorschotting/afrekening |
x |
x |
|||
10. Jaarrekening |
x |
||||
11. Aansluitingstabel (n.v.t.) |
|||||
12. VBTB-informatie |
x |
x |
|||
13. Kwantitatieve informatie per wet |
x |
x |
|||
14. Toezichtsbevindingen |
x |
x |
|||
15. Rapportage grote ICT-projecten plus nota van bevindingen |
x |
I |
jaarplan met begroting |
II |
tussentijds verslag |
III |
jaarverslag incl. jaarrekening |
IV |
fondsennota |
V |
VBTB-verslag |
x |
Opnemen |
De SVB verstrekt aan de minister met betrekking tot de door haar beheerde fondsen afzonderlijk:
• In de januarinota:
a) een voorlopige opgave van volumegegevens, baten en lasten en de vermogenspositie over het voorafgaande jaar.
• Daarnaast verstrekt de SVB jaarlijks op basis van de CBS-prognoses een gedetailleerde meerjarenraming van het aantal personen dat een uitkering ontvangt krachtens de door de SVB uitgevoerde wetten.
• In de februarinota:
a) een actuele en onderbouwde raming voor het lopende en daaropvolgende jaar van volumegegevens, baten en lasten en de vermogenspositie voor het lopende jaar gerelateerd aan en de voor dat jaar geldende beleidsmaatregelen en (voor zover van toepassing) premiepercentages.
• In de juninota:
a) een actuele en onderbouwde raming voor het lopende jaar en daaropvolgende jaar van volumegegevens, baten en lasten en de vermogenspositie.
b) de meerjaren-volumeprognose ten behoeve van het actualiseren van het costaccounting-lightmodel.
c) voor zover van toepassing een overzicht van de door de fondsbeheerder voorgenomen herziening van de premiepercentages.
• In de tussentijdse verslagen en het jaarverslag:
kerncijfers per wet, uitgesplitst naar beginstand, instroom, uitstroom en eindstand.
Het jaarplan gaat in op de volgende vragen:
• Wat wil SVB bereiken (doelstellingen en prestatie-indicatoren)?
• Wat gaat SVB daarvoor doen?
• Wat mag het kosten (begroting)?
In het jaarplan wordt ook aandacht besteed aan eventuele veranderingen in de taken van de organisatie. Gedacht kan worden aan:
• Nieuwe wet- en regelgeving, waarbij aandacht wordt besteed aan de activiteiten om de nieuwe maatregelen in te voeren;
• (De voorgenomen wijziging in) het beleid met betrekking tot het laten verrichten van taken door andere rechtspersonen of natuurlijke personen;
• Wijzigingen in de andere taken en de andere werkzaamheden.
In de tussentijdse verslagen en het jaarverslag doet de SVB verslag van de uitvoering van het beleid en de geleverde prestaties. Hierbij wordt tevens over majeure budgettaire ontwikkelingen gerapporteerd. Het jaarplan en de daarin opgenomen prestatie-indicatoren en kengetallen vormen het uitgangspunt. De uitkomsten van de prestatie-indicatoren worden, voorzien van een toelichting, samen met de normen/streefwaarden per wet verantwoord. Indien van toepassing beschrijft de SVB zoveel als mogelijk de eigen bijdrage aan het behalen van de doelstellingen, en geeft een verklaring als doelstellingen niet worden gehaald en de verbetermaatregelen die zijn/worden genomen.
De SVB rapporteert over de klanttevredenheid. Daarnaast rapporteert de SVB in haar jaarverslag over de wijze waarop de cliëntenparticipatie is vormgegeven. De SVB verantwoordt zich over de activiteiten die zijn ondernomen om de dienstverlening aan de klant te handhaven en verbeteren.
Bij handhaving wordt specifiek ingegaan op de uitvoering en effecten van het handhavingsbeleid. Naast de onderwerpen die genoemd zijn in het jaarplan, wordt specifiek ingegaan op de realisering van de in het Handhavingsarrangement gemaakte afspraken. Tevens worden opvallende cijfermatige ontwikkelingen toegelicht. De Raad van Bestuur wordt geacht de uitgangspunten die zij hanteert bij het te voeren handhavingsbeleid te expliciteren.
De SVB doet verslag van de uitvoering van nieuwe wet- en regelgeving. Hierbij wordt ingegaan op de bereikte resultaten en de daarmee gepaard gaande kosten. De SVB legt hierbij een relatie met de planning en licht eventuele wijzigingen kort toe.
In de bedrijfsvoeringsparagraaf gaat de SVB in op de sturing en beheersing van de bedrijfsprocessen binnen de SVB. Het doel is aan te geven in welke mate het management van de SVB haar bedrijfsprocessen beheerst. In de bedrijfsvoeringsparagraaf legt de SVB, mede gebaseerd op risicoanalyse, verantwoording af over de bedrijfsvoering. De bedrijfsvoeringsparagraaf bestaat tenminste uit de volgende onderdelen: rechtmatigheid (waaronder het M&O beleid), doelmatigheid, totstandkoming niet-financiële informatie, financieel beheer en overige aspecten van de bedrijfsvoering.
Voor wat betreft rechtmatigheid rapporteert de SVB in het tweede tussentijdsverslag over de rechtmatigheidscijfers per wet over het eerste half jaar en in het jaarverslag over de jaarcijfers. Vaststelling van de rechtmatigheid is gekoppeld aan het handelen in het verslagjaar (het handelen omvat mede het ten onrechte niet-handelen) en de fouten die daarbij zijn gevonden. Ingegaan wordt op de wijze waarop met oude fouten wordt omgegaan. Tevens wordt hierbij inzicht geboden in de uitgevoerde herstelactiviteiten. De wijze waarop de SVB verantwoording dient af te leggen over de rechtmatigheid in het jaarverslag en de jaarrekening, alsmede de wijze waarop de accountant zijn controlewerkzaamheden dient te verrichten, zijn nader uitgewerkt in de artikelen 5.10b t/m 5.10e van de Regeling SUWI en met name in de daarbij behorende toelichting.
In artikel 5.10e, eerste lid, onderdeel c, van de Regeling SUWI is aangegeven dat de SVB inzicht biedt in doelmatigheid van het beheer en de organisatie. De SVB brengt verslag uit van activiteiten die zijn ondernomen om de bedrijfsprocessen door te lichten, waarbij het kostenniveau wordt gerelateerd aan de (kwaliteit van de) geleverde prestatie. De Raad van Bestuur wordt geacht de uitgangspunten die zij hanteert met betrekking tot doelmatigheid te expliciteren. Een toelichting op artikel 5.10e, eerste lid, onderdeel c, van de Regeling SUWI, wordt gegeven in Bijlage XXIII bij de Regeling SUWI.
De SVB rapporteert in het jaarverslag over het totstandkomingsproces van de informatievoorziening (inclusief de daarbij gehanteerde criteria zoals vastgelegd in bijlage XVII van de SUWI-regeling) en de wijze waarop deze is gewaarborgd (conform artikel 5.16 tweede lid Regeling SUWI) en eventuele verbetermaatregelen.
In dit onderdeel rapporteert de SVB over de belangrijkste tekortkomingen in het financieel beheer. Onder financieel beheer wordt verstaan het geheel van beslissingen, handelingen en regels die zijn bedoeld voor de sturing en beheersing van, alsmede de verantwoording over, de financiële transacties en de saldi waarvoor het management (mede)verantwoordelijkheid draagt. De administraties, die ten behoeve van het financieel beheer worden bijgehouden, worden eveneens tot het financieel beheer gerekend.
Het financieel beheer dient te voldoen aan de eisen ordelijkheid en controleerbaarheid. Onder ordelijk wordt verstaan dat het financieel beheer en de administraties in overeenstemming zijn met de in de administratieve organisatie vastgelegde procedureregels. Met controleerbaar wordt bedoeld dat de uitkomsten van het financieel beheer duidelijk worden vastgelegd, opdat achteraf controle efficiënt kan worden uitgevoerd.
De SVB rapporteert in het algemeen bij onvolkomenheden in het financieel beheer als die kunnen leiden tot disfunctioneren van het financieel beheer en/of betrekking hebben op kritieke processen en/of wijd verbreid zijn en/of kunnen leiden of hebben geleid tot aanzienlijke risico’s. Daarnaast rapporteert de SVB bij dit onderdeel over de fouten (per wet) die zijn vastgesteld bij de bepaling van de financiële rechtmatigheid, maar niet tot financiële onrechtmatigheid hebben geleid.
SVB rapporteert over ontwikkelingen ten aanzien van de volgende onderwerpen:
Sociaal beleid en HRM.
SVB rapporteert op dit punt over belangrijke personeelsaangelegenheden, waaronder in ieder geval de personeelsbezetting, het personeelsverloop, de sociale plannen en de daarmee gemoeide kosten.
ICT en informatiebeveiliging
SVB rapporteert over de voortgang, verbetering en vernieuwing van de geautomatiseerde ondersteuning van zowel haar primaire als ondersteunende processen. Ook de voortgang van projecten ter verbetering van gegevensbeheer en privacybescherming vallen hieronder. SVB rapporteert in het jaarverslag over de opzet en werking van het stelsel van maatregelen en procedures gericht op het waarborgen van een exclusieve, integere, beschikbare en controleerbare gegevensverwerking, en over het beveiligingsniveau van Suwinet (conform artikel 5.22 en 6.4 Regeling SUWI).
Huisvesting
De SVB doet in de tussentijdse verslagen en het jaarverslag verslag van de voortgang van de huisvestingsplannen. In het bijzonder rapporteert de SVB specifiek over de volgende onderwerpen:
− Leegstand: fysiek leegstaande en verhuurbare oppervlakten in vierkante meters VVO (conform de definitie van de Rijksgebouwendienst)
− Overmaat: voortgang van de activiteiten om de overmaat te verhuren aan derden.
− Huisvestingskosten: onderverdeeld naar SV en niet-SV.
De onderwerpen die onder het onderdeel governance vallen hebben betrekking op de bestuurlijke inrichting van de SVB en de wijze waarop zij haar taken uitvoert.
Risicomanagement
De SVB gaat in op welke wijze risico’s binnen de organisatie zijn geanalyseerd, hoe wordt omgegaan met risico’s en hoe risico’s worden gemanaged.
In de toelichting wordt onder andere ingegaan op:
• uitleg belangrijke posten
• verklaring van verschillen (in ieder geval indien sprake is van verschillen van meer dan 5% en tenminste 50.000 ten opzichte van dezelfde post voorafgaand jaar)
• opvallende ontwikkelingen
• de wijze van toerekening van uitvoeringskosten naar de verschillende wetten
• omvang en samenstelling van buitengewone baten en lasten
• omvang van de baten als gevolg van werk voor derden
• omvang alsmede dotatie, onttrekking en vrijval van de voorzieningen voor het risico van oninbaarheid van premiedebiteuren respectievelijk uitkeringsdebiteuren (indien van toepassing)
• de financiering van vaste activa
Bestuurskosten
De SVB doet jaarlijks verslag van de bezoldiging van de leden van de Raad van Bestuur (artikel 5 vierde lid Wet SUWI), en van de topinkomens op basis van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT).
De indeling in categorieën volgt Titel 9 Boek 2 BW.
Ten behoeve van de bevoorschotting neemt SVB in het jaarplan met begroting een overzicht op van de uitvoeringskosten en uitkeringslasten welke ten laste komen van een rijksbijdrage. Dit overzicht wordt tevens separaat van de tussentijdse verslagen aan SZW verstrekt. Voor de afrekening neemt SVB de in paragraaf 10.4.7 opgenomen tabel op die ziet op afrekening van de uitvoeringskosten en uitkeringslasten.
De jaarrekening van de SVB omvat zowel de SVB als uitvoeringsorganisatie alsook de geadministreerde SV-fondsen.
De jaarrekening heeft betrekking op de balans en de staat van baten en lasten met de toelichting en op de in het jaarplan opgenomen financiële onderwerpen. De jaarrekening is zoveel als mogelijk gebaseerd op titel 9, boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, tenzij hiervan in deze bijlage wordt afgeweken.
De in de jaarrekening opgenomen informatie dient een zodanig betrouwbaar beeld te geven van de werkelijkheid als in de gegeven omstandigheden is vereist. Alle uitvoeringskosten worden in de staat van baten en lasten met toelichting opgenomen, ongeacht of er budget voor is toegekend. Het salderen van bijzondere baten en lasten is niet toegestaan, tenzij wetgeving anders voorschrijft.
De jaarrekening SVB bestaat uit de volgende onderdelen:
− Grondslagen waardering en resultaatbepaling
− Balans met toelichting
− Staat van baten en lasten met toelichting
− Kasstroomoverzicht
In de toelichting op de jaarrekening wordt onder andere ingegaan op:
• de wijze van toerekening van uitvoeringskosten naar de verschillende wetten
• omvang alsmede dotatie, onttrekking en vrijval van de voorzieningen voor het risico van oninbaarheid van premiedebiteuren respectievelijk uitkeringsdebiteuren
• de financiering van vaste activa
• de wijze van afrekening van rijksgefinancierde uitkeringslasten en uitvoeringskosten
Grondslagen waardering en resultaatbepaling
In verband met de versnelling van de verantwoording is het toegestaan het handelen in het verslagjaar te koppelen aan een jaarschijveninterpretatie. De te hanteren jaarschijf mag niet ouder zijn dan 3 maanden ten opzichte van het kalenderjaar waarop de verantwoording betrekking heeft. Indien de jaarschijven worden aangepast dan dient dit in de jaarrekening te worden vermeld evenals de vergelijkende cijfers. Met betrekking tot de premiebaten is het toegestaan als waarderingsgrondslag de EMU-definitie te hanteren (één maand verschoven kasbasis).
Egalisatiereserve
Met ingang van het jaar 2014 is het voor de SVB verplicht om een egalisatiereserve te vormen. Deze reserve wordt gevormd uit het positieve verschil tussen gerealiseerde baten en lasten (SZW-budget). De egalisatiereserve blijft beperkt tot de uitvoeringskosten en wordt ingezet voor:
• Opvangen van schommelingen in de inkomsten en uitgaven
• Reserveringen voor kosten die zich niet jaarlijks voordoen (bijvoorbeeld onderhoud bedrijfsmiddelen)
• Opvangen van overlopende verplichtingen (bijvoorbeeld projecten wet- en regelgeving)
• Onvoorziene uitgaven met een incidenteel karakter.
Het positieve verschil tussen de gerealiseerde baten en lasten met betrekking tot de uitvoeringskosten SZW-budget, dat voor de egalisatiereserve in aanmerking wordt genomen, heeft betrekking op:
• De reguliere exploitatie
• Het budget voor projecten wet en regelgeving
• Het budget voor projecten bedrijfsvoering
• Het budget voor specifieke projecten.
Wat betreft de omvang van de egalisatiereserve zal worden aangesloten bij de richtlijn voor baten/lastendiensten, te weten 5% van het gemiddelde van de jaarbudgetten van de afgelopen 3 jaar. Bij de reactie op het jaarverslag over jaar t wordt door SZW de maximale omvang van de egalisatiereserve voor het jaar t+1 vastgesteld op basis van het gemiddelde van de vastgestelde jaarbudgetten van jaar t-2, t-1 en t.
De vorming, besteding en vrijval van de egalisatiereserve moet toegelicht worden in de jaarrekening.
In beginsel vormt de SVB naast de egalisatiereserve geen bestemmingsreserves en bestemmingsfondsen. Hiervan kan slechts met instemming van het ministerie van SZW worden afgeweken.
jaar t |
jaar t-1 |
|
---|---|---|
• immateriële vaste activa |
||
• materiële vaste activa |
||
• financiële vaste activa |
||
Totaal vaste activa |
||
• vorderingen |
||
• liquide middelen |
||
• overige vlottende activa |
||
Totaal vlottende activa |
||
Totaal activa |
||
• fondsvermogen |
||
• bestemmingsfondsen |
||
• egalisatiereserve |
||
• voorzieningen |
||
• langlopende schulden |
||
• kortlopende schulden |
||
Totaal passiva |
* Verloopstaat immateriële vaste activa
* Verloopstaat materiële vaste activa
* Verloopstaat financiële vaste activa
* Verloopstaat fondsvermogen
* Verloopstaat voorzieningen
* Verloopstaat langlopende schulden
jaar t |
jaar t-1 |
|
---|---|---|
• Baten per wet sv |
||
• Totaal baten per wet sv |
||
• Totaal baten niet-sv |
||
Totaal baten |
||
• Lasten per wet sv |
||
• Totaal lasten per wet sv |
||
• Lasten niet-sv |
||
Totaal lasten |
||
Saldo van baten en lasten |
Baten per wet |
SV |
niet-SV |
Totaal |
---|---|---|---|
Rijksbijdragen |
|||
Premies |
|||
Overige baten |
|||
Totaal |
Lasten per wet |
SV |
niet-SV |
Totaal |
---|---|---|---|
Uitkeringen (incl. sociale lasten) |
|||
Overige lasten |
|||
Uitvoeringskosten |
|||
Totaal |
Uitvoeringskosten |
SV |
niet-SV |
Totaal |
---|---|---|---|
Personeel |
|||
Huisvesting |
|||
Automatisering |
|||
Bureaukosten |
|||
Diensten en diversen |
|||
Totaal |
Uitvoeringskosten |
Totaal |
---|---|
Staande organisatie |
|
Per project |
|
Totaal |
Baten en lasten per fonds |
SV |
niet-SV |
Totaal |
Programmakosten |
Uitvoeringskosten |
||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Wet of regeling |
Realisatie jaar |
Voorschot jaar |
Afrekening jaar |
Realisatie jaar |
Voorschot jaar |
Afrekening jaar |
Totaal afrekening |
Jaarlijks worden tijdens het uitvoeringsjaar de wetten en regelingen die in deze tabel opgenomen moeten worden, na ambtelijke afstemming tussen SVB en SZW, door SZW per brief vastgesteld.
De accountant onderzoekt de verantwoording die de Raad van Bestuur van de SVB op grond van de Regeling SUWI heeft uitgebracht. De controleverklaring en het verslag van bevindingen zijn nader geregeld in artikel 5.10b t/m e en bijlage XXII van de Regeling SUWI.
Het VBTB-verslag betreft een beperkte informatielevering vooruitlopend op het jaarverslag van SVB. Deze informatie wordt uiterlijk zes weken na afloop van het kalenderjaar aan SZW geleverd ten behoeve van het jaarverslag van SZW. De door SVB te leveren items in het VBTB-verslag worden schriftelijk door het Ministerie van SZW aan SVB kenbaar gemaakt.
Over de levering van de periodieke kwantitatieve informatie per wet, de maandelijkse kerncijfers, de rapportage handhaving SVB en de statistische jaarrapportages worden jaarlijks bilaterale afspraken gemaakt.
De SVB gaat in de tussentijdse verslagen en het jaarverslag in op de bevindingen van de Inspectie SZW en de Algemene Rekenkamer en op de naar aanleiding daarvan genomen maatregelen.
Dit betreft alleen projecten met een meerjarig ICT-component van minimaal € 5 mln. De rapportage hierover geschiedt overeenkomstig de brieven aan de Tweede Kamer van de Minister van BZK van 29 januari 2010 respectievelijk 10 juli 2015 (TK 26 643, nrs. 148 en 365). De accountant rapporteert jaarlijks middels een nota van bevindingen over de ordelijkheid, controleerbaarheid en deugdelijkheid van het totstandkomingsproces van de informatie, die met peildatum ultimo verantwoordingsjaar aan het ministerie van SZW wordt geleverd.
In de Regeling SUWI en bijbehorende bijlagen VI en VIII zijn voorschriften opgenomen met betrekking tot onder andere het jaarplan met begroting, de verantwoording en de periodieke informatieverstrekking door het Uitvoeringsinstituut Werknemersregelingen (UWV) en de Sociale Verzekeringsbank (SVB). De onderhavige wijziging voorziet in het vervangen van de bijlagen VI en VIII door nieuwe (aangepaste) bijlagen.
In bijlage VI zijn enkele technische wijzigingen doorgevoerd in de voorschriften voor de opzet van de jaarrekening. Betreffende wijzigingen hebben betrekking op de rubricering van enkele specifieke posten in de staat van baten en lasten en de toelichting daarop.
In bijlage VIII zijn de voorschriften voor de fondsennota’s aangepast, waardoor deze beter aansluiten bij het begrotingsproces. Tevens is het moment waarop de nota’s worden aangeleverd aangepast, zodat deze beter aansluit op andere procedures.
Tot slot zijn de bijlagen waar nodig geactualiseerd en zijn enkele kleine wijzigingen doorgevoerd om de leesbaarheid van de tekst te vergroten en deze te ontdoen van dubbelingen.
De aanpassingen zijn in overeenstemming met het UWV en de SVB tot stand gekomen.
De nieuwe voorschriften gelden vanaf 1 januari 2016, conform afspraken met het UWV en de SVB. De jaarverslagen 2015 dienen daarmee volgens de aangepaste bijlagen te worden opgesteld. Nu publicatie van de regeling niet meer mogelijk was voor 1 januari 2016, treedt de regeling in afwijking van de vaste verandermomenten in werking met ingang van de dag na de datum van publicatie, en werkt terug tot en met 1 januari 2016.
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, L.F. Asscher
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2016-3949.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.